N°. 9458 Vrij^lag XO 3L>eceisXR>ei'. A°. 1890. feze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van <§pn- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 18 December. Feuilleton. Uit Dostojeffski's jeugd. (Slot volgtj DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden1.10. Franco per poet.1.40. Afzonderlijke Nommers0.06. PRIJS DER AD VERTEN TIEN: Van 1—6 regels ƒ1.05. Iedere regel meer 0.17i. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het iu- caaeeoren buiten de etad wordt 0.10 berekend. Officieel© KennlBgevlngen. Burgemeester en Wethouders van Leiden herinneren bij deze den belanghebbenden, dat ingevolge de ver ordening van den 9den Januari 1868 (Gemeenteblad No. 1), de Beestenmarkt en de Kaasmarkt in plaats van op Vrijdag den 26sten December a. e. (2den Kerstdag) zullen worden gehouden op Woenedag den 24sten te voren. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, DE KANTER, Burgemeester. 18 Dec. 1890. E. KIST, Secretaris. Heden is aan do universiteit alhier de heer H. G. Van Velthuysen, geb. te Semarang, bevorderd tot doctor in do rechtswetenschap, met academisch proefschrift, get.: „Eenige vragen naar aanleiding van erkenning van natuurlijke kinderen door de moeder. By koninklijk besluit van 15 dezer is, met ingang van 1 Januari 1891, mr. H, Van der Hoeven alhier voor drie jaren benoemd tot secretaris van het College voor de Zee- visacherjjen. Naar wij vernemen, zal „Leideus Man nenkoor" "a; s. Maandag, den 22Bten dezer, in de zaal van „Zomerzorg" weder eene uitvoe ring gevèrt, waarop o. m. zal gezongen worden het schoone werk „Leidens Ontzet" van Richard Holl. Als solisten zullen zich o. a. doen hooren de heeren Arnold Spoel, leeraar aan de Koninklijke Muziekschool te 's-Graven- hage, en Henri De Lauw, uit Delft. Dit zal de 25ste uitvoering wezen, voor welke gelegenheid volgens achterstaande advertentie introductiekaarten zullen te bekomen zijn. Wij wenschen het gunstig bekende koor bi] vernieuwing eene flinke opkomst toe, opdat het onder de ingezetenen nog meer bekend zal worden. De zeven en zeventigste jaargang van den „Almanak van het Leidsche Studenten corps," die voor 1891, is verschenen. H(j be vat het welgelijkend portret in photogravure van den rector-magnificus, prof. dr. C. K. Hoffmann, en een goed geslaagd lichtdruk portret van wijlen prof. dr. E. A. Van der Burg, aan wiens nagedachtenis door prof. Fra:-.chimont eenige bladzijden van waardee- rende en weemoedige hulde worden gewijd. Aan den overleden Koning wordt op de eerste bladzijde na den kalender door een eenvoudig rouwbericht herinnerd. Het getal promoties was in den afgeloopen cursus bijzonder groot, cl. 80. Het aantal studenten bedraagt 991, waarvan 743 bij het studentencorps behooren (waar onder 49 oud-leden); 248 zijn niet-leden van 2) In de deur stond een soldaat, eveneens in lichtblauwe uniform. „Aha, staat het zoo!" dacht ik. „Sta mjj toe.begon ik. „Geen woord, kleed u aan, wy wachten 1" viel de man met de blauwe uniform mi) in de rede. Terwijl ik mjj aankleedde, werden mijne boeken doorbladerd en al mijn good door zocht. Men vond niet veel, maar niets bleef onaangeroerd. Mijne brieven en papieren wer den voorzichtig ingepakt. De commissaris van politie legde eene groote scherpzinnigheid aan den dag; hy stak het hoofd in de kachelen haalde de asch met een pypenroer door elkaar. Op zijn bevel klom een soldaat op een stoel, om op de kachel te klauteren. Men vond evenwel niets en kon zich verheugen dat ik daar niets gevaarlijks had verborgen. Wfl verlisten do kamer, onder geleide van de verschrikte hospita en haren knecht Iwan, die ook zeer ootsteld was, daar allen met eeno bij zulk eono gelegenheid passonde plech tigheid volgden. het corps. Over de verschillende faculteiten zijn dezen verdeeld als volgtgeneeskunde 391, wis- en natuurkunde 63, letteren en wijsbegeerte 57, godgeleerdheid 74, rechts geleerdheid 378, O.