Burgerlijke Stand van Leiden.
ook gisteravond eene 81-jarige weduwe, te
Leiden id. een hofje aan de Middelstegracht
wonende en Q. genaamd, die haren elders,
aan de tramlijn, wonenden schoonzoon naar
de tram had gebracht en die, hoewel niet
voornemens mede te reizen, hem in den wagen
gezelschap hield tot hy zou vertrekken, aan
gezien do stoomtram Leiden Haarlem er hier
nog geen station of wachtlokaal op na houdt.
Onderwpl had het rangeeren plaats en het
moedertje, meenende dat de trein zich reeds
tot vertrekken in beweging stelde en bevreesd
medegevoerd te zullen worden, stond haastig
op, wilde zich met niet minder spoed uit den
waggon verwyderen, doch viel daardoor. De
beonen van do ongelukkige, bejaarde vrouw
geraakten onder ein waggon eerste klasse
en werden deerlyk verwond. Het eene been
hing er zelfs bij.
De vrouw, tot voor het treurig ongeluk
haar trof nog vlug en flink voor haren leeftyd,
werd naar het Academisch Ziekenhuis ver
voerd. De zorgen, daar aan haar gewyd, waren
niet by machte te voorkomen dat zy heden
nacht overleed. Voorzeker een treurig uit
einde na zulk een lang, werkzaam leven 1
Uit eene der gestichten tot ver
pleging van R.K. weezen alhier, verwyderden
zich gisteravond een drietal jongens, zonder
daartoe verlof bekomen of dat zelfs gevraagd
te hebben. Nog denzelfden avond werden zy
aan het gesticht teruggebracht.
Men meldt uit Rotterdam: Een per-
soon, voorgevende woonachtig te zyn te
Leiden (Janvossensteeg) wist Zondag op
verschillende plaatsen onzer stad het mede-
lyden op te wekken, door aan de goedge-
loovige omstanders mede te doelen, dat hy
overreden was. Of het publiek al aanraadde
naar het ziekenhuis of het station te rydon,
niets hielp; hy strompelde op erbarmelijke
wyze voort, van dezen en genen medeiydende
eene gift in ontvangst nemende. Aan alles
komt een einde, zoo ook aan het foppen van
't publiek. Zondag-avond circa 10 uren name
Hik werd hy op den Stationsweg door vele
personen herkend. Het bleek dat hy dien
dag, volgens het publiek, wel vyfmaal was
overreden. By de vele verwytingen en op
het zien der politie achtte hy het raadzaam
den weg naar het station in te slaan, en by
zyne komst te Leiden, als hy er althans
woont, zal do man het gebruik zynerbeenen
wel weer teruggekregen hebben.
By breed gemotiveerd vonnis
deed de vacantiekamer der rechtbank te Rot
terdam «gisteren uitspraak in de zaak tegen
I. De Koster, kleedermaker te Leiden, en J.
Oostenbrug, horlogemaker te Oude-Weterlng.
Zij verklaarde hen schuldig aan poging tot
diefstal te Schiedam door middel van inklim
ming, braak en valschen sleutel, ten aanzien
van No. 1 met bedreiging, en veroordeelde
hen tot gevangenisstraf, van zes jaar voor den
eerste, en van vier jaar voor den tweede.
Gisteravond heeft een terrein
opzichter van hel Hollandsche spoor aan het
station Den Haag eon bewys gegeven van
zeer groote tegenwoordigheid van geest, waar
aan hy zeker voor een groot deel het behoud
van zyn leven heeft te danken.
By het vertrek van den sneltrein van 9 u.
27 m. was eene kolossale menschenmassa
op het station aanwezig, welke met een
daarop volgenden pleiziertrein in dezelfde
richting moest vertrekken. Verschillende plei-
zierreizigers gingen by vergissing in den snel
trein en moesten dien ylings weer verlaten.
By het vertrek van den sneltrein stond dien
tengevolge nog een portier open. De terrein-
opzichter snelt toe om het dicht te doen,
maar wordt door den reeds bewegonden
trein vooroverguslagen en valt op de tree
plank neer.
