H», 9822.
A*. 1892.
Qeze 'Courant wordt dagelijks, met uitzondering
var. Zon- en iïezstdanen, siitregeven.
Derde Blad.
Feuilleton.
Leiden, 27 Februari.
Maandag 30 Februari.
1L/
PRIJS DEZER COURANT:
foor leiden per S rc*r.ndan1.19.
Pr«iCü per pont1.40.
ii£\u'Or>rlijh* Nonrnw4.vè
O o c «-■
PRIJS DEP. AD 7 ^T''i i' L
Vin 16 regel* ƒ1.05. Ir.? r- - (-.l r f 0 i .'4-
Grnotor* lettor* our pl r;irote. - Vc>: v,ï
mc*<S'.*crOO LOltea «te -li.!.' r J: rv j MTrlr.i
ONZE KINDEREN.
„Als 't kindje binnenkomt, laclit heel het
huisgezin," zegt do dichter. Gelukkig do
mensch, die onder de bekoring van oen kinder
oog komen kan!
Oudore menschen, die kindervrienden zich
betoonen, ztfn daarom reeds aantrekkelijke
figuren. In onze liefste herinneringen spelen
zjj eone hoofdrol.
Dat onze ouders zoo hard hebben moeten
worken in de wereld en het huis, om or.s
te verschaffen, wat wy noodig hadden, is
niet de reden, waarom ze zoo in dankbare
herinnering bjj ons voortlovenmaar dat w\j
op schoot of knie hebben gezeten, terwijl z\j
zoo gezellig verteldendat ze zoo nu en dan
ons door de lokken stroken en lachend toe
knikten, maakt, dat z\j zulk een blgjvenden
indruk hebben gemaakt. Naast dezen, groot
vader en grootmoeder, oom en tante, onder
wijzer en onderwijzeres, die öf altyd iets
hadden, waarmede de kinderhand govuld
werd of altyd oor hadden voor wat ons ver
blijdde en druktew\j hebben van het ver
leden eeno beeldengalerij aangelegd on daarin
staat hun beeld, met oen sierlijken krans
omlyst, door kinderlijke dankbaarheid hun
geschonken.
Stel tegenover hen anderen. Ouders,
die hot wèl met hunne kinderen meendon,
het mot hunne verzorging, o, zoo druk had
den en daarom geen slag er van, geen tijd
er voor hadden, zich eens flink met de jeugd
te bemoeien, met de kleinen te spelen.
"Wat eene ongelukkige herinnering hebben
sommigen aan het ouderlijk huisl Ik ken
een gezin, waar do moedor, als 's avonds do
kinderen, nadat zij hot schoolwerk gemaakt
hebben en nog wat in de gozelligo huiskamer
willen toeven, tot hen zegt: „Toe, kinderen,
blijft nu nog wat spelen in uwe eigen kamer
of gaat naar bed, want vader komt straks
thuis en ge weet wel, hij houdt niet van
die drukte." Vader is in de oogen dier klei
nen, dier knapen en meisjes, zeker een heel
gewichtig persoon, maar met oen weinig aan
trekkelijk gelaat.
Sommige menschen komen niet by u op
bezoek, vóórdat de jeugd ter ruste is; anderen
zijn danig uit het humeur, als in den spoor
wagen, waar zy rustig zitten, oene moeder
met een kind komt. Onze herinnering spreekt
ook van knorrige oude menschen; wy had-
Voorheen en Tliaus.
den en onze kinderen hebben fijne voelhorens
het kind weet wel, dat ky voor zulke lieden
maar uit den weg moet gaan.
Het is in ons eigen belang don omgang
met hot kind te zoeken. By kinderen, by
jonge menschen is zooveel meer frisscho
levenslust dan b\j ons; wy hebben het wel
oens noodig, dab van hun rykdom iets over
ons kome. De opgewektheid, de stoute ver
wachting, de hoop, die er in lien is, kan ons
ton goede komen, ons, die door des levens
ernst zoo vaak gedrukt worden.
Dat de oudore bij den omgang met jonge
menschen voor dwaasheden zich te wachten
heeft, is duidelyk. Er is een leeftyd, waarop
kinderschoenen niet m9er passen, al worden
zy met de beste bedoeling aangetrokken.
