N°. 9774. Maandag 4 Januari. k\ 1892. <§eze ^ourant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en feestdagen, uitgegeven. RIJNSBURG. FeuiHeion. I Aan 't leven weergegeven. Leiden, 2 Januari. PRIJS DER ADV Van 16 regols f 1.05. Iedere r»-r~l y r /"O.J7|. Grootore lettora naar plaatsfit*. Voor bet injAsseercn baiten de sUd \?ordt ƒ0.10 tcn-kïui Derde Bind. Als tegenwoordig de Fransche gezant nog eens een bezoek bracht aan R\jnsburg, dan zou bij dit wellicht nog wel de moeite waard achten en hy zou zich ook nog wel over het een en ander verbazen, maar niet zóó meer als zyn voorganger in de 17de eeuw. Die voorganger was Maurier en h\j reed op zekeren keer, naar luid van 't verhaal, met prins Mau- rits langs Rtfnsburg. Op een van de velo vruchtbare akkers waren twee jonge boeren aan het spitten: „Nu zult ge iets zien, wat ge nog nooit gezien hebt", sprak prins Mau- rits; mèt wenkte hy den eonen dor twee boeren en sprak hem aan eerst in hot Fransch, toen in het Lat\jn. Willem Van der Kodde (de lezer lieeft dien naam reeds op de lippen) antwoordde glad en juist in de twee vreemde talen, alsof hy jaren lang vóór den katheder gezeten, in plaats van achter den ploeg ge- loopen had. Enfin, hy zou ook nog by don katheder terechtkomen; niet er vóór, maar pr achter; weinige jaren later werd de een voudige boerenzoon benoemd tot professor in de Oostersche en Hebreeuwsche talen en was lang mot roem to Leiden werkzaam onder den naam van Coddaeus. De heer Mau rier was verstomd van verbazing en sprak later, toen hy in zyn land teruggekomen was, nog dikwijls over den „wondorbaarUJken boer". Als de Fransche gezant er nu kwam, zou hy niet zoo'n groote geleerdheid meer aan treffen; wel zou hy scholen genoeg vinden, ongeveer in iedere straat een, maar latyn- eprekende landbouwers niet meer en li(j zou zeker niot verbaasd staan over de groote be schaving van de personen, met wie hy het eerst kennis zou maken, d. i. do straatjeugd. Want deze zou hem evenmin met rust laten als een anderen vreemdeling, ze zou hem on gevraagd wat toespreken, niet in 't Latyn en ook niet in 't Fransch, wel in minder net Hollandsch. Nu, de vele scholen kunnen daar misschien wat aan doen, als ze eens wat langer bestaan; hot zou een geluk zyn inde eerste plaats voor Rynsburg, in de tweede voor do enkele vreemdelingen, die er iets te doen hebben. Want voor plezier komt er byna niemand meer, juist om dio lastige straatjongens. Vroeger was dit anders, want Rynsburg is altyd een beroemd plaatsje geweest. Waar schijnlijk hadden do Romeinen hier al een kasteel aan den Ryn; vandaar do naam Ryns burg; men heeft ten minste vóór den 80-jari- gen oorlog in den tuin der abdy nog muren gekend, die voor Romeinsche doorgingen, 't Zou echter ook geen wonder zyn, als do Noormannen dien burcht gesticht hadden even als dien van Leiden. Sommigen vertellen, dat graaf Dirk II reeds in 975 te Rynsburg eèné kerk bouwde, gewijd aan Sint-Laurens, omdat hy op den naamdag van' dien heilige de West-Friezen verslagen had. Maar wat veel meer beteekende, zoo zeggen zy verder, hy stichtte ook de abdy op 't voorbeeld van die andere te Egmond, die reeds door zyn voorganger gebouwd was. In het nieuwe klooster kwamen echter monniken, torwylin hot oude normen warenlater werd dit, mis schien nog door denzelfden Dirk II, verwis seld, zoodat nu ook spoedig de abdy van Rynsburg de voornaamste en meest beroemde werd. Meer geloofwaardig is echter het bericht, dat gravin Petronella de abdy stichtte in 1188 