Een plotseling gegil stygt uit de menigte,
op het perron aanwezig, op, De stationschef,
daardoor opmerkzaam geworden, zag niets
meer, maar toen hem een oogenblik later de
op den grond gevallen roode pet met gouden
band van den terreinapzlchter werd overhan
digd, begreep by den toestand. Den pleizier
trein ophouden was zyne eerste gedachte, en
onmiddeliyk daarop seinde hy naar Voor
schoten om den sneltrein op te houden. Dit
gebeurde en workelyk vond men daar den
opzichter hangende aan de treeplank. Hy werd
opgenomen en naar Den Haag teruggevoerd,
waar geneeskundigen constateerden dat zyn
eene been, dat langs de baan had gesleept,
erg had geledon. De opzichter was zoo vol
komen by zyn bewuetzyn gebleven, dat hy
by zyne komst aldaar den stationschef de hand
drukte en hem verzekerde dat als niet te
Voorschoten ware gestopt, hy zich niet langer
had kunnen vasthouden en dan byna zeker
onder den trein zou zyn geraakt.
Do gisteren te Woerden geopende
tentooustelling van zuivelbereiding, landbouw
gereedschappen en werktuigen, bloemen en
sierplanten, enz., is niet alleen goed geslaagd,
maar geeft op menigerlei gebied veel schoons
en deugdelyks te aanschouwen. Be beide
daartoe ingerichte lokalen kunnen ternauwer
nood de talryke inzendingen bevatten.
De navolgende bekroningen hebben hierby
plaats gehad:
Weiboter, 1ste prys A. VerweySr., te Lange-
ruigeweide; 2de prys J. T. Bos, te Woerden;
3de prys C. De Jong, te Rietveld.
Derbykaas, 1ste prys D. Schouten, te
Nieuwerbrug2de prys Z. Baelde, to Kamerik.
Goudsche Meikaas, 1ste prijs J. Straver, te
Snelrewaard; 2de prys G. Van Dyk.teMont
foort; 3de prys Z. Baelde, te Kamerik.
Goudsche zomerkaas, 1ste prys N. Vroege,
te Kamerik2de prys C. Kasteleyn, te Kamerik
3de prys T. Oskam, te Rietveld.
Edammer kaas, 2de prys A. Erik, te Petten.
De beste toom eenden, 1ste prys Tonkins,
te Waarder; 2de prys W. Stolwyk, te Veld
huizen; bestuursprys J. J. B. Huber, te
Zwammerdam.
De schoonste toom ganzen, 2de prys J. Brunt
Pz., te Woerden.
Verzameling landbouwwerktuigen en gereed
schappen: 1ste prys D. Spoor, teBodegrave;
2de prys A. Wilmeke, te Vleuten; 3de prys
J. Van der Graaf, te Lekkerkerk.
Do beste verzameling hoefbeslaglete prys
G. Roodvoet, te Bunnink; 2de prys J. De
Zwart, te Oudewater.
Verzameling bloemen en sierplanten ter
opluistering: lete prys mr. G. H. Fuhn
Snothlage, te Woerden2de prys J. Van
Kouwen, te Montfoort.
De schoonste heesters: 2de prys T. H. De
Loos, te Boskoop.
De fraaiste bouquetten1ste prys J. Griffioen,
te Woerden.
In den wedstryd van werklieden werden
bekroondA. Broekhuizen, A. Van Stavel en
H. C. Schmidt, allen te WoerdenG. C. Hoogen-
doorn, te Barwoutswaarder; J. Van Stavel.
te WoerdenG. Versloot, te Ouden Ryn
A. J. Blok en N. Karsdorp, beiden te Woerden.
Eene Amerikaansche familie, gelo
geerd in het hotel „den Ouden Doelen" te
's-Hage, maakte gisteren in eene „sociable",
bespannen met vier paarden, een tocht naar
Amsterdam. De familie bracht eerst een bezoek
aan Leiden en reed van hier door den schoonen
binnenweg naar de hoofdstad.
Op den gisteren te Woerden
gehouden wedstryd in het schoonryden werd
de eerste] prys behaald met de zwarte Friescbe
merrie „Cato", eigenaar dr. K. F. G. Van Woer
den te Utrecht, gereden door A. C. H. Van
Woerden.
Gistermiddag stortte op den
Ouden Schevenir.gschen Weg plotseling een
trampaard neer. Het dier werd afgespannen,
aan den weg gelegd en de hulp van een vee
arts ingeroepen. Byna twee uur bleef het paard
stuiptrekkende liggen.
De heer Léon Antenne (pseudo
Léon Mary) is gisternamiddag te Rotterdam
o.n 4 u. 17 m. uit den tuin van de Doele met
zyn ballon „Prinses Wilhelmioa" opgestegen.
