N'. 9413.
Maandag 27 October.
A*. 1890.
jouraat wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 25 October.
Feuilleton.
GLÜCK AUF!
LEIDSCH
PRUfl DEZER COURANT:
▼•or Lolden por t moondea.1.10.
Vtoboo per poet1.40.
Aloondertgko Nommen.0.06.
PBUB DER ADVERTENTIEN:
Tu 1— 6 rogels 1.05. Ieder# rogoi moer/O.lVi
Orootere letten noor plootoruimte. Yoor hot la
eooseeren buiten de otod wordt f 0.10 berekend
Ia de eerstvolgende vergadering van den
Gemeenteraad van Leiden, op Donderdag 30
Oct. a. a., aal o. m. aan de orde worden ge
steld de begrooting van inkomsten en uit
gaven voor het dienstjaar 1891.
De Oommissie voor de Volksbijeenkom
sten alhier maakt weder bekend dat die bij
eenkomsten een aanvang zullen nemen. Het
eerste samenzijn zal plaats vinden op a. s.
Woensdag-avond, iQ den Schouwburg. Alsdan
wordt den bezoekers een concert aangeboden
van het symphonie orkest van het 4de reg.
infanterie, onder leiding van den heer Mann,
terwgl een drietal dames welwillend met zang
zal medewerken.
Inderdaad een begin, waarop de gewone
bezoekers der bijeenkomsten niet gerekend
zullen hebben Kunnen zij nog meer ver
langen? Keker niet. Toonen zij dan Woens
dagavond op onderscheidene wijzen op prijs te
stellen en te waardeeren het vele, dat voor
hen gedaan en hun aangeboden wordt'!
Ruim vijf maanden mist de Leidsche
universiteit een hoogleeraar in de pharmaeie
en toxicologie.; bijna een halfjaargeledenfden
Mden Mei) overleed prof. Van -der Burg en
nog steeds is er geen -opvolger voor hem ge
vonden. Wel hebben curatoren tot tweemaal
toe den zetel aangeboden, maar, afgeschrikt
door den allêrtreurigsten staat, waarin het
aan dien leerstoel verbonden laboratorium
verkeert, is niemand bereid bevonden de-open
gevallen plaats in te -nemen.
Een opvolger voor prof. Huet is evenmin
gevonden.
Het wordt -hier langzamerhand goed:: een
■Chemisch Laboratorium met een'! en een?
■{rede van prof. Franchimont op 16 Septem
ber!), een Ethnographiech Museum, dat de
verontwaardiging van deskundigen opwekt
(jaarverslag van dat Museum), college-lokalen
der medici, waar voor de helft van -het .aan
tal toehoorders juist iplsats is <men zie de
races der studenten, om plaatsen machtig te
■worden), polyklinieken, welke bijna niet te
volgen zi)D, dank z(j hethterarisch-mathema-
tisch examen en andere nuttige manieren,
om tot de medische faoulteit toegelaten te
worden (zie talrijke almanakken), voortdu
rende verfraaiing van het academiegebouw
(men zie de doellooze dakvenstertjes, de
gothieche ramen, de gekleurde en met figuren
versierde muren enz.) enz., enz.
Dat is nu de eerste universiteit van ons
land! Mineroa
Alexander Verheull heeft wederom een
bewijs gegeven van zijne gehechtheid aan de
Leideche hoogeschoolh(j schonk nl. eene be
langrijke gift aan bet „L.eidsch Universiteits
fonds" ter herdenking van het feit, dat het
vijftig jaar geleden is, dat hij daar als student
werd ingeschreven.
Gehoor gevende aan de beleefde uitnoo-
diging, ons van de zijde der officieren van
het 20ste corps van het „Leger des Heils",
alhier in garnizoen, gedaan, begaven we ons,
evenals tal van bewoonsters en bewoners
van Leiden en omgeving, gisteravond naar
de zaal in het Noordeinde, welke dra geheel
gevuld was met personen, die zich voor een
dubbeltje of een kwartje het recht verworven
hadden met officieren, soldaten en adspirant-
militairen van het Leger, den „grooten ge
denkdienst betreffende den dóód van mevrouw
Booth, echtgenoote van Generaal William
Booth", aanvangende te acht uren, b(j te
wonen.
