Oom I- si ^«1 IV ion TV MU Men schrtyft :i j-n de „H&arl. Crt.": De „Zuid-Hollandsche Leerhoevo voor zui velbereiding" te Oudshoorn is alzoo haren mildon stichter, mr. D. Visser van Hazers- woude, in den dood gevolgd; dit is, afge scheiden van de geopenbaarde symptomen der laatste ziekte, tor plaatse het treurig feit van den dag. Zy, die het geboortefeost dier grootsche inrichting voor oen drietal jaren mochten medevieren, zullen ongetwijfeld door dit doodsbericht treurig zich voelen aange daan. Van al de opgetogenheid en sympathie betuigingen van toen niets meer over dan gesloten gebouwen on stilstaande werktuigen, overtogen met hot somber waas van teleur- hesteldo verwachting en ontmoedigend échec Vraagt men nu er' de ïyderes al aanstonds levensvatbaarheid m:^to, dan moet het ant woord beslist ontkennend luiden. Integendeel erkenden de meest verstokte boeren, en dit is eene veelbeteekenende vrucht van haar kort stondig bestaan, hare nuttige strekking, doch de opvoeding en leiding van het wicht waren niet gezond, to doctrinair, te liefhebberij achtig. Als men de verschillende leeraren als heeren, dos morgens om tien uren, heel geleerd, met een boek onder den arm, naar de inrichting zag wandelen, en de boerin hoorde klagen, dat de noodige handen ont braken om al de werkzaamheden behoorlijk op tijd te kunnen verrichtenals men den boer hoorde verzekeren dat b. v. het afnemen on keeren der kar. uit gebrek aan behoor lijke arbeids verdeel in,in stede van dagelijks, zoo maar eens af en toe kon geschiedenals men, in plaats vun echte Cfoudscho kaas te maken, zich in het maken van afscheppers ging vermeien, enz., onz.als het toezicht op de ^evoedering en het melken onvolledig bleek on de van elders aangebrachte melk geen echte boerinuenzorg had gonoten, zie, dan profeteerde iedere boer den ondergang der onderneming, maar steeds met het refrein: „dat het jammor was, omdat or zooveel goeds in stak." Het boerenbedr och is de boer en de boerin: beiden, in inzonderheid do laatste, leven in en met het zuivel tot het is afge leverd, en het geini.-. hiervan was inderdaad de eerste ziekte der patiënt, die ten laatste aan uitputting overleed. Boeren en boerinnen worden zoo maar niet met theoretische los-en geformeerd; zy moeten door do praktik van kindsbeen worden aan gekweekt. Men staat vaak verbaasd van het causaal verband van duizend kleinigheden in het boerenbedrijf, waarvan de kennis alleen langs empirischen weg is te verkrijgen en die toch hoof (factoren vormon, welke niet straffeloos kunnen veronachtzaamd worden. De boerin b. v weet, dat als zij maar ge kookte aardappelen nabij den room in den kelder zet, do smaak van de boter het moet ontgelden, enz., enz., en juist zulke kleine zaken bereikten het bewustzijn der zuivel- school-studonten niet. De theorie was hoofd zaak; de praktijk werd veronachtzaamd, omdat de leidende elementen die niet kenden en telden. „Den landbouw te hulp komen" is tegen woordig een modewoord geworden, waarmede men het panacee meent gevonden te hebben tegen alle kwalen in het boerenbedrijf, maar mon ziet voorbij, dat het „herziet u-zelven" inzonderheid don boeren gelden moot, want een waarlijk goede boor of boerin heeft goene hulp van buiten noodig. Die goede boeren en boerin nen aankweeken is dus hoofdzaak on omdat de vorderingen der wetenschap ook in don boerenstand moeten doordringen, daartoe zijn de zui elscholon noodig. Maar dan