Feuilleton. JONG GEHUWD. MÜIXENLAND. Frankrjjk. Ravachol wordt thans te St.-Etienne door den rechter van instructie gehoord. Men wist reeds dat Chaumentin beweert, van Ravachol zelf en van Beala de bekentenis hunner mede* pli ;h:igheid in den moord op de dames Marcon vernomen te hebben, en tot hiertoe hebben de ontkenningen van deze beiden hem in zijne verklaringen niet kunnen doen wankelen. Chaumentin heeft verklaard dat Beala hem het volgende gezegd heeft: „Op 't oogenblik, dat ik in den avond van 27 Juli, in gezelschap van Ravachol, om de magazijnen van de dames M.:on dwaalde, met hem overleggende over de :e nemen schikkingen om snel en goed te ha .1 telen, raadde ik hem aan, naar binnen te gaan en te vragen, een schoenmakers hamer te koopen." Welnu, toen de rechter daags na de misdaad oen der getuigen onder vroeg, verklaarde deze, dat h\J te 9 uren voorbij het magazyn der dames Marcon gegaan was en hy daar twee kerels had ontmoet, waarvan de een tegen den ander zeide: „Gij zult een schoenmakershamer vragen." Deze getuige, handelaar te Lyon, is aanstonds per telegram ontboden. Zijne verklaringen, samen met die van Chaumentin, kunnen voor het gerecht be slissend worden. Daarentegen houdt Beala bij hoog en by laag staande, dat hy Ravachol alleen te Parys hoeft gekend en men dus niet kan be weren, dat hij de medeplichtige van Ravachol is geweest in de misdaden van Chambles en .Saint Etienne. Men is thans voornemens, de getuigenis in te roepen van den koetsier, die Ravachol en vrouw Rullière, in den nacht van den moord op Jean Brunei, naar den kluize naar van N. D. do Grace bracht. Eenige dagen daarna was men den man komen verzoeken voor denzelfden Ravachol een nachtelyken toch: te doen, maar de koetsier weigerde. Chaumentin houdt staande dat Beala toen den moordenaar van Jean Brunei vergezelde. Er zal dus eene confrontatie plaats hebben tusschen den beschuldigde en den koetsier. Beala heeft ten slotte zyne kennis met Rava chol, van in de maand Juni 1891, bekend. Chaumentin is Woensdag van 2 tot 8 uren in de grime der gevangenis van Belleville geweest. Ra eene nieuwe confrontatie van Ravachol, scheen deze aan 't wankelen gebracht door den toon van oprechtheid van den getuige, zyn ouden weldoener, en hy heeft niet meer zoo stellig geloochend als naar gewoonte. Hy bepaalde zich eenvoudig by de woorden, die hy dikwijls herhaalt: ,,'tls wel mogelijk." Een oogenblik zelfs meende men, dat hy ging bekennen, maar hy hield zich aanstonds in. Men gevoelt dat Ravachol geen enkelen mede plichtige wil verraden. De regeering is voornemens, het wets ontwerp te bestrijden, strekkende tot toepas sing van het diflerontiöele tarief op Spaansche voortbrengselen. Voorgoed schynt de tariefcommissie te hebben afgezien van het voornemen, om de heeren Ribot en Rocho te hooren over de han delsbetrekkingen tusschen Frankryk en Spanje. In de couloirs dor Kamer van Afgevaar digden verklaarde de groote meerderheid der leden zich gisteren tegen het wetsontwerp, waarby strengere straffen op drukpersdelicton worden bedreigd. 43.) „O, neen, Adèie", gaat zy daarom aan stonds voort, „wees gerust: zulk een ont zettend geheim vertel ik niet verder. Ik kan goed zwygen, maar ik dank je, dat je my openhartig vertelt hoe de zaakjes staan. Het is toch treurig! Vier maanden getrouwd en nu reeds zyn vrouwtje moe! Hoe gelukkig ben ik met Van DalenDenk eensVan Dalen ontrouw, verliefd op een ander! Neen, dan is myn oudje een ander beestje!" En ware de heer Van Dalen tegenwoordig geweest, onge twijfeld zou zyne dierbare wederhelft hem, in gezelschap van Adèle, gestreeld en gelief koosd hebben, als om haar te overtuigen, dat er nog wèl gelukkige huishoudens en.deugd zame mannen zyn, maar Van Dalen was ongelukkig op de sociëteit. ..En vertel my nu eens alles, wat ge van de geschiedenis weet! Ge weet, of misschien weet ge het niet: myne zuster is gehuwd met eeu commissaris van