Eene Oiiilejfcirslierinnering. Slot.) Alwedor naderde de Sylvester-avond. Het was juist een .u geleden sedert Rosa ge huwd was met haren geliefden Eduard 'een jaar, dat getuigen iron van het ongestoordst en meest reine geluk. De grootste vreugde was voor haar gelegen in de gedachte moe der to zijn. Men zeide haar, dat de kleine bekooriyk was als een engel, maar de arme Rosa kon haar kind niet zien. Ze had zich volkomen borustend aan het denkbeeld gewend, dat zy den blauwen hemel nimmer meer zou aanschou wen, maar haar i:art brak by de gedachte, dat zy haren lieven, kleinen engel nooit aan schouwen zou. Zóó machtig is de moeder liefde Nacht en dag zond Rosa het gebed ten hemel, dat God aar, zy het slechts voor een enkel oogenblik, het licht der oogen schenken mochtSlechts een enkele lichtstraal, dit was hot eonige, wat zy vurig wenschte. Dan zou ze tevreden er gelukkig zyn tot aan haar sterven Ongeveer veer dagen vóór den oude jaarsdag zeide Ferdinand tot haar: „Lieve Rosa! ik heb u misleid toen ik u het ge bruik aanried van die verschillende soorten van waters tot bevordering der schoonheid. Ze waren noodzakelijk tot voorbereiding eener operatie van do staar. Gy kunt volkomen gerust zyn: myn s'outste verwachtingen zyn •op de eerste dager gevestigd!" „Gelooft ge," vroeg zy, „dat de operatie met goed gevolg geschieden kan?" „Ongetwyfeld," hernam hy, „maar dan. „Nu, wat dan?" „Dan zult ge mij zien. Tk ben nieuwsgierig te weten waf uw oordeel over mij zal wezen 1" „Ferdinand!" antwoordde ze aanstonds zon der aarzeling, „de peratie zal geschieden, gy kent mijno onb<- nsde liefde voor u niet, gy houdt die voor oene grillige zelfmisleiding. Gy kent my nog mot, gy, ondougd!" In een hoek 1 myn lessenaar ligt eon brief van Rosa aan my, welken ik altoos be waren zal. Ik hol» dien gisteren met het oog op den oudejaarsdag eens weder doorgelezen en my de zalig'- uren herinnerd, welko ik eens doorleefd heb n het van de wereld ver geten Zwitsersche "orpje, in de schaduw der eeuwige bergen. Onder anderen seiireof Rosa my: „Ik ben overtuigd dat niemand inniger deelt in myn geluk dan gy, hooggeachte vriend 1 De operatie hooft plaats gehad on, God zy geloofdmet het uitnemendst ge volg. Ik mag me niet opwinden en zal u daarom niot met alle bijzonderheden van dien angstvollen dag lastig vallen. Maar laat my u alleen oene gewaagde daad van my mede- deelen, welke, volgens zeggen van Ferdinand, vreeseiyke gevolgen had kunnen hebben. Aanstonds na de operatie, dat wil zeggen, zoodra ik uit den slaap ontwaakte, door de aangewende chloroform aangebracht, bemerkte ik dat myne oogen stevig waren verbonden. Ik moest stellig beloven het verband binnen tien dagen niet te zullen verwijderen. Maar nu kan ik u de ondraaglijke smart niet schetsen van de onzekerheid, waarin ik ver- keordo of ik blind dan wel ziende was. „Gedurende acht dagen hield ik woord. Want go weet dat do nieuwsgierigheid der vrouwen tot oen spreekwoord is geworden. Doch ik was -^*0rmate te verontschuldi gen, want d«- deiydendo mcnschen gin gen zóó vor ny myn 0p (ien geboot Dat kon -k onmogelyk uitstaan. Ik bevond my met hem alleen. Ik lichtto het verband even op. doch juist trad de oppasster binnen. O. wat v 'd ik berispt en welk een berouw de ikl Maar zoodia het oude mensch w brak ik los in oen stroom van vreugd 1 „Ik had herbaar kind gezien!„O, als gy, bes' 1, eens de zaligheid kondet gevoelen v -oorden„Myn kind gezien „Toch b ij ik het geheim voor my- zelve, omda: ik Ferdinands blydschap niot wilde verstoren. „Eindeiyk, eindelyk waren do tien dagen voorby. Toon het gewichtig oogenblik daar was 't was juist oudejaarsdag bracht men my foostelyk gekleed naar myn stoel voor een hoogen, staanden spiegel. O, hoe beefdo ik 1 Myne moeder zat naast my. Bui ten luidden juist de klokken. „Maak nu hot verband los!" zeide de arts. Een heldere, verblindende nevel, en daarop o, en toen kon ik duideiyk zien. Tranen van blydschap vlooien thans nog uit myne oogen, als ik my het