N°. 9802.
Vrijdag Februari.
A8. 1892.
feze jouraat wordt dagelijks, met uitzondering
van (gon- en feestdagen, uitgegeven.
Tweede Bind.
Burgerlijke Stand.
Feuilleton.
I) e t r o u w j a p o n.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor L«iden per 8 maanden.1.10.
Franoo per poet1.40.
Afzonderlijke Nommera0.0S.
PRIJS DER ADVERTEN TUIN:
Van 1—6 regela 1.06. Iedere regel meer 0.17
Grootere lettere naar plaaterulmte. Voor het in-
oaeaeeren bniton do etad wordt 0.10 berekend.
Tuinbouw cd Plantkunde.
Voor een 30-tal personen, waaronder 7
dames, trad Dinsdagavond in het gebouw dei-
Loge alhier in eene buitengewone vergadering
der afdeeling Leiden en Omstreken van de
Nederlandsche Maatschappij voor Tuinbouw en
Plantkunde op onze stadgenoot dr. H. Boursse
Wils, voorzitter der afdeeling.
De aangename causerie liep over sierplan
ten, die planten, welke niet alleen in onze
vestibules, kamers en salons worden aange
troffen, maar ook daarbuiten, in parken, op
buitenplaatsen en op kerkhovendie planten,
zoo gewichtig voor genoemde Maatschappij
en alle hare afdeelingèn die planten, zich
zoo uitnemend leenende voor tentoonstellingen,
en tevens het voornaamste deel innemende
van het terrein, waarop de Maatschappij zich
beweegt.
Sierplanten treft men overal aan. Spr. wees
op en besprak onze lelietjes van dalen, het
welriekende viooltje, de varens, de rhododen-
drums, de hulsten, de coniferen, de bolge
wassen, en toonde mede aan dat er bijna
geene enkele planten-familie is, welke niet
haar aandeel levert in de sierplanten. Verder
deed hij nog de ranunculaceeën, depaeonies,
de geraniums, de azalea's en de begonia's de
revue passeeren en stond stil by het hybridi-
seeren, daarbij in het bijzonder de aandacht
vragende voor de cacteeën.
De sierplanten zijn de aanleiding en het
doel geweest om onze plantencollectie te ver-
grooten en te veredelen en dit geldt ook voor
die planten, welke onder ieders bereik vallen,
de éénjarige, de zaadplanten, als bijv. de
malva's, de violieren, tevens zoo belangrijk
voor den handel en alleen waarde bezittende
als sierplanten.
Men vindt ook sierplanten onder de vaste
planten, de gramineeën bijv.
De bouquetten werden ook niet door den
geachten spreker vergeten, evenmin als de
Alpenplanten, welke ook ten onzent rotsen
versieren en de bewijzen zijn van de weder-
keerige hulp, welke natuur en kunst elkander
bieden. De chrysanthemums en tentoonstel
lingen daarvan werden in beschouwing ge
nomen, alsmede de orchideeën, voor eene
speciale tentoonstelling minder belangrijk,
onze schoone rozen en die onzer naburen.
Spr. betoogde dat de sierplanten in aantal
en voortreffelijkheid toenemen en wees hierbij
op do viooltjes. En niet alleen de mannen
j der wetenschap veredelen ze, maar vooral
onze bloemisten, onze horticulteurs, in dat
j opzicht te vergelijken met bouwkunstenaars
en poöten.
Na de pauze deed de heer Boursse Wils
uitkomen de groote, scherpe afscheiding in
het Plantenrijk, nl. in oorspronkelijke planten
(de verschillende flora's) en gekweekte go-,
wassen (sierplanten), alle geschikt voor cul
tuur en handelsplanten bij uitnemendheid'Ter
loops besprak hij de medicinale planten en de
allengs in aantal afnemende botanische tuinen.
Hij wees er voorts met nadruk op dat eene
Tuinbouwschool voor ons volk eene weldaad
zoude zijn, eene kweekplaats bij uitstek voor
onze bloemisten en planten-handelaars. De
handel in planten toch is een belangrijke tak
van bestaande ontelbare catalogi bewijzen
welk eene hooge vlucht die handel neemt.
De Tuinbouw heeft, zeide spr., evenveel recht
van bestaan, evenveel recht op bescherming
van Gouvernementswege als de Landbouw.
