DAGBLAD.
G.S.POPP,
n
n
u
PEEK A CLOPPENBURG
Magazijn voor Kleeding naar Maat.
TE HUUR:
Nieuwgebouwde Magazijnen,
J. G. LANGEVELDS
este Bi» - Miste Prlizoi
i
1
i
1
1
It
N°. 9690.
Donderdag 24 Heptember.
A0. 1891.
feze (jCourant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Tweede Blad.
Vervolg der Advertentiën.
Dienstbode.
Schippersknecht
Vraag
Chocoladeliandel, Mare 84,
CACAO,
SP0RT-CH0C0LADE,
?S1 e m ppoe dei*,
HUIZEN met TUINEN
OP „VREEWIJK."
r00Kr
'ELLEN
Hanglampen,
I. I. POLLMAM,
09
@1
1
(®)d
hebben de eer te berichten, dat zij in hunne eerstdaags te openen
BFtEESSTFtA.A. T 76,
Deze Afdeeling, geheel afgescheiden van het Magazijn voor gemaakte klee
ding, is geheel naar de eischen des tijds ingericht. De fijnste Engelsche Nou
veauté-Sloffen zullen daar in ruime sorteering voorhanden en de beste in onze
andere Huizen beproefde Coupeurs daaraan verbonden zijn.
Wij veroorloven ons deze geheel nieuwe afdeeling aan te bevelen en zullen
alles aanwenden, door Groote Keuze, Élégante Coupe en Solide Bediening, ook
daarin ons eene groote Cliönteele te verwerven.
Breestraat, Leiden.
Feuilleton.
LEIDSCH
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden.77. .7.' ƒ1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijk® Nommers0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Van 1—6 regels ƒ1.05. Iedere regol meer fO-lT^.
Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het
incasseeren buiten de stad wordt ƒ0.10 berekend.
Op een dorp wordt tegen 1 Oct. gevraagd
eeno DIEXSTBODE, desnoods als Xood-
liulp. Adres: Mevrouw WIJN, te Hazers-
woude. 6213 6
gevraagd, die eenigen t\jd de Zuiderzee of
de Zeeuwsche stroomen heeft bevaren. Opgave
van ouderdom, loon, bij wien laatst gevaren enz.
■worden onder No. 6187 ingewacht aan het
Bureel van dit Blad. 7
IN
NAAR
Blooker en Driessen's POEDER
CHOCOLADE,
STOLWERCKS HART-CACAO,
STOLWERCKS EIKEL-CACAO,
DRIESSENS MELK-CHOCOLADE,
EN DE ZOO GEROEMDE
BENEVENS
van 20 Cents per ons.
gJÈgP Nooit zult ge een Slemppoeder
beter in qualtteit en gemakkelijker in berei
ding aangetroffen hebben. 6179 28
Bierbottelarij: Korte Diefsteeg S-
Teleplioonmimmer 106
746 9
1 bevattende 4 Kamers, Keuken, Kelder275.— 'sjaars.
3 5 Dienstbodekamer, 3 Kabin., Kelder. 500.—
2 Bovenw., bev. 3 „2 Zolderkamers, 1 260.—
7 a a 3 a „2 1 250.—
2 Benedenw., 3 Dienstbodekamer,210.—
6 3 200.-
Alle huizen zjjn met Duinwater en van vele gerieflijkheden voorzien.
Inlichtingen geeft de Architect W. KOK, Pieterskerkgracht 16. 5290 30
Tafellampen, Ganglantaarns in onge
looflijk groote keuze.
Soliedste qualiteit. Grootste keuze.
Goedkoopste prijzen. 5388 10
Eeiden, Arnhem,
Nieuwe Rijn 20. Bakkerstraat 40.
I
hebben ingericht een geheel apart
6146 120
1
i
Verhaal uit den tijd van den
Krimoorlog.
6. Slot.)
Daarna moest lijj den weg te voet afleg
gen, in gezelschap van andere ballingen, als
politieke misdadigers, roovers en moordenaars,
en onschuldige vrouwen en kinderen, die hunne
bloedverwanten in de ballingschap verge
zelden. De verpleging onderweg was ver
schrikkelijk, het verblijf in de overvolle
stations, waar de gevangenen overnachten
mochten, nog verschrikkelijker, want de ver
trekken waren vervallen, nauw, vol onge
dierte en volgepropt met ongelukkige
menschen.