moeten het ook scholen zijn voor theorie en praktijk beiden, on aan dezen eisch voldood de Zuid-Hollandsche Leerh« >ove goonszins. Mogen andere soortgelijke inrichtingen mot deze droeve ervaring haar voordeel doon! Te Haarlem hebben Dinsdag in oon gedeelte der Jansstraat velen de vlag uitgestoken ter eere van eon gouden echtpaar, met name don heer Johannes Hendnkus Van Ruyven en zijne echtgenoote mej. Alida Smits. De bruid is goboren te Noordwy'k 25 Maart 1809 en do bruidegom te Delft 5 Maart 1816. De heer Van Ruyven is, naar de „Haarl. Ct." zegt, waarschijnlijk een der laatste afstammelingen van Klaas Van Ruyven, schout van Haarlem, die Mei 1492 door het Kaas- en Broodvolk word vermoord en wiens aan stukken gehouwen lichaam aan zijne vrouw in oeno mand werd thuis gozondon mot het navolgende kreupel versje: „O vrouwke van Ruyven Aan deze Boudikens kundet gi kluyven." Het „Vad." meldt dat de minister van justitie do aandacht van den pioc&reur- generaal to 's-Hertogenbosch op de versprei ding van het blaadje „De Talmudjood" heeft gevestigd, en hem uitgenoodigd, als daarin artikelen voorkomen, in strijd met de strafwet, de verspreiders strafrechterlijk te vervolgen. Uit Renkum meldt men: Het is thans zoogoed als zeker, dat de cursus in zuivelbereiding alhier zal doorgaan. Er hebben zich reeds 30 meisjes voor deel neming aangemeld en men verwacht dat dit getal nog bolangryk zal toenemen. De heor J. T. M. Lo Maïtre alhier heeft welwillend zijne boerderij voor het houden van den cursus beschikbaar gesteld. Verschillende landbouwers, die tot heden bij het botermaken geen thormometer ge bruikten, hebben zich reeds zulk een onmis baar voorwerp aangeschaft. De rechtbank te Heerenveen heeft vonnis gewezen in de bekende zaak der nachtulyke indringers bij Menger, te Noord- wolde. Do beklaagden zijn veroordeeld als volgt: Jan Velt tot 8, Willem Velt tot 6, Jan Bosma tot 2 en Sake Bosnia tot 1 jaar govangenisstraf. Op den stal van don heer De Lange, ia de Friescho gemeente Weststelling werf, is onder de koeien het miltvuur uit gebroken. Terwijl door het comité der Friesche Volkspartij is besloten in plaats van oene provinciale meeting op 1 Mei eenige kleine meetings te organiseeren, zal vanwege do sociaal-democratische afdeeling Leeuwarden op 1 Mei te Leeuwarden eene nationale mee ting worden gehouden. Als sprekers zullen optreden de heeren Domela Nieuwenhuis, Fortuyn, Van Emmenes, Helsdingen en Luitjes. By den aanbouw der niouwe hervormde kerk to Apeldoorn is de broeder van den aannemer, door een misstap, van een steiger gestort. Hy werd zwaar gekneusd. Uit Bari, in Italië, wordt gemeld dat men op de trappen naar de kerk te Rosario de lijken gevonden heeft van twee grijsaards, van honger omgekomen. Men meldt uit Nieuw -York dat de heer Frank Melbourne, do uitvinder van den kunstmatigon regen, binnenkort in Mexico wordt verwacht by eon rijk grondeigenaar, die bij hem verschillende regendagen heeft besteld. Voor hoeveel per dag en per droppel Een staaltje van de Chineesche dagbladpers. Do to Tientsin verschijnende „North China Daily News" bevat het volgende gewichtige politieke nieuws uit Europa: Uit Duitschland wordt ons gemeld wij deelen het echter onder voorbehoud mode dat de Duitsche keizer Prins Von Bismarck benoemd heeft tot koning van Zwitserland. Een 5 5 meter hooge schoorsteon is in eene fabriek, te Cleckheaton, by Bradford, naar benedon gekomen. Van do