Mogen de Hollanders weder, als vroeger, de
beste bloemkweekers van Europa worden
Aan de Maatschappij voor Tuinbouw en Plant
kunde zal het niet liggen zij heeft hart genoeg
voor hare leden.
De secretaris der afdeeling, deheerVuyck,
die deze vergadering geopend had, dankte
den spr. aan het einde voor zijne voordracht,
waartoe hy nog tijd en lust gevonden had
te midden van de drukke werkzaamheden in
deze dagen als geneesheer. De vergadering
betuigde haren dank met applaus.
Ten slotte nog ditDe vergadering van
dezen avond was als altijd uitgeschreven tegen
halfacht. Ze begon echter wederom veel te
laat: 11 min. vóór achten volgens de Stad-
huisklok, 6 min. vóór achten volgens het
uurwerk in de zaal. Ongetwijfeld wacht het
bestuur zoo lang om den laatkomenden to
hulp te komen. Die welwillendheid wordt
echtor niet in de hand gewerkt: men komt
al later en de dames, die op tijd komen,
zitten maar te wachtenAls men nu eens te
acht uren „precies" begon en eene pauze korter
dan van een halfuur hield, eindigende dan te
tien uren in stede van om halftien, zou dat
niet de voorkeur verdienen? Wij staan niet
alloen met deze vraaghiervan zijn we zeker.
Gemengd Nieuws.
In het begin van Maart of reeds
j op het einde dezer maand zal het hulpge-
j bouw, dat tijdens de verbouwing van den voor
gevel van het station van't Hollandsche Spoor
te 's-Hage in den spoordienst zal moeten
voorzien, in gebruik worden genomen.
Hoewel het gobouwtje hoogst eenvoudig
is gemaakt en slechts eene groote houten loods
gelijkt, biedt het o. m. voldoende ruimte voor
bagagolokalen en spoorkaartenbureelen.
H e t 1 y k van het Scheveniiigsch
meisje, dat zich de vorige week waarschijnlijk
zelf vergiftigde, is thans ter aarde besteld.
Men deelt aan de „N. R. Ct." mede:
Van verschillende zijden is de raad gegeven,
de aan influenza overledenen niet spoedig te
begraven. Dat die raad niet overbodig is,
blijkt ook hieruit, dat in zekere gemeente een
aan genoemde ziekte overledene reeds was
afgelegd, toen de geneesheer bij lijkschouw
verklaarde dat de man schijndood was. Dien
zelfden dag 's avonds echter stierf hij.
Afgaande op een bericht, voor
komende in een onzer groote dagbladen, moet
men tot de conclusie komen dat ons jaar,
het schrikkeljaar 1892, een zeer bijzonder
jaar is, een buitengewoon jaar onder alle tot
heden aan de beurt geweest zijnde schrik
keljaren. Het bedoelde blad toch meldt in
allen ernst dat er op 30 Februari eene mail
over Marseille (Lloyd) zal gaan naar Oost Indië
en ook eene Engelsche van Southampton naar
Suriname. We beleven reeds allerlei rare
dingen en nu dit er nog by in de toekomst!
Waar moet het toch heen op 1 April? Of
komt 30 Februari daarvoor nu soms in de
plaats?
Eene erfenis van 42 millioen.—
In 1792 werd, naar het schijnt, deze som
door een aanzienlijk ingezetene van Gent
(België), De Gruyter of Grutters genaamd,
nagelaten en de interest daarvan wordt door
eene familie in Belgió genoten. Twee derde
gedeelte der som, 28 millioen, zou thans nog
beschikbaar z(jn voor erfgenamen, die in Neder
land schijnen te wonen. Aan tal van perso
nen, een van bovenstaande namen dragend,
is eene oproeping gedaan, en Donderdag ver
gaderden te Eindhoven in een lokaal van den
heer W. Van der Harten een klein veertigtal
personen uit schier alle oorden des lands met
een paar Belgische heeren: een advocaat uit
Hasselt en een notaris uit Hamont, die voor
de rechthebbenden deze zaak, zoo mogelijk,
in het reino willen brengen. Zoo men daar
mede niet terechtkomt, zijn geene kosten te
betalen, zoo ja, moeten procenten aan deze
makelaars worden uitgekeerd. Dat alle aan-
wezende Grutters en De Gruyters, erfgenamen
in spegretig toebeten, laat zich lichtelijk
begrijpen. Meier Ct.)