De lotgenoot van Apraxin en zijn buur
man in de colonne was eveneens een officier,
een vroegere veldjagor. Hij was eenige dagen
vóór Apraxin met depeehes uit Berlijn aan
gekomen en had eigenhandige brieven van
koningin Elisabeth van Pruisen en van koning
Friedrich Wilhelm IV gebracht. De brief van
koningin Elisabeth was aan de keizerin van
Rusland gericht, de brief van den koning
aan den keizer. De veldjagerofficier, die zich
bij zijne aankomst te St.-Petersburg even
eens onder alle omstandigheden bij den keizer
moest aanmelden, ontmoette hom op het
paradevelddaar werd over een aantal troe
pen, die naar de Krim zouden vertrekken,
eene parade gehouden. De veldjager ont
moette het eerst den wagen der keizerin en
overhandigde haar den brief van koningin
Elisabeth, welken hy uit den borstzak te
voorschijn haalde.
Daarna snelde hij naar den keizer en be
richtte hem wat hy bracht. Keizer Nikolaas
was destijds zeer verbolgen over de houding
van Pruisen, dat zich ten aanzien van den
Krimoorlog niet zoo gedroeg als hij het
wenschte.
„Maak het kort!" beval hij den officier.
Deze tastte in den zak van zijne uniform
jas en ontdekte dat hy den brief ver
loren had; hij moest hem kwijt geraakt zijn
op het oogenblik, dat hy den brief aan de
keizerin uit den zak genomen had. Hij snelde
naar de plaats terug, waar het rijtuig van
de keizerin gestaan had, en ontdekte nog
een stuk papier. Eenige regimenten waren in
snellen draf over de bewuste plaats gereden
en van den brief was nog slechts een onlees
baar, vuil stuk papier overgebleven. Buiten
zichzelven van schrik, bleek ais een lijk naderde
hjj den keizer met dit overblijfsel van den brief.
„Genade, majesteit", zeide de veldjager
officier. „De brief moet my ontvallen zjjn,
toen ik het schrijven aan hare majesteit de
keizerin gaf."
De keizer richtte zich met een kort bevel
tot zyn adjudant. De veldjagerofficier werd
gedegradeerd en was nu op weg naar Siberië.
Onder de ballingen bevonden zich verder
geheele familifcn, die het machtwoord van
den czaar naar Siberië verbande. Eens had
hij een geheel regiment cavalerie daarheen
verbannen. Het regiment exerceerde slecht,
en czaar Nikolaas beval
„Regiment rechtsom naar Siberië, marsch,
marsch!"
Het regiment moest zich met alle officieren
in looppas op weg naar Siberië begeven.
Eerst na acht dagen werd het weer terug
geroepen, nadat, de woede van den czaar be
daard was.
De ongelukkige Apraxin was reeds in
Perm aangekomen, toen hem eindelijk het
hevel bereiktede majoor graaf Apraxin
moet terstond naar St.-Petersburg terug-
keeren.
Apraxin had dus ook zyn rang en titel
behouden.
De terugreis ging veel vlugger dan de
heenreis, want een majoor reist geheel anders,
vooral wanneer hjj koerierpaarden ho ft, dan
een tot gemeen soldaat gedegradeerde balling.
Twintig dagen na zyne terugroeping stond
Apraxin weer voor den czaar. Apraxin ver
schrikte echter, toen hy den monarch zag.
Het oog van den keizer, waarmede hij anders
alles beheerschte en voor zich deed buigen,
was somber en mat; het gezicht bleek als
was. De geheele houding getuigde van uitputtng
en neerslachtigheid; zelfs zjjne stem klonk
mat en zoo week als nooit te voren. De be
richten van het in duigen vallen zjjner ver
wachtingen, het voor hem onbegrijpelijke feit,
dat zyn leger verslagen, en de oorlog, naar
het zich liet aanzien, verloren was, hadden,
zooals later bleek, in werkelijkheid het hart
van czaar Nikolaas gebroken.
Langzaam naderde hy Apraxin en zeide:
„Uw aanblik wekt opnieuw droefheid in
mijn hart; ik vrees dat ook myn aanblik u
niet aangenaam is."
Apraxin keek naar den grond. De czaar
begreep dit antwoord wel.
„Ik kan het wel denken", zeide hy, „gil
wilt m(j niet vergeven wat ik u gedaan heb
en geef toe, dat het onrecht was. Ik was te
overhaast. Maar ik wil u niet meer zien. Ga
naar het buitenland! Gy kunt uw inkomen