Benoomd J. Van Waning tot burgomeester van Oaderkerk a/d. Usel. De heer A. Th. J. Van Emmerik, laatstelijk 2de lommies by 's lands kas te Semarang, than9 met verlof bier to lande, op zyn ver zoek, wegens physieke ongeschiktheid, mot ingang van 1 Maart a. s., eervol uit. 's lands dienst ontslagen, met toekenning van pensioen. Gemengd Nieuws. Morgen zal eone oefening gehou den worden door het 2de bat. van het 4de rcg. inf. in het in- en uitladen van voertuigen, tot den troep behoorende, in spoorwagens. Hiertoe zullen de voertuigen door paarden der artillerie, welke eerst door daarin geoefende mansrhappen dor infanterie zullen worden opgetuigd, naar het station der Holl. IJzeren- Spoorweg gebracht en na de oefening weder naar de kazerne geloid worden. Ey deze oefening zal gebruik gemaakt wonden van eene z.g. noodbrug. De soldaat H. J. Van N., van de 4de comp 2de bat., 4de reg. inf., werd heden morgen om 9 uren, nadat alle pogingen om hem te verboteren vruchteloos z\jn geweest, met een briefje van ontslag uit de gelederen verwyderd, als zynde hy onwaardig om langer in de gelederen te dienen. Een gedetineerde, die gister- ochtend voor de arrondissementsrechtbank te 's-Hago bad terechtgestaan, wist, by zyne overbrenging naar den celwagen, te ontsnap pen. De nog jougdige klant zette het op een loopen en de veldwachter, trots zyn ongeveer 40 jaren verschil in leoftyd, hem na. De uit- skg van don wedloop bleok niet twijfelachtig en de bookmakers hadden zonder dralen 25 tegen 1 gezet. By de poort van het Buiten hof werd do vluchteling door een lieer togon- geboudon en door den veldwachter weer naar zijne enge woning teruggevoerd. De gebrekkige inrichting van het gebouw der rechtbank aan den Korten Vyverberg wordt als oorzaak genoemd en inderdaad biedt dit gebouw zeer gemakkelijk degelegen hei 1 tot ontsnapping. De politie te 's-G ravenhage is er dezer dagen in geslaagd een einde te maken aan bedrieglijke handelingen, welke in den laauten lyd door drie winkelknechts van kruideniers daar ter stede wordon gepleegd. De feiten droegen zich als volgt toe. De drie winkolkmchts ontvreemdden uit de pak huizen van hunne patroons verschillende winkelwaren en brachten die by een klein handelaar aldaar, die ze opkocht, maar boven dien zelf ook in den prijs, dien hij er voor betaalde, meedeelde. Door deze handel wy ze wordt laatstgenoemde dus niet alleen verdacht heler te zijn, maar ook zich aan diefstal te hebben schuldig gemaakt. Dat hier niet van kleine diefstallen of ver duisteringen sprake is, bewyst het groot aantal kruidenierswaren, dat in de woning van den opkooper word gevonden. Gehoele kisten thee, balen ryst, koffie, meel, suiker, enz. werden daar door de politie aan gehouden. Natuurlijk zijn allo vier personen achter slot en grendel gebracht. Anastay, die in Nov. 11. do barones Deltara te Parys vermoordde en hare dienst bode ernstig v onddo toen zy hem beletten wilde de geldladen te plunderen, staat thans terecht. De zaak maakt groote opschudding, omdat Anastay tot een goeden stand behoort. Hy was officier, doch moest den dienst ver laten wegens een gebrek aan zyne oogen. Ton gevolge daarvan verviel hy tot groote armoedo. Men meldt over den aanvang van het proces, {lat P.obort, de advocaat van den beschuldigde, na het voorlezen der akte van beschuldiging vroeg een onderzoek te doen instellen naar den geestestoestand van zyn client. Het O. M. verklaarde dezen stap der verdediging te betreuren en zeide dat het van den kant van Anastay eene lafheid zou zyn, zich op deze wyze aan zyne straf te willen onttrekkon. De rechtbank stelde do beslissing over dit punt uit tot na het getuigenverhoor. Dit ving hierop aan, doch