De heer Walop maakte de reis mede. De
ballon dreef in de richting naar Kralingen.
Aan de gezamen1yke buree 1 en
van politie te Rotterdam is door een groot
aantal ingezetenen aangifte gedaan van het
ontvangen van valsch geld. De politie heeft
een streng onderzoek ingesteld.
Door een ongeveer 12-jarigen jongen word
gistermiddag op de kermis aldaar aan een
boerenmeisje, terwyl het iets betaalde, de
geldbeurs uit de hand gerukt, waarna hy het
op een loopen zette. Het gelukte niet den
deugniet te achterhalen.
Eene vrouw in de Tuinstraat te
Amsterdam werd door haren vader, die in
verregaande staat van dronkenschap verkeerde,
zóó zwaar aan het hoofd gewond, dat zij door
de buren ontzet en naar het gasthuis ter
verpleging moest gebracht worden.
Men s ch r y ft on s heden uit Apel
doorn: Ten behoeve van den circus Oscar
Carré, welke met den verjaardag van Prinses
Wilhelmina voorstellingen zal geven, zyn
reeds 9 waggons met materiaal op het Loo
aangekomen. Op het welland achter het hotel
Rüge is met den bouw en de gasleiding
reeds een aanvang gemaakt. De eerste voor
stelling voor de Koninklyke bezoekers met
de genoodigden zal vormoedelyk op 31
Augustus des namiddags te 2 uren plaats
hebben, terwyl het vuurwerk, dat op last
van den Koning is besteld, alsdan eok op
don avond van dien dag zal ontstoken worderj
Op kosten van de Koningin zullen verschei
dene kinderen (de hoogste klasse) van de
scholen te Apeldoorn ook eene voorstelling
mogen bywonen.
Programma van muziekuitvoeringen.
MUSI8 SAOItUM. Donderdag 21 Aug., tehalfacht,
door bet Stafmuziekcorps van het 4de reg. infanterie,
directeur: d'e heer Gottfried Mann. Eerste afdeeiing
No. 1. Prineenmarach, Manu; 2. Ouverture: „La
Bohémienne", Balfe; 3. a. Variation op het Ooaten-
rjjkech Volkslied (arr. Mann), J. Haydn; b. Cavatine
de l'Opéra: „Lc Trouvére", G. Verdi; 4. Fantaieie
do i'Opéra de Boieldieu: „La Dame Blanche",
Buyseene. Tweede afdeeiing: No. 5. Marsch und
Ballctmueik aue der Oper„Auf Hohen Befehl",
Carl Iteinccke; 6. Introduction et Choeur dee Gamine
du lr Acte de l'Opéra „Carmen", Georgee Bizet;
7. o. „ka Serenata", Legende Valnque (Tranecrite
par Maun), G. Braga: b. Trot de Cavalerie, A. Rubin-
eteiD; 8. Fantaieie über Motivo aue der „Freischütz"
von C. M. v. Weber, Mann.
van 14 tot cn met 20 Augustus.
BEVALLEN. C. Kettenia geb. v. Dam, Z. E.
H. v. d. Berg geb. Kloos Z. M. H. Brngman geb.
Kums D. M. E. Hoogenetraaten geb. Aabrede Z.
A. Loos geb. Houwing Z. J. Nienwenburg geb.
Hofkcs Z. A. E. Knuttel geb. Roosenburg D.
A. Stammers geb. De Jong Z. M. Trouweo geb.
Halwaken Z. J. M. Schouten geb. Kleyühane D.
G. Do Viioe geb. Bouwkamp D. E. Eederta geb.
Mieremct D. M. Helfeuateyn geb. Moene Z.
H. AI. Selier geb. Den Haan Z. D. Smit geb.
Brauckman D. AI. Smit geb. v. Diesel D. F.
Weteelaar geb. Lacourt D. A. G. Guldemond geb.
Kragting D. M. M. Waasdorp geb. Stap D. A.
Cbaudron geb. v. Evert D.
OVERLEDEN. S. P. Geeraas D. 81 j. H. Bnsch-
man AI. 57 j. I. M. Viele geb. Zummeroran W.