onuitsprekeiyk geluk van dit hemelsch oogenblik herinner. „Daar stond mijne moeder myn vader de oppasster de arts. Daar lag myn dier baar kind in de wieg. Het heoriyk zonlicht en eene vaas met bloemen deden my weder ervaren wat ik eens als kind had gevoeld en daar, hoe zonderling! lachte en weende my myn eigen gelaat, dat ik niet had gezien, uit den spiegel tegen. „Maar, moeder", vroeg ik, „waardoor trilt toch dat glas zoo?" „Vermoedt ge niet waardoor?" antwoordde ze. „Houdt zich misschien ook iemand schuil achter den spiegel?" „Myn Ferdinand 1" riep ik toesnellend: „kurn. kom tot mijl" J „Hy durft niet!" zeide de moeder schyn- baar bedroefd. „Durft hy niet?" herhaalde ik en zocht my te entr-kkon aan de armen van het goede oudje. „Alsof ik hem niet even lief had, wan neer hy er uitzag als ik weet niet watKonf Ferdinand! kom, myn innig geliefde!" „Een jonge man, schoon als Apollo, trad uit zyn schuilhoek op my toe. „Ik hing aan zyn hals. „Myn dierbaar leven!" fluisterde hy. „Myn Ferdinand!" „God zegene u beiden!" snikte de moeder (onder tranen van vreugde, toen wy, alles rondom ons vorgotende, in elkanders armen rusttendie eerste zalige minuten, waarin het my vergund was, myn innig geliefden man in de oogen te zienl" „Dezon Syl vesterdag, myn vriendzal ik nim- imer vergeten al werd ik zoo oud als Methu- salem. Het oudejaar, dat zyn adem uitblies, had den nacht myner oogen met zich genomen. Zyne schatten waren een louter niets in ver gel yking van de rijkdommen, welke het nieuwe jaar my bracht in het geschenk van hot licht der oogen. „Of er toen op de groote, wyde wereld nog eene ziel was, die zich zoo gelukkig gevoelde als ik aan den nieuwjaarsmorgen, toen rajjn Ferdinand „een gezegend nieuwjaar!" my op de lippen kuste!" Naar het Hoogduitsch. Gemengd Nieuws, Do „Haagsehe Crt." meldt dat do i cstaurants der Sporttonloonstelling te Scheve- ningen zullen worden geëxploiteerd door den heer C. C. Mulié, directeur van „Zeorust" te Schevoningen en van het „hotel d'Angleterre" to 's-Gravenhage. ..Do politie heeft niots gomerkt." F; de afgeloopen week zyn weder op ver schillende plaatsen in Amsterdam oproerige plakkaten aangeplakt, luidende „Wy eischen de onmiddollyke invryheidsteï- ling van Geel en als daaraan niet onmiddel- lyk voldaan wordt, zal vuur en dynamiet het work der klassen-justitie voltooien. Weg met de regeering, Leve de anarchie." Die biljetten zyn aangeplakt geworden o. op de Prinsengracht aan do brandweerkazerne,, in de Hoerenstraat, de Prinsenstraat, ja zelfs aan 't politiebureel by de Raampoort. {N. v. N.) De rechtbank te Amsterdam veroordeelde B. J. Gieltjes, J. B. Walkers on J. Th. Gieltjes, de eerste twee tot oen gevangenisstraf van één jaar en zes maanden en den derde tot een gevangenisstraf van twee jaren. De eerste beklaagde werd overeenkomstig do conclusie van het O. M. schuldig bevonden aan valschheid in geschrift, driemalen ge pleegd, de tweede aan hot desbewust tezynen voordeele gebruik maken daarvan en de derde aan het begunstigen van deze misdryven. Deze laatste was reeds vroeger veroordeeld. In de tweede week van Mei zal in het Paleis voor Volksvlyt te Amsterdam oene groote internationale hondententoon stelling gehouden worden. In de O ver-Bet uwe heerscht onder de schapen in hevigen graad de ziekte, be kend onder den naam „onganschheid". By een landbouwer stierven niot minder dan 40 schapen in enkele dagen aan deze gevreesde ziokte. Te Maastricht is gevankeiyk binnengebracht J. Timmermans, oud 36 jaren, zonder beroep, te Sittard woonachtig, verdacht van diefstal en poging tot moord, op oene 70-jarige vrouw gepleegd. De aangehoudene, die reeds tweemaal in een krankzinnigengo sticht was opgesloten, is de zoo?, van C snr Timmermans, den moordenaar, die in de ge vangenis te Leeuwarden is overleden. Het ys in den IJsel en in het Ganzendiep is, aldus schry ft men uit Kampen, opgeruimd en nu geschiedt de overtocht met pont en roeiboot weder geregeld. Te Heemstede is brand uitge- broken