-Indische Instelling 28. Uit de bjjna 30 bladzijden lange lijst der gezelschappen blijkt, dat bet verenigings leven onder de hedendaagsche studenten nog steeds zeer in eere is. Het „vervolg van de korte geschiedenis der Leidsche hoogeschool" beslaat niet minder dan 60 bladzijden. Het afgeloopen jaar was voor hoogeschool en corps een gelukkig jaar. Slechts werpen de toenemende klachten over het onvoldoende der hulpmiddelen en gebouwen voor het onderwijs bestemd, eene groote scha duw op het tafreel, en de redactie moet met leedwezen verklaren, dat door deze gegronde klachten afbreuk wordt gedaan aan de glorie van 's lands eerste hoogeschool. De collegeverslagen beslaan mede 60 blad zijden. Zij bevatten tal van opmerkingen en wenBchen, de inrichting van het onderwijs betreffende. Het medische verslag toont eene groote bezorgdheid, veroorzaakt door hekonma- tig aantal studenten, waardoor met name het practisch deel van hot onderwijs volstrekt ontoereikend is. Verder bevat de Almanak de verschillende programma's en proclamaties uit de maskerade week, en een 100 bladzijden mengelwerk; terwijl als gewoonlijk Mixed-Pickle den Alma nak besluit. De redactie bestond uil de heeren Plemp van Duiveland, Maas Geesteranus, Philips Drucker en Feith. Wegens te weinig deelneming is de tegen gisteravond aangekondigde voorstelling van „Eerloos" niet doorgegaan. De 2de luit. C. M. G. Van Rijswijk de Jong is ingedeeld bij het 3de bat. 4de reg. infanterie, te Haarlem in garnizoen. De afgevaardigden van de Koningin- Regentes naar Z. M. den kgning der Belgen, vice-admiraal Binkos en kapitein De Ranitz, hebben op den dag hunner aankomst hunne opwachting gemaakt aan den heer Beemaert, hoofd der Belgische regeering, en aan prins De Chimay, minister van buitenlandsche zaken. Zij zijn gisteren te drie uren door den koning in het paleis te Brussel in audiëntie ontvangen. Per Staatsspoor van 10.6 z(jn heden ochtend uit de residentie vertrokken de heeren baron Van Hardenbraek van 's Heeraartaberg van Bergambacht en mr. baron Van Pabst van Bingerden, om zich aan de hoven van Saksen-Weimar-Eisenach en Wurtemborg te Voor de deur stond een wagen. Wjj reden langs het kanaal naar de „kettingbrug" (station der geheime politie). Eene talrijke menigte was daar op de been. Ik ontmoette vele bekenden, die slaperig uit hunne oogen keken en niets zeiden. Een ambtenaar nam ons in ontvangst. Onophoudelijk kwamen er heeren in lichtblauwe uniformen met nieuwe slachtoffers aan. Men zette ons in verschillende cellen en de gebeele dag verliep iu pijnlijke onzekerheid. Voor het overige behandelde men ons uit stekend men gaf ons thee, ontbijt, koffie, middageten, en de gendarmen spoordon ons on'ophoudelijk tot eten en drinken aan en klaagden, dat wij zoo weinig gebruikten. Tegen den avond werden wij naar de ves ting gebracht. Wonderlijk, dat ik onderweg er geen oogenblik aan dacht, dat wij naar de vesting gingen. Ik werd in een