In den circusCarro te 's-Hage
heelt een huzaar den prijs een fraai horloge
gewonnen, door don directeur uitgeloofd voor
dengene, die, staande te paard, driemaal de
manége rondreed.
Zaterdagavond zoudetweede
haring-jager met 900 ton haring van Lerwick
naar Vlaardingen zeilen.
Naar w y vernemen, zegt het
„Vad.", zal de IJselstoomtram maatschappü
overgaan aan eene Engelsche Maatschappij.
De heer H. W. Knottenbelt heeft opge
houden directeur te zijn van de IJselstoom-
tramweg-maatschappij. Als zoodanig is tijdelijk
opgetreden jhr. H. H. Hora Siccama.
Aan de Maaskade te Rotterdam
geraakte een 8-jarig kind te water. De vader
haalde het eenige oogenblikken later leven
loos op.
Sedert eenigen tijd wordt uit
Groningen vermist Andries Wetsinga, oud 46
jaren, koopman, kenbaar aan een verlamden
rechtervoet en dito hand. Hij heeft eene vrouw
en vier nog jeugdige kinderen onverzorgd
achtergelaten.
Bij eene e v e n t u e e 1 e 1 i q u i d a t i e
der „Ned. Rijnspoorwegmaatschappij" zal het
ondersteuningsfonds der ambtenaren en werk-
heden van die Maatschappij, Daar w(j vernemen,
aan ieder van hen, in verhouding tot het aantal
dienstjaren worden uitgekeerd. (Amst.)
Te Arnhem is de 16jarige E.
Westerveld, die in den Rijn nabij de zwem
inrichting met andere jongens ging zwemmen,
in eene draaikolk'geraakt en verdronken.
Donderdag-avond ontstond er
brand in de schuur van den heer F. Höltkamp
te Midwolda. Niettegenstaande er twee spuiten
in werking werden gebracht, is de geheele
schuur met al de gereedschappen eene prooi
der vlammen geworden. Het grootste gedeelte
van het voorhuis is behouden gebleven. De
schuur was voor 6000 verzekerd.
Zaterdag-morgen had te IJzen-
doorn (Betuwe) een arbeider op de steenfabriek
aldaar het ongeluk, toen hij op een geladen
zandwagen wilde springen, te struikelen en
onder het voertuig te geraken. De ongeluk
kige bekwam eene ernstige schedelbreukbij
overleed nog vóór geneeskundige hulp kon
worden ingeroepen.
Te A p p e 1 s c h a i s proces - verbaal
opgemaakt tegen een drietal veenarbeiders,
die zich tijdens de jongste werkstakingen
aan majesteitschennis hebben schuldig ge
maakt door het roepen en zingen van„Weg
met den Koning I Leve Domela Nieuwenhuis 1"
Cit Mannheim wordt gemeld
dat er in de chemische fabriek „Rheingau"
eene 6terke ontploffing heeft plaats gehad,
waarbij een aantal personen gekwetst en het
gebouw gedeeltelijk is vernield.
Te Bagamoyo is Mohammed-b i n-
Cassin met drie medeplichtigen krachtens
vonnis van den Duitschen krijgsraad opge
hangen, wegens een vroeger op een Duit
schen koopman gepleegden moord. Hierdoor
is groote opgewondenheid en algemeens
rouw onder de Arabieren veroorzaakt, dewijl
Mohammed een hooggeplaatst Arabier was.
De Amerikaansche zwemmer,
„professor" Walton, is van plan op zyn rug
van Folkestone tot Boulogne te zwemmen.
Sedert eenigen tjjd bevindt h() zich te Folke
stone om zich voor dit zonderlinge tochtje
over het Kanaal te oefenen.
■et vergui vu de „Prins Frederik."
