OSStSKZ
bepaling, en met f 500, als gift, waaraan eene
voorwaarde is verbonden.
2o. dat aan hen medo is afgedragen een
badrag van f 22,331.82'/}, als opbrengst der
gehouden fancy-fair.
Te zamen is dus eene som van f 47,877.55
voor den nieuwen bouw bijeengebracht.
Is hiermede nog wel niet de som bereikt,
welke noodig werd geacht om tot bouwen le
kunnen overgaan, regenten meenen nu toch
met grond de verwachting te mogen uitspre
ken, dat binnen niet langen tijd het nieuwe
gasthuis zal verrijzen.
De Nederlandsche liandelsreizigersver-
eeniging heeft thans haar eigen orgaan. Het
eerste nummer van dit orgaan, dat onder
den titel „de Handelsreiziger" maandelijks
zal verschijnen, is onder dagteekening van
1 Augustus uitgekomen bij den heer George
"W. Van Biene te Rotterdam.
Z. M. heeft benoemd tot landmeters van
het kadaster 1ste kl. C. J. baron Van Hemert
tot Dingshof; tot idem 2de kl. P. C. Prins;
tot idem 3de kl. W. Don Hartogh; thans
resp. 2de, 3de en éde klasse.
Gemengd Nieuwe.
Door eene onbekende oorzaak
geraakte Vrijdag-avond de Rijnlandsche stoom
tram even voorbij den wissel te Rijnsburg
uit de rails. De locomotief stak dwars den
weg over en viel aan de andere z(jde van den
weg in een akker met uien. De goederen
wagen stond in de breedte van den weg. De
personen kwamen allen met den schrik vrij- De
materiêele schade is zeer gering. Na een klein
uur oponthoud konden de reizigers hun weg
vervolgen door middel van eene andere loco
motief.
De fraaie doorgaande rijtuigen,
welke de Holl. Spoor laat loopon tusschen
Scheveningen en Rotterdam, zullen van heden
af, dagelijks, behalve des Zondags, te vinden
zijn in de treinen, welke te 1 u. IS m. en
te 4 u. 15 m. van Rotterdam (D. Pvertrekken
en in de treinen van kwart na achten des
morgens en kwart vóór elven des avonds uit
Scheveningen.
De naar 's-Gr a v e nil ag e gevluchte
deurwaarder uit Friesland, die verleden week
door de politie werd aangehouden, zal, be
halve wegens verduistering, ook vervolgd
worden ter zake van het opgeven van een
valschen naam en het dragen van een ver
boden wapen.
De man was in de stad gezien met eene
revolver in de hand en toen achtervolgd door
een voorbijganger, die de politie op zijne zon
derlinge wijze van handelen aandachtig
maakte. Een agent van politie verzocht den
deurwaarder mee te gaan naar het pohtie-
bureel. Aldaar gekomen bleek hjj, na een
anderen naam dan den waren te hebben op
gegeven, de deurwaard® te zjjn, wiens op
sporing wegens verduistering verzocht was.
Op het oogenblik zjjner aanhouding bezat
hjj geen geld en had hjj al eenige dagen te
's Gravenhage rondgezworven.
Intusschen woedde het onweer voort, en
het water van het gat drong verder. Eens
klaps tilde Antje, met eene kracht, welke ik
nooit in eene vrouw verwacht zou hebben,
den zwaren man op en droeg hem met vas
ten tred naar den ingang van den hollen weg,
om hem daar op haren mantel te leggen.
Butenheem glimlachte gelukkig en trotsch
tevens, en haar feeder aanziende, riep hij m(j
gekscheerend toe
„Wie had dat gisteren kunnen denken, oom
Freerik! Do storm heeft het gat levend ge
maakt en mijne Antje ook!"