ellendig krot gebracht, dat door een gebrekkig lampje verlicht was, en daarna alleen gelaten. Het krot was zóó vochtig, dat de commandant, die den volgen den morgen kwam kijken, niet nalaten kon uit te roepen „Hier is het waarlijk niet prettig!" Op mijne vraag, waarom ik gearresteerd was, antwoordde by kwijten van dehundoordeKoningin-Weduwe opgedragen bijzondere missie. Blijkens het dezer dagen verschenen jaarboekje voor het notaris ambt zijn, tus- schen 1 November 1889 on 1 November 1890, tot notaris benoemd 27 candidaat-notarissen en bleven op laatstgenoemden datum nog aanwezig 1195 candidaat-notarissen, waarvan 72 uit het jaar 1890 en 491 uit de daaraan voorafgaande don jaren, terwijl het maximum van het getal notarissen 844 bedraagt. Per Staatsspoor van 5.40 hebten de groothertog en de groothertogin van Saksen- W6imar gisteren de terugreis uit de residentie aanvaard. Zij werden door verschillende personen van het Hof uitgeleide gedaan, zoomede namens H. M. de Koningin Regentes door baron De Constant Rebecque en door de Duitsche en Russische gezanten. Naar men verneemt, heeft de groothertogin f 1000 geschonken ten behoeve van de alge- meene armen der residentie. Bi) koninklijk besluit is, met ingang van 1 Jan. 1891, benoemd tot leeraar aan de R(jks hoogere burgerschool te Winterswijk, 0. Ten Have te Groningen. De luit. t/z. 2de kl. J. J. Romein, op zijn verzoek, met 1 Jan. a. e., eervol uit den zee dienst ontslagen. Benoemd by het personeel van den genees kundigen dienst der landmacht, tot officier van gezondheid der lste klasse, de officier van gezondheid der 2de klasse J. J. Yan Driel, van dat personeel, thans gedetacheerd by het leger in Nederl.-Indié. Met Ingang van 1 Januari 1891, benoemd tot commiezen der posteryen van de 4de klasse, jhr. G. K. Van den Santheuvel, J. G. De Fouw, H. Kanning en J. C. A. Boxman, thans sur numerairs der posteryen. Tweede Hamer. By de algemeens beschouwingen over Hoofd stuk V (Binnenlandsche Zaken) gispte de heer Kerdyk de houding dor Regeering tegenover de burgemeesters van Enschedee en Hengeloo, die, op zyns inziens ongerechtvaardigde wyze, In stryd met de wettelyke bepalingen dien aangaande, vergaderingen hadden ontbonden bij gelegenheid der werkstakingen. De tuinbouwbelangen werden door den heer Viruly Verbrugge warm bepleit en, hoewel dankbaar voor de goede gezindheid der Regee ring ten opzichte van den tuinbouw, beval hy tuinbouwonderwys als noodig en wensche- lyk aan. „Dat zult gy by het verhoor vermoedelyk vernemen 1" Maar het eerste verhoor had eerst tien dagen later plaats en al dien tyd bracht ik in volslagen eenzaamheid door -- ik had boeken noch papier. De eenige afwisseling in deze eentonigheid bestond daarin, dat vyf- maal per dag de deur myner cel geopend werd; om zeven uren des morgens bracht een oppaBser my waschwater en ruimde het vertrek op; om tien uren deed een ambtenaar de ronde; om twaalf uren werd myn mid dagmaal gebracht, namelyk kool of soep en een weinig rundvleescb,' dat in kleine stuk ken gesneden werd, omdat er geene messen of vorken werden gegeven; om halfacht des avonds werd myn avondeten en eindeiyk, als het donker was, het lampje my gebracht dit overbodige lampje! Vervelen kon ik my ook zonder licht. Op deze wyze verliepen volle acht maan den. Na de eerste twee maanden gaf men ons boeken, zy het ook maar weinige, maar wy verveelden ons toch zoo verschrikkelyk niet meer. Niettemin