Van Dam, S. A. Bartstra, II. P. Silvester en
D. Korter gesteld ter beschikking van den
gouv.-generaal van Ned.-Indlë, om to worden
benoemd tot onderwijzer der 3de kl. voor
den dienst daar te lande.
De gewone audiëntie van den minister
van koloniën en die van den minister van
marine zullen morgen, Vrijdag, niet plaats
hebben.
Het stoomschip „Bromo" arriveerde 25
Juni van Rotterdam te Bataviade „Ssmarang"
van Rotterdam naar Batavia, arriveerde 25
Juni te Marseille; de „Zuid-Holland" vertrok
25 Juni van Batavia naar Rotterdamde
„Prins van Oranje," van Batavia naar Amster
dam, is 25 Juni Perim gepasseerd; de „Prinses
"Wilhelmina," van Amsterdam naar Batavia,
vertrok 25 Juni van Port-Said; de „Drente,"
van Rotterdam naar Java, passeerde 24 Juni
Perim; de „Edam," van Rotterdam naar de
Plata-Rivier, is 25 Mei te Boulogne-sur-Mer
aangokomen.
Z. M. heeft met ingang van 1 Julia. 8.,
aan G. Blokhuis Jz., directeur van het post
en telegraafkantoor te Bolsward, eervol ont
slag verleend uit 'sRjjks dienst; benoemd
tot rechter-plaatsvervanger in de arrond.-
rechtbank te Zieriksee, jhr. mr. J. "W. D.
Schuurbeque Boefje, advocaat en procureur,
thans kantonr.-plaatsvervanger aldaar; be
noemd tot deurwaarder by het gerechtshof te
's Gravenhage, J. M. Doornberg, wonende
aldaar; voor het tijdvak van 1 Sept. 1890
tot 1 Sept. 1891, benoemd tot leeraar aan
de R. H. B.-S. te Tilburg dr. J. E. Couvée.
Het 63ste Luslrun der Leldsche
Hoogeschool.
VI.
Woensdag-avond. Het Reünie-diner
en het C-afd-chanta-nt.
Was de dag van Dinsdag gewijd aan de
alhier studeerende jongelingschap, de daarop
volgende dag behoorde ook toe aan hen, die
de eer genoten eenmaal lid geweest te zijn
van het Leid3ch Studentencorps. Hier vierden
zij feest, een recht gezellig en genoeglijk feest.
Te ongeveer zes uren vereenigde zich te
dien einde een kleine tweehonderd oud-studen
ten in het gymnastieklokaal op de Pieters
kerkgracht. Hier was het dat de oude vriend
schapsbanden hernieuwd werden, dat de dagen
van voorheen in herinnering werden gebracht,
dat de een het welkom toeriep aan den ander,
dis uit ver verwijderde oorden hierhenen ge
togen was om dit feest te vieren.
Even over zes uren werd allen door de
Reunie-commissie verzocht hunne aangewezen
plaatsen in te nemen aan den gemeenschap-
petyken maaltijd, welke hen wachtte in de
sierlijke, ruime zaal. Deze was. ter eere van
het feest geheel met groen en bloemen be
kleed; de kleine beeltenissen van Minerva
prijkten op tafel; de wanden waren bedekt
met de kleuren der verschillende faculteiten,
terwijl op schilden de jaarcijfers der stichting
van de hoogeschool en van het feest, dat
thans gevierd werd, waren aangebracht.
Nauwelijks hadden de aanwezigen hunne
j iaatsen ingenomen, toen de heer Haverschmidt
(Piet Paaltjes), die welwillend de taak, hoewel
geheel onvoorbereid, van het voorzitterschap
der Reunio-commissie op zich had genomen,
allen verzocht dit feest in te wijden door het
aanheffen van het „ló Vivat". Terstond weer
klonk uit tweehonderd borsten het allen zoo
dierbaar en bezielend lied.
Vervolgens maakte by melding van een
uit Londen ontvaDgen telegram van baron
Mackay (lord Reav), waarby deze zijn har-
teiyken gelukwensch by het vieren van dit
feest aanbood. De heer Haverschmidt stelde
daarop terstond voor een dronk te wyden aan
dien Engelschman, die in zyn hart steeds
Hollander en Leidsch student is gebleven.
De eerste offlciëele toost, eveneens door
don Voorzitter ingesteld, gold onzen Koning,
de Koningin en onze lieftallige Prinses. Ook
deze rede werd met warme geestdrift begroet
en terstond gevolgd door het staande ge
zongen „Wien Neerlandsch bloed" en het „"Wil-
helmuB van Nassauwen."
