des avonds van St.-Vincent; de „Van Goens," van -Amsterdam naar Batavia, is 3 Nov. te Colombo aangekomen; de „Soerabaia," van Rotterdam naar Java, is 2 Nov. te South ampton aangekomen; de „Wersendam," van Amsterdam naar Nieuw-York, passeerde 3 November Lizard; de „Noord-Holland," van Batavia naar Rotterdam, vertrok 4 Nov. van Marseille; do „Batavia," van Batavia naar Rot terdam, passeerde 1 Nov. Perimde „Soenda," van Amsterdam naar Batavia, passeerde 4 Nov. Kaap St.-Vincent; de „Coen," van Amsterdam naar Batavia, vertrok 4 Nov. van Gibraltar; de „Prinses Amalia," van Amsterdam naar Batavia, passeerde 5 Nov. Dungeness; de „Prinses Marie," van Amsterdam naar Batavia, passeerde 4 Nov. Aden. Eerste Toonkunst-concert. De opening van het nieuwe winter-concert- seizoen geschiedde gisteravond op waardige vrijze vanwege de Leidsche Maatschappü voor Toonkunst. In den Schouwbnrg deed zich een drietal hooren, dat op het gebied der kunst eene belangrijke plaats vervult. Het concert werd geopend door het Amster- damsche echtpaar Bosmans, met Rubinstein's „Sonate voor piano en violoncel". Het was een schitterend nommer, schitterend èn om de schoonheid van het werk zelf èn om de ver tolking er van. Bosmans deed zich, na zijn vroeger optre den alhier, verder ook in hot „Concert voor violoncel" van C. St.-Saëns wederom als een cellist van den echten stempel kennen, uit muntende door heerlijken toon en innigheid van voordracht. Bovendien kwamen deze eigenschappen mode tot hun recht in Mann's „Andante", Saëns' „Le Cygne" en Popper's „Polonaise", na de pauze, zoodat het publiek herhaaldelijk in oen lnid applaus losbarstte en hem na de laatste voordracht een fraaie lauwer krans werd aangeboden. Zijne echtgenoote mevrouw S. Bosmans- Benedicts - oogstte niet minderen bijval, welke, na haar samenspel in de breede „Sonate", zelfs tot bewondering overging toen zij later Chopin's „Ballade in As-dur" ten gehoore bracht. Fijn, beschaafd, edel was haar spel hier, degelijk, zonder op eiïsct-bejag uit te zijn, in Chopin's „Berceuse", Vogrich's „Stac- cato-Canrice" en Liszt's „Tarantella-Venezia e jTapoli". Zij deed gonieteil 811 eSriii!"1 afdwin gen ook voor haar opmerkenswaardig gCndU- gen, want, hoe uitgebreid, moeilijk en soms „tegen de maat in" de werken ook waren, van „muziek op het papier" was geen sprake. Ook hieruit blijkt welk eene degelijke studio vol toewijding, aan het optreden was vooraf gegaan, en de belooning voor het buitenge meen succes bleef in herhaalde terugroepingen niet achterwege. Waar dit tweetal namen van meesters als Rubinstein, Chopin, St.-Satns en Liszt op het programma deed prijken, voegde de heer -Johan Smit als violist daaraan de niet minder be roemde namen toe van Vieuxtemps, Wie- niawsky, Sarasate. Wat kon men moer ver langen! Is dit geen offeren op hot altaar der kunst, vooral zooals onzs vroegere, van Utrecht geboortige landgenoot, thans professor aan het koninklijk Conservatoire te Gent, zijne taak opvatte en metterdaad volbracht? Reeds zijn eerste optreden schonk de zeker heid, dat hjj van die taak overtuigd, dat lijj zichzelven meester (niet in overdrachtelijken, maar in meer bescheiden zin) was. Zichtbaar werd het auditorium onwillekeurig dadelijk door hem beheerscht, alvorens hjj nog een toon had doen hooren. En hij was zeker, hij was vol gevoel, ge heel kunstenaar, toen hij de „Fantasia Appas- sionata" vertolkte op zijn schoonklinkend instrument, waarmede hij als ware het éen in alles geworden was. De heer Smit is eon violist, die, ofschoon nog jong, reeds hoog op de kunstenaarsladder staat en zeker tot eene nog aanzienlijker hoogte zal stijgen. De uitvoering der „Fantasia" was, in één woord, boeiend, overheerlijk, dank zij ook de verdienstelijke piano begeleiding van onze stadgenoote mej. Van Baaten, die het anders niet altijd even dankbare accom pagnement ook der andere, door den heer Smit gegeven nommers, had op zich genomen. Die nommers waren in de eerste plaats Tauré's „Berceuse", Wieniawsky's „Polonaise", en later Auer's „Romanco" en Sarasat%'s be roemde Spaansche dans „Habanera", bekend om de technische moeilijkheden, welke vooral dit werk door de bijna vooitdurend dubbele tonen koï.merken. Eer.e glansrijke overwinning heeft de heer Smit hier behaald en zeker zal een hernieuwd optreden te dezer stede met de grootste belangstelling worden te gemoet gezien. Met een herhaald en daverend applaus werd hem dan ook een tot „weerziens" toegeroepen, en dat ook hij, evenals de anderen, ten ge volge daarvan zich wel eenige malen nog voor het voetlicht vertoonde, maar geen nom mer meer ten beste gaf, moet zeer zeker daaraan worden toegeschreven dat het toch reeds vrjj laat geworden was, later althans bjjna elf uren dan het uur, waarop ge woonlijk hier de concerten plegen te eindigen. De dezen avond bespeelde Bechstein-vleugel was uit het magazijn van den heer C. C. Bender alhier. De schouwburgzaal was door de leden met hunne dames goed bezet; enkele besproken plaatsen waren evenwel leeg gebleven, mis schien ten gevolge van het minder gunstige, zelfs zeer regenachtige weer. Gemengd Nlenwu. Het zal zeker voor het reizend publiek, voornamelijk voor dat van Leiden, aangenaam zjjn te vernemen dat bjj den in gang van het stationsgebouw alhier een tocht- portaal in bewerking ie. Men deeltons mede dat de Witte Singel met nog eenige lantaarns zal verrijkt worden. Tot staving dier mededeeling kan dienen dat in de nabijheid der Hoerenstraat verscheidene lantaarnpalen liggen. Ongetwijfeld voor velen een goed vooruitzicht 1 Door den veldwachter der ge meente Sassenheim J. L. Fischer, zijn gis teren aldaar aangehouden twee jeugdige mariniers, die zonder verlof het wachtschip te Amsterdam hadden verlaten. Onder goed geleide zijn zjj naar de militaire autoriteit te Leiden gebracht. Wellicht zullen deze deser tours spoedig in de gelegenheid zijn in een zaamheid aan hun uitstapje terug te denken. Bjj het doorvaren onder do brug over de Hooikade te 's-Gravenhage van een schip geraakte gistermiddag eene vrouw met hc-t hoofd tusschen de brugliggers en de schuit beklemd. Zij werd deerlijk gekneusd. Dr. Borski verleende de eerste hulp, waarna de ongelukkige naar het Ziekenhuis is vervoerd. Een treurig ongeval heeft Maan dagavond omstreeks 7 uren op den Haagweg nabij Delft plaats gehad. Een knecht van een koopman was met zijn paard en wagen te dicht nabij dè rails der Haagscho tram ge komen. De wagen- werd door de locomotief gegrepen. De man werd van den wagen ge slingerd en geraakte tusschen de locomotief en een boom bekneld en met verpletterd hoofd werd bij opgenomen. De man laat vrouw en kind achter. De wagen werd zeer bescha digd, maar het paard bekwam geen letsel. Bvj den te Delft gehouden afslag van de bekende vroegere uitspanning en soeiè- eit „het huis Reineveld" werd de massa afge mijnd door den heer J. G. Bruigom te Delft op ƒ23,400. De gunning werd voorbehouden. De „Delftsche Crt." maakt melding van een gerucht, dat „Reineveld" zou bestemd worden tot oprichting van gobouwon ter uitbreiding van het krankzinnigengesticht „het St.-Joris- gasthuis". Men brengt het vermeld bezoek van den minister van binnenlandsche zaken met die plannen in verband. Een 6-jarig knaapje, dat gister middag aan de holling van den Boezem te Rotterdam door een sleeperswagen werd over reden, is aan de gevolgen overleden. In den nacht van Zaterdag op Zondag is te Helmond ingebroken op het kantoor van den ontvanger der belastingen. Gelukkig was er des Zaterdags juist gestort, zoodat slechts een bedrag van ongeveer ƒ30 in kas was. Deze som hebben de dief of dieven zich toegeëigend. De politie tracht de daders op het spoor te komen. Nabij het station Scheusingen is de locomotief van een trein, kort nadat deze het station had verlateD, uiteengesprongen. Drie beambten werden gewond, terwijl in het station allo vensterruiten vernield werden. De locomotief was vooraf door machinist en stoker verlaten. Een groote brand heeft te San- Francisco gewoed. Daar werden het Burling- ton-hotel en het Grand-Hotel met een blok belendende huizen in de asch gelegd. De schade wordt op 1,500,000 dollars geschat. Yan bevoegde