Men herinnert zich de vele pogin-
gen tot oplichterij, in het werk gesteld door
een Spanjaard, die personen in het buitenland
en ook in ons land in kennis bracht met een
hier of daar begraven schat. Dat heer, don
Miquel Lopez Fernandes y Mata geheeten, is,
volgens het „Hdbld.," eindelijk te Madrid ge
arresteerd. Het is een gewezen secretaris van
keizerin Eugénie, later kwartiermeester in het
Carlistische leger.
Don Miquel, die dikwijls van naam ver
anderde en zijne gouden bergen belovende
brieven nu eens uit Saragossa, dan weder uit
Barcelona of elders verzond, heeft vooral in
Frankrijk vele slachtoffers gemaakt. Bij zijne
gevangenneming was hij in het bezit van
postwissels van 2700 en 3000 franken, hem
uit Suresnes toegezonden.
Uit Galais wordt geseind: Een
goederentrein van 14 wagens is gisternacht
in de nabijheid van St.-Just ontspoord. Ver
scheidene uren lang bleef de weg dientenge
volge versperd, zoodat de sneltrein naar Par(ls
eene vertraging van zeven uren ondervond.
Aan „Le Temps" wordt uit Portó-
Novo gemeld: De Dahomeyanen hebben de
streek van Popos, in de nabijheid van de kust,
geplunderd en platgebrand. Zij maakten zich
van 3000 slaven meester. De bevolking is
naar het aan Duitschland behoorend gebied
gevlucht. Do handel staat stil.
ALFEN. Bovallon: E. Keizer geb. Koetmtiu,
D. P. Janssen geb. Daane, D.
Overleden: A. Jon kind, «3 Gij. J Van
Halm, z. 1 j. G. Nederhof, z. fv9 j.
AARLANDERYEEN. Bevallen J. Boele geb.
Ram, D.
Overleden: N. Vonk, wed. van K. Hoogovccu, 62 j.
Gehuwd: J. Besemer, jm. 35 j. en C. Boer
jj. 44 j.
BOIEGRAVE. Bevallen: T. Vun Middelkoop
geb. B uwma D. J. Plomp geb. Do Koning, D.
Gehuwd: W. Van Darn, wednr. \an N. Hoogen-
dooru, 42 j. en A. Staal, 39 j.
BOSKOOP. Bevallen: A. M. Van 't Hof geb.
Knepper, Z.
Overleden: J Vermenl, 6 in. J. Ramp,
55 j. J. Van Wilgen, 3 j. A. Van Oijen, 2 j.
Gehuwd: J Boatnan, 31 j., en C. Unenbrook, 3G j.
HAZER9WOUDE Bevallen: A. Van Aalst geb.
Goudriaan, D. J. Amincrlaan geb. Verbeij, Z.
J. v. d. Kolk geb. v. d. Zwaan, D. A. Do Ridder
geb. Werba, D. A. Kloyn geb. Zuidwijk, Z.
G. v. d. Bosch geb. VaD Zeideren, Z.
Overleden - F. v. d. BreggoD, 60 j. P. Reyne-
veld, echtg. van U. Goedhart, 57 j. M. Van Nierop,
eclitg. van A. KraaD, 59 j.
KOUDEKERK. Bevallen: A. Van Driol geb. Do
Bruijn, D.
Overleden: F. H. Bo'-rsma, 17 m. W. Do
Jeu. 8 m. M. v. d. Wal, echtg. van W. v. d.
Sluys 50 j.
Uit het Fr an sch.
„Ben je nóg niet klaar?"
„Zoo meteen, mannetje!"
En zjj haastte zich om haar baltoilet te
voltooien en om hare rijke blonde haarlokken
met bloemen to sieren. Na een jaar gehuwd
te zijn geweest, was het voorde eerste maal,
dat zy met haren man naar het bal zou
gaan. Haar hart klopte even onstuimig van
vreugde als tien jaren geleden, toen zy voor
het eerst de deuren der balzaal voor zich
geopend zou zien. Thans tooide zy zich voor
haren manvoor hem wilde zy nu byzonder
schoon zyn, ter wille van hem, haren heer
en gebieder, bewonderd worden; en zy had
een toilet uitgekozen, waarmede zy hem
wenschte te verrassen, zyn teederen dank
hoopte te verdienen en te verwerven. Reeds
by voorbaat was zy verheugd over zyno
bewondering.