Den niet hij het Leger ingedeelden werd
verzocht plaats te neme® vóór of aam ééne
zijde naast dan kansel, oo welken de vlagge-
stok stond, waarvan de bloed en vxurvlag
over don katheder afhiog. Eenige bezoekers
bleven bj) den ingang staan en waren alzoo
diebbby het punt, waaeop eene der crouwe-
lpke aanwezigen, volgens hare luide ver
klaring, het oeg hield gevestigd, na er-alvorets
naar „gezocht" te heiben, want.... men
kon mooit weten
De tot het Leger behoorenden, in officiësl
kostuum met blauwsetynon of witte sjerp,
waarop de roode S, stonden gedurende den
dienst by den ingang, -wandelden door deztal
om üederenboekjes en de „Oorlogskreet" -ten
verkcop aan -te bieden en inderdaad ook te
verkeopen, of waren -staande of zittende op
het platform of op deerop geplaatste banken,
vóór en ter zyien van het spreekgestoelte.
De -dienst bestond hoofdzakelijk -uit zingen,
op verzoek liefst staande, bidden en getuigen.
Een harmonium begeleidde het geaang van
het fceor zoowel als dat der vrouwelijke «sffi-
cier, die een alt-solo voordroeg. Het bidden en
getuigen werd voortdurend afgebroken of.can-
gevuld met een „Amen", een „Halleluja" of
e«n „Ia. .ja", terwyl -bet zingen gepaard ging
met hand- en hoofdbewegingen.
De dienst zou, bipkens aankondiging, geleid
worden -door kapitein Emits Wesseling, te
Amsterdam in garnizoen liggende, en door<ie
luitenants Van Aken -en Scholten. Kapitein
Duits Weeseling trad dan ook op; wy her
kenden hem als een voormalig stadgenoot.
Of de luitenants de aangekondigde waren,
weten we niet, daar we niet de eer hebben
ze te kennen en er een- oogenblik aan getwp-
feld werd, aangezien men bad voor genoem
den kapitein en een paar luitenants van
anderen naain.
Over mevrouw Booth zelve werd betrek-
keiyk weinig gesprokener werd een „liove-
lngslied" van haar gezongen.
In de zaal en daarbuiten heerschte gelukkig
de volmaaktste orde, zoodat de politie, vóór
den ingang, in de gang en in bet lokaal eene
gemakkelyke taak had. Men luisterde aan
dachtig tot tien uren, toen menigeen dentyd
gekomen achtte huiswaarts te keeren, niet
wetende dat vyf minuten later alles zou afge-
loopen zyn. Het echeen indruk te maken het
geen door eenige, zoo mannelyke als vrouwe-
lyke, personen getuigd werd van huR verleden
en van hun tegenvroordigen zielstoestand,
vooral wanneer- die betuigingen kwamen uit
den mond van bekende psrsonen. Ontwyfel-
haar moeten do oefeningen van het Leger
op de aanwezigen indruk maken, in welken
zin dan ook.
Even vóór het einde der oefening gingen
een paar heilsoldaten de zaal in, om, volgens
verklaring van den kapitein, onderzoek te
doen naar -den zielstoestand der aanwezigen.
Dat onderzoek kon echter niet ver uitgestrekt
worden, daar het klokje van gehoorzaamheid
tot eindigen riep.
In de eaal zoowel als aan den uitgang
werd geosllecteerd en by het verlaten der
lokaliteit kon men, den blik naar omlaag
richtend, tot de overtuiging komen, dat het
met zwarte letteren -op eone witte kaart in
de zaal -aangebrachte„Men wordt vriendeiyk
verzocht Diet te spuwen" was opgevolgd,
ofschoon voor het manneiyk deel (want dit
zal wel met „men" bedoeld geworden zyn)
van dit publiek bet verzoek, boe vriendelijk
dan ook, overbodig kon geacht worden.
Bp de door het bestuur der Stedelyke
Werkinrichting alhier gehouden aanbesteding
zyn de verschillende artikelen gegund lot de
volgende prpzen gort 1I»/„M c., ryst 12 c.,
groene -erwten lfiCT/100 c., capucijner erwten
17"/,M c., bruineboonen 15 c, peper 70 c.,
koffie f 4.40, cichorei 18 c., siroop 11 c.,
rundvleesch 70 c., rundvet 56 c., aardappelen
4'%« groenten 5 c., alles per kilogram.
