Lagerbier
KLEEDINGSTUKKEN
in de groote Confectie-Magazijnen
M. CAHEN,
voor Heeren, Jongeheeren en Kinderen
tof veel verminderde prijzen UITVERKOCHT!
Ire Ho. 6D. Loin.
The Mutual Life Insurance Company
.ts
itzioeialsMi
Wegens het ongunstige Seizoen worden van heden af alle voorhanden zijnde
Leiden,
Den Haag,
Breda,
0. Tli. BJIKEBAART,
Heden Ontvangen:
C. Th. BREE BAART.
JolleÉOM"
Let vooral op het Etiket
J. P. RIEDEL, Boommarkt.
Op elk Kleedingstuk staan voor een ieder duidelijk leesbaar de juiste, zeer billijke,
doch vastgestelde prijzen.
Deze prijzen op zichzelven zijn reeds beneden alle denkelijke concurrentie; niettegen
staande dit wordt gedurende dezen grooten Uitverkoop bij inkoopen tot en met tien Gulden
10 pCt. rabat toegestaan en bij grootere inkoopen 15 pCt.
Op Kleedingstukken van het vorig Seizoen wordt 20 pCt. toegestaan
IV ieuwe Kijn 32.
ft
Vlamingstraat SO.
Brugstraat.
Feuilleton.
DOKTER JAftJIN.
in Manufacturen,
geheel nieuwe patronen in
KATOENEN,
NIEUWE
LICHTE STOFFEN,
Crétonnes, Vitrages per El,
Afgepaste Vitrage Gordijnen,
Gestreepte Flanellen,
ENZ ENZ., ENZ. 3818 20
NAKFt GO. LEIDEN.
of NEW-YOFtK.
Uit het jaarverslag eindigende 31 December 1890.
206,055 Polissen. Verzekerd kapitaal, totaalf 1595,567,163,10
waarvan in 1890:
49,188 Polissen 402,464,963,95
Ontvangsten f 87,446,946,73. Vermeerdering in 1890 9,649,397,68
Betalingen aan Polishouders 42.433,000,13. 4,431,479,18
Waarborgfonds 367,887,403, 26,884,082,95
Directie voor NederlandHeerengracht 525, te AMSTERDAM.
944 40 Th. LUNS, Directeur.
GEEN
Hoofd-agent te Leiden:
Eenlg vertegenwoordiger voor
Lelden en Omstreken.
TELEPHOONNUMMER 122.
DITTEREOOF!
3695 208
DE GEHEIMEN
van een krankzinnigengesticht
49.)
„Een geheim, dat mij deed schrikken. De
man, die zich by uw gast bevond, was een
oppasser uit het gesticht van dokter Janin.
Hij vertelde aan uw neef, dat de patiënt, dien
gij vóór vyf-en-twintig jaren in het gesticht
gebracht hebt, na hem vooraf met den looden
knop van uwe karwats bewusteloos gemaakt
te hebben, heden nog leeft en dat dokter
Janin zich vergist, als hij gelooft dat deze
patiënt krankzinnig is. Voor twintigduizend
gulden wilde hy de behulpzame hand bieden
ter bevrijding van den patiënt; verder ver
langde hy niets anders dan geheimhouding
gedurende den tijd, dien hy noodig heeft om
zich naar Amerika in te schepen. Zyn ge
tuigenis, wat de geheimen van het gesticht
bstreft, zal hy schrifteiyk achterlaten."
„Verder, verder!" riep de oude heer, wiens
gelaat aschgrauw geworden was. „Zy hebben
toch zeker het een of ander plan gemaakt; ik
moet weten, waar ik aan toe ben en hoe naby
het gevaar is."
