De Koninginnen te Utreclit. Omtrent het bezoek, door de jeugdige Koningin Wilhelmina en de Koningin-Re gentes aan Utrecht gebracht, wordt nog het volgende gemeld: Vyf minuten vóór halftwoe verrees do vlag op den Dom en liet het klokkespel het „"Wil helmus" hooren, ten toeken der aankomst van Hare Majesteiten in do stad. Op de plaats der steenlegging arriveerden HH. MM. te 2 uren. H. M. de Koningin was gekleed in wit zijden kleed met groote vedei op don hoed. Beide Majesteiten ontvingen bouquetten, terwijl de weesmeisjes bloemen strooiden. Tegenover de sierlijke tribune van HH. MM. werd door 800 zangers de cantate ■uitgevoerd. Daarna bood de heer Van Eden, directeur der Munt, H. M. de pen aan ter onderteekening der oorkonde. In do tribune, het dichtst bij don ingang gelogen, waren do hoogleeraron der universiteit met hunne dames gezeten, alsmelo de rectoren en de secretarissen van de senaten der uni versiteiten te Leiden, te Groningen en te Amsterdam. Rector en secretaris der Utrecht scho universiteit bevonden zich in hot pavil joen. De lectoren en privaat-docenten waren op stoelen voor de tribune gezeten. Aan de noordzijde was het gezicht op het feestterrein opengelatendie zijde van het Domplein stond opgevuld met menschenook op de daken van do omringende huizon hadden velen plaats gezocht en de Domtoren was op alle omgangen met menschen bezet. Naar aanloiding van een gerucht, dat de balustrados niet sterk genoog zouden zijn om den aan drang van de kijkers te weerstaan, hadden B. en Ws. daarnaar nog opzettelijk onderzoek laten doen. Terwyl HH. MM. zich naar het paviljoen begaven en plaats namen op de beide voor hen bestomdo zete's, met rood fluweel bekleed en de rugleuning met vergulde kronen ver sierd, zong hot koor het eerste vers van hot „Wilholmuslied", naar de oude toonzetting en liet, toen HH. MM. gezeten waren, het eerste gedeelte van don feestzang daarop volgen. Aansluitende aan de woorden, die het kinderkoor der jeugdige Koningin toezong Gord, Koningin! het schootsvel aan, Laat U den troffel geven Gij hebt dat werk al meer gedaan In Uw ons dierbaar leven; waarop door mannen- en kinderkoor geza menlijk werd gezongen: „'g Groeit wat de hand Van kinderen plant. Wat laat zich niet voorzeggen. Waar zy een hoeksteen loggen?" vroeg daarop de burgemeester in eeno korte toespraak verlof om met de steenlegging aan te vangen. H. M. de Koningin-Regentes verleende het gevraagde verlof eveneens in korte woorden, die van hare ingenomenheid met deplechtigheid getuigden. Hierna werd aan H. M. Koningin Wilhel mina door twee jonge daraos, dochters van den wethouder De Beaufort, hot schootsvel aan gegord. Dit is van fijn wit gemsleer ver vaardigd en omgeven door een licht-blauwen rand met oranjetakkon, terwyl aan het on derste gedeelte het Utrechtsche wapen, omge ven door oranjetakken, is geborduurd. Dit schootsvel werd met rood on wit lint vast gemaakt. Ter bewaring is er eene wit satynen doos „10 .Tuni 1802" in de Utrechtsche by, waarop kleuren. Het is vervaardigd door de Utrechtsche firma P. A. T. Niesen en is, evenals al wat van gemeentewege gedaan werd, degelyk, fraai doch zonder ydel praalvertoon. By de werkzaamheden, aan de steenlegging verbonden, werd H. M. bygestaan door de bouwmeesters, van wie prof. Gugel haarden hamer en den truffel overhandigde en de heer Nieuwenhuys, architect, den kalkbak vasthield De aannemer, de heer Gerard J. Van Vloten, bestuurde de lier, waarmede de steen werd neergelaten op de bestemde plaats, en do opzichter, de heer H. Van Hilton, hielp H. M by het invoegen van den steen Nadat de plechtigheid was verricht, betuigde de burgemeester H. M. dank voor de eer, aan de gemeente bewezen; hy voegde er by dat dit voor Utrecht een onvergetelyke dag zal zyn, waarna het tweede deel der cantate werd ten gehoore gebracht. By de plechtigheid ging alles nogal kalm in zyn werk, ofschoon de stad zoo vol was als ooit by zulk eene gelegenheid. Naar schatting waren ruim 3000 menschen- by de steenlegging aailwezig. Van daar ging do tocht rond het stand beeld van Jan van Nassau. Vyf minuten vóór halfdrie