No 9512 Dingdag 24 Februari. A0. 1891. (Deze (Courant wordt dagelijks, mét Uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 23 Februari. Feuilleton. LEIDSO Na PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden. .,77.77..7. 1.10. Franco per post7.7.777.777. 1.40. Afzonderlijke Nommers.77.7.... 0.05. PRIJS DER ADVERTENTIËN: t Van 1—6 regels i.Uö. letierS regel meer f,0.Yl\. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het Incasseeren buiten de stad wordt ƒ0.10 berekend. Met 1 Maart begint een nieuw kwartaal van het Leidsch Dagblad. Zij, die zich nu reeds op deze Courant abonneeren, ontvangen de tot dien datum verschijnende nummers gratis. Dr. W. Pleyte, conservator aan 's Ryk3 Museum van Oudheden (afd. archaoologisch kabinet) te Leiden, heeft een open brief ge zonden aan alle directeuren van historische musea hier te lande, met de strekking hen op te wekken tot aaneensluiting en jaariyk- sche samenkomsten. Door den heer J. Refjonga, onder-inspec teur van politie te Rotterdam, is, met ingang van 1 Maart a. s., eervol ontslag uit zijne betrekking aangevraagd, daar hi) met ingang van dien datum is benoemd tot inspecteur van politie te Leiden, tevens belast met de norg voor de hondenbelasting in deze gemeente. BIJ de heden gehouden openbare verkoo- ping van cokes, in partijen van 50, 10 en 5 hectoliters, waren de hoogste prijzen29, f 6.20 en 3.05de laagste29, 6 en 3. Xe Amsterdam is Zaterdag ter aarde best6ld het stoffelijk overschot van wijlen onzen vroegeren stadgenoot den heer W. T. AVerst, en met de redactie van „Het Ni9uws v. d. Dag" schaarden zich om de groeve op de Ocsterbegraafplaata al zijne mede-verslag gevers van de Amsterdamsche bladen, oud leerlingen en leerlingen in het vak der steno graphic en een groot getal verdere belang stellenden. Tal van kransen bedekten de lijkkist, en daaronder bevonden er zich, behalve die van de nabestaanden, van „Het Nieuws van den Dag", van zijne medereporters aan dat blad en een van de ambtgenooten van t>yna alle overige Amsterdamsche bladenvan het „Algemeen Handelsblad", „Het Dagblad van Nederland", „De Standaard", „De Tijd", „Het Centrum" en de „Amsterdamsche Cou rant", waarbij zich hadden aangesloten de vertegenwoordigers van de „N. Rott. Courant" en van „Het Vaderland". Namens de redactie van „Het N. v. d. D." herinnerde de heer P. J. Appel aan het droeve feit, dat slechts weinige weken geleden „Het Nieuws van den Dag" door een groot verlies pijnlijk getroffen werd en dat nu wederom in de ry zijner medewerkers eene plaats ledig geworden was. Ook deze tweede doode be hoorde niet tot de jongeren, maar men had ook van hem verwacht en. gehoopt, dat zyne medewerking aan de courant nog van langen duur zou geweest zijn. Noode ziet de redactie den man heengaan, die hare achting had en verdiende. Toen de heer Werst tien jaren geleden aan „Hot Nieuws van den Dag" ver bonden werd, begon hy oen nieuw leven. Hy heeft in die nieuwe periodo zyae zoo moei- lyke betrekking van reporter van den ochtend tot den avond vervuld met eerlijkheid, nauw gezetheid en groote bekwaamheid. Daarvan getuigt de hulde, welke de redactie thans aan zpne nagedachtenis brengt en daarvan getuigt niet minder de treffende hulde van zijne collega's. „Het N. v. d. D." verliest in dezen doode een yverig en bekwaam medewerker, zyn gezin een zorgzaam huisvader. Namens d9 Amsterdamsche collega's werd het woord gevoerd door den heer S. M. N. Calisch van het „Algemeen