werksters (het is eene fabriek van geweven stoffen) werden 6 gedood en 10 gewond. Sommigen waren nog onder de puinhoopen bedolven. Men is ter stond aan het werk gegaan om de ongeluk- kigen te bevrijden, waarbij slechts lamplicht kon worden gebruikt, daar de gasleiding ver nield werd. Nader wordt gemold dat thans in 't geheel 12 lyken te voorschijn zyn gebracht. Omtrent twee werklieden, die op het oogenblik van de instorting in de fabriek waren, heeft men nog geen zekerheid. Toen de schoorsteen op het punt stond te vallen, stonden verscheidene werklieden dicht b|j den voet. Zij bemerkten het dreigende gevaar evenwel en ontkwamen. Onder de nieuwsberichten, welke de laatste post uit China bracht, vindt men ook hot volgende vermeld: Gedurende do week van Kerstmis heerschte de influenza sterk in Tientsin en de onder koning Li Hung Chang was ernstig ziek. De Engelsche geneesheer, dr. Irwin, die te hulp geroepen was, had do grootste moeite om zyne voorschriften opgevolgd te krijgen, daar de familie van den onderkoning zich ver zette. Do kachel word uit de ziekekamer ver wijderd, omdat het tegen de Chineesche be grippen was om de kamer te verwannen, terwijl verlangd word dat een Chineesche arts zou komen. De onderkoning, ondersteund door zijn jongsten zoon, hield zich echter flink. Het tijdstip van zijn overlijden werd door de gansche familie op 22 December, den dag van den winter-zonnestilstand, vastgesteld en ten slotte begon Li dat ook te gelooven. Twee dagen vóór dien dag kwam er echter eene verandering in zyne ziekte en werd hy gaan deweg beter. KOLONIËN. BATAVIA, 23 29 Januari. (Vervolg.) Volgons bericht van den chef over den ge neeskundigen dienst, zyn in het district Bo- gorame (Japara) behandeld: 301 choleralyders, waarvan er 188 zyn overleden, terwijl te Kotta- Radja en Oleh Leh waar de cholera op 5 December jl. heeft opgehouden epidemisch te heerschen van af 20 November tot en met 8 December jl. 53 lijders met 29 dooden zyn voorgekomen. (Jav. Ct.) "Wogens de duurte der levensmiddelen in de afdeeling Deli der residentie Oostkust van Sumatra is bepaald, dat ook gedurende het jaar 1892 aan de aldaar gelegen troepen tegemoetkomingen zullen worden uitgekeerd. Van den resident van Timor en Onder- hoorigheden is door de regeoring het volgend telegram ontvangen: Koepang, 12 Januari. „Omtrent gezondheids toestand en politieke toestand geene bijzon derheden; do influenza op Timor onder de paarden is geweken." De benoeming van den kolonel Van Ham tot commandant der 1ste militaire af deeling op Java to Batavia, wordt dezer dagen vorwacht. In het groot militair-hospitaal te Batavia is overleden de gepensionneorde kapitein dor infanterie Van der Schoor. Van welingelichte zydo verneemt het „Bat. Nbl." dat het lid in den Raad van Indi mr. Bergsma, in April a. s. 's lands dienst met pensioen zal verlaten en passage tegen dien tyd heeft besproken, ten einde te repatrieeren. Ton vervolge van zyn in de „Javasche Courant" van 19 dezer opgenomen telegram, is door de regeering van den resident van Semarang het volgend telegraphisch bericht, gedagteekend 18 dezer, ontvangen: „Volgens bericht van assistent-resident Demak was waterstand 15 Januari in Toen- tang- en Grogol rivieren hoogcr dan tien dezer en liep water over linkerdyken; dientenge- volgo z(jn die dijken op verschillende plaatsen doorgebroken en afgeschoven. Waterstand was 16 dezer zakkende". In het „Bat. Hbld." wordt