Ongeduldig, met gefronst voorhoofd, trad
hy binnen.
„Het is reeds laat, Jeane, zeer laat!"
Zy stond vóór hemhare lieftallige, schoon
gevormde gestalte kwam byzonder voordeelig
uit in het kostbare kleed van witte zyde.
Zy glimlachte innig gelukkig. Met fonkelende
oogen zag zy hem aan en vroeg:
„Sta ik je zóó nogal aan, mannetje?"
„Heel mooi, heel mooi, hoor! Waar is
je sortie, je waaier, je.
„Pierre
„Haast .ie toch een beetje! Dat geteut!"
En hy nam zelf de op do sofa gereedlig
gende, onmisbare sortie, orii haar deze haastig
om do welgevormde schouders te hangen.
Hij zag niet, dat er in hare schoone oogen i
tranen opwelden, welke zy met moeite
wilde terugdringen, dat er eene wolk op haar
gelaat kwam; dat zy haren arm aarzelend in
den zyno legde.
In het voortsnellende rytuig zat ze ver
momd als eeno Turksche schoone. Hy schertste
over hare meisjesachtige balstemming, welke
zich openbaarde in een verwachtingsvol zwy-
gen. Een toornige blik werd hem toegewor
pen. Hy zag dien by het licht der coupé-
lantaarns, maar begreep hem niet.
In de balzaal weerklonken do tonen van
de eerste wals:
„Strausz! De rozen van het Zuiden!"
„Kom
Hij trok haar bijna onstuimig ten dans.
„Onze liovelingswals, nietwaar?" fluisterde
hy haar zoetsappig toe, nadat hy zyn arm
om haar middel had geslagen.
Zy keek hem aan en weifelde.
De oudo lust tot dansen maakte zich weer
van hom meester en hy genoot er met volle
teugen van maar zy danste heden zóó zwaar
als anders slechts dim het geval was, wan
neer zy zich vermoeid gevoelde; zóó styf!
En hy gevoelde aan zyn arm, dat zy zich
terugtrok
„Ben je niot wèl, toch goene influenza?"
vroeg hy haar, toen hy ze bezorgd naar hare
plaats terugleidde.
Hare lippen trilden; zy wendde zich van
hem af.
Wat zou er aan haperen?
Zyne vrienden kwamen om met haar te
dansen. Zij lachte allen zoowaar minzaam en
vriendelyk toe! Het kwam haren „heer en
meester" voor, als zweefde zy nu, den vloer
byna niet rakende. Zy schertste en lachte
weer en hare oogen schitterden van verge
noegdheid. Het werd Pierre eng om het hart.
En wat zag zy, „zyne" vrouw, er be-
kooriyk uit!
Toen zy een dans ten eindo gebracht had,
kwam hy naar haar toe.
„Geef my dozen dans", zei hy dringend.
„Pardon, ik ben reeds.... daar komt myn
cavalier
Met een beminnolyk lachje ging zy naar
dezen toe. Het was een overste van den
generalen staf, een kennis uit haren meis
jestijd, oen schoone man, eon uitmuntend
danser.
Pierre hield niet van militairen en op dit
oogenblik haatto hy ze bepaald. Iiy ging
tegen een pilaar staan en volgde onafgebro
ken al hare bewegingen. Zy danste inderdaad
bevallig en zóó lief, als in de heeriyksto
nachten van hun engagement. Daar kwamen
zy langs hem heen... zy nam niet do minste
notitie van hem; haar blik was en bleef op
den kloeken officier gevestigd on zy drukte
zich vast tegen hem aan. Dit had zy met
anderen dan met haren Pierre nog nooit ge
daan! Eeno vonk van jaloezio kwam in hem
op en wakkerde ongoloollyk snel aan tot eene
verterende vlam, toen hij dit alles zag. Want
met hem, mot haren man, haren wettigen
echtgenoot, wilde zy biykbaar niet meerdan-
son't Was al te erg
[Slot ommezijde.)