gingen KH. MM. naar het auditorium in het oude academie gebouw. De aldaar plaats hebbende, vermelde plech tigheid maakte een grootschen indruk. Minzaam groette do jougdige vorstin de studenten terug, toen zy, tusschen hen door gaand, hun groet ontving. HH MM. werden daarna naar de senaats- i kamer geleid. Ten tweeden male de studenten en hoog leeraren voorbygaande, begaven de vorstinnen zich daarop door de kloostergang naar buiten, waar de rytuigen wachtten, die haar om drie uren langs een omweg naar liet stadhuis brachten. By hot stadhuis was eene byzonder groote menschenmassa opeengepakt. Toch kon de rit naar hot stadhuis zonder belemmering meestal in gostrekton draf gedaan worden. De medaille en het hulde adres worden aan geboden en aanvaard en de leden van den Raad werden aan HH. MM. voorgesteld. Voor de vensters der burgemeesterskamer gezeten sloegen de beide vorstinnen mot be langstelling den voorbytrekkenden historischen optocht gade, en lieten zich omtrent de bo- teekenis van een en ander door de autori teiten inlichten. De stoet van den optocht was lang, maar over het geheel voldeed hy goed. Do verschillende afdeelingen en groepen waren in den loop van den dag opgesteld, zoodat de stoet zich reeds in de stad bevond, toen HH. MM. zich naar het stadhuis bega ven. Men kan zich dus denken wat een drukte en gedrang dat gaf. Do optocht, ryk aan afwisseling, mag vol komen geslaagd hooten. De stoet bleef gedurig goed aaneengesloten en alles liep m de beste orde af. Do kleine Koningin, vlak voor het venster gezeten, groette minzaam de deelnemers en vermaakte zich terdege. Toen de spuitgasten en de deftige Jan Van der Ileyde voorby- gingen, gevolgd door do hedendaagscho brand weer met op een zegewagen do stoomspuit in volle werking, boog Koningin "Wilhelmina uit het venster om boter te kunnen zien. Ook een volslagen bakkorswinkel trok hare aan dacht en deed haar lachen van genoogen Toen ten slotte de huidewagen, van hetCen traal Comité, tot voor het Stadhuis was ge naderd, daalden tweo der in Romoinscho klee derdracht gohulde jonge meisjes van hare plaat sen en boden den Vorstinnen bouquetten aan Toen de optocht voorby was, verbrak do samengepakto menigto het cordon der politie. Een hoop mannen en vrouwen verdrong zich voor het open venstor, waar de vor stinnen zichtbaar waren, en hief een geest driftig „Lang zal ze levenin gloria" aan. Spoedig evenwel roden de rytuigen weder voor en ving de rytoer aan. Om kwart vóór vieren verlieten HH. MM. het stadhuis. By den rytoer door de stad werd byna voortdurend in matigen draf gereden. Op do Mariaplaats stond het Studentencorps gerang schikt, dat daartoe gemeenschappelyk van de Studenten sociëteit was afgemarcheerd. Rector en abactis boden HH. MM. bloomrui kers aan. Op het Janskerkhof stonden de gymnasiasten gerangschikt en boden HH. MM. ook bloemruikers aan. Voor den ingang van het Oranjepark hielden HH. MM. eon oogonblik stil. De hoer En kelstroth, voorzitter van de postduivcnver- oeniging „de Snelpost", sprak, terwyl een 250- tal postduiven word losgelaten, HH. MM. aan en deelde Haar mede, dat de postdui ven, die HH. MM. zagen opvliegen, door de leden van „do Snelpost" waren beschikbaar gesteld by eventueele mobilisatie van het leger. Allerwegen hartelyk toegejuicht, bereikto de stoet eindoiyk de Oranjebuurt, (de Koning-, Willem- en Oranjestraten). Kort voordat de stoet naderde, was er nog geen doorkomen aan, vooral in de volkryke buurt Wyk C, maar het eskadron huzaren maakte spoedig ruim baan. In do Willemstraat ondervond men oponthoud. De kleinzoon van den kruidenier Hartwig bood Koningin "Wilhelmina bloemen aan met een adres van hulde, door groot vader geredigeerd. Te 5 uren was de rytoer door de stad ge daan en het was toen ook betrekkelyk kalm op straat. Men was blykbaar bezig zich een weinig te restaureeren. Na den toer doof- de stad begaven HH. MM. zich langs don voorgeschreven wegnaar raushuize, waar de heer Commissaris der Koningin en mevr. de baronesse Schimmel- ponninck Van der Oye van Nyenbeek de noodige vertrekken totBDr. ontvangst hadden doen