Handelsblad"hu herdacht den man, die, op gevorderden loeftyd in de moeilyke betrekking van reporter aan een groot blad geplaatst, zich gaandeweg eene eervolle positie wist te verworven. Een man, die onder zpne omstandigheden 't zóó ver bren gen kon, die zich op 50-jarigen leeft yd de stenographie eigen maakt, zoo, dat hy deze kunst ook aan anderen vermag te leeren, dat is geen alledaagsch man. Spr. stelde hem tot voorbeeld aan de jongeren en eindigde met een: „Zyne assche ruste in vrede!" Dit naam van de familie bedankte de schoon zoon van den overledene, dr. A. E. F. Orippe- ling, voor de eer, den doode bewezen. Men schryft ons uit Wassenaar, dd. 22 Febr.Onze gemeente leed heden een zwaar verlies door het overljjden van den heer H. AV. Bettink. Sinds 11 Dec. 18S2 bekleedde hy met yver de betrekking van hoofd der eerste openbare school alhier en maakte hy zich aller achting waardig, Dè heer S. Vaü Yelzen, lid van de Tweede Kamer der Staten-Genèraal, voor het kiosdistrict Bodegrave, zal morgen, des avonds te zeven uren, in het lokaal van den heer Rodenburg, te Bodegrave, voor de kiezers dier gemeente optreden tot het houden van eene rede, waarby gelegenheid zal woiden gegeven tot debat. In de Remonstrantsche kerk te Zvvam- merdam zal Zondag 1 Maart het nieuwe orgel in gebruik genomen worden. De minister van financiën brengt ter kennis van ambtenaren der directe belastingen, invoerrechten en accynzen, die volgens de bestaande bepalingen voor de vervulling van j ontvangkantoren in aanmerking kunnen komen en verlangen benoemd te worden tot ont vanger te Haarlemmermeer, dat zy daarvoor nog tot 15 Maart a. s. een adres kunnen indienon, onverschillig of zy overigens tot mededinging naar kantoren van de vijfde klasse bevoegd zyn. Het zeer uitvoerig voorioopig verslag der Tweede Kamer is verschenen over het wets ontwerp houdende herziening der algemeens regels tan aanzien der plaatselyke ho la s t i n g e n. In alle afdeelingen gold het als eene ernstige grief, dat dit ontwerp in voel sterker mate dan thans hot geval is, de gemeente financiën afhankeiyk maakt van het Ryksbelasting- stelsel, en den band tusschen beide aanzieniyk versterkt. Dit was te bedenkelyker, nu twee der ryksbeiastingen (het personeel en het patentrecht), die als grondslag moeten dienen, dringend herziening vereischen en van de beginselen, volgens welke die herziening naar het oordeel der Regeering zal moeten ge schieden, nog niets bekend is. Terwyl vele leden deze bezwaren overwe gend achtten, waren anderen geneigd de ge meenten te gemoet te komen door de voor gestelde overdracht van de opcenten op de personeels belasting, op het patentrecht en de heffing van de verhoogde opcenten op de grondbelasting bij dit wetsontwerp toe te staan, slechts als noodwet en als voor- loopige maatregel. Verscheidene leden daarentegen brachten hulde en dank aan de Regeering, dat zy de gemeenten wilde te hulp komen in afwach- i ting 9SB8I reorganisatie van de ryksbelastingeii, die toch te lang zon duren. De band, waar over men klaagt, bestaat nu reeds voor eon gedeelte en eene herziening van de personeels belasting of de patentwet blyft inmiddels mcgeiyk. Wordt de personeels belasting ver beterd, dan kuDnefi de gemeenten toch opcen ten heffen éii Wanneer zelfs het patent wordt afgeschaft, behouden de gemeenten de be voegdheid om eene eigen bedijjfebelaatlng te heffen. Op die wyze wordt het belang van den Staat niet meer zoo sterk betrokken by het behoud