„Een plan?" antwoordde de jonge man, met
voorgewende kalmte. „Ja zeker, en voor ons
is het gelukkig, dat zy zoo voorzichtig ts
werk gaan. Morgenavond zal mijnheer Alfred
den dokter bezoeken, om een afschrift van
het bericht over zijns vaders dood te halen,
dat voor hem klaar ligt. Als hy het gesticht
weer verlaat, zal zyn vader hem vergezellen
de oppasser zal er voor zorgen dat alles goed
van stapel loopt."
Herman Frohberg was opgestaan; hy liep
mot groote paseen op en neer, want hy
moest zyne ontroering meester worden, om
over datgene, wat hem nu te doen stond,
kalm te kunnen nadenken.
„Eon rytuig zal in de buurt van het ge
sticht wachten", ging Frederik voort; „zoodra
onze gast met den patiënt het gebouw ver
laten heeft, zal de oppasser hem volgen
„Zoover zyn zy nog geen van drieën!"
viel de oude man hem in de rede. „Ik zal
een streep door hunne rekening halen. Maar
hoe? Wat zullen wy nu doen?"
„Deze vraag is moeilyk te beantwoorden.
Er is eigeniyk slechts één antwoord op,
en wel dit, dat de jonge man uit den weg ge
ruimd of onschadeiyk gemaakt moet wordenl"
Herman Frohberg knikte bevestigend; zijne
schreden werden kleiner en langzamer; hy
zag nu den weg voor zich, welken hy moest
gaan; het was de weg der misdaad; maar
hjj had dien reeds jaren geleden ingeslagen
en nu dreef het noodlot, de vloek der eerste
booze daad hem voorwaarts; hij mocht niet
blyven staan, de grond waggelde reeds onder
zyno voeten.
„Janin moet helpen 1" zeide hy; „de ge
varen, welke hem dreigen, zyn nog grooter.
Alfred moet hier vastgehouden worden; wy
moeten niet toestemmen dat hy ons huis
verlaat."
„Wat zou daarmee gewonnen zyn?" ant
woordde Frederik, peinzend het hoofd schud
dende. „Onder welk voorwendsel kunnen wy
hem dwingen hier te blyven?Hy zoudadelyk
achterdocht krijgen en dientengevolge zjjne
maatregelen nemen, en het is niet te ver
wachten, dat het toeval ons ooit weer zoo
gunstig zal zyn als hedenavond. Wij moeten
hem niets laten morken, maar hem onge
stoord zyn gang laten gaan. Zyne plannen
kennen wy nudus is het nu onze zaak die
krachtig tegen te werken."
„Janin is een ezel, dat hy zyn oppasser
zoo onvoorwaardelyk vertrouwt!" bulderde
de oude man, op wiens voorhoofd da aderen
dreigend opzwollen.
„En waarom zendt hy dien kerel hierheen
Hy' had den brief aan do post kunnen toe
vertrouwen of my kunnen schryven dat hy
my wenschte te spreken-"
„Wat heeft hy u geschreven vroeg Fre
derik, terwyl hy haastig naar den brief greep,
welke op de schryftafel lag.
„Hy wil weten, hoeveel ik hem geef, als
de patiënt sterftantwoordde Frohberg, die
nog altyd met moeite zyne onrust bedwong.
„Heeft hy eene opdracht daartoe van u?"
„Neen, hy meent dat de dood van dien
man my aangenaam zal zyn. Als hy dat
maar vroeger bedacht had."
„De jonge man sloeg iedere beweging van
zyn vader gade.
„En gy hebt hem daar nog niet op ge
antwoord?" vroeg hy.
„Neen! Ikzelf zal hem het antwoord bren
gen. Van avond nog! De tyd dringt. Dat
gy my niet verraden zult, behoef ik zeker
niet te vreezen", vervolgde Frohberg, terwyl
hy voor zyn zoon bleef staan en den
gloeienden blik dreigend op hem gevestigd
hield; „het zou uw eigen nadeel zyn, en
gy zoudt daardoor uzelven tot den bedelstaf
brengen."
(Wordt vervolgd.)
Leiden, ter Boekdrukkerij
van A. W. SIJTHOFF