zjjde wordt aan buitenlandscho artsen te verstaan gegeven, dat elke poging, om onder professor Koch's leiding met zjjne geneeswijze der longtering bekend te worden, thans nog voorbarig zou moeten heeten. Zoodra Koch de uitkomsten van zjjn onderzoek zal hebben openbaar ge maakt, wil h(j te Berlijn een opleidingscursus voor artsen in zijne anti-tuberculeuse inen- tinge-methode openen. Tot het bereiden der entstof onder zijn eigen toezicht wordt een bijzonder laboratorium gebouwd. Tot dusver arbeidt Koch met twee assistenten, Buhl en Libbertz. Do enting geschiedt door onder- huidsche inspuitingen aan rug en borst. Uit Weenen wordt gemeld dat de bekende professor Schroetter, onafhankelijk van Koch's arbeid, doch daardoor aangespoord, zich met de behandeling van tuberculose door middel van blauwzuur-praeparaten bezig houdt. Te Brussel loopt het gerucht dat een groot aantal artsen zich naar Berl'jn zal begeven om de nieuwe methode van prof. Koch tot genezing van tering en de wijze van toepas sing daarvan te leeren. BUITENLAND. Frankrijk. De Kamer van Afgevaardigden heeft giste ren, na aanneming der begrooting voor kolo niën, de beraadslagingen aangevangen over het budget van buitenlandscho zaken. Do heer Ferronay3 laakte nadrukkelijk de Engelsch-Fran6che conventie van 10 Augustus omtrent Afrika, welke daarop door den minister Ribot warm werd verdedigd. De heer Lamarzelle vroeg opheldering over de Engelsch-Duitsche conventie en den toe stand van Frankrijk op Madagascar. De minister Ribot antwoordde dat Frankrijk bij die conventie 800 kilometer grond heeft gewonnen. Door aanneming der overeenkomst betreffende de Egyptische schuld, heeft Frank rijk de Bympathie van Egypte behoudon en zekere waarborgen verkregen. Engeland erkende het beschermheerschap van Frankrijk over Madagascar. In antwoord aan den heer Déroulède zeide de minister, dat de Fransche regeering niet denkt aan eene expeditie tegen Tripoli, eene Turksche provincie, vooral niet na de ont vangst, dezer dagen afln de Fransche vloot te Konstantinopel bereid. Luxemburg, In de gisteren door de Kamer gehouden zitting heeft de minister van Staat eene bood schap van den hertog van Nassau voorgelezen, van den volgenden inhoud: „De opening der Kamer door den koning- groothertog of z(jn gevolmachtigde is onmo gelijk, wogens den toestand van den koning groothertog, die, volgens verklaring dei- genees- hoeren, buiten staat is zich met de staatszaken te bemoeien. Derhalve hebben de Staten- Generaal op 28 October jl. het regentschap ingesteld. „Deze feiten leggen u en mij pijnlijke plichten op. Ik stel er te meer prijs op, de op mij rustende plichten te vervullen, daar van hunne spoedige nakoming de aanvang onzer gemeenschappelijke werkzaamheden afhangt. „MU aan de wetten van het groothertogdom en het Huis van Nassau willende onderworpen, ben ik bereid, overeenkomstig het advies van den Raad van State en van de Regeering, den bij de Grondwet voorgeschreven eed af te leggen. „Der Kamer wordt verzocht de door de Regeering medegedeelde stukken te onder zoeken en daaraan de voreischte uitvoering te geven. Hohenbuho, 1 Nov. 1890. ADOLF". Deze boodschap is gecontrasigneerd door den minister van staat Eyschen. Ter uitvoering van de bevelen des hertogs onderwierp de minister verschillende stukken aan de Kamer en verklaarde zich ter beschik king te stellen voor verdere inlichtingen. De Kamer verzond de stukken naar de afdeelingen en vroeg de medewerking der Regeering. De zitting werd daarop geschorst om in de afdeelingen over te gaan tot het onderzoek der geloofsbrieven van de nieuw benoemde leden. Bjj de heropening der zitting werd bekend gemaakt, dat de geloofsbrieven waren goed gekeurd en werden benoemdtot voorzitter de heer De Wacquant en tot onder-voorzitter de heer Simons. De Kamer begaf zich opnieuw in de afdee lingen tot onderzoek der stukken, betreffende het regentschap. Na heropening der zitting werd met alge mesne stemmen het voorstel aangenomen van den president, waarin wordt verklaard dat de koning-groothertog in de onmogelijkheid verkeert