Uit de nadere bijzonderheden, welke worden
geroeid over de botsing tusecben de „Prins
Frederik" en de „Marpessa", blijkt dat de
gezagvoerders van beide booten geen dor
voorgeschreven voorzorgsmaatregelen hebben
verzuimd. Wegens den dikken mist stoomden
beide schepen met halve kracht en waren
buitengewone wachters in het want op den
uitkijk geplaatst. Toch merkten belde schepen
niets van elkaar, voordat de schok werd
gevoeld.
De „Marpessa" trof de „Prine Frederik"
midscheeps, met zóó groote kracht, dat het
water onmiddellijk de machine-kamer en de
hutten vulde. Er was geen oogenblik te ver
liezen. Alleen aan de uitmuntende tucht, welke
op de „Prins Frederik" heerschte, was het
te danken, dat nog bet grootste gedeelte der
opvarenden kon worden gered. De koloniale
troepen 75 man gaven een uitstekend
voorbeeld, dat goeden Invloed op de ontstelde
passagiers oefende.
Onmiddellijk na de aanvaring commandeerde
de bevelvoerende officier der troepen de sol
daten op hot dek en spoedig daarna stonden
allen boven, geschaard in het gelid, alsof er
parade werd gehouden. Aangemoedigd door
dit voorbeeld van eene uitstekende tucht, gingen
de matrozen terstond aan den arbeid en ook
werden de passagiers, onder wie natuurlijk
eerst groote ontsteltenis heerschte, daardoor
gerustgesteld. Dat eene algemeene paniek,
welke zeer ernstige gevolgen zou gehad hebben,
voorkomen werd, is voor een groot deel aan
de (linke houding onzor kolonialen te danken.
Met grooten spoed werden door de matrozen
de booten neergelaten. De passagiers werden
daarin en vervolgens naar de „Marpessa" over
gebracht, het eerst natuurlijk de vrouwen.
Een klein oponthoud werd veroorzaakt, daar
eenige passagiers hunne bezittingen nog wil
den medenemen, maar daarvoor was geen tijd,
want de „Prins Frederik" zonk steeds dieper.
Eene dame slaagde er in hare kostbaarheden
nog te redden, maar eene andere dame, die
1200 pd. st. aan geld bjj zich had, werd
tegengehouden, toen zij haar leven in de
waagschaal wilde stellen, om weer naar be
neden te gaan en haar eigendom te redden.
Terwijl de passagiers in de booten werden
gebracht, hield de commandant der troepen
appèl over zijne manschappen. Helaas, er
ontbraken er zeven, de luitenant Van Wijk
en zes soldaten. Blijkbaar waren zjj door het
plotseling indringende water overvallen, voor
dat z(j het dek konden bereiken. Erne poging
om hen nog te redden, was toen vruchteloos
en zou slechte gediend hebben om nog meer
menschenlevens in gevaar te brengen.
Er was trouwens geen oogenblik te ver
liezen. Nauwelijks was de laatste boot in zee
gestoken, of de „Prins Frederik" zonk in de
diepte. De geheele ontscheping was in zeven
minuten volbracht, zeer zeker een kranig stuk,
wanneer men in aanmerking neemt, dat 170
personen onder zoo moeilijke omstandigheden
in de booten moesten gebracht worden.
De „Marpessa" was zóó zwaar beschadigd,
dat het eerst scheen, alsof deze boot ook
zou zinken. Het voorste gedeelte stond geheel
vol water, maar gelukkig hielden de schotten,
die het water uit het overige gedeelte van
het schip moesten keeren, stand. Een gedeelte
der lading werd overboord geworpen en zoo
gelukte het de „Marpessa" met alle opva
renden behouden te Falmouth binnen te
brengen.
De commandant der koloniale troepen was
majoor Voorsluijs van Eik en de gezag
voerder van de „Prins Frederik" was de heer
Visman. Aan de kloeke houding van deze
beide bevelhebbers, die eene uitstekende tucht
onder hunne ondergeschikten handhaafden,
is het te danken, dat het treurige ongeval
nog niet meer slachtoffers heeft geëischt.