by dr. C. P. Grebe de Haan, welke brand zich gelukkig alleen binnenshuis heeft bepaald. Eene kamer echter is totaal uitge brand en vorder aan kleeden en meubelen groote waterschade aangericht. De beide brand spuiten der gemeente hebben den brand ver der gebluscht, waarvan de oorzaak onbekend is. Volgens de „Steenwyker Crt." heeft de heer H. W. Duyts, te Steenwyk, een model van eene machine tot het open houden van kanalen by strenge vorst gereed. Van de afwezigheid der bewo ners gebruik makende, hebben Zondagavond 3 jongens van 17 a 18 jaren ingebroken in een perceel op de Spoorstraat te Zaandam, aldaar op hun gemak licht ontstoken, wat van hunne gading was medegenomen en daarenboven oenige meubelen vernield. Lc daders, beiden bekenden by de politie, werden nog denzelfden avond opgespoord on in be waring genomen. Be „beroemde" Sequah-maat- schappy is nu ook in Saragossa opgetreden. Ilaar agont heeft daar op de bekende wyze zyne intrede gedaan in eene vergulde koets met dienaren en muzikanten, evenals hier, 'in Mexicaansche kleederdracht. Het „Handelsblad van Antwer pen" verhaalt van don merkwaardigen weg, door een kogel van 1870 gevolgd. M. Julien Blainpain, van Ferrières-la-Grande, was in 1870 onder het oog gekwetst door oen kogel, welken men nooit had kunnen uithalen. Voor een paar maanden had hy zich een land laten trekken. Eergisteren, terwyl hy op weg was tusschen Foignies en Les Mottes, viel eensklaps do kogel in zyn mond, langs de opening van den uitgetrokken tand. Verscheidene personen, waaronder dr. Defon- taino, hebben do echtheid van dit feit beves tigd. Sedert het uitkomen van den kogel heeft M. Blampain steeds hevige pijn in het hoofd. De twee overige te Montpellier ontvluchte gevangenen zyn opgepakt en aldaar teruggebracht. Er wa3 eeno groote menigte op do beon gekomen, welke hen te ïyf -wilde, en de gendarmes moesten voor het vervoer van een omnibus gebruik maken, welke echter lx rhaaldelyk werd aangehouden ofbeklommen. In oeno depeche aan den voor- ziiter der verkliedonvereeniging te Londen komen do Dihtscho boekdrukkers te Berlyn op tegen het bericht, dat zij zich onvoorwaar delijk aan do eischen der patroons hebben onderworpen. Zy verklaren dat de stryd over de werkstaking met groote geestdrift weardt. voortgezet, en vragen verderen steun. Shipbon, chef van den bond der Engel3che werklieden, heeft opnieuw geld voor de werkstakers ge zonden. De bond der vereenigde metaalwerkers hoeft met groote meerderheid besloten 1500 pd. st. te zenden. Een ryk grondeigen-aarteGratiz, Handeck, heeft zyne beide zonen, oud 8 en 4 jaren, en daarna zichzelven gedood. By Boulogne is dezer dagen earn artillerist, dien men van diefstal verdacht, plotseling ziek geworden en gestorven. By de lykschouwicg vond men m zijne maag 21 stukken van l2ö fr. Het comité voor den hongers nood te Petersburg kocht onlangs van eenige kooplieden te Libau 300,000 puds meel. Later bleek, dat het meel eene groote hoeveelheid andere bestanddeelen, waaronder zeer scha- delyke, bevatte. Do volgende berichten zyn ont leend aan het of-ficiëele blad van Fransch-Congo De administrateur Gaillard is teruggekeerd van eene goed geslaagde reis op de Oubangi en te Brazzaville aangekomen. By zyne komst te Yacoma aan de samenvloeiing van de Ouelle werd hy overal goed ontvangen en knoopte hy verschillende verdragen aan met de hoof den der dorpon aan den rechteroever. Zyne navorschingen bevestigen dat de Ouelle den bovenloop vormt van de Oubangi. Gaillard meldt dat liet stoomschip „Ballay" op 7 Aug. door de snelstroomingen van de Mobei (Oubangi) is verongelukt en dat de gezagvoerder Husson verdronken is by zyne pogingen om het schip wodor vlot to krygen. Op 27 Aug. was het adviesjacht „Albatros" ter reede van Vatah op de rotsen geraakt en verongelukt. Het had de mail aangebracht en was belast om ernstige onlusten tusschen inlanösche stammen te bedwingen. De equi page en het artillerie-materieel waren béhou- den. Eene instructie is ingesteld