en zo dadelyk met nonnen bevolkte. Wat toch was zoo'n klooster in die dagen? Heel wat anders dan tegenwoordig. Het was niet alleen de plaats, waar eenige menschen zich uit het woelige leven terugtrokken, om zich binnen de veilige muren te wyden aan hunne godsdienstplichten, het was ook de eenige toevlucht van kunsten en wetenschappen, die toen zoo droevig weinig bekend waren. Het waren oasen in de woestyn van onkunde en wildheid, het waren de lioogeschoolen dier langvorvlogen tyden. De mannen verlangden niet naar kunst en wetenschappen, de vrou wen wel; vandaar dat het nonnenklooster I tot grooter bloei kwam. Dg voornaamste adel lijke jonkvrouwen van Holland, ten getale van niet meer dan veertig, werden er in op- gonomen. 's Morgens wydden zy zich aan godsdienst en studie van handwerken en enkele j kundigheden, 's middags kwamen ridders en landjonkers zich met do „juffers" vermaken met „hoveren, dansen en speelen ryden." Aan 't hoofd stond eene abdis, doorgaans van hoogo geboorte; meer dan eens was zij eene dochter of zuster van den graaf. Zy behoorde tot do orde der Benedictijnen evenals de overige nonnen, die hier niet als in andere kloosters „zuster", maar „juffer" genoemd werden. Hoog stonden zy aangeschreven by ieder; zelfs machtige vorsten kwamen naar Rynsburg en stelden er eene hooge eer in, daar met de abdis en de overige bewoonsters te mogen aanzittenwat er by kwam, men dischte daar goed op. Want geld was er wel, vorston en edelen schonken aan de abdy milde gaven in landeryen, bosschen, weilanden, tien den enz., zoodat de inkomsten- op omtrent f 100,000 per jaar begroot werden. De pausen voegden daarby .nog vele kerkelijke voor rechten en vrijheden, zoodat de abdy bepaald ryk was. Een van die vorstelijke bezoeken is ons goed bekend, nl. dat van keizer Karei V, die, van Haarlem reizende, en door de abdisse tegemoet götreden, van den wagen trad, zich met dé- éeae knie ter aarde nederboog, en haar noemde: „myne gebiedende vrouwe van Rynsburg." Dat was nu wel is waar maar eene ceremonie, maar eene veelzeggende cere monie. 'tls de grootste eer, die der abdy te beurt is gevallen en 't ging hier als zoo dik- wylèv na den .hoogsten bloei volgt snol de ondergangnog geen dertig jaar later werd het oude gebouw geheel verwoest 't was in 't begin van den 80-jarigen oorlog alleen enkele kleine stukken muur bleven staan. Wat de inkomsten betreft, daarmee ging het als by de abdy Leeuwenhorst; die stak de Hollandsche adel in den zak: deze had dus 'alle redén om met de Hervorming tevreden te zyn. Zoo was Rynsburg zyn grootsten roem kwyt, de abdy met hare milddadigheid, hare weten schap en haar ridderleven was verdwenen. Weldra kwam een nieuw brandpunt van be schaving te Leiden, maar 't schijnt dat de lust tot studie door do kloostermuren in het dorp gedrongen Avas, getuige de geschiedenis der Van der Kodde's. Zy staan niet alleen als beroemde Rijnsburgersook de dichter Oudaan werd hier geboren. Do Van der Kodde's hebben nog op eene bijzondere wyze den naam van Rynsburg be kend gemaakt. Zy stichtten nl. met hun drieón broers (een te Rynsburg, een te Oegst- geest en een te Warmond) de godsdienstige sekte der Rynsburgers of Collegianten, die woldra do stichting had plaats in 1619 hare leden telde over geheel Holland en zelfs daarbuiten, ofschoon het aantal dier leden niet groot was. Hunne leer was zeer eenvou dig en schoonhet was die van de verdraag zaamheid. Ieder Christen kon by hen gedoopt worden en die doop had plaats op do