levordo niets bijzonders op. Het mond- en klauwzeer is uit gebroken in het noordwestelijk gedeolte van Londen. Men meldt uit Konstantinopel, dat Woensdag-avond een aanslag gepleegd is op hot loven van den Bulgaarschen agent, don heer Yulkovitch. Een tot heden onbekend gebleven man sprong op den hee." Yulkovitch toe en gaf hem een messteek in do zyde. Do gewonde kan geene inlichtingen geven omtrent zyn aanvaller en de beweegredenen tot de misdaad zyn evenmin bekend. Een voetval voor «1e Koningin. Een ooggetuige schrijft aan het „Vaderland": In de snerpende koude stond Dinsdag morgen urenlang een arm vrouwtje in de nabijheid van het Koninklijk paleis te 's-Hage. Zo was niet jong en niet schoon meer, maar zo zag er helder en flink uit in hare landelijke kleeding. Onder haar wollen doekje verborg ze zorgvuldig haar zuigeling, maar zyzelve was als verkleumd van koude. In den vroegen morgen was zo uit hare woonplaats, een ge hucht nabij Charlois, vertrokken; lang had zij tegen armoede en ellende gestreden, maar eindelijk kon 't niet meer en ze zou naar Den Haag gaan en de Koningin opwachten en voor haar neerknielen om genade. Om genade, inderdaad, want door don eisch des rechts was ze zoo diep rampzaling ge worden. Haar man had eone fout begaan, eene groote fout hy had goederen, van diefstal afkomstig, gekocht, volgens haar in onwetend heid, want zy geloofde nog altyd, dat liy niet slecht is en hij was zwaar gestraft, voor langer dan een jaar. Daar bleef zy nu achter, met 10 kinderen, de oudste 13 jaren, de jongste op haren arm. Zo ontving eenige bedeeling een paar gulden por week, maar honger en ontbering bleven niettemin in hare schamele woning heerschen. Ze had dan ook reeds vier van hare kinderen, noode, met een bloedend hart, maar uit plicht besef, om de stumperdjes voor ellende te be waren, aan anderen afgestaan; zyzelve had nu nog voor zes kleinen te zorgen. Dat was te veel! En toen ze dan ook Dins dag-morgen van een liefdadig man, die haren toestand kende, een gulden had gekregen, was 't haar, alsof haar van den Hemel uit werd ingegeven, dat ze geen brood moest koopen en goene brandstof, maar dat ze naar Den Haag moest trekkon om zich aan de vooten van de Koningin te werpen on haar to vragen, genade voor recht te laten gelden en haren man aan zyne 10 kinderen terug te geven, voor wie hij altyd hard gewerkt heef Ann 't recht was immers voldaan en de schuldige had genoeg geledenMoesten nu 11 onschuldigen bovendien om de fout van één zondaar ten gronde gaan? Dat wilde ze, snikkend voor de Koningin zich werpende, vragen. Maar de Koningin kwam niet on 'tyzelde en de wind joeg fel om de schamel bedekte schouders van de zwakke vrouw, die moeite had om haar wicht in do armen te houden. Een heer, een heel deftig hoer, naderde haar echter en vroeg haar wat er gaande was. Zy vertelde hem alles ook haar plan, het duel van hare komst. Hy gaf haar echter den raad om hot smeekschrift, dat zjj by zich had, aan het paleis af te geven en huis waarts te gaan, want een „voetval" zou niet baten en kon de Koningin maar in moeilyk- heden brengenDo heer liep met 't arme vrouwtje op en noer, gaf haar, in deWilhel- mina-galery, zonder dat iemand het opmerkte, eene voor haar zekor belangrijke gift en sprak haar moed in. Het zou nu wel losloopen. Het arme moedertje ging. Een ander voorby- ganger, wien zy den weg vroeg, liet haar in eene tram stappen en zoo keerde ze naar Charlois terug, onverrichtorzake. Want de voetval had wie weet? misschien wel het gehoopte succes gehad. Toch deed de goedhartige, deftige heer wèl met 't moedertje niet langer voor het paleis to laten wachten. Als hot nog heel lang ge duurd had. ware do arme