gereedmaken. De gangen, boven en beneden, zyn rijk versierd met bloemen en planten, terwyi in de appartementen van HH. MM. ook bloemon en planten en fraaie ruikers zyn aangebracht, alles door den heer T. Knoppers, bloemist. H. M. Koningin Wilhelmina begaf zich dadelyk naar Hare apartementcn, met Hare hofdame en mot Ilare gouvernante miss Winter. H. M. de Koningin-Regentes vertoefde eenigen tyd in den familiekring, alvorens zich insgelijks te verwyderen. HH. MM. verkleedden zich hier voor den maaltyd, welke in hot Gebouw voor K. en W. zou plaats hebben. By Paushuizo was als eerewacht opge steld de artillerie schuttory onder commando van kapitein Selle. Belemmeringen werden door een gekostu- meerden optocht niet ondervonden, hoewel op de Stadhuisbrug en op verschillende nauwe plaatsen het gedrang zeer groot was. Van ern stige ongelukken vernam men gelukkig niet Op de Stadhuisbrug werd een kind aange reden. De bedaardheid, waarmedo werd op getreden om de ordo te bewaren, voorkwam ook aan den ingang van de Oranjestraat een groot ongeluk. Daar ter plaatse, waar zich oene eerepoort bevond en de draai voor de groote wagens met het meeste beleid moest worden uitgevoerd, geraakte een man vóór den wagen van de been; het rad was reeds tegen het eene beenéén geroep en de wagen stond stil, de man werd als 't ware onder den wagen weggesleurd, maar was gered. Om halfacht werd do optocht, na volbrachten ommegang, ontbonden. Te halfzeven kwamen de Koninginnen voor het Gebouw van Kunsten en Wetenschappen aan, waar een schitterende maaltyd werd gehouden. De toegang tot het gebouw was in den vorm van eene Hannibal-tent gedeco- roerd, terwyl de trappen, ce ontvangkamer en do groote zaal met planten en draperieén smaakvol waren versierd. H.H. M.M. werden de vestibule door de wethouders en den secretaris ontvangen en door den burgemees ter naar boven geleid. Aan den disch, welke door de muziek der schutterijkapol werd opgeluisterd, waren ge- noodigd de Commissaris der Koningin, de minister van binnenlandsche zaken, de secre taris-generaal, verschillende boogleeraren der Universiteit, Gedeputeerde Staten, leden der Eerste en Tweede Kamer en leden van den Utrechtschen gemeenteraad, te zamen 78 personen. Do tafel was in hoefyzervorm gedekt. Aan het hoofdeinde zaten de beide Vorstinnen aan de rechterzijde der Koningin de Commis saris der Koningin, vervolgens eeredarr.es en kamorheeren en onmiddellyk daarop volgend de heeren De Beaufort en Nicolaas Beets. Aan de linkerzyde der Regentes was de bur gemeester gezeten; vervolgens eeredames, kamerheeron en de||p articuliere secretaris, jhr. deRanitz. Tegenover de Verstinnen namen de minister Tak van Poortvliet en jhr. Röell Do tafel, in de hooge en fraaie zaal aange richt, schitterde van zilver en kristal en was mot bloomen getooidvóór de Koningin prykte eene zilveren bloemenmand met prachtige orchideeën. Het menu voor de beide hooge gasten was door den hoer M. J. Lens, dezelfde, die de oorkonde der steenlegging vervaardigde, keu rig uitgevoerd. Aan het hoofd was in water verf een gezicht op Utrecht geschilderddaar naast op het menu der Koningin eene gekroonde tV. en op dat der Regentes eene gekroonde E De burgemeester hield aan tafel de volgende toespraak „Viel aan onze gomoente heden de hooge eer ten deel van een vorstelijk bezoek, waarbij M. toestond, dat haro koninklijke dochter hare hand leende tot het leggen van een gedenksteen in een gebouw, bestemd voor eene Instelling, zoo dierbaar aan Utrechts burgerij, U. M. heeft de kroon op het werk gezet, door met H. if. de Koningin te willen aanzitten aan dezen disch. „Voor die welwillende beschikking, waardoor onze gemeente zoo hoogel(jk wordt vereerd, zeg ik U. if. namens haar bestuur van harte dank. „Altijd heeft de aanwezigheid van een lid van ons roemrijk Vorstenhuis de harten van Utrechts ingezetenen sneller doen kloppen. liefde leven onverzwakt en onvoranderd voort Klein en groot, arm en rijk, allen eeren is onze jeugdige Koningin de telg van die Oranjes onder wier leiding ons vaderland de weldaden vrjjhoid, orde en welvaart deelachtig