oude manier: onderdompeling. Hiervoor was in den tuin van het Collegiantenhuis (aan den weg naar Oegstgeest, het laatste huis van Ryns burg) een soort vijvertje, dat ook met warm water gevuld kon worden. In de vergaderingen (tweemaal in 't jaar te Rynsburg en vele malen in de aparte col leges) kon ieder het woord voeren, evenals PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maandenf 1.10. Franco per post1-40. Afzonderlijke Nooiniw»0.00. DOOR HUGH CO.WVAV. 05.) Do politie, volkomen van alles onderricht, had gewacht totdat de bom zou losbreken, en toen werden opeens alle saamgezworenen inge pakt en Ceneri, een van de aanleggers, werd zonder genade behandeld. Zeker had hy weinig aanspraak op genade. Immers, hy was geen Kus, zuchtende onder den druk van een des potisch bestuur. Hoewel hy voorgaf een Italiaan te zyn, was hy in waarheid een wereldburger; een van die rustelooze geesten, die eiken vorm van be stuur, behalve den repubiikeinschen, trachten omver te werpen. Hy had plannen beraamd en geconspireerd, zelfs gevochten als een man voor de Italiaansche vryheid. Hy was een van Garibaldi's vertrouwelingen geweest maar hy had zich heftig tegen dien volks vriend gekeerd, toen hy zag dat Italië een koninkryk zou worden en niet eene republiek, liet ideaal zyner droomen. Laatstelijk had hy zijne aandacht gewyd j aan Rusland, en nu het komplot, waarin hy betrokken was, was verraden, nu was zyno loopbaan, naar alle menschelyke waarschyn- ïyklieid, ten einde. Ka maanden lang te heb ben gezeten in de citadel St.-Peter en St.Paul, stond hy terecht en werd veroordeeld tot twintig jaar dwangarbeid in Siberië. Eenige maanden geleden was hy opgezonden naar de plaats zyner bestemming en, naar men zeide, was hy nogal zacht behandeld. Waar was hy nu? Dat kon men my met zekerheid niet zeg gen. Hy kon zyn te Kara by het goudwas- schen; te Urkutsk in de goudmyncn; te Troitsk, te Nertschinsk. Alle veroordeelden werden eerst naar Tobolsk gezonden, waar zy eerst allen by elkander kwamenvan daar werden zy afgevoerd, naar het goedvinden van den gouverneur-generaal, naar verschil lende plaatsen en werkzaamheden. Als ik dat verlangde, zou men telegraphee- ren of schryven naar den gouverneur te Tobolsk, maar daar ik toch in elk geval naar Tobolsk moest, kon ik even goed myne in formaties nemen in persoon. Hier stemde ik gaarne in toe, want ik had geen hoog idéé van den spoed by de Kussischo post of de i nieuw geopc-ndo telegraaf. Ik was gereed Iom den anderen dag te vertrekken. Alzoo, na alle terechtwyzingen en infor maties te hebben ingewonnen, welke ik kon inwinnen, dankte ik den hoofdambtenaar zeer beleefd, en met mijne kostbare papieren in den zak ging ik de verdere toebereidselen maken voor do reis; eene reis, welke driehonderd of zeshonderd uren langer of korter kon zyn, al naarmate de gouverneur van Tobolsk zus of zoo beschikt had over den ongelukki- gen Ceneri. Vóór myn vertrek ontving ik nog een brief van Priscilla een van die half bogrypelyke epistels, die menschen van haar slag niet zonder groote inspanning ten papiere brengen. Zy schreef my dat Paulino wél was; dat zy zich door haar liet leiden on raden en datzy by haar blyven zou totdat die onbekende Vriend of bloedverwant zou teruggekeerd zyn. „Haar, jongeheer", schreef zy verder, „tot mijn leedwezen moet ik hier byvoegen, dat het n:y voorkomt, dat zy tusschenboide toch niet goed is. De jongedame nameiyk praat nu en dan verward over eene vreeselyke misdaad; maar zy zegt er by, dat