van de ryksbelasting. In zoover meen den sommigen dat de voorgedragen regeling zelfs een gunstigen invloed zal uitoefenen op de inrichting van ons geheel belasting stelsel. Het afdeelingsverslag is ook verschenen over het wetsontwerp tot vaststelling van het bedrag der grondbelasting op de gebouwde en ongebouwdejeigendommen. Vele leden, dit ontwerp* in nauw verband brengende met dat betrekkeiyk de plaatselijke belastingen, zouden hun oordeel over dit ont werp afhankelijk maken van het lot, hetwelk aan 't thans behandelde zou te beurt vallen, tenzy de Regeering, door een of ander middel, de stemming over ieder der ontwerpen onaf- bankelyk van elkander zou maken. Door de Regeering is met de gemeente Haarlem eeno ruiling aangegaan, met het doel om een nieuw post- en telegraafkantoor aldaar te stichten, waartoe hot ryksgebouw, waarin het postkantoor thans is gevestigd, aan de gemeente overgaat, terwyl deze aan het Ryk afstaat het gebouw, waarin vroeger de arrondissements rechtbank was gevestigd. Met de kosten van een en ander, ton bedrage van 11,030, wordt de begrooting van water staat verhoogd. De schryver der Brieven uit de Hofstad in do „Arnh. Ct." deelt mede dat hem uit een particulier bericht, waarvan men hom inzage heeft gegeven, gebleken is dat het „verschil van gevoelen" tusschen den gou verneur en den procureur-goneraal van Su riname aan het licht is gekomen in den wei nig gebruikeiyken en met het prestige van hot gezag weinig strookend^a vorm "en0 vechtpartij op iie beide hooge hoeren zyn eenvoudig ten aanschouwe der voorbij gangers handgemeen geweest. Heden eindigt de lichte rouw voor de officieren van zee- en landmacht. By koninklijk besluit is benoemd by den grooten staf, tot generaal-majoor, comman dant der stelling Amsterdam, tevons bevel hebber in de 1ste militaire afdeeling, de kolonel jhr. L. J. Van Teylingen, van den staf der genie, thans commandant tn het 2de genle- commandement, in de plaats van generaal Den Beer Pportugae], Benoemd int tidcicr in do orde van den Nedertaiidscheh leeuw do kolonel der artillerie Le Loup de Sancy, chef van het 2do bureau van den goneralen staf van het Fransche leger. Het stoomschip „Semarang", van Java naar Rotterdam, vertrok 21 Febr. van Mar seille; de „Utrecht", van Rotterdam naar Java, vertrok 20 Febr. van Porim; de „Zuid- Holland" is 21 Febr. van Rotterdam te Batavia aangekomen; de „Cor.rad", van Amsterdam naar 3atavia, passeerde 22 Februari St. Vin cent; de „Prinses Sophie", van Amsterdam naar Batavia, passeerde 21 Febr. kaap Del Armi. Do gewone audiëntie van den minister van oorlog zal op 26 dezer niet plaats hebben. By koninkiyk besluit is pensioen ver leend ten laste van den Staat, aan de ryks- I>E TWEE IVEVEIV. Novelle van U UILCEBRAX». 59) „De graaf van AVulfenstein niet die gevangen zit, maar de andere, die wilde, uwe Hoogheid kent hem zeker wel heeft voor zyn neef een verzoekschrift ingediend, waarin hy om ontslag van rechtsvervolging vraagt. Hy neemt dan de verplichting op zich om te zorgen, dat zyn neef dadeiyk liet land verlaat en naar Amerika of ergens anders heentrekt, maar hier nooit weerkomt." „Ia, zie je, dat is nu weer zoo'n gewich tige zaak. AVat doe je daar nu aan? Ik mag toch in dezen ook myne eigon meening heb ben en behoef niet eerst af te wachten wat Delnow my voorslaat. Ik heb in langen tyd geene instructie opgeheveD, ik mocht het nu wel eens doen. Ik ben den graaf steeds goed gszind geweest, reeds om zyns vaders