Ook als wy ouder worden, moet in ons
biyven die heerlijke aantrekkelijkheid, welke
aanleiding geeft dat het jonge leven vol ver
trouwen zich naast ons stelt mot de nooit
toleur te stellen verwachting, dat gy begry-
pen kunt, wat er in hun hoofd en hart
omgaat.
Ouderen, in wier omgeving de kinderen
durven spelen, tot wie joDgens en meisjes
durven spreken van hunne illusion, bezorgen
zich eene grysheid, die niet de vernietiging,
maar slechts eene andere kleur is voor do
jeugd; snel blijft do polsslag des levens, als
de grysaard wandelt aan do hand van het
kind, door hem geleid en hem tot leidsman.
Het kind is de mensch der toekomst.
Wee hem, die dat niet begrijpt! Men kan
zich gaan inbeelden dat alle ontwikkeling
der vorige eeuwen uitloopt op de hoogte,
welke wij hebben bereikt, en meenen, dat
nu het hoogste, het beste is verkregen.
Menschen op leeftyd, die dit meenen, zyn
onuitstaanbaar.
Het volgend geslacht zal meer woten dan
wy, beter en schooner hot loven leiden dan
het ons vergund was te doen. Wy zien verder
dan de vaderen, omdat wy staan op hunne
schreden; zoo zal het ook zijn met hen, die
na ons komen, na kortoren of langeren tyd
onze plaatsen bezotten zullen. Wy vormen
daar één schakel in de keten dor ontwikke
ling, welke de geschiedenis van het mensche-
lyk geslacht ons toont.
De kinderen zullen, zoekende naar die hoo-
gere kennis, naar die betere levensopvatting
mistasten, dwalen; wy deden het ook, toen
wy' jong waren; maar de goede genius, die
over de menschheid waakt, zal hen niet in
die dwaling laten.
By het betreden van dien nieuwen berg
weg kunnon wy veel goeds doen door hen
te zegenen. Zegenen met do door ons ver
kregen ervaring, zegenen ook doordat zy ge
voelen, dat wy vertrouwen in hen stellen.
Durft leven mot, durft gelooven in een
kind; het zal zich met vertrouwen plaatsen
op uwe schreden en de dwalingen leeren
myden. Als wy, zóó het jonge geslacht aan
ons bindende, by 's levens avond nieuwe
lichtstralen bespeuren, welke vroeger niet
werden gezien, dan zullen wy ons verblijden,
heengaan met de overtuiging, dat het werk
door ons aan goede handen is toevertrouwd.
Leeft met, hebt vertrouwen in en eerbied
voor het kind!
Benoemd is tot brievengaarder, tevens
belast met den dienst van het te stichten
Eyks-telephoonkantoor te Katwijk aan den
Rjjn, de heer H. Joh. Mes, te Leiden.
Vanwege de afdeeling Noordwyk en
Omstreken van de Hollandsche Maatschappij
van Landbouw, wordon onderhandelingen ge-
voord omtrent de oprichting eener room
boter- en kaasfabriek te Noordwjjk of in den
omtrek dior gemeente.
Z(jn onze information juist, dan mag het
welslagen der zaak als verzekerd worden be
schouwd.
Een 80-tal ingezetenen van Noordwjjk
heeft zich bj] adres tot den gemeenteraad ge
wend ter ondersteuning van het verzoek om
subsidie, ingediend door do Noordwjjksche
Stoomboot-Maatschaprij voor don dienst Noord-
wijk—Leiden.
Er word gemeld dat tot eersten ambte
naar ter secretarie te Katwijk was benoemd
de hoer G. B. Werther te Zoeterwoude, dit
moet zjjn Hazorswoude.
Met ingang van 1 Maart a. s. is benoemd
tot brievengaarstor te "Woubrugge, mejuffrouw
M. H. Sprujjt, geagreSerd klerk ten post- en
telegraafkantore te Boskoop.
De zittingen van den Militieraad voorde
gemeente Zoetermeer zullen worden gehouden
in het lokaal 2do Wagenstraat No. 119, te
's-Gravonhage, en welde 1ste zitting op
Vrjjdag 18 Maart, en de 2de zitting op Woens
dag 13 April a. s., beido des morgens te 10 uren.