Nogmaals nam dezelfde spreker het woord,
ditmaal oü oen hellwensch te uiten voor de
universiteit, voor hare professoren en voor
het Leidsch Studentencorps. De universiteit
moet allen aanwezigen dierbaar zyn. Meteen
„Vivat, floreat, crescateindigde spreker deze
rede, welke met uitbundig gejuich werd be
groet.
Do hoer Franchimont, rector-magnificus der
Loidsche hoogeschool, verrees terstond van
zijnen zetel om dank te brengen voor de aan
do universiteit gebrachte hulde en het was
vooral hem aangenaam dit te doen, omdat hy
het voorrecht genoot Leidenaar van geboorte
te zyn, hier zyne eerste opleiding genoten te
hebben. Hij hoopte dat de hoogeschool er zich
altyd zal op kunnen blpven beroemen groote
mannen gevormd te hebben, mannen te hebben
gekweekt als Haverschmidt.
De hoer Pleyte, president van het Leidsch
Studentencorps, beweerde reeds met eenige
aandacht de vele schilden, waarop de letters
V. A. prfjkten, te hebben gadegeslagen zonder
nochtans de beteekenis dier letters te kunnen
doorgronden. Volgens zyn oordeel was hier
eene fout ingeslopen en had het eene schild
moeten behelzen V. A., het daaropvolgende
echter V. B. en dan kon hy daaruit lezen
Vivat Alfred van Binckhorst, den wakkeren
secretaris der Reunie-commissie, die zich geene
moeite, geene inspanning, hoe groot zy ook
zyn mochten, had gespaard om dit reuniefeest
te doen slagen. De geestige vinding werd
algemeen toegejuicht.
De hoogleeraar Van Iterson wydde een
woord van hulde aan de commissie der
maskerade en aan den Minerva-zoon, die op
zulk eene schitterende wyze de rol van den
hoofdpersoon heeft vervuld.
De heer Van der Kaay, lid der Twesde
Kamer en kantonrechter alhier, bracht de
verschillende studenten-gezelschappen in her
innering; hy hoopte dat de naam van het
muziekgezelschap „Sempre Crescendo" op
allen van toepassing mocht heeten.
De boogleeraar Treub bracht namens de
reünisten een woord van dank aan den man,
die Maandag op zulk eene geestige wyze.den
welkomstgroet, hier door den voorzitter van
het Leidsch Studentencorps toegebracht, heeft
beantwoord.
De heer Six, president der maskeradé-cem-
missie, bedankte den hoogleeraar Van Iterson
voor zyne hartelyke woorden en gaf daarby
tevens den wensch te kennen dat de maskerade
steeds een punt van attractie en reünie zal
zyn tusschen-studenten en reünisten.
De heer Damsté wydde een woord aan de
heeren Vogelenzang en Visser, mannen, die
vroeger als vertegenwoordigers van „Arena",
het Corps tot de overwinning hebben geveerd.
Nog volgden tal van toosten en speeches,
te veel om allen in het byzonder te vermelden.
En zoo ging het steeds voort, totdat allen
zich gereed maakten om de studenten-sociëteit,
waar door de artisten van het theatre de
l'Alcazar, uit 's-Hege, een café-chantant ge
houden werd, met hunne tegenwoordigheid
te vereeren. Met kransen omhangen, door de
eeuwige ampart gezette noga voorafgegaan,
betraden zy den tempel der vreugde en ge
zelligheid om feest te vieren tot laat in den
morgen.
En hiermede was dit gedeelte van het feest
geëindigd, waar zoo menig hartelyk woord
gewisseld was, waar zoovelen de hand ge
drukt hadden van hen, die zy sinds jaren niet
gezien hadden en thans welwillend het „tot
wederzien" toeriepen.
Naar wy nog nader hebben vernomen, is
gisternamiddag by de „opene hove" den keizer
een telegram overgereikt, herkomstig van de
op dit oogenblik aan de universiteit te Zyrich
vertoevende Leidsche studenten, waarby ook
dezen den doorluchtigen vorst hunne oprechte
hulde aanboden.