politie; die zou misschien van dienst kunnen zy'h, wanneer. ,0, neen", zegt Adèle eensklaps, mevrouw Van Dalen in do rede vallonde, ,Emma is DuitüohlaucL In Duitsche regeeringskringen schynt de bezorgdheid to bestaan, dat het nieuwe mi nisterie in Italië al te veel op het leger zal bezuinigen. De „Nordd. Allg. Ztg." zegt dat het op zyne strydmiddelen niet kan bezuini gen en dat het, wanneer het niet tot het drievoudig verbond behoorde, daarvoor nog grooter uitgaven zou moeten doen. Het leger, zoo redeneert het blad verder, is een sterke band der eenheid tegenover de verdeeldheid en den stryd der partyen. Aan zyn leger en zyne vloot dankt Italië zyne positie als groote mogendheid en zyne veiligheid. „De afloop dor ministercrisis heeft bewezen, dat het Italiaansche volk van dit bewustzijn is door drongen. Duitschland begroet met vreugde de steeds toenemende militaire sterkte van Italië; het ziet daarin eene versterking van de politieke macht van het koninkryk en hierin eene verdere bevestiging van den Europeeschen vredebond. Het zaakje betreffende den grenadier Lück, die, op post staande, van zyn geladen geweer een zoo krachtig gebruik maakte, en daarvoor tot „Gefreiter" benoemd en door den keizer zoo hoogelyk geprezen werd, geeft in Duitschland nog stof tot velerlei praatjes, meestal niet aangenaam voor Wilhelm II. De „Magdeburger Volksstimme", welke een artikel er over schreef, is wegens majesteitsbeleedi- ging in beslag genomen. Eene der eerste regeeringsdaden van den nieuwen hertog van Hessen was voor zyne civiele lijst, welke tot nog toe ruim 1 millioen mark bedroeg, eene verhooging van 15 pet. by den Landdag aan te vragen. De heer Yon Kleist-Retzow, het bekende lid van den Duitschen Rijksdag, is gisteren plotseling overleden. België. In de Koninklyko Ylaamsche Academie deed de heer Coopman verslag over de werk zaamheden der commissie van nieuwere let terkunde, en wel over het samenstellen van vakwoordenlijsten. Het is zeker dat de oude Ylaamsche vakwoorden meer en meer verloren gaan en vervangen worden door vreemde woorden, waarvan de beteekenis niet door onze werklieden verstaan wordt. By de com missie van dit jaar wordt aanbevolen het uitschrijven van een pryskamp over vak woorden betreffende timmerwerk, smidswerk en metselwerk. Dalziel heeft oen onderzoek ingesteld naar den toestand dor anarchistische party in Bel gië. Aan het verslag van dat onderzoek is hot volgende ontleend: De eigenlijke anarchistische party in België dagteekent van de zittingen van het socia listisch congres te Brussel. Zy waren toen, zooals men zich herinneren zal, van het congres uitgesloten en veroenigden zich in de Rue do la G'olline en in het lokaal „Rubens." Daar werd besloten tot de oprichting van het blad „L'Homme libre," maar na het onlangs gebeurde met Ravachol scheiddon de Luiksche anarchisten zich van de Brusselsche af en weigerden bovengenoemd orgaan langer als het hunne te erkennen. Merkwaardig is het, dat in Luik de anar chisten niet de armste on de minst beschaafde buurten bewonen. De Luiksche anarchisten een voorbeeld van lankmoedigheidzy wil het verloren ryk door liefde heroveren." „Prachtige theorie", merkt mevrouw Van Dalen aan. „Dat zeg ik ook. Al ben ik nog niet ge trouwd, zooveel heb ik tocli reeds van de wereld gezien, om te weten, dat er voor ge storven liefde nimmer eene lente ontwaakt", is Adèles wysgeorige levensopvatting. „Die ellendeling!" zegt mevrouw in zichzelve. „O, 't is een kniesoor, een. „St, st", vermaant mevrouw Yan Dalen; „wy mogen nog niet oordeelen. Yertel my eens eerst: waar en hoe heeft zy dat ver raad van Van Bergen ontdekt?" Adèle is niet meer achterhoudend. Achter eenvolgens weet zy mevrouw Yan Dalen alles mede te deelen, tot zelfs in de kleinste byzonderheden, welke Emma haar heeft toe vertrouwd. Mevrouw luistert aandachtig, verdiept zich in allerlei gissingen, poogt zich alles te her inneren, wat by oom