zy gaarne wachten zal met het aan to geven aan het gerecht, omdat zy, gedurende hare ziekte, in hare droomen iemand gezien heeft, die zich die zaak aantrekt. Zij weet niet wie liet is, I maar zy zegt dat die persoon er alles i van weet." dat nu nog by de MC disten; het Leger des Heils enz. gewoonk De kerk van Rynsbu'" ie niet zoo oud als ze wel lykt; ze werd 1566 of '72 verwoest en daarna we i opgebouwd. Vier grafzerkon, welke bewaard gebleven waren, zyn in den muur gemetseld, die van do stich teres dor abdy Gravin Petronella, vrouw van Floris II, die van graaf Willem I en (apart) voor zyne vrouw en eindelijk die voor zyne dochter Ada. Zoo is er toch in den tegenwoordigen tyd nog eene kleine herinnering van de vroegere grootheid van Rynsburg gehlevon. (!fw.) Op Oudejaarsavond kwam by den voor zitter van het departement Leiden der Afaat- schappy tot Nut van 't Algemeen van een onbekonde eene gift in van f200. Volgens bygevoegd schryven was de aanleiding tot. deze gave de voldoening, dat de leesbibliotheek van het departement thans op ruimor schaal voor de lezers wordt toegankelijk gesteld, terwyl de onbekende gever gaarne zyne by- drage bestemd zag om haar met nuttige werken te vorsterken. Onnoodig hierby te voegen, dat de gift in dank wordt aanvaard, terwyl gezorgd zal worden dat zy overeen komstig de bedoeling van den milden gever wordt aangewend. De lieer J. W. H. Kalkman, predikant te Alfen aan den Ryn, heeft voor het bo- roep naar do Ned. Herv. gemeente vanHoog- mado c. a. bedankt. -Door stemgerechtit .j ingelanden van den Rooden polder, gen enten ÓVoubrugge en Alkemade, is met 77 van de 113 geldig uitgebrachte stemmen tot iid voor liet bestuur gekozen do heer H. Goedhart. Op den hoer C. Kwakernaak waren 2S en op den heer W. Van der Geest S sternm i uitgebracht. Door stemgerechtigden dor Ned.-Herv. gemeente van Hoogmade c. a. zi n de hecren L. Leeuwenhoek en R. Kroes mot algemeen© stommen als notabelen herkozen. Door het collego van notabelen is de heer J. Hoogeveen met algemeene stemmen her benoemd tot kerkvoogd. Op de te Haarlem gehoudi algemeene vergadering der Vereeniging voor bloembollen cultuur werden tot leden van liet hoofdbe stuur herkozen do beeren V. By voet en L. Kruyff, met algemeene stommen. In plaats van den heer Joh. De Breuk, die met 1 Jan. als lid van het hoofdbestuur is Dat bericht bracht my meer op myn ge mak. Niet alleen bleek daaruit, dat Pauline wachten wilde tot myne terugkomst, maar tevens dat er een lichtstraaltje hy haar op ging omtrent hetgeen in de laatste dagen was voorgevallen. Do slotregels van Priscilla brief deden my het hart kloppen van hoop. „Dezen namiddag, jongeheer, schoen zy voor hot eerst te zien, dat, zy een trouwring aan den vinger had. Zy vroeg my hoe die daar aankwam. Ik zeide haar dat ik het niet zeggen kon. Toen zat zy den ring uren ach tereen om haren vinger rond te draaien en te peinzen. Ik vroeg haar t ri laatste, waar zy zoo over peinsde. „Ik ti. cht myne droo men te herinneren", antwooren zy, met dat lieve glimlachje, dat haar c - i is. Ik brandde van verlangen, om het lie' vrouwtje te zeggen, dat zy het wettige '.vtjo was van myn goeden jongeheer. Ik as telkens bang dat zy den ring van den vinger zou doen, maar, Goddank, zy deed dat niet." Ja, Goddank, zy deed dat niet. Toen ik Priscilla's brief ten einde hadkwam er groote lust by my op om terug en en naar myn vrouwtje te vliegen. Wordt vervcUjd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1892 | | pagina 9