De nieuwe postwet zal, gelijk men weet,
met 1 April a. s. in werking treden.
Ze is nog uit de vry aanzienlijke nalaten
schap van onzen minister Havelaar. Bjjnaeen
jaar verliep reeds sinds hare aanneming in de
beido Kamers. Een korte herinnering van de
voornaamste voordeel n. - elke ze biedt, is
daarom zeker voor vein niet ondienstig.
Ziehier do hoofdzaak
Het briefport is vast; - - In als volgt: voor
brieven van een gewicht van niet meer dan 15
gram 5 cent; boven 15 tot en mot 200gram
10 cent; boven 200 tot en me: 500 gram 15
cer.t, en voorts voor elk meerder gewicht van
500 gram of een gedeelte van 5i '0 gram 5 cent
daarboven.
Bjj bestelling echter van een brief van een
gewicht van niet meer dan 200 gram binnen
den kring van het post-of hulpkantoor, waar
die ter post is bezorgd, bedraagt het port
(hot z.g. stadsport) voor olken brief: van een
gewicht van niet meer dan 15 gram 3 cent,
boven 15 tot en met 200 gram 5 cent.
Het port der gedrukte stukken bedraagt
voor een gewicht van niet meer dan 25 gram
1 cent-boven 25 tot on met 50 gram 2 cent
boven 50 tot on met 75 gram 3cent; boven
75 tot en met 100 gram 4 cent; boven 100
tot en met 150 gram 5 centboven 150 tot
en met 250 gram 7'/. cent; boven 250 tot
en met 500 gram 10 cent; boven 500 toten
mot 750 gram 12'/3 cent; boven 750 tot en
met 1000 gram 15 cent, en voorts voor elk
gewicht van 1000 gram of gedeelte van 1000
gram 2'/s cent daarboven.
Het port van nieuwsbladen, met of zonder
bijvoegsels, bedraagt per noma, r of exemplaar
voor een gewicht van niet meer dan 40 gram
Vo cent; boven 40 grarn tot en mot 150 gram
1 cent, en voorts voor elk nieorder gewicht
van 50 gram of van eon godeelte van 50
gram cent daarboven.
Hetzelfde port in verhouding tot het ge
wicht is van toepassing op du bijvoegsels bij
afzonderlijke verzending
Do heffing van hot bovenvermelde port
kan, op te bepalen wjjzo, mede by abonne
ment geschieden.
De frankeering van nieuwsbladen kan echter
ook geschieden naar het tarief, voor do go-
drukte stukken bepaald.
Het port der monsters bedraagt 2'/» cent
per 75 gram of gedeelte van 75 gram.
By aanteekening is verschuldigd boven liet
gewone port: een vast recht van 10 cent;
bij aangifte van geldswaarde oen opklimmend
recht niet hooger dan 2'/, cent voor elke
100 gulden of gedeelte van 100 gulden.
By postwissels zal niet meer mogen worden
geheven dan 5 cent voor een bedrag van
ƒ12.50 of gedeello van 12.50, met dien ver
stande echter, dat voor bedragen tot ƒ5 geen
hooger recht kan worden geheven dan van
2'/, cent.
3.)
Het eerste weigerde ik natuuriyk, maar
tot het tweede gaf ik mjjne toestemming,
onder hot stille voorbehoud, dat de spraak
zame mama bij haren echtgenoot zou bly ven,
xat dan ook geheel mot diens eigen begeerte
overeenstemmen moest. Als het hun aan stof
tot spreken ontbreken mocht, gaf ik hun
volkomen verlof om hun zestienjarigen zoon
I bjj zich te houden.
I Toen de tafel was afgeloopen, wachtte mjjn
jonge gids my reeds aan het uiteinde van
I bet terras.
,Schoone wijn", zoide hjj tot mjj, by wijze
I van dankbetuiging voor de flesch, waaruit ik
I v66r het diner een paar glazen met hem ge-
I dronken had en waarvan ik hem het overige
I voor zyn middagmaal had gegeven.
,Ik hoop niet dat hjj je naar het hoofd
I is gestegen?"