werd, van die Oranjes, wier heldendaden hun onvergankelijken roem op ons vaderland deden afstralen. „En mogo hot aan Koningin "Wilhelmina gegeven zyn aan het Nederlandsche volk een nieuw tjjdperk van voorspoed en geluk te verzekeren. U. M. thans hare leids straks have raadsvrouw - zal daarin zekerde hoogste belooning voor haar edel streven vinden. „In ons aller harten is die wensch altijd besloten, alleen heden kan hy met een heil dronk worden bozogeld. „Daartoe noodig ik u allen uit. „Neemt dan do bekers op en stemt met my in, als ik u voorstel dezen dronk to wyden aan II. M. Koningin Wilhelmina en aan H. M„ de Koningin-Regentes I" Do Regentes dankto met eenige vriendelyke woorden. hater dan men dacht was de maaltyd afge- loopen en werd do terugtocht aangevangen. Na afloop van het diner gingen HH. MM. eveneens in een dicht ry tuig terug naar Paus huize, waar HH. AIM., alvorens te vertrek ken, nog eene korte poos in den familiekring wenschten te vertoeven en beide Koninginnen zich opnieuw 1 leedden voor den tocht door de Maliebaan huiswaarts. Inmiddels word op verschillende punten der stad muziek gemaakt en de Maliebaan ver licht. Tusschen dc vier ryen hoornen hingen onafzienbare guirlandes van lichtjes, de geheelo laan langs, zoodat de dichte drom wandelaars met eene lichtzee werd overgoten. Ook de zoomen der grasperken in het Hoogeland waren met een onnoemelyk aantal lichtjes afgezet hi een opon rytuig werd do terugreis door de Koningini en naar het paleis Soestdyk aangenomen, door de Afaliebaan De eerewacht deed HH. MM. tot do grens der gemeente uitgeleide. Stampvol was het in de laan, toen de koninklijke stoet naderde, die eerst de Oost zijde nam, vervolgens langs do Westzyde terugkeerde en eindelijk door do Middenlaan voorgoed uit het oog verdween. Tot dicht by het fort aan de Bdtstraat doden burge meester en wethouders HH. MH. te 10 u. m. uitgeleide, die zonder twytel eene aangename herinnering aan hun bezoek in Utrecht mede- nemen. Bij de eerepcort op den Biltschen straatweg stonden weder de leden van do broederschap „Jong heven" geschaard, om HH. MM. een afscheidsgroet te brengen. Een handig blijk ran innomenden tact gaf lrierby Koningin Wilhelmina. Toen zy de broederschap in 't oog kreeg, zocht zij uit den rijken bloemen- schat, welke voor haar in 't rytuig lag, het bloemsieraad, in den vorm van een schip, op, dat haar bij hare komst in de gemeente door „Jong Leven" was aangeboden. Zy hield dit op haar schoot, lroowel het vry groot was, zoolang de jongens het Wilhelmus zongen en dankte hen daarna met een vriendelijken groet. Het afscheid was byzonder hartelyk. De burgemeester betuigde HH. MM. dank voor de aan Utrecht bewezen eer, waarop H. M. de Koningin-Regentes met oen weigemeenden handdruk HDr. dank betuigde. En toen stond de jonge Koningin op, drukte den heer Reiger ook do hand en betuigde in ongekunstelde taal den burgemeester dank voor den pretligen dag, dien men Haar hier bezorgd had. De oerowacht geleidde daarop den burge meester huiswaai ts, waar halt werd gehouden en front gemaakt en champagne tot afscheid werd aangeboden. De burgemeester, in zyn rytuig staande, dankte de eerewacht en nam afscheid onder 't gejuich der menigte. Tot in den nacht werd er muziek gemaakt in de stad, terwyl verschillende huizen iliu- minatiën hadden ontstoken en overal een levendig gowoel heerschte. Het feest in de Baan was een waardig slot. In Tivoli gaf het muziekcorps van het lste reg. veld-art., ouder directie van den heer Hoendervoogt, van 8 tot ongeveer 11 uren een groot concert. In den vooravond waren er slechts weinige toehoordersnadat evenwel do beide Vorstin nen de Maliebaan waren gepasseerd, werd de opkomst grooter. Tal van deelnemers aan den optocht waron in hun kostuum in den tain. Te elf uren werd een schitterend vuurwerk, vervaardigd in de Kon. Ned. pyrotechnische Geslachten mogen heengaan, de trouw en de fabriek, aanhankelijkheid blyven, do toewijding en de j Vele firma G. J. leden van Ruiscli, afgestoken, het Centraal Comité

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1892 | | pagina 10