wil. Hij heeft my wol is waar schandeiyk gebla meerd by de officieren, en die kleine AVar- lebon nog veel meer. Lieve hemel, als het nog voor twintig jaren gebeurd was! Onver- antwoordelyk neuswys van hem. En dan vermoordt hy nog myn opperhoutvester, dien besten Van AVillingen, ook. AVas het nog een houthakker of boschlooper of zelfs een wachter geweest, maar de opperhoutvester zelf. Ik woet nog niet eens, wie voortaan de hofjachten regelen zal. Het doet my in myne ziel leed voor dien graaf. Zoo gevangen te zitten en zich voor gezworenen te moeten verantwoorden; met schoenmakers, kleer makers en nog meer werklioden! Het geval is lastig, en ale hy het land verlaat, beb ik toch niets meer aan hem.AYat zoudt gü doen, AVillem, als go in myne plaats waart? Lust zou ik er wel in hebben, alleen om die lieve AVarleben pleizier te doen, want dat arme kind treurt zich nog dood." „Als uwe Hoogheid myne bescheiden mee ning vraagt", zeide do kamerdienaar met een diplomatiek lachje, „dan zou ik zeggen: wacht daarmede tot de gevangene er zelf om vraagt." „Je hebt waarlyk geljjk, man! En dat zal ik Delnow ook antwoorden. Je bent een slimme kerelJe moest eigeniyk minister zijn, maar ik heb je als kamerdienaar te veel ncodig.Evenwel heb je golyk, waarom vraagt de graaf er zelf niet om?" De kamerdienaar baalde de schouder» pp en sprak „Hot is hem aan de hand gedaan, maar hij moet echter geantwoord hebben -dat hy geene genade, maar recht verlangde." „Die trotschaardHet heeft echter nog zy'ne goede zyde. Nu hoort men ten minste nog hoe de zaak zich heeft toegedragen. Niet waar, het heoft immers plaats gehad juist als verteld wordt?" „Daar is geen woord van waar. Uwe Hoog heid kan zeker wezen; de gerechtsdienaar heeft het my gisteren nog gezegd. In de stad houdt men zyn neef, dsn wilde, voor de oor zaak der schuld. Die heeft hem eerst zoo ver gebracht." „Dat heb ik ook wel gedacht. Ik kan dien man niet uitstaan. Hy neemt by elke gele genheid eene voorname en meesterachtige houding aan, alsof hy het overal elders beter gehad en gevonden heeft, dan by my hier. Ik zal hem dan ook op het volgende hofbal niet inviteeren en wil hem hier niet meer zion.Is het ontbijt klaar? „Om u te dienen. Hoogheid!" En de goede oude heer maakte zieh gereed om in zyn gebloemd ochtendgewaad eon uurtje met zyne vrouw over de nieuwtjes van den dag te gaan keuvelen. De staatsmachine werkte intusschen rustig en regelmatig floofc teiwjjl het achtbaar Hoofd van den Staat kalm en bedaard zu'no koffie dronk. De weg van de stad naar AVulfenstein be hoorde tot de schoonste en lieflijkste gedeel ten der goheele omgeving. Van de stad tot het uitspanningsoord „Vischbeek" zag men rechts en linke van den weg heerlyke bloemperken, afgewisseld door lindelaantjes en kiezelpaden, en van „Vischbeek" tot AVulfenstein had men eene breede, prachtige laan van dichtbebladerde, oude lindeboomen. Aan beide zyden strekten zich in de dalen goudgele korenakkers uit, terwyl daarachter heuvelen en bergtoppen omhoogstegen, met dichtbegroeide beuken wouden. Softe had diep ademgehaald, toen de her togin na het diner met een lachend hoofd knikje te kennon had gegeven dat zy zich kon verwyderen. Na alle angsten en vreezen, welke zu in den voormiddag gekoesterd had, haaldo zu thans iu de eenzaamheid vry adem Luiste rende naar het zoet gekweel van de geve derde woudzanger:?, schepte zy mouwen levenamfp-j. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1891 | | pagina 1