vrouw misschien onmachtig inoengezonken. Nu ging zy althans met eonige hulp en met hoop heen. Mot gegronde hoop wellicht, want de deftige heer, die haar zoo vertrouwelyk op den schouder klopte en troostend met de arme langs de straat ging, was een der hoogstge- plaatsto leden van 't Huis der Koningin. Indien do voorstelling, die de vrouw van het proces togen haren man gaf, juist blykt, dan zal de deftigo hoer, die do Koningin het tooneel van een voetval eener zoo beklagenswaardige moeder bespaarde, naar wy vertrouwen, by H. M. de Regentes het request met alle kracht ondersteunen en dan zal er kans bestaan, dat, ook zonder de uitvoering van liaar plan, de arme vrouw haar doel bereikt. KOLONIËN. BATAYIA, 23—29 Januari. Aan de „Deli-Crt." wordt uit Oleh-Leh, dd. IS Januari, het volgende gemeld: Gisteren (Zondag) werd wederom voor do zooveelste maal eene byirage geleverd van de verregaande brutaliteit, waarmede in den laatst en tyd door de Atjehers wordt opgetreden. Omstreoks 9 uren in den morgen kwam een Atjeher de poort te Pendetie binnen. Yoor het wachthuis, in de onmiddellyke naby- heid van genoemde poort, zaten op eene bank 2 Inlandsche fuseliers, 1 Europ. fuselier en Inlandsche politie-oppasser, terwyl, op een paar passen afstands van bedoeld viertal, de Europeescho sergoant-wachtcomrnandant op een stoel had plaats genomen. Als naar ge woonte werd door den Inlandschon politie oppasser aan den Atjeher verzocht zyn pas te vettoonen; deze tastte in zyn gordel, doch in stede van een pas kwam daaruit een rentjong te voorscbyn, waarmede hy verbazend snel een der Inlandsche fuseliers, vervolgens ook den tweeden en daarna don Europeeschen sergeant- wachtcommandant, die inmiddels was Lr liulpe gesneld, zwaar verwondde. Laatstge noemde rolde, worstelende met den aanvaller, in de greppel achter het wachthuis, zoodat de schildwacht in het verhoogde schilder huis zfc 15 passen van het wachthuis verwijderd niet durfde schieten, uit vrees den sergeant te zullen treffen. Twee niet- gewonde fuseliers namon daarop hunne ge weren, vatten achter het wachthuis post en zoodra de Atjeher eenigszins van den sergeant vrykwam en het hazenpad wilde kiezen, werd hy door hen neergeschoten, juist op 't oogen- blik, dat hij hot hek weder wilde uittreden. Een schot in de hersenpan maakte hem voor goed onschadelijk. Do Atjeher behoorde tot een bevriende kampong binnen de linie! Zooeven hoor ik dat de 2 Inlandsche fuseliers eenige kans op genezing hebben, doch dat voor don Europeeschen sergeant, die, behalve dat een zyner polsen doorgesneden is, nog een steek in de long ontving, niet veel hoop op behoud van zyn leven bestaat. Aan hotzolfde blad wordt uit Kotta-Radja, dd. 23 Januari, het volgende geschreven: In den politieken toestand van Atjoh is nog geene verandering gekomen. Wij werden in do laatste dagen nog steeds door den vyand beschoten, gelukkig zonder verliezen aan onzen kant. Omtrent den oveival van de wacht aan de poort van Pendetie kan ik nog molden dat het lyk van den Atjeher, ter schouwing ge legd voor de gevangenis, door geen der hoof den werd herkend, niettegenstaande do sluip moordenaar afkomstig is van de kampong Ateuh en naast het opgeroepen kamponghoofd heeft gewoond. Zoo geloofwaardig zyn die Atjehsche bezol digde hoofden! De gewonden, in het hospitaal opgenomen, zyn gelukkig herstellende. Een der zwaar gewonde Europeosche fuse liers van het drama by Ketapan Doewa is eenige dagon geledon aan zyne wonden over- ledon; met de meeste plechtighoid werd het stoffeiyk overschot van dien braven soldaat bij het gebeente zijner overleden collega's bijgezet. Sogli werd nog steeds beschoten. De onvei ligheid is aldaar zeer