N*. 9402.
Dinsdag 14 October.
A°. 1890.
<§eze <§ourant wordt dagelijks, met uitzondering
van fon- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 13 October.
F'emlleton.
GLÜCK AUF!
LEIDSCI
DAGBLA
PB.IJB DEZER COURANT:
▼oor Leiden per 8 meenden............. 1.10.
Freneo per poet.L40.
AüKonderl^ke Nommen.,..0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
▼en 16 regele 1.05. Iedext> regel meer/0.l7|.
Grootere lettere neer pleeteruioJ;e. Voor het in-
oe88eeren bniten de stad wordt 0.10 berekend.
Offlcieele Kennligeripgen.
KEXXISGEVrXG.
NATIONALE MILITIE.
Onderzoek van verlofgangers.
Burgemeester en Wethouders van Leiden brengen
bij deze ter kennis van den Milicion-Verlofganger
JOHANNES WILHELM BEY,
plaatsvervanger lichting 1887, gemeente Amsterdam,
lotingnr. 75, van het lste Regiment Veld-Artlllcrie;
dat hij wordt opgeroepen tot het maken eener
na-inspectie voor den Militie-Commissaris, welke
zal plaats hebben op Zaterdag den let-en November
1890, des middags te twaalf uren, in het Invaliden
huis te Leiden, met last om op gcmeldea tijd ter
aangewezen plaatee tegenwoordig te zijn in uniform
gekleed cn voorzien van de kleeding- en uitrusting
stukken, hem by zijn vertrek met verlof med-gege
ven, alsmede van zijn zakboekje en verlofpas.
Burgemeester on Wethouders voornoemd,
Leiden, DE KANTER, Burgemeester.
13 October 1890. E. KIST, Secretaris.
Vergadering van den Gemeenteraad van Lelden.
t»p Donderdag 16 October, des namiddags to twee uren.
Punten ter behandeling:
1°. Benoeming van c-en derden onderwijzer aan do
Jongensschool 2do klasse. (203).
2°. Idem van een eersten onderwijzer aan de school
4do klasse No. 1. (204).
3°. Idem van oen derden onderwijzer aan de school
4de klasse No. 1. (204).
4°. Idem van een derden onderwijzer aan de school
3de klasse No. 4. (207).
5°. Idem van een Gemeente-ontvanger. (208).
6°. Verzoek van mej F. A. C. Ver6igny, om ontslag
als leerares in het boekhouden en het schoon
schrijven aan de Hoogere Burgerschool vo r
Meisjes. (202).
7°. Idem t&d J. Korcvaar, om eene brug te leggen
over de Wittesingelsloot. (205).
8°. Voorstel tot het doen rooien en verkoopen van
boomen. (205).
9°. Verzoek van J. P. Sasse, om een stoep te leg
gen aan de Mare. (206).
10°. Idem als voron van W. F. Van Dijk, aan de
Haarlemmerstraat. (206).
Burgemeester en Wethouders van Leideu,
Gezien het adres van de firma J. J. KRANT 5
ZOON, houdende verzoek om vergunning tot oprich
ting van eono s m e d e r ij in het perceel Langegracht
No. 9;
Gelet op de artt. 6 en 7 der Wet van 2 Juni 1875
(Staatsblad No. 95);
Geven bij deze kennis aan het publiek dat ge
noemd verzoek, met de bijlagen, op de Secretarie
dezer gemeente ter visie gelegd zijnalemedo dat op
Maandag den 27sten October a. s., 's voonniddags
te elf uren, op het Raadhuis, gelegenheid zal wor
den gegeven om bezwaren tegen dat verzoek in te
brengen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, DE KANTER, Burgemeester.
IJ Oct. 1890. E. KIST, Secretaris.
Vergadering van de Commissie, bedoeld bij art. 131
van de gemeentewet, op Woensdag den 15den October
1890, dee namiddags te 2 uren, op bet Baadhuis.
Het caudidaats examen in de rechten is aan
de universiteit alhier met gunstig gevolg afge
legd door de heeren J. Eochussen en W. H.
Jansen.
De hoogleeraar dr. T. Zaayer alhier aan
vaardde den lOden Maart 1866 het hoog
leraarsambt in de ontleedkunde. Dit feit zal
dus op dien datum van het volgende jaar 25
jaren geleden zijn. Het zal zeker den bekwa
men en beminden hoogleeraar niet aan blykon
van belangstelling ontbreken.