De zoetemelk 6l9/iooc- en de karnemelk 1'/, c.
per liter.
Hedenanmiddag ontvingen wy alleen de
Deli-couranten van 24 en 27 September.
1 Binnenkort kan men te gemoet zien de
verecbyning van het rapport van het te Leiden
door de Enquête commissie gehouden onder
zoek betrekkelyk het fabriekswezen enz., het
welk zal worden gevolgd door dat aangaande
het onderzoek in Twente.
Gedurende de eerste helft der maand
zyn aan het postkantoor alhier bezorgd,
volgende brieven, welke, wegens onb^eod.
heid der geadresseerden, niet bestel j konden
worden: Aarzentuin, J. H. Boom^ wed.A.M.
De Jong, Van Heyningen, J. F.emminga, L. G.
v. d. Schot, AmsterdamJ._ De uys, D. Von
Pauk, 's-Gravenhage; P, Dozy, Santpoort;
Adolf, Scheveningen 1. stoffels, Zutfen. -
Briefkaarten: Mev<-, c. L. De Vries, Delft;
Grondel, H. Vieese.iberg, 's-Gravenhage; C.
Mulder, Haaïlem; G. Romyn, LeidenH. Vos,
Rotterdam; J. Zoutendijk, niet vermeld.
Brieven, verzonden geweest naar Duitsch-
landMottau, CrefeldFrankrük L. Eveling,
Royan; Indió: J. H. W. Freytag, Boele-
lang; mevr. De Jong Wessel, Soebawano.
De ministers van koloniën en van jus
titie, baron Mackay en jhr. Ruys, zoomede
dr. Vinkhuyzen, 's Konings geneesheer, zyn
hedenvoormiddag andermaal van Den Haag
naar het Loo vertrokken en keeren, naar ons
van daar gemeld wordt, hedenavond in de
residentie terug.
Dit nieuwe bezoek op het Loo staat in ver
band met de mededeelingon, a. s. Dinsdag
in de Vereenigde Vergadering der Staten-
Generaal omtrent den toestand des Konings
te verwachten.
Uit Apeldoorn wordt ons bovendien geseind
dat heden, behalve dr. Vinkhuyzen, op het Loo
ook is aangekomen prof. Rosenstein uit Leiden,
zoodat met hen en den Apeldoornschen genees
heer Vlaanderen, die den Koning dagelijks
bezoekt, van middag weer een consult ten
paleize plaats had.
De toestand van Z. M. heeft weinig veran
dering ondergaan.
De gewone audiëntie van den minister
van justitie zal op 28 dezer niet gehouden
worden.
Het stoomschip „Zaandam", van Nieuw-
York naar Amsterdam, passeerde 240ct.Sciüy;
de „Koningin Emma" is 24 Oct. van Am
sterdam te Batavia aangekomen; de „P. Ca-
land", van Rotterdam naar de Plata-Rivier,
passeerde 24 Oct. Ouessant; de „Sumatra",
van Batavia naar Amsterdam, passeerde 25
Oct Bungenessde „Van Riebeeck", van
Amsterdam naar Batavia, passeerde 24 Oct.
Malta; de „Edam" vertrok 22 October van
Nieuw-York naar Amsterdam.
Roman van E. WERNER,
121)
„Morgen zullen zich vierhonderd man be-'
reid verklaren, het werk weer op te nemen
en een geiyk aantal is nog onzeker wat te
doen. Ge kunt nauwelyks meer op de helft
staat maken."
Ditmaal stoof Ulrich niet toornig op, zoo
als anders by dergelyko gelegenheden; de
woedende drift, welke hy dien morgen nog
aan den dag had gelegd, toen het aantal
afvalligen onder zyne kameraden betrekkelyk
zooveel geringer was, vormde een zonderling
contrast met de byna onnatuurlyke kalmte,
waarmede hy thans herhaalde
„Nauwelyks meer op de helft! En hoelang
zal deze het nog uithouden?"
Lorentz ontweek het antwoord.
„Het zyn al de jongere mynwerkersknapen.
Dezen hebben u van het begin af ter zyde
gestaan en zullen u niet in den steek laten,
ook als er morgen som3 by de mynen geschoten
mocht worden. Ulrich, wilt ge werkelyk de
zaak zoover laten komen?"