de regeeringszaken waar te nemen en het regentschap rechtenB toekomt aan den hertog van Nassau. Voor het afleggen van den eed door den regent werd de zitting van Donderdag a. s. bepaald. Nog heeft de Kamer haar leedwezen te kennen gegeven tot bovengenoemde maatre gelen te moeten overgaan tegenover een vorst, die gedurende een tijdsverloop van veertig jaren aan het land voorspoed, geluk en vrij heid heeft geschonken. De zitting werd daarna opgeheven. Heden, Woensdag, komt de hertog te Luxemburg en wordt door de ministers ont vangen na Donderdag den eed te hebben afgelegd voor de Kamer, geeft hjj een feest maal Vrijdag is er receptie voor de ambtenaars en Zaterdag vertrekt de hertog weer naar Königstein. Groot-BrltannlA De ondergrondsche electrische spoorweg, welke de City met het zuiden van Londen verbindt, werd gisteren door den prins vzn Wales geopend. Een groot aantal overheids personen maakte den feestrit mede. De afstand tusschen de eindstations is slechts drie Engel- sche mijlen. Deze ondergrondsche spoorweg, welke bin nenkort ook voor het publiek in gebruik zal worden gesteld, is eene groote verbetering. Als beweegkracht wordt electrlciteit gebruikt, zoodat men geen last van steankooldamp heeft. Er worden twee van elkaar gescheioen tunnels gebezigdeene voor de gaande en eene voor de komende treinen, ten gevolge waar van in elke tunnel de lucht steed3 in dezelfde richting wordt ververecht. De geheele lijn, welke Stockwell met de City verbindt en dus onder de Theems doorgaat, is één uur lang, welke afstand in een kwartier wordt afgelegd. De reizigers betalen niet met kaartjes en er zijn geone verschillende klassen. Ieder be taalt een dubbeltje als hij het draaihek door gaat om per lift of langs gemakkelijke trap pen in de tunnel te dalen en stapt dan in de wagens, die veel op trams gelijken. Heen- en weergeloop en zenuwachtig dringen is volkomen overbodig, want niemand behoeft naar eene bepaalde klasse te zoeken, aangezien alle standen door elkaar zitten. De „City and South London-"spoorweg is daarom evenals tram on omnibus eene zeer domocratische instelling. De Congo-qaaesHe. In het gebouw der Londensche Kamer van Koophandel is gisteren onder voorzitterschap van den heer Coockson, lid eener Liverpoolsche, op West-Afrika handeldrijvende firma, eene bijeenkomst gehouden van belanghebbenden bij den Congo-handel. Behalve Nederlandsche firma's waren ook Fransche en Portugeosche huizen vertegenwoordigd. De voorzitter stelde de volgende motie voor „De ondergeteekonden, vergaderd te Londen, nemen de vrijheid de aandacht der betrokken mogendheden te vestigen op de overtreding der op 26 Februari te Berlijn geteekende overeenkomst, begaan door de regeering van don Congo staat. Ten einde deze bewering met bewijzen te staven, nemen zij de vrijheid op te merken „I. Dat het ter Brusselsche conferentie gedane voorstel tot heffing van invoerrechten niet alleen in strijd is met art. IV, dus met de letter, maar ook met den geest der con ventie, gelijk blijkt uit verzekeringen van baron Von Kusserow, sir Edward Malet en baron De Lambermont. „II. Dat bjj verordeningen No9. 7 en 8, jaar 1890, uitgevaardigd door de regeering van den Congo staat, belastingen worden vast gesteld, die zwaarder z{jn dan art. III der Berliinsche conventie toelaat. „III. Dat de verordening van 10 Mei 1890, waarbij do douaneambten de macht verkrijgen lossing van zekere goederen te eischen, in strijd is met art. 14 der conventie, die den handel tegen dergelijke bepalingen vrijwaart. „IV. Dat er bezwaren bestaan de bij ver ordening No. 8 vastgestelde rechten aan de discretie in handen van den Gouverneur- Generaal te plaatsen. „V. Dat de Congo-staat in weerwil van art. 8 der Congo-akto, volgens Stanley's boek, handel drijft en daarbij van het dienstperso neel en de dienstvaartuigen van den Staat gebruik maakt. Behalve dit voordeel komt nog dat de Staat slochts belastingen aan zich zelven betaalt, terwjjl de andere kooplieden ze aan den Staat moeten betalen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1890 | | pagina 2