tegen, den agent Woormann, te Yatah. Men verdenkt hem van het leveren van vuurwapenen aan de inboorlingen. Het Fransche transportschip „Shamrock" met 800 man troepen aan boord had te Saigon eene quarantaine van 14 dagen en desinfectatie ondergaan, omdat drie opva renden aan do cholera waren overleden. Te Colombo en Obock, in de Roode Zee, liet men dus het vaartuig ongemoeid passeeren, maar te Suez werd weder eeno quarantaine van zeven dagen geëischt. De „Times"-corres- pondent te Cairo komt tegen die handelwyzo op en hoopt dat de Engelsche afgevaardigden de zaak op het hygiënisch congres te Venetië ter sprake zullen brengen. INGEZONDEN» Mijnheer de Redacteur ik in Uw geacht blad eene kleine plaats ruimte verzoeken naar aanleiding van... „ëeqaah cd dc Gcncesknt Niet volgens de letter} maar volgens d> geest dor wet dient „recht uitgesproken." By 't hooren van dorgelyko woorden zien wy fier in 'trond en wy voelen ons trotsch, dat wy in een tyd leven, door zulk een geest bezield. Korto vreugde edoch, want wij slaan den blik neder als wy bemerken dat die woorden betrekking hebben op de wet betreffende de uitoefening der Geneeskunde en bedenken wolk standpunt de medici innemen in zake Sequah. Welk eene drukte om de schil, welk een voorby'zien van de kom! Is dan niet het al of niet genezen door Sequah de hoofdzaak? Hoe Sequah een spaak in 't wiel te steken, dit alleen schynt do geneeskundige wereld te beroeren. Of hy werkelijk rheumatici geneest, laat haar koud. Een lyder meer of minder, dit mogo ons, leoken, belang inboezemen, vreemd genoeg staat de officiëele wetenschap zoo hoog, dat zy op zulk eene kleinigheid geen acht slaat en eeno voorname onverschilig- heid bewaart waar Onderzoek Plicht wordt. Ver, oneindig ver dan ook boven die Ge neeskundige Wet staat voor ons publiek de Wet der Menschelykheid. Hare eischen zyn zoo eenvoudig, zoo klaar; zy vraagt naar resul- taren eer zij een oordeel uitspreekt, laat staan eene Veroordeel big. En of nu al de geheole geieerdo wereld schryft en zich kant tegen St-qoah, zoolang zy niot door feiten staaft, dat wy hier met bedrog to doen bobben, zal zij sïechts bewerken dat zij haar eigen prestige verliest, niet den wonderdokter afbreuk doen. Vergeet de medische wetonschap, welke hou ding zy oens aannam tegenover Marvey^en Jeune'/; meent zij dat wij haar als-onfeilbaar beschouwen, dat haar woord ons genoeg is en da* 't gezonde verstand feiten niet stelt boven betoogen (zelfs van de meest geleerden)? Er 3»! door den Geneeskundigen- Raad een request ingediend worden om Sequah nog maals voor den rechter te trekken. Wezeniyk, 't zou niot onaardig zyn als dit request mocht overgereikt worden door van Sequah genezen rheuma-tieklyders! De minister kon dan èn inzage- nomen van het request èn tegelyker- tyd zich overtuigen van hetgeen Seouah uit richt. Een bizaar idéé! zegt gij. Nu, goed bizaar, maar geheel belangeloos en 't pleit ware misschien spoedig beslecht, in ieder ge val de rechtvaardigheid niet belcedigd, het geen zy wel gedaan werd door de officiëele wetenschap, die Sequah veroordeelt, maar de door hem genezen lyders eenvoudig ignoreert. O, Godin van 't Recht! ik wilde dat gy die gillende heeren eens flink in 't gelaat zaagt. Hoevelen zouden, voor uw doordringen- don blik beschaamd, 't oog neerslaan. „Vox populus Vox Dei" klonk 't reeds in de gryze oudheid. Neen, niet aan eeno partijmaar aan de menigte vrage men wat Sequah uit richt. Men ondervrago de genezen personen zeiven en dan vrygesproken of govonnist. Lichamelijk lijden te genezen is een zoo heerlijk, zoo kostelyk iets! En wy zouden dit veroordeelen, omdat die genezingen staan buiten de officiëele wetenschap (waarvan 't onderwys ons land zooveel geld kost)? Heeren medici, mag ik vragen of niet 't zoeken der geneeskunde is: Genez n° Verliest gy dit in uwe ergernis tegenover Sequah mis schien uit 't oog en streeft gy uw doel soms voorby Veritas.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1892 | | pagina 6