toegenomen. Op den 5den dezer werd van het blokhuis opgemerkt, dat zieh onder hot bruggehoofd aan den linkeroever van do Sogli-rivier oene bende gewapende Atjehers verschanst had. Eene derwaarts gezonden patrouille werd door den vyand met een 'salvo ontvangen, dat niemand deerde. Het daaropvolgend goed gerichto salvo der patrouille deed vier Atjehers in het zand byten. By hunne overhaaste vlucht hebben onze soldaten hun nog vele dooden en gewonden bezorgd, hoewel zy er slechts vier met wapenen en al in onze handen achterlieten. De stryd in het Pedirscho duurt nog steeds voort; men zegt dat do pretendent-Sultan zich daarin heeft goraengd. Langs do bovenstreken van Edi is eone groote macht uit Passar.gan vertrokken, om eene verwacht wordende lading oorlogscon trabande in ontvangst te nemen en te con voy eeren. Op de westkust, voornamelyk in do afdée- ling Melaboo, is het zeer onrustig. Het volk van Roendeng molesteert de passargangers, beschiet nu en dan de passar en do benting, en heeft eene roode vlag by Kotta-Pasir ge plaatst als eene uitdaging. Poeloe Way is rustig en gaat thans eene goede toekomst te gemoot. De communicatie met dat eiland wordt thans door den stoomer „Prins Hendrik", van do Atjeh-Associatie, onderhouden. Zou het met de exploitatie van dat gun stig gelegen eiland ernst zyn? Yan Stenis is wegens den bekenden postdiefstal veroordeeld tJt tien en mevr. Yan der Schoor tot zes jaren govangenisstraf. Beiden hebben revisio aangeteekend. Door den gouverneur-generaal van Ned.-indië zrjn de volgende beschikkingen genomen: Civiel Departement. Verleend: Een 2-jarig ver lof naar Europa, wegens 12 jaren onafgebroken diouat in N.-I., aan den contr. late kl. by het B. B. op do bez. buiten Java en Madoora H. B. v. d. Kolk. Benoemd: Tot contr. 1ste kl. bij bot B. B. op do bez. buiten Java en Madura A. G. Valette, laat stelijk secretarie der rea. Palembang en de contr. 2de kl. L. F. Hoeke; tot Oden commies bij het dept. van B. O. W. do kl:rk C. F. W. Hansen. Ontslagen: Op verzoek eervol uit 'b lands dienst met ingang van 2 Februari 1892, de president van do Wees- en Eoedelkamer te Semarang J. DeMunek Mortier. Geplaatst: Iu do res. Rembang, de ben. adsp.- coDir. P. K. Kühttnan, thans werkzaam in de rea. Palembang. Verplaatst Van do res. Japara naar de res. Chenbon, de contr. 2de kl. J. A. v. d. Breggen; van do ros. Rembang naar «le res. Japara, do adsp.- contr. Cli. F. Borel. Bepaald: Dat geplaatst blijft in de ree. Japara, de ben. contr. 2do kl. H. Carpeutier Altier. Benoemd: Tot adsp.-contr., Cb. E. Heaviside, ambt. op vrachtgeld, laatstelyk die botrekking be- kked bebl ende, met bepaliug, dat hy geplaatst wordt in do res. Lampongsche districten. Ontslagen: Op verzoek eervol uit 's lands dienst, mee ingang ysu 15 Februari 1892, de opzichter lste kl. bij don dienst van het mynwezen in N. I., C. G. Roerich. Ontslagen: Eervol uit 'alands dienst, wegens volbrachten diensttijd, de ambt. op wachtgeld jhr. L. II. Ph. GoldmaD, laatstelijk lste commies bij den post- en telegraafdienst. Tydelijk toegevoegd: Aan den hulppredi ker ion dienste der inlandsche christengemeente te Iloctoemoerie B. C. Kornveldt, ten einde dezen be hulpzaam te zijn bij de vereenigde opleiding der kweckolingen voor het inlandsch leeraars-ambt in de residentie Amboina de hulpprediker ton die» ste dor inl/oidacho christengemeente te Saparoea, Ambcina) C. C. J. Schroder. Benoemd: Tot hulpprediker ten dienste der inhiiidsche christengemeente te Saparoea de hulppre diker te Sorwaroe, oil. Letti (Amboina), H. L. Lange- voo:»; tot commies op bet residentie-kantoor te Tegul de 2de commies bij bet departement van B. B., P. J. Murnicli; tot 2den commies by hotdepar- tem -ut van B. B. do commies op het res.