De omgekomen luitenant Van Wijk zou
aanvankelijk eerst in November van dit jaar
naar Indië vertrekken. Hij ruilde echter met
den luitenant Velde, die wilde huwen en
gaarne een huwelijksreisje deed. Deze was
voor dien vriendendienst zóó erkentelijk, dat
h(j verleden Zaterdag nog te IJmuiden was
met zyne vrouw, om van luitenant Van Wyk
afscheid te nemen. Van Wijk was ongehuwd
en maakte reeds bjj zyne komst aan boord
door zyne opgeruimdheid op allon een recht
prettigen indruk.
Een onzer stadgenooten Is op byzondere
wyze aan het gevaar ontkomen. De heer
Enderle, broeder van den leeraar aan de Muziek
school alhier, zou als benoemd offisier van
gezondheid by het Ned.Ind. leger, met dezelfde
biot naar Indiè vertrekken, doch pae te
Genua aan boord gaan. Reeds was hij daar-
heen op weg, toen hy op reis, te Brussel,
per telegraaf de noodlottige tyding van het
vergaan ontving. Hy bevindt zich nu weder
te dezer stede. Alles wat zich van hem reeds
aan boord bevond, is echter Jotaal verloren.
Het 93ste Lustrum der Leldsche
Hoogeschool.
X.
Vauxhail en bai van Zaterdag avond.
Den laateten avond der feeetweek was het
wederom het Van der-Werf park, dat velen
tot zich trok ter bywoning van het prachtig,
schoon concert, thans door de Groningsche
kapel van „De Harmonie", onder directie van
den heer J. H. Becker, aangeboden door
de gezelschappen „Sempre Crescendo" en
„Pro Patria". Ofschoon het een weinig
koud was en de hemel eene enkele maal een
stortregen op het aardryk deed nederdalen,
leverde dit alles geen beletsel voor de deftig
in rokken of weelderige fantaisie-kostumes
uitgedoste heeren, om, gearmd met hunne
schoonen, door de electrisch verlichte paden
op het terroin te wandelen, ten einde plotse
ling stil te staan om den held te aanschou
wen, wiens komst door het aanheffen van het
Oostenrijkscli volkslied werd aangekondigd.
Daar verscheen de groote, machtige keizer,
in zyn met vier schimmels bespannen rytuig,
ditmaal gekleed in blauw satyn, rykoiyk met
goud afgezet. Spoedig daarop werden de deuren
geopend, Zyne Hoogheid trad binnen om op
den keizeriyken zetel plaats te nemen; de
edelen en ridders van zyn gevolg volgden
hem op den voet, terwijl nu ook alle belang
stellenden een plaatsje zochten te vermeeste
ren in het groote, ruime lokaal.
Te ongeveer elf uren nam het bal een aan
vang; een der pages van Karei V geleidde
mevrouw Alings, echtgenoote van den garni-
zoens commandant, tot voor den keizeriyken
zetel. Het doorluchtige paar wandelde enkele
malen door de zaal, waarby zich langzamer
hand andere paren voegden, echter immer
zorgdragende dat aan het bevel van den heraut:
„plaats voor den Keizer" gehoorzaamd werd.
Weldra was de dans algemeen en hoewel
de aanwezigen niet in zoo grooten getale waren
als zulks by gelegenheid van het bal, door de
sociëteit „Minerva" gegeven, het geval was,
ontbrak het echter geenszins aan feestvreugde
en opgewektheid. Te halftwee bewaarde de
muziek der Leidsche mfanterio kapel eenigen
tyd het stilzwijgen om aan de heeren de ge
legenheid te geven hun honger en dorst, als
mede dien hunner dames te stillen.
Daarna klonken wederom de lustige tonen,
welke tot dansen aanspoorden, en lang reeds
had het zonnetje met welgevallen dit feest
aanschouwd, toen de dochteren des lands,
op hoog bevel van papa en mama of gastheer,
zich huiswaarts spoedden, betreurende dat dit
het laatste feest was, door de studenten ge
geven, en dat de week, welke zooveel illusiën,
zooveel idealen in het leven had geroepen,
reeds tot het varleden behoorde.