Adeldom heeft plaats gehad, doch alles wat Adèle haar vertelt, is moeilyk in verband te brengen met plaats, tyd en met de personen op dien avond. „Weet Emma wie haro rivale is?" vraagt mevrouw Yan Dalen eensklaps. „Emma heeft maar ééns een naam ge- zyn echter oven fanatiek als de anderen. Hun leider is Moineau, die dezer dagen veroor deeld werd. Hy was vroeger luitenant in het Belgische leger en zeer geacht door zijne superieuren en zyne kameraads. Toen hij echter tot de anarchistische theorieën overging, wilde hy niet meer gecommandeerd worden en nam zyn ontslag. Later was hy nog eenigen tyd beambte by de „Compagnie des Waggons-lits," te Parys. Hy was de ziel der Luiksche party en werd sinds lang door de politie bewaakt. In de stad zelve vinden de anarchistische theorieën overigens weinig aanhangers, wel in de industriëele gedeelten der omstreken. Do lieden zyn daar zeer stijfhoofdig en het is niet waarschijnlijk, dat de laatste veroor deelingen veel verandering in den toestand zullen brengen. Opmerking verdient het nog, dat de socia listen en de anarchisten in de omstreken van Luik elkaar zeer beslist tegenwerken. Zoo kwam het, dat verleden jaar de werklie den van Ougrée, Jemappe, Tillens enz., plaatsen waar Moineau en Lacroix veel invloed oefenden, weigerden te gehoorzamen aan de oproeping tot werkstaking, uitgaande van de socialistische partijhoofden. Ten slotte nog iets van de werklieden in de stad Luik zelve, meestal wapensmeden. Zooals reeds gezegd is: do anarchisten vin den onder hen weinig aanhangers en dit is niet omdat zy het zoo goed hebben het tegendeel is meestal waar maar de wapen smeden werken byna allen thuis en zy houden onwrikbaar vast aan het oude Luiksche ge zegde: „een arm man is koning in zyn huis". Daardoor hebben zy zelfs weinig sympathie voor de algemeene eischen van den werkman en de socialisten hebben de grootste moeite gehad hen het algemeen stemrecht te doen vragen. De Luiksche dynamietmannen zullen waarschijnlijk op 26 dezer voor het Hof van Assises verschijnen. Italië. De heer Cavaletti heeft zyn voornemen aangekondigd, den minister van buitenland- sche zaken in de Kamer van Afgevaardigden to interpelleeren over een opstel, dat aan prins Yon Bismarck wordt toegeschreven en over het drievoudig verbond handelt. Dit opstel is in de „Hamburger Nachrichten" verschenen. Groot-Britannië. Goron, de chef van de veiligheidspolitie te Parys, en Gaillard, de inspecteur, zyn te Londen aangekomen, ten einde Mathieu op te sporen. Zij trachten ook inlichtingen te ver krijgen omtrent eenige andere anarchisten. Rusland. De Russische regeering zal een spoorweg aanleggen lang de Narew-rivier (eene zijrivier van de Bug), in de richting van de Pruisische grenzen. De aanlog heeft alleen eon krijgs kundig doel en zal meer dan 4l/2 millioen roebel kosten. De byzonderheden van de plannen van baron Hirsch, tot overbrenging van Israëlieten naar Amerika, z\jn thans door de Russische regeering goedgekeurd. WE§T-rV!)IË. SURINAME, 22 April. Aan den heer H. Van Breen, districtscom missaris van Beneden-Cottica en Beneden- Commewyne, is wegens ziekte buitenlandsch verlof naar Europa verleend voor den tyd van een jaar, in te gaan op den dag van zyn vertrek. De lieer M. Nassy, districtscommissaris van Boven-Suriname en Bovon-Para, is met tijdelijke ontheffing van zyne tegenwoordige betrekking, belast met de waarneming der functiën van districtscommissaris van Beneden- Cottica en Benedon-Commewyne, terwijl de beer "W. L. Ten Harmsen van der Beek districtscommissaris van Beneden-Suriname en Beneden-Para, tydelyk belast is met de waarneming der functiën van districtscom missaris van Boven-Suriname en Boven-Para. In de op 20 April gehouden openbare vergadering der Koloniale Staten is met algemeene stemmen mr. Henri Benjamins tot griffier gekozen. De heer Loth, die den 15den Januari naar do Lawa vertrok, ten einde dwars door het voormalig