-kantoor te 'Cegal, C. F. Viacher; tot civiel-gczaghcbber van do afd. LaraDtooka en Onderh. (Timor en Onderk.) de poBthoudev te Beloe (Atapoopoe) J. Misero. Goedgekeurd: Dat door den Landraad te Bel. si (Batavia) is beuoc-md tot buit.-gew. suba.- griflior b. bezw. van don lande bij die rechtbank, W. Hepsakker. Toegevoegd: Aan den houtvester, belast met het beht or over het bosclidUtriot Semarang—Vorsten landen, de adsp.-houtvoster Th. Hart de Ruijter. thans ter beschikking van den inspecteur van het boscli wezen. Ontslagen: Eervol nit 's lands dieDst, wegens volbrachten diensttijd, do commies 2de kl. bij den pos*- 6n telegraafdienst F. 8chmi<igall. l onoemd: Tot aes.-resident van Sragen (Soe- ral.-.-.rta) do ass.-rcr. van Lamongan, (Soerabaia) J. P. O. Zwager; tot ass.-rea. van Lamongan, tevens ven "umeeauT aldaar, J. C. Oaetens, laatstelyk eea.- ret> van Tjitjalengka (ProaDger-Regentsobappen). Belast: Met de waarneming der betrokking van scheut voor de politio to Djokdjakarta, de ambtenaar op non-act. G. Vos, laatstelyk schout voor de politie te Groot-Banda (Amboins). Departement van Oorlog. Overgeplaatst: De olli. van gez. lste kl. J. C. Cornelisson var Batavia naar den goDeesk. dienst in do 3de militaire afd. op Java te Soerabaia; de off. van goz. lstp kl. Dr. P. A. J. Snetblage van Soerabaia bij don ge- noeik. dion3t in de late mil. afd. op Java to Ea- tavia; de kapt. der icf. A. E. Kamerman van het gai nizocnebataljon van Palembang by do troepen macht in Atjebdo kapt. der iüf. H. G. Ger ritsen van het 3de depot-bat. te Malaog bij het gar nizoensbataljon der Zuider- en Oostorafdeoling van Borneo. Geplaatst: De onlangs uit Nederland aange komen 2(le luit. der inf. D. Van Geuns, bij het .arjizoonsbataljon der Zuider- en Oosterald. van Borneo. Verleend: Aan don kapitein-adjudant van den commandant van het 1-ger G. J. Van Koiten eone maand verlof tot herstel van gezondheid naar Soe- kaboemie en Garoet; aan den off. van gez. lste kl. II. De Cock eeno maand verlof tot heistel van gezondheid naar Malang; aan den 2den luit. der art, E. Van Tbiel cone maand verlof tot herstel van gizoudluicl rair Solo; aan den off. van gez. lste kl. H. K. J. Van den Buascho eene maand verlof tot herstel van gewondheid naar Djokjakarta. Verlengd: Het aan den lsten luit.-kwartiT- mo^stcr C Broeksma urleend verlof wegens ziekte naar Mnlang met eore innend. Departement van ftlarino. Benoemd: Bij hot nnriue-étab.'.esement te Soerabaia, tot 2den opziener voor Let vak van scheepsbouw, de 3de opziener T. J. Roozenboom; tot 3don opziener, de comman deur vcor geno-md vak J. v. d. Berg; tot com mandeur voor het vak van scheepsbouw, de vice- comroandeor, J. Happée; tot vice-commaudcnr, W. tl. Th. F.apmund, thaus als leerling bij genoemde inlichting werkzaam. U ver geplaatst: Van hot ss. „Teruate" naar het as. ..Sperwer," do 2de stuurman J. W. G. Beu kers; van hot ss. „Sperwer" naar het sa. „Ter ne tV de 2do stuurman D. C. Ten Have. Ben oom d: Tot 3den commies by do rnarine- magazynen van het marine-établissement te Soe rabaia, de lste klerk by dat établissement W. H. Marlisea. Gedoiachoord: By het marine-établissement to Soerabaia, ten eiode aldaar do betrekking te ver vullen van cquipage-meoster, do lait. ter zee lste kl. by de Kon. Ned. Marine J. M. Steers. li a 1' r-. IN LAND. Fraukrjjk. De heer Rouvier heeft beslist geweigerd, een ministerie te vormen. Thans heeft presi dent C'arnot daartoe den heer Bourgeois uit- gencodigd. Bourgeois heeft een onderhoud gehad met De Freycinet en zich voorbehouden eerst

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1892 | | pagina 2