in een arti kel, getiteld: „onze hinderlagen op Atjeh", ant woord gegeven op de vraag hoe het toch mogelijk is, dat wy telkens en telkens door de Atjehers overvallen worden. Sedert de kolonel Pompe van Meerdervoort aan het pacificeoren is, worden iederen avond en eiken nacht patrouilles van 15 a 18 man met een luitenant of onderofficier als comman dant uitgezonden, om zich in de nabijheid der ceintuurspoorbaan in hinderlaag te leggen. Daar de Atjeher heeft opgemerkt, dat die pa trouilles iederen avond langs of naby de spoor baan moeten marclieeren om op de plaats van bestemming te kunnen komen, kwam hy ook al spoedig te weten welke voor hem de ge schiktste punten zyn, van waar onze patrouilles het best zyn aan to vallen. De bestudeering der zaak wordt den Atjeher zeer gemakkelijk gemaakt, daar hy eiken avond tusschen alle posten hetzelfde ziet gebeuren. De schr. geeft eene opsomming van de ver liezen, welke door den vijand aan deze patrouilles tusschen 7 Juli en 26 Nov. z(jn toebracht, en vervolgt dan: „Resumeerende, zien we dus, dat sedert het optreden van den kolonel Pompe van Meer dervoort, van de op hinderlaag uitgezonden of te hulp gosnelde patrouilles onze verliezen bedroegen aan: gesneuvelden1 officier, 2 onderofficieren en 3 fuseliers; zwaar gewonden10 fuseliers en licht ge wonden: 9 fuseliers. Aan wapenen verloren we: 1 karabijn, 1 sabel en 2 Beaumont-geweren. En welke zyn nu de voordeelen der hinder lagen Dat men nu en dan wat kains en opium aanhaalt. Doch in myn oog is dat geen voordeel to noemen, zoolang aan enkele zoogenaamde bevriende Atjehers, van buiten de linie, licentién verleend worden om alles uit te voeren. Alleen kanonnen en geweren met projectielen en kruit mankeeren slechts op die licentiOn; anders kan men er dan ook alles op vinden. Verder worden de spoorbruggen door de patrouilles beschermd, maar daarom behoeft men er niet eiken avond op uit te gaan. En wat kan nu de vyand aan de spoorbaan be schadigen? Hy kan granaten onder de rails leggen of een paar rails opbrekendat is alles. '6 Morgens, by de veldverkenning, wor den al die gewichtige nieuwtjes ontdekt en zoo noodig hersteld, doch dat alles wettigt niet hot eiken avond uitzenden van patrouilles die elk zware verliezen lyden, zooals uit de aangehaalde voorbeelden voldoende blykt. Omtrent de ongeregoldheden te Tandj.- Balei vernemen wy nader, dat deze haar ont staan te danken hebben aan het door den Djaksa v>rkeerd uitvoeren van door den con troleur gegeven bevelen tot opruiming van massa's goederen en vuil, welke langzamer hand langs de S6t Silau waren opgestapeld, het smokkelen 's avonds vergemakkelijkten en ook de contröle by dag over ingevoerde goe deren onmogelijk maakten. In plaats van hierop het oog te houden liet hy den gedehhouders in de hoofdstraat aan zeggen, dat zy de galerijen voor hunne wonin gen hadden te ontruimen, en toen hier niet zoo dadelijk aan voldaan werd, liet hy de koopwaren met geweld verwyderen. Dit ver wekte ongenoegen en oonige honderden ont slagen en hari besaar vierende koelies pro fiteerden van de gelegenheid om eon opstootje te maken en takelden den oppasser van den Djaksa geducht toe, zoodat deze nu inwen dig zwaar gewond blykt, nadat hy oerst eenige dagen weder dienst had gedaan. Do controleur verschoen daarop met eenige gewapende oppassers en binnen een uur was de orde hersteld. Daar de oppassers echter behalve do bel hamels ook eenige