83 j. A. G. v. d. Berg Z. 18 j. J. v. d.Weyden
Z. 7 w. P. Stoeke Z. 3 j. D. Do Graaf Z. 11
j. J. H. De Doos gob. Timmermans V. 58 j. -
A. v. Dijk W. 73 j. H. G. Castelein Z. 5 m.
M. Rijnbeek D. 20 j. M. Veldhoven D. 19 j.
E. v. d. Vaart geb. Montagne D. levenl. J. Kloyn
D. 8 w. Af. j. H. Blommestein D. 6 w. A. J.
Van Oyen Z. 8 j.
GEHUWD. W. Verboog jm. en AI. C. Brands jd.
J. F. Bognettcau jm. en J. A. Schut jd. W. J.
Dieben jm. en H. G. Waandere jd. P. F. AI.
Kriok jm. en C. Borst. jd. A. Parmentior jm. en Af.
Bavelaar jd. W. v. Zonneveld jm. en J. Schef-
fore jd. A. Kiel jm. en D. Veerman jd. J. v.
Tongeren jm. en J. v. d Lelie jd. W. P. Lagae
jm. en D. C. Bekker jd. J. Bekooy jm. en J.
v. d. Linden jd.
UITLOTINGEN. 3 pCt. Oostenrijkscbe Grond-
Crediet van 1880. Trekking van 16 Aug. 1890, be
taalbaar 1 Dcc. 1890. Serie 1401 No. 96 fl. 50,000,
se ie 192 No. 43 ti. 2000, eerie 1199 No. 77 en sorie
2606 No. 46, ieder d. 1000; tor amortisatio getrokkc-u
sc-rieën: 285 295 1533 1618 2562 3870.
INfiEZONUEIN.
Ni on liquet.
't Lust my eenige opmerkingen ten beste
te geven over of naar aanleiding van de Rotsen
nauwkeuriger uitgedrukt, ter zake van de
onder zoodanig opschrift geplaatste advertentie.
Dat ik dit ongonoodigd doe, behoeft nauwe-
lyks vermeld, naardien een aanzoek tot zulk
geschryf, aan myn adres gericht, op zyn zachtst
genomen, onbescheiden zou zyn. Ook zou ik
der waarheid te kort doen, indien ik het
deed voorkomen alsof plicht en roeping my
drongen hier eenig advies uit te brengen.
Daarvoor toch is zeker de zaak niet belangryk
genoeg. Neen, ik heb gezegdhet lust mij,
om daarmee te kennen te geven, dat het eene
oogenblikkelyke neiging was, waaraan ik ge
volg gaf, toen ik besloot by deze gelegenheid
eens uit den hoek te komen. Was het toch
geheel onwillekeurig, dat ik lette op de annonce
der Rotsen, ja, kan er van „daarop letten"
aanvankelyk geen sprake zyn, naardien ik het
artikeltje machinaal, gedachtenloos las, dat die
Rotsen my zouden verleiden zelf de pen er
over te voeren, zoo iets vermoedde ik geens
zins, zelfs niet, toen ik er de aandacht op
begon te veBtigen.
Dit laatste deed ik, toen ik onder de namen
der Rotsen een aantrof, dien ik niet wist thuis
te brengen. Alle andere zyn voor ieder ik
zeg niet eens geletterd maar voor ieder be
schaafd mensch verstaanbaar. Maar Letsler
wie, wat ie Letsler?
Zoo vroeg ik en zoo vraag ik nog. Mis
schien lacht deze of gene om myne onwetend
heid. SoitIv. dat geval troost ik my met de
gedachte, dat hy, naar Cicero's oordeel de
beete wysgeer is, die er voor uitkomt, dat er
vele dingen zyn, die hy niet weet.
Letsler dan had my, om zoo te zeggen,
by een slip van den rok gepakt en vooreen
oogenblik doen stilstaan. Zoo vangt soms de
ernsthaftige man een woord op uit het refrein,
dat knapen op straat by hunne spelen zin
gen en ziet dan zyns ondanks naar dat kin
derspel.
Eer ik 't wist, was ik begonnen de adver
tentie nog eens in haar geheel door telezen,
en zag iiu weldra dat htt allemaal larie was.
Maar larie en larie zyn er twee„II y a fagots
et fagots," een spreekwoordelyk gezegde, dat
hier te eer mag aangehaald, daar fagot ook
mallepraat beteekent.
Aangenomen, dat de Rotsen foppage zyn
en dit mogen wy, vooral ook na de inlich
tingen van Molleboon, zeker als uitgemaakt
beschouwen dan komt de vraag aan de
orde: met welke soort van foppage hebben
wy hier te doen?