Antje bloosde bij deze woorden en verzocht
mjj haastig haar een draagstoel voor Aart te
helpen knooper.. Dit werk bestond eenvoudig
hierin, dat wjj een aantal sterke riemen tus
schen de zadels der beide ossen spanden en
op die wijze eene soort hangmat vormden,
welke bij het transport uitstekend bleek te
zijn. Daarbij vertelde Antje, hoe Jan door
een val met het paard, waarbij bij den voet
verstuikt had, eerst gelijktijdig met de na
de jacht van de drakengang terugkeerende
mannen en nauwelijks een halfuur voor het
uitbreken van het onweer op de Kapater-
plaats aangekomen was, hoe daarna de komst
van onze bescherming zoekende paarden
allen met bezorgdheid had vervuld, de storm
evenwel ieder vau een onderzoek had afge
schrikt en hoe zij daarom eindelijk, zonder
iemand een woord te zeggen, met de beide
trouwe ossen weggereden was, omdat zjj
geen rust meer had.
Nog meer dan een uur moesten wij in
In het kastje van onbestelbare
brieven aan het postkantoor te Apeldoorn
bevindt er zich één, waarvan het adres al
dus luidt:
Aan een van de briefe Bestellers te Apel
doorn is Mijn het Zelfde en of die persoon
dan zoo Goot Voor Mijn wilt zijnt en bezorgen.
Deze brief aan een Timmermans Baas die
Nog Volk Kan Gebruiken. Een Vriendelijk
Verzoek Mijn Vrient.
Volgons be.richton uit Shanghai
heeft het buiten de oevers treden der rivier
Peiho groote overstroomingen veroorzaakt. De
verbinding tusschen Peking en Tientsin is
geheel verbroken, de oogst totaal vernield.
Verscheidene personen in Tientsin hebben
het leven verloren.
De Russische consul Panafidin
meldt uit Bagdad dat de cholera, ofschoon
ze te Beljade, bij Bagdad, na zestig offers
geéischt te hebben, is geweken, nu is uit
gebroken te Djezir, bjj Bagdad, en in twee
naburige plaatsen. Daarom zal de Russische
rogeering de noodige maatregelen nemen.
De cholera heeft te Mekka een epidemisch
karakter gekregen.
Uit Valencia wordt gemeld dat decholera-
berichten gunstiger, maar onbetrouwbaar zjjn,
omdat velen het bestaan der ziekte pogen te
verheimelijken.
Te Recklinghausen leverdon dos
nachts tien bergwerkers oen bloedig gevecht,
waarbjj knuppels, flesschen, messen en zelfs
eene bjjl gehanteerd werden. Zes der strijden
den ontvingen zware, twee levensgevaarlijke
wonden. Vier werden ln hechtenis genomen.
In een hotel te Wilna heeft graaf
Casimir Potocki, ex-bezitter van eenige mil-
lioenen, zichzelven doodgeschoten. EeneParij-
acbe dame had den graaf geholpen het groote
vermogen er door te jagen, om daarna het
zelfde te beproeven met een jong Engelsch-
man. Den gevoeligen Pool ging dit zeer ter
harte.
Te Dortmund heeft een leerling
der tweede klasse van de hoogere burger
school door ophanging een einde aan zijn
leven gemaakt. De Fransche taal leverde hem
bjj hare bostudeering te veel moeilijkheden op1
Te Londen is een Amerikaan
aangekomen met mooie, sprekende poppon.
Het zijn eigenlijk poppekindjes, want behalve
dat zfl allerlei beweging maken, kunnen ze
ook wat praten, zingen en heel natuurlijk
schreien. Ze behoeven slechts opgewonden
te worden en het inwendige mechanisme,
door Edison uitgevonden, gaat aan den gang.
Het poppekindje vertelt dan iets, zegt een
versje op, zingt vervolgens een liedje en
zegt daarna zoo ongeveer: „leg me nu als
ie. blieft neer, want ik wou een beetje gaan
slapen!" En als de kleine poppemama daaraan
niet spoedig voldoet, dan begint het poppe
kindje erbarmelijk te huilen.