gegoede Chineezen in de hurrie haddon meegenomen en het gerucht liep, dat dezen in do gevangenis mishandeld werden, bleef de stemming van het plebs zeer vyandig, ook nadat van de 13 opge- vatten slechts 4 werkelyke oproermakers bloven opgesloten. De gedehhouders durfden daarom niet ope nen en er ontstond gebrek aan ryst. De con troleur, raeonende dat daardoor ook de Maleiers ontevreden zouden worden, liet toen ook deze 4 kerols los tegen borgtocht in geld en ver zekering van de voornaamste winkeliers, dat zy er voor instonden dat dezen zich zoo noodig dadelyk weder beschikbaar zouden stellen. Toen keerden rust en vrede te Tandj. Balei terug. De oorzaak van alles is de verregaande vervuilde toestand, waarin de plaats na het vertrek van don vorigen controleur verkeert, en allerlei ingeslopen misbruiken, zooals uit stallingen, werkplaatsen en vermomde ge legenheden tot dobbelen op de publieke straat, welke krasse maatregelen tot opruiming noo dig maakten. De twee belhamels, die den oppasser van den Djaksa zoo verwondden, zyn, jammer ge noeg, dadelyk gevlucht. Deli-Crt Aangaande de Pahangsche onlusten ver neemt men dat in het district Bentong vyf bentings zonder slag of stoot genomen en eenige kampongs verwoest zijn, terwyl de vyand zich aan den benedenloop der rivier bevond. Uit een bericht uit Kwala Loempoer blykt, dat hot aan de colonne Mac Namara nagezonden snel vurend kanon ergons tusschen .Sarenda en Kwala Koeboe in de modder is blijven steken. Men verwachtte het echter zonder veel moeite los te krygen met behulp van vier ponnies, die weder aan het stuk geschut zyn nagezonden en den 12den Januari ongeveer de plaats waar het zich bevindt, bereikt moeten hebben. Dapartoment van Oorlog. Overgeplaatst: De kapt. der iDf. J. W. Wrje van het subaistenten-kader te I'ailaDg, naar het eabsist.-kader te Semarang; de late luit. der art. jhr. A. F. H. Van Pelser Berenï- berg van de 2de eomp.art. (2de veldbattorij) te Baujoe-lbroe, naar do 20ste comp. art. (comp. van Celebes) te Makassar; de 1ste luit. der art. J. J Van Leeuwen van do 20ete comp. art. (comp. vat Celeb»aj te Makassar naar de 17de comp. (7de comp. vesting) art. to S&latiga, Verleend: Aan den lslon luit. der art. G. E Knoop eene maand verlof tot herstel van gezond' beid naar SoekaboGmieaan den laten luit. der iof. W. R. Van der Gronden eene maand verlof tol horstti van gezondheid naar Fort-de-Kock. Bevorderd: Bij het wapen do art. tot kapt. de lete luit. M. G. J. Kempera; tot lstcn luit de 2do luit. C. M. Kan. Verleend: Een 2-jarig verlof naar Europ». wegens 12 jaren onafgebroken dienet in N.-I., aas den Lten luit. der itf. E. O. Van Swieten. Bevorderd: Tot kol. b(j bet wapen der inf. d« luit -kol. P. T. H. Van Ham. Benoemd: Tot mil. ambt. 2de ld. do mik ambt. 3de kl. P. H Van Hal. Opgave van passagiers, vertrokkcu van Batavi» per s. „Prinses Wilhelmina", gez. 8. Turfboer, naar Europa: Kapt. iDf. J. W. Libosan met echtg. en 2 kinderen, luit. ter zee lste kl. C. J. De Viiese, oiT. admia- marine 2de kl. W. G. Erfmanu en C. J. Eeg, Fnnnav met echtg. on kind, 2 jongeheeren Vio Blommeetein, conir. B. B. 2do kl. D. D< Boer mt» echtg. en kind lid der alg. rekenkrmer W. v. d. Fiji met echtg. en kind, onderwijzer W. Ja.er Dekktr en cchtg., wed. Wachtels. C. F. Hagcnzicknr, (nasi PadaDg De 3lunuick) Hr. Ms. militairen en sekt- peüngen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1892 | | pagina 10