-- Nadat ons vorig nommer reeds een paar
uren geheel was afgedrukt, ontvingen w(j de
volgende tot den gemeenteraad gerichte voor
dracht van B. en Ws.
,Voor de vervulling der vacature, ontstaande
door het met ingang van 1 November a. s.
verleend eervol ontslag aan den gemeente
ontvanger H. Henkes, hebben wij de eer, ter
voldoening aan artikel 106 der Gemeentewet,
den Raad hierby eene aanbeveling van twee
personen aan te bieden.
„Eene lijst van sollicitanten wordt tege
lijkertijd overgelegd.
„Wy hebben gemeend op de lijst te moeten
brengen
,Mr. N. L. J. Van Buttingha Wichers en
mr. J. Bpol.
„Van ^beiden lean op goede gronden worden
verwacht dat zy ten volle voor de betrok
king geschikt zjjn en dat de finantiöele be
langen der gemeente gerust aan hunne zorgen
kunnen worden toevertrouwd.
„Wy willen hiermede niet te kennen geven,
dat van de overige achttion sollicitanten nie
mand voor eone benoeming in aanmerking
zoude kunnen komen; doch daar de Wet
bepaalt dat do aanbeveling slechts twee per
sonen zal bevatten, zyn wy genoodzaakt
binnen de aangegeven grens te blyven.
„Wy teekenen hiorby aan dat, om redenen,
die wol niet nader uiteengezet zullen be
hoeven te worden, de heeren wethouders
Bool en Van Buttingha Wichers zich van
medewerking hebben onthouden bij hot op
maken dor aanbevelingslyat.
„Wy hebben alzoo de eer voor do vervul
ling der betrekking van gemeente-ontvanger
aan te bevelen
„Mr. N. L. J. Van Buttingha Wichers en
mr. J. Bool."
Ter vervuiling eener vacature aan de
openbare Jongensschool 2do klasso, bieden
B. en Ws. den gemeenteraad de volgende
voordracht aan, opgemaakt in overleg mot
den arrondissements schoolopziener, na inge
wonnen bericht van liet hoofd der school,
ter benoeming van een derden onderwijzer,
op eene jaarwedde van ƒ550, vermeerderd
met ƒ100 voor het geven van onderwps in
de Fransche taal: lo. J. Van Blade), onder-
wyzer alhier; 2o. H. T. Van Urk, onderwyzer
te Brammen, en 3o. C. W. Lancel, onder
wyzer te Rynsburg.
Ter vervulling der vacature van derden
onderwyzer aan de school der 3de klasse
No. 4, ontstaan door de benoeming van den
heer P. Th. Jansen tot onderwyzer aan de
jongensschool 2de klasse, bieden B. en Ws.
de volgende voordracht aan, ter benoeming
van een derden onderwyzer, op eene jaarwedde
van ƒ550, als: lo. F. A. Schilthuyzen, tyde-
lyk met do waarneming der betrekking belast;
2o. A. L. Van den Berge, tydelyk onderwyzer
te Hillegom, en 3o. W. A. Kriest, ad spirant-
onderwyzer alhier.
Door de benoemiDg van den beer P.
bikshoorn tot hoofd der openbare school 4de
klasse No. 2 en van den hoer F. F. Duyver-
man tot 2den onderwyzer aan de openbare
school 3de klasse No. 4 zyn de betrekkingen
van eersten onderwyzer en derden onderwyzer
aan de school der 4de klasee No. 1 vacant
gekomen. Ter vervulling dier vacatures heb
ben B. en Ws., in overleg met deQ arrondis-
sement8-schoolopzioner, na ingewonnen bericht
van het hoofd der betrokken school, de navol
gende voordrachten opgemaakt, alsvoor de
betrekking van eersten onderwyzer, op eene
jaarwedde van ƒ1100: lo. G. B. Engeltjes,
thans 2de onderwyzer aan de bedoelde school
2o. Ph. Rank, 2de onderwyzer, mede aan die
school werkzaam, en 3o. I. Korswf.gen, 2de
onderwyzer aan de openbare school der 3do
klasse No. 3; voor de botrekking van derden
onderwyzer, op eene jaarwedde van 550
lo. J. Christiaanse, thans tydeljjk werkzaam
aan de oponbare school der 3de klasse No. 4
2o. F. A. Schilthuyzen, en 3o. W. A. Kriest,
beiden adspirant onderwijzers alhier.