Een passagierstrein van Bourne
naar Sleaford (Engeland) reed door eene kudde
schapen, die op den weg waren gekomen.
Daar de machinist niet spoedig genoeg kon
onzen schuilhoek blijven. Toen scheen het
geweld van den storm iets te bedaren. Ge
lijktijdig evenwel begonnen enkele regendrop
pels te vallen.
„Voorwaarts!" riep Aart, die onder Antjes
oogen zijne tegenwoordigheid van geest terug
gekregen had. „W(j moeten voort, als w(j
niet verdrinken willen."
Het was een moeilyke tocht. Maar de beide
ossen hielden zich dapper en zonder verdere
ongelukken bereikten wjj eindelijk de Kapater-
plaats, waar onze komst natuurlijk met ge
juich begroet werd.
Vier weken later had de bruiloft plaats,
en wel, in overeenstemming met mjjn voor
stel, in de open lucht en op het heerlijke
plekje bij het stille gat, welks „stem" de
schoonste muziek bij het feest leverde.
Onder de ooms, waartoe ook ik thans alge
meen gerekend werd, was natuurlijk Aarts
avontuur met de bokken en Antjes moedig
gedrag het onuitputtelijk onderwerp der ge
sprekken.
„Ik kan do geschiedenis waarlijk nog
altijd niet begrijpen", beweerde oom Dirk,
terwijl hjj zich op de knie sloeg. „Antje was
altijd zoo kalm en bedaard en nu eensklaps
deze daad. Het is ongelooflijk als men alles
bedenkt!"
Oom Andries echter, de spreekwoorden-
rjjke, zeide toen kalm als altijd:
„Hm, zij was precies als een stil water,
Dirk er. stille wateren hebben diepe
gronden."
stilhouden, werden in weinige seconden veertig
dieren vermorzeld.
Uit Pieter m a r i tzburg wordt een
afschuwelijk geval van kannibalisme uit bet
binnenland gemeld. De vrouw van een kaffer
kapitein was ziek en een kafferdokter werd
geroepen om de patiënt te zien. De dokter
verklaarde dat het eenige geneesmiddel zou
z(jn het eten van. het vet van een mensche-
lijk hart. De kapitein hield den dokter aan
zijn woord, liet hem dooden en het hartvet
aan zijne zieke vrouw toedienen, terwijl de
rost van de familie smulde aan het ljjk van
den dokter. Een paar honderd soldaten werden,
op het hooren van dit bericht, uitgezonden
om den kapitein te overmeesteren, doch deze
gaf zich gewillig over.
KOLONIËN.
BATAVIA, 22-26 Juni. (Vervolg.)
Omtrent de laatste gebeurtenissen in Edi
vernam de „Deli Crt." nog dat het Gde batal
jon naar Bagoh en Oeleh-Gadja op marsch
ging, voornamelijk met het doel om T. Oesoef,
het hoofd van laatstgenoemd staatje, te tuch
tigen. Zeer te betreuren is het echter dat de
tocht niet zoo goed afliep als gehoopt werd;
niet wat het succes op militair gebied betreft
want de Atjehers zjjn zelfs uit eene zeer
sterke benting gevlucht alleen ten gevolge
van het artillerievuur, zonder de aanval onzer
infanterie af te wachten maar ten gevolge
van eene ongesteldheid (buikloop), die onder
den troep uitbrak en waarvan gebrek aan
drinkwater en dientengevolge het gebruiken
van onzuiver water als de oorzaak moet be
schouwd worden.
Reeds waren do troepen tot dicht b(j de
kedei van Oeleh-Gadja, toen die ongesteldheid
zóó toenam, dat een 70-tal manschappen er aan
leed en onder die omstandigheden besloot
majoor Halewün terug te keeren. In hetbivouak
teruggekomen, waren daar 4 Europeanen aan
dezelfde ziekte overleden, zoodat er vrees voor
cholera begon te ontstaan en de generaal bjj
het vernemen dier ongunstige berichten bevel
gaf onmiddellijk naar Edi te komen. Het ge
leden verlies bestond intusschen slechts uit
3 gewonden.