Gisteren, Zondag-avond, werd er in de buiten
sociëteit „Amicitia" door Mann's stafmuziek
corps een feestconcert gegeven, waarby de
tuin met allerhande gekleurde ballons buiten
gewoon verlicht was. De muziekuitvoering
werd ditmaal met eene gelegenheid tot dansen
besloten.
Tocht naar Schcveningen.
Uit Den Haag schrytt men ons heden o. m.
't Was voor den hoofdpersoon van de jongste
studenten-maskarade te Leiden ongetwyfeld
een te in het oog loopend anachronisme om
in middeleeuwsche kleederdracht te verschenen
op het hedendaagsche wielrydersfeest, dat
gisteren op de Scheveningsche wielerbaan
werd gehouden.
Het smeekschrift, aan Keizer Karei jl.
Dinsdag te Leiden overhandigd, rond geen
gunstig gehoor.
Intusschen had het bestuur van de wed-
stryden kosten noch moeite ontzien om den
Guldenvlies-ridder en zyn stoet van edelen en
ridders eene vorstelyke ontvangst te bereiden.
Op de tribune was, onder een hemel van
rood fluweel, met gouden franje en kwasten
versierd, een troonzetel verrezen, bereikbaar
langs eene met tapyten belegde trap, ter
weerezyden waarvan loges voor bet gevolg
waren ingericht.
Beven het eeregeetoelte prykte hetKeizer-
lyke wapen en naaBt de zygordynen van
den troon de wapens van Oelre en Nymegen.
Boven den hoofdingang waren vlaggen tot
tropeeën vereenlgd, die de Ryks-, de Stads- en
de Unlversiteits kleuren vertegenwoordigden.
Het aangekondigde Keizeriyk bezoek was
merkbaar van invloed op den toeloop van
het publiek. De hoofdplaatsen waren buiten
gewoon talryk bezet, terwyi de kring rondom
de baan door een dicht op elkaar staande
menigte was ingenemen.
De troon bleef ledig. Wel zag men enkele
studenten in hun kostuum als dolende ridders
langs het terrein der wielerwedstryden wan
delen, maar de schitterende Btoet, wier komst
verbeid werd, schitterdedoor afwezigheid.
Baron Van Pallandt moge, als yverig be
oefenaar van dezen tak van sport, zelden of
nimmer op een wiahyderswedstryd ontbreken,
als staatsman en heerscher waren hem andere
plichten opgelegd.
Die der hoffelykheid geboden hem gisteren
zyne hovelingen te vereenigen aan een feest
maal in het „Oranjehotel" te Scheveningen.
De geheele hofstoet kwam te 6 uren met IS
rytuigon uit Leiden naar de gravenetad. Voor
afgegaan door zyne twee herauten, was de
Keizer gezeten in eene met vier gepluimde
schimmels bespannen karos, met iivreiknechten
in kostuum uit het tydvak, gevolgd door edel
lieden te paard en in rytuigen.
Na afloop van den riddermaaltyd begaf de
Keizer zich met zqn stoet te 9 uren naar
het Kurhaus, bezet met duizenden, d:e zuna
komst afwachtten.
By het binnentreden van de hoofdpersonen
van den Leidschen optocht op het terras speelde
de muziek der dd. schuttery het „Iö Vivat".
De heeren, allen in kostumes, die in frisch-
heid, pracht en historische getrouwheid wed
ijveren, wandelden, met de muziek aan het
hoofd, langs het terras naar de Kurzaal en
schaarden zich in eene voor hen bestemde
loge, behangen met bloemfestoen, en rpk ge
stoffeerd tot eene groep, die in den glans van
bet licht werkeiyk een schilderachtigen aan
blik bood, zoodat honderden zich verdrongen
om dit schouwspel van nabij gade te slaan,
zonder zich te bekommeren noch om het
gedrang, dat daardoor ontstond, noch om
Kogel'8 sohoone muziek.