B. en Ws. geven den gemeenteraad in
ovorweging
lo. aan J. Korevaar vergunning te verloo-
nen tot het leggen van eene brug over de
Wittesingelsloot, onder de door de commissie
van fabricage voorgesteldo voorwaarden
2o. te besluiten tot de rooiing en verkoop
van eenige boomen, nl. 8 iopeboomen langs
den Haagschen straatweg, 6 iepeboomen op
het plein aan het voormalige Haagsche en
Dolftsche Veer, 4 iepeboomen op de Oude
Varkenmarkt, 2 iepeboomen in het Park, 2
iopeboomon in het Plantsoen, 29 iepeboomen
op de Gedempte Zydgracht, 3 iepeboomen aan
de Nieuwen Rijp, de Beestenmarkt en de
Haarlemmertrekvaart, 18 populieren aan den
Vestwal, 6 lindeboomen a n de Singels, 35
jonge iepe- en 25 jonge kastanjeboomen op
verschillende plaatsen.
Ook geven zy in overwoging vergunning
to verleer.en tot het leggen van eene stoep
aan J. P. Sasse, voor zijn huis aan de Mare
No. 10, en W. F. Van Dyk, voor zyn huis
aan do Haarlemmerstraat No. 251, overeen
komstig aanwyzing van rooimeesters.
B. en Ws. deelen den gemeenteraad
mede dat er geene bedenkingen bestaan tegen
de inwilliging van het verzoek van mejuffrouw
Versigny, om ontslag uit hare betrekking van
leerares in schoonschry ven en boekhouden aan
de hoogere burgerschool voor meisjes, wes
halve zg in overweging geven dat ontslag
eervol te verleenen, ingevolge haar verzoek,
met ingang van 1 Januari 1891.
In de Zaterdag alhic-r gehouden alge-
meene vergadering der Vereeniging voor
lykverbrandiog in Nederland, zyn herbenoemd
of gekozen tot leden van het hoofdbestuur
de heeren: dr. J. E. De Vry, te's Gravenhage;
M. Hymans van Wadenoyen, te '8 Hage;
dr. Levoir, te Delft; Dr. Vaillant, te Schie
dam mr. Melchers, te Rotterdamen de heer
Jansen Van Raajt, to Haarlem.
De stad Utrecht is aangewezen als plaats
voor da volgende algemoene vergadering.
De commissio tot onöorzook van het systeem
voor een hier te lande op te richten ïykovon,
is diligent verklaard.
Gedurende de tweede hol ft. der maand Sept.
zijn aan het postkantoor alhier bezorgd do
volgende brieven, welke, wegens onbekend
heid der geadresseerden, niet besteld konden
wordenWed. Hoogstad, W. Christiaanse,
Amsterdam; A. Do GraafT, Doutichom; N.
Bonten, DordrechtHoeksma, GoudaD. Herliy,.
Den Haag; Smit, Rottordam. Briefkaarten:
G. O. A. Do Wit, AmsterdamAKrip, 's-Hage.
Brieven, verzonden geweest naar Amerika:
A. IJeecud, Gettysburgh; naar Indië: H.
Van Slooten, Salatiga.
Er bestaat gelegenheid tot verzending
der correspondentie naar Noord-Amerika, door
middel van het stoomschip „Maasdam", van
Rotterdam vertrekkende. Ten poslkantore al
hier moeten de brieven enz. uiteriyk Woensdag
morgen om 7.55 bezorgd zyn.
De wyze van verzending behoort duideiyk
op hot adres vermeld te worden.
Bij de heden gehouden openbare verkoo-
ping van cokes, in partyon van 100, 50, 10
en 5 hectoliters, waren de hoogste pryzen
ƒ57, f 29, ƒ6 10 en ƒ3; de laagste: 57,
29, ƒ6 en 3.
Roman van E. "W ERNE R.
99)
Maar de kalmte, waarmede deze verklaring
■werd afgelegd, benam er al het kwetsende
van en dwong ook zyn tegenstander om zich
bedaard te houden; zyne stem klonk alleen
eenigszins spottend, toen by antwoordde:
„Dat is mij niet vreemd. Geweld tegen
geweld! Ik wist al vooruit dat het eens
daartoe komen zou."
Arthur Berkow zag hem onverschrokken
in het gelaat.
„En wiens schuld is het, als hot eens daar
toe komt? Is dit dan aan den tegenstand
der menigte of aan de hardnekkigheid van één
enkele te wijten?
„Aan de hardnekkigheid van één enkele!
Volkomen waar, mynheer BerkowGo weet
dat het u maar één woord behoeft te kosten
om morgen weer al het weik zyn geregelden
gang te doen gaan."