Te Edi bezweken nog 2 fuseliers aan de
ziekte', welke nu gelukkig als geweken kan
beschouwd worden.
Het eigenlijke doel van den tocht werd dus
niet bereikt, doch te Bagoh de kedei, waar
eene massa peper lag, in brand gestoken.
Den 2l8ten z(jn de troepen weer uitgerukt
om do Perlakkers uit de heuvels bij Pedawa
Pontong te verdrijven. Ook hier hielden de
Atjehers geen stand; het grootste gedeelte
was al afgetrokken en de rest nam op de
nadering onzer troepen al vurende de vlucht.
Het was een zeer vermoeiende tocht, want
de soldaten waren eerst 's avonds te 7 uren
terug, doch de verliezen 1 doode en 2 ge
wonden waren onbeteekenend. De vjjand
liet 3 lijken in eene benting achter.
Op 't oogenblik moet de rust in Edi geheel
hersteld zjjn en wordt dus het gunstige
regeeringstelegram, dat velen wel wat optimis
tisch voorkwam, door deze nadere berichten
gelukkig geheel bevestigd.
Betreffende den uitvoer van peper uit
Edi schrijft de „Penang-Gazette" dat behalve
de reeds aangebrachte 12,000 zakken nog
circa 13,000 ter verscheping naar Penang ge
reed liggen, voor de levering waarvan reeds
verleden jaar contracten gesloten werden en
welke zonder betaling van extrar-echten mogen
worden uitgevoerd.
De peper, waarvoor dit jaar gecontracteerd
is, mag niet verscheept worden zoolang de
vijandelijkheden duren en zal er dan een
extra uitvoerrecht bijwijze van oorlogsschat
ting van geheven worden.
Hetzelfde blad meldt nader dat het nu ge
bleken is dat verschillende radjahs aldaar
valsch spel speelden; schijnbaar waren ze
vrienden van de Hollanders en in 't geheim
waren ongeveer 1000 hunner onderhoorigen
behulpzaam aan het maken der bentings.
Vooral een zekeren Toenkoe Moeda zouden
de Hollanders daarom gaarne in handen willen
krijgen en hiertoe moet wel eenige kans be
staan. Twee officieren en eenige minderen
zouden voor de Militaire Willemsorde voor
gedragen zijn.
- Volgens de „Straits Independent" zouden
de Atjehers verleden Maandag eene benting
hebben trachten te nemen, welke op een
heuvel tegenover Edi lag, en bjj die gelegen
heid door de bezetting, bestaande uit 60 man
troepen, teruggeslagen zjjn met een verlies
van 300 dooden.
Het verbod op den uitvoer van peper is
opgeheven en een steamlaunch te Pennrl
aangekomen om het noodige geld te haleJ
voor rechten enz.
Het blad hoopt dat wij van de nu bq
staande gelegenheid om de Atjehers te;
onder te brengen zullen gebruik maken 4
ons niet door misplaatste sentimentaliteit tf
niet gemeende aanbiedingen tot onderwerpir;
van dit doel zullen laten afbrengen.
- Den 25sten Juni had, naar de „Deli-Crt.i I
meldt, op de onderneming Two Rivers eel]
hoogst droevig ongeval plaats. De heer Van
der Tas, een algemeen geacht ingezetene va:
Medan, die daar met opmeten bezig was, ge
raakte b(j het doorwaden van een riviertjd}
plotseling in een zeer diep gedeelte en werdj I
hoewel hjj zwemmen kon, -door de zuigini
van het snelstroomende water naar benede:
gevoerd en nog al bezweet zijnde doo
kramp overvallen. De hem vergezellende Ja
vanen deden wel moeite om hulp te bieder
doch konden hem zoo spoedig niet terugJ
vindon en het duurde zelfs een paar uu
voordat zij hom van onder boomstammen,
welke iets verder in dat water lagen, tl
voorschijn brachten.