„Hy zal alles zoolang doordryven", zeide
de opzichter, terwyl h(j opstond, „totdat allen
hem afvallen, totdat hy alleen overbiyft. It
heb het u van te voren wel gezegd, ge
kry'gt niets gedaan met uvre dwaze vorde
ringen en uw dwazen haat, welke nog tegen
over den vader eenigen grond van bestaan
hadden, maar welke de zoen waariyk niet
verdiend heeft. Zyn aanbod was goed en rede
lijk, dat kan ik beoordeelen; ik heb immers
ook in de mijnen gewerkt en heb ook een
hart voor mu'ns gelyken; en de meesten
hadden gaarne genomeD, wat hun werd aan
geboden, maar ze werden overschreeuwd on
bedreigd, totdat niemand meer een vinger
durfde roeren, omdat Ulrich zich in het hoofd
had gezet, het onmogeiyke te willen berei
ken. Nu is er weken lang gebrek en ellende
geleden, en alles tevergeefs. Eens breekt er
een dag aan, dat alles wykt voor den honger
van vrouw en kinderen, en zoover zyn wy
nu gekomen. Gy hebt de zaak doorgedreven,
Ulrich, gy alleen; zie nu ook, hoe ge er een
eind aan maakt 1"
De oude man was opgestaan en zag zyn
zoon buna uitdagend aan, maar Ulrich ver
loor zelfs bij dit stilzwy'gend verwyt, dat hem
op een anderen tyd in toorn had doen ont
branden, zy'ne sombere bedaardheid niet.
„Met u is niet te stryden, vader", ant
woordde hy op koelen toon, „-dat weot ik
sedert lang. Gy zyt tevreden als ge uw hard
brood in rust en vrede kunt eten, en alle
hoogere oischen schynen u dwaas of mis
dadig toe. Ik heb alles, alles og het spel
gezet! Ik dacht te zullen slagen en zou ook
geslaagd zyn, als die Berkow niet opeens
als met een stalen voorhoofd ware opgetreden.
Indien het thans mislukt welnu, ik kan
ten minste nog op de helft myner kamera
den rekenen, zooals Karei zegt, en met dezen
zal ik hem toonen, wat het zeggen wil, als
wy ons gewonnen geven. Hy zal de zege
duur genoeg betalen!"
De opzichter zag naar Lorentz, die met
gebogen hoofd ter zyde stond, zonder zich
in het gesprek te mengen, en vervolgons weer
naar zyn zoon.
„Wacht eerst af, of de andere helft u
trouw blyft, als mynheer opnieuw tusschen-
beide komt, zooals vanmiddag. Dat is u op
de andere helft te staan gekomen, Ulrich!
Denkt ge dat zyne heele houding van den
eersten dag, toen gu aanvingt met hem te
bedreigen, geen indruk heeft gemaakt?Donkt
ge dat allen niet overtuigd zijn dat hy tegen
u en hen is opgewassen en hen allen des
noods in bedwang kan houden, als gy eens
het opperbestuur over hen Iaat varen Heden
morgei hebben de eersten het werk alweer
opgenomen; reeds vóór drie weken had-5pn
zy het gedaan, als zij maar gedurfd hadden".-'
Nu is er eens een begin gemaakt en nu is
er geen tegenhouden meer aan."
„Het kan zyn, vader!" hernam Ulrich
somber. „Daar is geen tegenhouden meer
aan. Ik heb op hen gebouwd als op rotsen
en nu blyken ze ellendig stuifzand te zyn.
Berkow heeft er den slag van, de lafaards
tot zpne party over te halen met zyne rede
neeringen, met z«ne verwenschte manier van
in hun midden te treden, alsof er geene
steenen waren, welke hom tegen het hoo'd
konden vliegen, en geene mokers, welke toe
vallig op den geëerbiedigden chef konden
neerkomen en daarom juist waagt nie
mand zich aan hom. Ik weet het, waarom
hy juist heden het hoofd zoo fier hield opge
heven, waarom hy te midden van al dat
rumoer en getier het voorkomen had, alsof
hy thans zeker was van de overwinning,
alsof het geluk hem nu niet meer kon ont
gaan, en ik weet ook, dat het thans tot hem
is teruggekeerd - vanmorgen heb ikzelf
het hem immers by vernieuwing in de armen
gevoerd."
(Wordt vervolgd.)