De wandeiingen van de gekostumeerde»
langs het terras werden eenige keeren her
vat. Do hoofdfiguur droeg by deze gelegen
heid het satynen salon- of receptie kostuum,
waarvan het geel de hoofdkleur vormt.
Ter hunner eera was de groote verlichting
op het terras ontstoken.
Te ruim 10 uren keerden de studenten
naar Leiden terug, in de hofstad aanschouwd
door honderden nieuwsgierigen, die zich langs
den weg bevonden.
Het bezoek der academie-burgers stempel
de do uitvoering op het Kurhaus tot een
waren feestavond met frisch, maar prachtig
weder.
Geveilde perceelt-u.
Gehouden verkooping aan den Burg op 2S
Juni 11., ten overstaan van den notaris A. Van
Leeuwen
Het huis, Kort-Rapenburg No. 13, J. N. Van
der Heyden qq., 3375; het huis, Utrechtsche
Veer No. 4, W. G. J. Lezwpn, ƒ2830; het
huis, Kaardensteeg No. 7, A. Hoek 785; het
huis, Barbarasteeg No. 19, W. G. J. Lezwpn,
524; het huis, Barbarasteog No. 23, W. G.
J. Lezwyn, ƒ616het huis, Van-der-Werf-straat
No. 32, A. Verhoog Jz. qq., ƒ436.
Ten overstaan van notaris mr. J. A. F.
Coeeergh:
Villa Louisa" No. 415, Rijnsburgseheweg,
A. Verhoog Jz. qq., 8600het huis, Terweepark
No. 410, W. A. Splinter qq., ƒ6010; het huis,
Terweepark No. 409, P. Vaa Rossen ƒ4818;
villa „Anna" No. 416, alsmede de heerenhuizen
Nos. 414, 413, 412 en 411, W. Langhout qq.,
te Amsterdam, ƒ32,502.
Ten overstaan van notaris J. W. J. Pape:
Het huis, Haagsche Trekvaart No. 344, inbod
ƒ8100, niet verkocht; het huis, Haagsche
Trekvaart No. 343, J. Tilburg qq., te Zoeter-
woude, ƒ3290.
BUITENLAND.
Dnltiohland.
De Ruksdag heeft de beraadslaging "voort
gezet over de suppletoirs begrooting ten be
hoeve van de verhooging der bezoldigingen
by het leger. Na een uitvoerig debat, waarby
de ministers van financiën en van oorlog er
op aandrongen dat de verhooging van de be
zoldiging der. officieren, door de commissie
uit de wet geschrapt, zou worden hersteld,
werd de wetsvoordracht .naar de redactie der
commissie by tweede lezing aangenomen.
De Rykedag heeft tevens het ontwerp be
treffende de legersterkte tn tyd van vrede by
derde lezing onveranderd goedgekeurd. De
vryzinnigen, de volksparty, de eocialisteB en
enkele leden des Centrums en één "Welf stem
den tegen.
Eene derde krediet-aanvrage van ruim 73
mlilloen werd naar de begrootings commissie
verwezen.
De minister van oorlog, generaal Verdy,
verklaart dat het gerucht zyner aftreding
ongegrond is.
Groot-Brttaanlg.
Een vry ernstig opstootje werd dezer dagen
door soldaten te Bury St-Edmunds, in het
Engelsche graafschap Suffolk, veroorzaakt.
De soldaten wilden wraak nemen voor de be-
leedigingen, hun eenige dagen te voren door
een aantal burgera aangedaan. Vensters wer
den ingeworpen en verscheidene personen
werden gekwetst. Eindeiyk gelukte het eene
sterke afdeeling soldaten de menigte met ge
velde bajonetten uiteen te dryven.
Spanje.
In het rapport der gezondheidscommissie
wordt verklaard dat de heerschende chotera-
epidemie van dien aard is, dat zy by krach
tige maatregelen van bestryding zich niet veel
kan uitbreiden en dus met goed gevolg kan
worden beperkt.