Had de steller ook soms eene nevenbedoe
ling, welke is de historischs oorsprong van
het stuk en welke factoren hebben tot zyn
ontstaan meegewerkt? Hierover wensch ik
nog myne meening te zeggen, ai is het dat
die meening van weinig beteekenis is, daar
zy, nogal negatief, zich grootendeels bepaalt
tot een no n liquet.
Dit non liquet is een rechtskundige term
welke zooveel beteekent alehet blykt niet
klaar, en door de rechters wordt gebezigd,
ais zy geen overtuigend bewys gevonden
hebben noch van de schuld, noch van de
onschuld des beklaagden, zoodat zy geen
vonnis kunnen uitspreken, noch ook tot vry-
spraak durven overgaan. Strikt genomen is
dus ons opschrift in zekeren zin misplaatst,
daar hier in geen geval van eenig vergryp,
en dus van geen aanklacht, laat staan van
eene schuldigverklaring of vryspraak quaesti©
kan zyn. Toch behouden wy den titel, omdat
daarin is uitgedrukt: de bovendryvende ge
dachte, welke ons bezighield.
Hst blykt niet, of de Rotsen het werk is
van een dwaas, die een helder oogenblik had
en daarin lust kreeg zyn evenmensch by den
neus te nemen, of van een wijze, die benevdd
werd en zich liet meeslepen door een aanval
van speelsche luim. Hebben wy hier te deen
met een Saul, die ezels zoekt en onder pro
feten verzeild raakt, of met een Homerus,
die, ingedommeld, in den droom een weinig
nonsens uitkraamt? Met een pooier, die zyn
roes heeft uitgeslapen of met een Nazireër,
die by hooge uitzondering een verheuginkje
heeft? Met een fiinken molen, die voor een
keer door den vang loopt of met een oud en
wrak spul, dat door geheime kracht onver
wacht nog eens in beweging komt? Meteen
ziekteverschynsel, of met een, wat men wel
eens Doemt: gevolg van overmaat van gezond
heid? Die deze vragen zonder aarzelen en met
beslistheid beantwoordt, is zeker heel knap,
maar waarschynlyk alleen in 't raden, ofwel
hy behoort tot die viri p ed antissi mi,
die liever redeneeren als een kip zonder kop
dan hunne onwetendheid bekennen, de lui,
die altyd alles weten, behalve hoe dom of
liever hoe mal zy zyn. Wat my betreft, ik
zeg zonder eenig voorbehoud: Non liquet,
't is my niet helder.
Alleen over de negatieve zyde van 't geval
kan ik op positieve wyze spreken, daar het
toch, dunkt my, vaststaat, dat de Rotsen niet
als ernst kunnen aangemerkt worden. Maar
of nu deze niet ernst moet gekenschetst
als: een gril, een farce, als een» uiting van
brooddronkenheid of wel als eenvoudige korts-
wyl, of jokkernij, daarvoor kunnen wy ons
evenmin met zekerheid uitlaten, als dat wjj
terstond toestemmend -of ontkennend durven
antwoorden op de vraag, of hier qualificatiën
in aanmerking komen als: een capriool, een
bokkosprong, nuk of echrol.
20 Aug. '90. Da. Ewaldus Nix.
Toec. Qsaeat. III. 28.
BUITENLAND.
Frliultrjjk.
Aan het feestmaal dor leden van den de
partementalen raad te Atrecht hield de mi
nister van buitenlandsche zaken, de heer
Ribot, eene rede, waarin hy uitvoerig sprak
over de regeling der suikerquaestie en de
voordeelen, welke daaraan verbonden zyn.
De algemeene politiek werd door den mi
nister slechts even aangeroerd. Alleen wees
de heer Ribot er op, dat de uitkomst hen,
die de toekomst ongunstig inzagen, in het
ongelyk heeft gesteld. De crisis, welke Frank-
ryk he9ft doorgemaakt, heeft goods gevolgen
gehad. Ten slotte deed de minister een be
roep op de eendracht van alle republikeinen.
„FraDkryk" zeide de minister - „ver
langt in het buitenland den eerbied, dien het
verdient. Het volk ie nayverig op zyne rech
ten en de offers, welke het zich getroost
voor de landsverdediging, maar Frankryk is
des te kalmer en vredelievender, naarmate
het zich sterker gevoelt. Wy hebben geene
enkele reden tot ongerustheid. Met vertrouwen
kan Frankrijk zich wijden aan de ontwikke
ling zyner hulpbronnen."