Eveneens werd Zyne Doorluchtigheid ook
overhandigd een zeer sierlyk verpakt kistje,
met merk en opschrift in kloeke, gulden let
teren en vergezeld van het volgende schry ven
op oudhollandsch papier:
„Aen S'jne Roomsch Keyserlicke Majes
teytmynen alregencdichsten Heere,
gevet mit eerbiedenisse te kennen,
M. Kooy, handelende in toeback ende
sigaren, aen de Breedestraat nommer 121,
inne dese stadt Leyden,
Also het sou konnen syn dat (Jwe Keysor-
licke Majesteyt mochte onbekent wesen de
goede qualiteiten der waeren, dewelke in dese
synen winckel syn te verc-ryghen;
So is 't dat hy Uwe Keyserlicke Majesteyt
bidt omme een kleine preuve syner costelicke
sigaren wel te willen anvaerden, omme wan
neer dieselve Uwe Majesteyt goet ende aen-
genaem mochten wesen, hy doir Uwe Majes
teyt mochte belast worden mit de leveran-
ciën voir den Hoive.
Noch sy Uwe Majesteyt gebaeden te willen
kennisse nomen van de artickelen ende de
prysen, omme seeker te moigon wesen dat
costelicke waeren voir billycke prysen van
my worden gelevert.
Yan Uwe Majesteyt
de onderdaenste t09gedaenste Dienaer,
Somermaend, CIqIoCCCKC. M. Kooy.
Donderdag. Matinde op Zomerzorg
Het zonnetje was ons hedenmorgen niet
goedgunstig gezind; het verborg zich achter
gryze, snel voortdryvende wolken en het
water viel daarby in vry hevige regenbuien
op het aardryk.
Dit was dan ook ongetwyfeld de reden, dat
zoo weinig Leidenaars hunne schreden gericht
hebben naar de lustwarande van Zomerzorg,
waar het studentengezelschap „Arena Studio-
sorum" eene matlnée aanbood, te geven door
de beroemde stafmuziek van het 3de reg.
infanterie te Bergen-op-Zoom, onder leiding
van den heer N. A. Bouwman.
De tuin was keurig versierd met talrijke
wimpels en vlaggende muziektempel was ge
heel getooid met het geel zwarte dundoek, de
vlag van den monarch, die straks hisr zyne
uitrede zoude doen en die op het oogenblik
nog verwylde ten huize van den heer Van
der Oudermeulen, waar hem een déjeuner
was aangeboden.
Langzamerhand vermeerderde echter het
getal der nieuwsgierigen en allen bewonder
den de schoone, welluidende muziek, welke
da infanterie-kapel van den heer Bouwman
ten gehooro bracht.
Het concert werd geopend met het „Iö Vivat",
terstond gevolgd door Mann's nieuwen Feest-
m rsch, gecomponeerd ter gelegenheid van
het 315 jarig bestaan der Leldsche Hoogeschool.
De tweede afdeeling ving aan met den
„Arena-marsch", opgedragen aan het gezel
schap „Arena Studiosorum", van N. Th. Ten-
deloo. By het eind van deze werkelijk schoone
compositie werd de kapelmeester vereerd met
een prachtigen lauwerkrans, een geschenk,
dat algemeene instemming vond, zooals bleek
uit de luide byvalsbetuigingen, welke aller
wegen zich deden hooren.
Inmiddels deed eene buitengewone drukte,
het heen en weer loopen van den pedel van
bet Leidsch Studentencorps, het vermoeden
ontstaan dat er iets byzonders op til, dat
de keizer in aantocht was.
Werkelijk verscheen Z. M. te ongeveer
halfvier, voorafgegaan door z(jne pagee en
gevolgd door tal van edelen en grooten.
Al de aanwezigen, het bestuur van het
studenten-gezelschap „Arena", de verschillende
senaten der bevriende corpsen, die zich aan
eene lange tafel in de groote zaai van
„Zomerzorg" hadden geschaard, verrezen van
hunne zitplaatsen om de noodige hulde aan
bunnon gebieder te bewyzen.
Gekleed in het prachtige kostuum, dat by
den optocht de algemeene bewondering had
afgedwongen, trad Z. M. de zaal binnen en
viyde hy zich neder in een grooten rooden
zetel, versierd met het wapen des Keizers
op de rugleuning, terwyi het bovenste gedeelte,
daarvan prykte met eene prachtig gebeeld
houwde kroon.
Hier dronk Z. M. den eerewyn en verpoosde
ongeveer een halfuur, waarna hy zich
wederom verwyderde, om straks andermaal
in vollen luister op het vauxhall en bal te
verschynen, dat alsdan te zyner eere zal ge
geven worden.
Hedennamiddag te zes uren heeft ten hnizo
van den heer B. H. Wytenburg, confiseur
aan het Steenschuur, het contra-diner der
vereenigde bevriende senaten aan den Leidschen
Senaat plaats.