beschouwden wy de dagen, waarop men ons uit de cellen haalde om verhoord te worden, als ware feestdagen. Hoe hot onderzoek zou geschieden, hoe het zou Door den heer Van Wassenaar werd een afzonderlyke leerstoel gewenscht aan eene der Ryks-universiteiten, in de homoeopathische therapie, een wensch, welke door den heer Schreinemacher niet gedeeld werd, daar de noodige ervaring nog ontbreekt. De heer Okma wees op de hooge kosten van het onderwijs en betoogde dat men de sommen, aan de boogescholen besteed, beter kan gebruiken voor heid6 ontginning. De heer Van Houten zag in de houding van dit kabinet vooral met betrekking tot de uitvoering van de Schoolwet eene reden tot oppositie tegea dit gansche kabinet, doch voor het oogenblik zag hy daarvan af, omdat de liberale party geene meerderheid bezit. Evenals by vorige gelegenheden word door den heer Heldt aangedrongen op kostelooze toelating van leerlingen tot het middelbaar onderwtjs en verbetering van het ambachts- onderwys. De heer Vermeulen wilde opheffing van de theologische faculteit aan de Rykshoogescho- len, hetgeen door den heer Roëll werd be streden. Ook ontwikkelde deze laatste spreker bezwaren tegen de wyze van subsidióering van byzondere scholen, in stryd met de wettelyke bepalingen dienaangaande. De heer Zaayer drong aan op toelating als medische studenten alleen van hen, die een volledigen cursus van gymnasium of hoogere burgerschool hebben doorloopen. Voorts ver langde hij Staatssubsidie voor ambachtsscholen en protesteerde by tegen het verbod van den minister aan een leeraar, om elders lezingen te houden. Hy en de hoer W. Van Dedem bestreden de weigering van vrystelling van schoolgeldheffing. De heer Ruland wees op moeilykheden t,jj de toepassing der wet op de besmettel veeziekten. De heer Royaards wees op benoem Algen van burgemeesters buiten de ingezr jtenen, waartegen de heer Heemskerk opkwa In de avondvergadering van gister en was allereerst het woord aan den min ftter; van binnenlandsche zaken, den heer De Savomin Lobman, ter beantwoording van d 6 sprekers, die deelgenomen hadden aan de algemeene beraadslaging over de begrooti vaQ Zyn departement. Hy ontkende dat er by de ontbinding der publieke vergaderingen te He ageloo en te En schedee rechtsschennis heeft plaats gevonden en bleef de bepalingen der gemeentewet be treffende de macht der br irgemeesters aldus uitleggen, dat reeds enk wegens vrees afloopen daarvan h idden wy niet he minste vermoeden. Maar den 22sten Ff ,bruari kwam de audi teur reeds vroeg in den morgen by my en las my myn vonrr voor. Ik zou doodge schoten worden. Wanneer het vonnis zou worden voltrok ken, werd my rjiot gezegd. Er was evenwel nauwelyks ee-,i uur verloopen, toen een op passer my beval my aan te kleeden. Ik moest het gevangenispak uit- en myn eigen pak aantrekken. Onder sterke bewaking werd ik vervolgens naar de binnenplaats gebracht, waar reeds negentien myner oude kameraden verzameld waren. Men beval ons in te stappen. In eiken wagen kwamen vier gevangenen en- een soldaat. Het was zeven uren in den morgenwaar wy heengingen wisten wy niet. Wy vroegen het den soldaat ;hy antwoordde: „Dat mag ik niet zeggen." De met ys bedekte ruiten het was zeer koud - beletten ons uit te zien. Toen ik het ys beproefde af te schaven, verzocht de soldaat my het te laten, daar hy anders straf zou krygen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1890 | | pagina 1