„En gy weet dat ik dit woord niet spre
ken kan, omdat het't onmogolyke in zich sluit.
Het hangt thans van u af, of ge al dan niet
wilt toegeven; nog eens, en nu voor het
laatst, Hartman, bied ik u de band der ver
zoening!"
„Welzoo!" riep de jonge mynwerker, dit
maal in een ruwen spotlach uitbarstende.
„Misschien, omdat het nu overal in de pro
vincie losbreekt en wy nu door onze kame
raden ondersteund worden?"
Berkow hief fier het hoofd op en thans
vlamdo ook zyn oog van toorn.
„Omdat men u met de wapens in de hand
tot de orde zal dwingen, welko gy met voeten
treedt, en omdat ik myn werklieden dit lot
wenschte te besparen. Laat dien spottenden
toon varen, Hartman, waarmede gy uzelven
een rad voor de oogen draaitWat ook tus-
schen ons is voorgevallon en misschien nog
zal voorvalleD, van lafhartigheid, meen ik,
kan geen onzer den ander beschuldigen."
Dat was weer diezelfde toon.diezelfdeblik,
als in de vergadering der beambten. Mot een
gemengd gevoel van schrik en bewondering
zag Ulrich op zyn jongen chef neer, die op
zulk een oogenblik op die wyze tot hem
durfde sproken, en die toch maar al te goed
sedert het tooneel in het bosch wist, wat er
van dergelijke ontmoetingen te duchten viel;
uit zijne woorden bleek voldoende dat hy het
niet vergeten had, en toch had hy hedon vry-
willig deze ontmoeting gezocht.
Het park was eenzaam on verlatenop de
weide was geen schepsel zichtbaar en de
hu zen lagen op tamelyk verren afstand.
Geen der beambten had het gewaagd, met
den gevreesdon Hartman zulk een gesprek
onder vier oogen te houden, dat licht gevaar-
lyk zou kunnen worden; zelfs de onverschrok
ken hoofdingenieur niet; alleen de eens zoo
verachte „akelige mynsch" waagde het; ja,
zyn tegenstander had hem reeds lang van
alle lafhartigheid vrygesproken.
Arthur scheen den indruk te merken,
welken zyne houding teweegbracht en kwam
esn stap nader.
„Begrypt ge dan niet, Hartman, dat go op
deze wyze uwe gansche toekomst verniotigt?"
vroeg hy ernstig. „Go denkt misschien dat,
als hot eenmaal tot eeno schikking komt,
uwo kameraden hun dwang op mij zullen
uitoefenen? Ik buk voor geen dwang, dat zeg
ik u; maar ik eerbiedig in u de echte, zoo
ook verkoerd toegepaste kracht. Deze heeft
zich tot hiertoe slechts ten mynen nadeele
geopenbaard en juist daardoor heb ik gezien,
wat zy bewerken kan, als zy zich eens niet
meer fa vijandschap tegen my keert; laat
thans uw gezond verstand spreken; verge
noeg u met het mogelyke, verg niet het
onmogelijke en ik bied u aan, hier in de
mynen werkzaam te blyven, met het voor
uitzicht, in uwo betrekking op te klimmen.
Ik weet wat ik waag, met iemand van uwe
inborst onder myn werkvolk to hondenmaar
ik zal het wagen, als mijn vertrouwen met
vertrouwen beantwooid wordt."
Het aanbod zelf was misschien al gewaagd
genoeg tegenover een man, die gowoon was
alle gematigdheid als zwakheid te beschou
wen; maar Berkow scheen hier toch Diet te
heb'oen misgetast.
Wel is waar antwoordde Ulrich niet; hy
liet vooralsnog ook geene toegevendheid biy-
ken, doch voor een karakter als het zyne
was het al genoog dat het aanbod niet onmid
dellijk met norsch wantrouwen van de hand
werd gewezen.
„Vertrouwen heb ik tot dusvor tevergeefs
van u gevraagd", ging Arthur voort. „Gij
hebt bot my tot op dit oogenblik geweigerd.
Als een vreemde ben ik liter gekomen, zoo
al niet in de streek, dan toch op do berg
werken en onder do arbeiders. Met eene oor
logsverklaring zijt gy my tegemoet getreden,
zonder my zelfs te vragen, wat ik vrywillig
zou willen veranderen en verbaterengij hebt
me als een vyaud behandeld, zonder te weten,
of ik uw vyand wilde zyn."
Wordl vervohjd.)