.Neen", zeide hjj, „maar al was het zoo,
I gij zoudt er geen berouw van hebben: eon
I kleine dronk wekt den geest op.Gaat de
familie Kyfziek mee?" vroeg hy met een blik
I op myne landgenooten, die ons naderden.
„Gy hebt er toch niets tegen?"
„Integendeel, do dag zal er beter door
worden 1"
„Dat hoop ik voor u, maar zos menschen
den weg te wyzen, ls niet moeilijker dan één."
„Meent gy dat?" zeido do gids. „Als ik
naar den circus ga, moot ik betalen en toch
kost het den paardryder dezelfde moeite om
zyne kunsten uit te voeren of er één dan wol
honderd naar hom kyken."
„Gy bebt volkomen golyk, gids", erkende
ik; „vooruit!"
Weldra had hy zich van de sjaals der
dames meestergemaakt, aan papa gezegd dat
het een prachtige tocht zou wezen en zich
de vriendschap verworven van het jonge
mensch, door te onderstellen, dat deze zeker
verstand had van planten en insecten en dat
hy hem zeldzame exemplaren bezorgen zou.
Het kasteel, waarheen de gids ons bracht
en dat voor allo logés van Streitberg onver-
mydelyk het doel van een hunner tochten
in den omtrek was, lag op een uur afstand
van de badplaats. Een uur volgens den
eigenaar van het hotel en de gidsen, maar
minstens zeven kwartier voor de logés. De
weg was fraai, het weer ook, het gezelschap
was door het byzyn van den vreemdeling tot
den vrede gedwongen en veroordeeld zich tot
bedekte hatelykheden te bepalen. Maar aan
den gids ontgingen zo niet; nu en dan wierp
hij mij een blik van verstandhouding toe en
beet op het rietje, dat hy in den mond hield,
want toen ik hom eeno sigaar had gegeven,
zeido hy ze later te zullen opsteken, omdat
hjj nooit rookte in tegenwoordigheid van
dames.
„Die knaap is beleefder dan sommige
beertjes", merkte do jongste dochter op met
ten blik op haren broer.
„Mijne zuster kan geen tabaksrook ver
dragon", zeide het jonge mensch tot my.
„Wel van heeren, die rooken zooals het
behoort, maar jongens dampen zoo en blazon
den menschen altyd den rook in hot gezicht."
Eene volle bouffée was het antwoord op
deze opmerking.
Myn gids zag het en zyn oog lachte niet
meer. Van dat oogenblik af vertelde hy alle
merkwaardigheden aan de achttienjarige, die
zich ook van hare zyde by den knaap aan
sloot. Ik houd mo overtuigd dat de jongen
verliefd op haar was en dat zy het by intuïtie
wist, al zeide zy niets waaruit dit blyken
j kon. Gevoelig voor die hulde, was zij ook
i zeer welwillend voor den jongen gids en ik
j zag met genoegen die wisseling van kleine
- diensten en goede woorden, die naïeve, schul-
deioozo liefdesgeschiedenis, welko morgen
roeds tot de herinnering zou behooren, mis*
schien wel tot do levenslange, en, naarmate
zij ouder werden, door dien afstand in ge
wicht zou toenemen. Ik kon mo zoo levendig
voorstellen, lioe over twintig jaar deze ont
moeting eeno levensgebeurtenis zousohynen,
althans voor het jonge meisje en misschien
ook voor den gids, die onder den invloed
van zyne flesch wijn do zaken anders inzag
dan zy waren.
Eindelijk hadden wy do plaats van be
stemming bereikt.
Het kasteel was bewoond en niet bewoond.
Het was voel te vervallen om tot verblyf te
strekken van eeno familie van aanzien, maar
de benedenvertrekken waren nog niet zóó
vergaan, of zij konden nog gebezigd worden
tot werkplaats of magazijnen.
Er woonden eenigo handwerkslieden in en
een verhuurder van ezels had er zyn stal;
voorts wees men ons in een toren een ver
trek aan, waar een tydlang, nu reeds jaren
geleden, een schilder den zomer had doorge
bracht en dat daaraan zyn naam van atelier
ontleende, maar thans voor bewoning niet
meer vatbaar was.
Wordt emiolyd.)