De zaak van den moordenaar des heereri
Dermout te Assahan is een nieuw stadiuir
ingetreden; h(j schijnt een ander slachtoffe;
bedoeld en op instigatie van derden gehar
deld te hebbennaar aanleiding van een e:
ander is de hoofdtandil gevangengenomen
Ook spreekt men van het verdwijnen (ver
moorden?) van een koelie en het vergiftiger
van een tweeden, beiden getuigen in het
strafgeding.
WEST-IND1Ë.
PARAMARIBO, 7 Juli.
De Gouverneur heeft in zjjn antwoord op
het verslag van de Koloniale Staten over de
begrooting voor 1891, breedvoerig verdedigd
het verleenen van vergunningen tot het instel
len van onderzoek naar de aanwezigheid van
goud in bevaarbare binnenwateren. Het be
zwaar der Staten, dat die vergunningen zoudec
zijn verleend zonder wettigen grondslag, tracht
de Gouverneur te wederleggen door een beroep
op de uitlegging, door de Staten zeiven gego-
ven aan art. 36 der verordening van 7 Sept.
1882. Intusschen i3 het de bedoeling van den
Gouverneur om ter zjjner tjjd het zoeken naar
goud in de bevaarbare wateren te regelen bij
afzonderlijke koloniale verordening. De daartoe
noodige gegevens meent h(j echter slechts te
kunnen verkrijgen, wanneer de wateren in
quaestie op doelmatige wjjze worden onder
zocht. Op deze w(jze wenscht de Gouverneur
de kolonie de voordoelen te doen deelachtig
worden van dien hier nog geheel nieuwen
tak van goudindustrie. Onjuist noemt de
Gouverneur het beweren, alsof bjj de ver
leende vergunningen tot onderzoek, bevoor
rechting zou hebben plaats gehad. De ver
gunningen zjjn niet uitsluitend; aan niemand
is er eene geweigerd en zij gelden slechts voot
één jaar. Maar met het oog op het benoodigde
kapitaal moest op de tot dusver ingekomer
aanvragen zonder dralen worden beschikt.
De Gouverneur verdedigt verder het stand
punt, door het bestuur ingenomen ten aanzien
der Balata-industrie. Aan de firma Garnett Co.
is eene concessie verleend voor den tijd van
3 jaren. Zjj heeft de exploitatie krachtig aan
gevat. Uit Berbice zjjn 500 bleeders aangevoerd.)
die door nog anderen zullen worden gevolgd
en nu de eerste moeilijkheden overwonnen
zijn, begint de zaak zich goed te laten aanzien
Nickerie is daarbjj gebaat, de winkels varen
er wel b(j, en op eene bate van f 20,000
f 30,000 voor de koloniale kas, kan voor dit
jaar vrjj gerust worden gerekend.
De concessie Garnett Co. is te beschouwer
als eene (tot dusver wél geslaagde) proef
waarvan de uitkomsten zullen worden afge
wacht, alvorens eene wettelijke regeling dei'
zaak te ondernemen. Andere aanvragen zijn'
nog in behandeling. Op grond der uit de reeds
verleende vergunningen, te verkrijgen gege
vens, hoopt de Gouverneur eene voorloopige,
regeling te ontwerpen, waardoor aan de wen
schen der aanvragers, zooveel vooralsnog
doenlijk, zou kunnen worden te gemoet geko
men. Hetgeen o. a. ook in de Hollandsche
Dagbladpers is geschreven over de concessie
aanvraag J. H. Feller, van Nickerie, wordl
door den Gouverneur geacht „meer hot karak
tor van hartstochtelijkheid dan van waarheids
liefde" te dragen. De Gouverneur betuigt er
zijn leedwezen over dat de heer Feller zich
niet tot hem om inlichtingen heeft gewend
omtrent de niet-beschikking op zflne aanvrage
Hp zou ZEx. daartoe volkomen bereid hebben]
gevonden.