betwiste gebied een troié te maken naar de Tapanahony, is genaderd tot de Gonini-rivier. De beide armen dier rivier zijn ter eere van Hare Majesteiten door den heer Lotli gedoopt met de namen van Emma-rivier (de oostelijke arm) en "Wilhelmina-rivier (de weste lijke arm). Gemengd Nleawi. Te Neede is een daglooner onder de vreeselyksto pijnen aan bloedver giftiging overleden. De man' had de vorige week geholpen om eene koe, welke plotse ling gestorven was, te villen, na zich een paar dagen te voren met een mes eene kleine wond aan den pols te hebben toegebracht. Uit Reeuwyk wordt gemeld dat dit voorjaar tal van baarzen, zoowel groote als kleine, plotseling sterven. In de veen- plassen en slooten ziet men dan ook menig kadaver dryven. Orkaan in den Indischen Oceaan.- I In het Engelsche Lagerhuis deelde de heer De Worms gisteren mede, dat hy een telegram heeft ontvangen van den gouverneur van Mauritius over den orkaan, welke dat eiland teisterde. Een derde deel van Port-Louis is ver woest. De Koninklijke Academie, 24 kerken en een aantal suikerfabrieken buiten de stad zyn vernield. Te Port-Louis verloren 600 per sonen het leven en op het land 300, terwijl meer dan 1000 personen gewond zyn. Dj materiëele schade is ontzaglijk groot. Yrees voor hongersnood bestaat er niet. Er zyn maatregelen genomen om hulp te bieden. De orde is niet verstoord. Met het oog op de duizenden dakloozen is geldelijke steun dringend noodig. Yolgens een telegram uit Chicago leden dj westelijke Staten nooit zulk een groot verlies aan menschenlevens en bezittingen, als in da laatste veertien dagen. De Staten Iowa, Illinois, Nebraska ei Missouri zyn gedeeltelijk overstroomd. He: spoorwegverkeer en de handel zyn belemmerd Do schade bedraagt millioenen dollars. noemd en als ik my wèl herinner, noemde zy haar Johanna." „Johanna?" herhaalt mevrouw Yan Dalen met verheffing van stem. „Toch niet myne of onze Johanna? Neen, dat is bespottelijk! Zoo iets kan niet Johanna is een zedig, achtbaar meisje", en mevrouw verwerpt aan stonds elk denkbeeld, dat hare Johanna in staat van beschuldiging zou kunnen stellen. „Is daar iemand?" roept mevrouw eens klaps. Geen antwoord. „Yreemd, ik meende iemand aan do deur van het boudoir te hooren; misschien mj[jne lieveling." Mevrouw staat op, tuurt rond, maar ziet niemand, die onbescheiden genoeg is, het vertrouwelijk gesprek van de beide dames af te luisteren. Mevrouw had zich echter vergist. Er was wel degelijk iemand, die de misdaad van luisteren had begaan. Johanna zelve. Toen zy voor de eerste maal onverwachts was binnengekomen, had zy .aanvankelyk niets gehoord dan Adèles geheimzinnige verklaring. Eerst boorde zij over Yan Bergen het schul dig uitspreken, daarna over eene liaison... Dat was voor haar genoeg geweest, om, het kostte wat het wilde, elk woord van dat veel- beteekenend onderhoud te vernemen. Eer- inwendige stem beschuldigde haar persoonlijk Daarom verliet zy onmiddellijk het vertrek, maar nauwelijks was zy den drempel over, of het was, alsof zy verdere onthullingen hoorde. Toen werd haar de verzoeking t« machtigzy bleef als aan den grond genageld staan. Zij moest, zy zou alles weten. 0 wanneer hier eens een misverstand heerschte; wanneer zy onwetend het geluk van d:: jonge huishouden had verstoord? Daar hoorde zy haren naam; elke twy:: week. Toen vluchtte zy weer naar datzelfc kamertje, binnen welks muren zy reeds z-:i dikwyls hare innigste ontboezemingen h,- geslaakt. Johanna wist niet of zij lachen, juichen schreien zou. Eindelijk was zy gewrokenZy heeft ge<^ laagheid begaan, zy is haar woord gestae* gebleven, maar een werktuig in de hand da wrekende gerechtigheid geworden. Gerechtigheid!? Had zy niet de oud;'* rechten? Heeft het niet aan haar gestaan om zyne liefde te beloonen? Al was zy eer* burgerdochter, was zy dan geene vrouw (Wordt vervolgd

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1892 | | pagina 2