Des avonds te half acht: Vauxhall en bal
der sociëteit „Minerva" op het feestterrein en
in de feestzaal. Op het terrein muziek van
Coenens stedelyk muziekcorps uit Utrecht.
Aanvang van hot bal om halfelfmuziek der
Haagsche huzaren.
Vrydag's namiddags te één uur, matinée
musicale vanwege de studenten-roeivereeni-
ging „Njord" aan het Warmonderhek. Muziek
van de schuttery uit Haarlem en de huzaren
uit Deventer. Afvaart der stoombooten van
het Kort-Rapenburg om elf uren 's morgens
terug van het „hek" 's namiddags te halfrier.
Des avonds te half negenop en naast
Zomerzorg „Kermesse d'été", aangeboden door
het gezelschap „Doctrina".
De verschillende bladen, welke melding
maken van de Leldsche feestenhebben niets
dan lof over voor den zoo welgeslaagden
maskeradedag.
Het verslag van het „Vad." b. v. strekke
tot voorbeeld:
Uit alle streken van het land kwamen
tot 's avonds laat toe nieuwe toevoeren van
feestgenooten. Leiden bleef feestvieren tot de
nieuwe dag aanbrak.
Dat de toevoer van vreemdelingen groot
was, kan ook blyken uit het feit, dat aan
het Centraalstation to Amsterdam niet minder
dan 2400 plaatsbiljetten naar Leiden werden
uitgereikt. Van dat station alleen vertrokken
8 extra-treinen.
Ondanks de opeenhooping van menschen
bleef het over het geheel ordeiyk. Er waren
veel, die meer dan vrooiyk waren, verschei
dene zelfs meer dan „netjes aangedaan",
maar aller stemming was fideel. De menigte,
die zich geen Hollandsch feest kan denken
zonder Oranje, zooals bleek uit de Oranje-
strikken, waarmede tal van menschen waren
getooid, uitte hare feestelijke stemming in
tal van min of meer nationale liederen, het
veelgeliefde Maliebaan-lied en den beroemden
Marianne-zang niet te vergeten. Als een
nieuw lied op oude wyze werd aangeheven
een zang, waarvan het refrein verzekerde:
In Leiden heb je plezier
En daarom blyven we hier.
Een ieder vond er kennissen, tal van
nieuwe kennissen werden gemaakt en het
vrouweiyke en manneiyk gedeelte liep zóó
algemeen gearmd, dat een vreemdeling zou
kunnen denken, dat er te Leiden alleen
geëngageerde menschon zyn. Op de kamers
van de studenten was het „de zoete inval"
voor alle vrienden en bekenden, die met eene
Indische gastvryheid, by afwezigheid van de
gastheeren, die aan den optocht deelnamen,
door vrienden werden ontvangen.
Leiden geleek in zyn vlaggentooi, illuminatie
en gezang wel een apotheose van de fideele
vroolykheid.
De bewondering èn over de stad over
den optocht was algemeen en uitte zich in
luide toejuichingen.
Z. M. Karei V en al zyne verheven metge
zellen, de Leidsche autoriteiten en de politie
mochten rustig slapen op hunne lauweren 1
Gemengd Nieuws,
In de fabriek der firma P. C. en
L. alhier, had hedenmorgen zekere v. d. W.,
door het uitglyden eener ladder, waarop
by stond om eene machine te smeren, het
ongeluk met eene der machines in aan
raking te komen, waardoor hy aan den arm
gekwetst werd. Hy is per vigilante naar het
academisch ziekenhuis overgebracht.
In een koffiehuis op den Ouden
Ryn kwamen 11. Dinsdag-avond een tiental
naar men zegt Hagenaars, die een glas
bier verlangden. Nadat zy dit genuttigd had
den, begonnen zy met hunne stokken de gla
zen heen en weer te gooien, totdat er eenige
aan scherven lagen. De vrouw van den kaste
lein maakte hen opmerkzaam dat de glazen
daarvoor niet bestemd waren, waarop één
hunner het glas opnam en de vrouw een
slag wilde toebrengen, die echter door haren
man werd gepareerd. Dit scheen het sein tot
een algemeeneh aanval te wezenten minste,
het licht werd uitgedraaid, spiegels en ruiten
stukgeslagen en meerdere baldadigheden ge
pleegd, waarop zy zich verwyderden.
De eigenaar van het koffiehuis begaf zich
onmiddeliyk naar het station, waar het hem
gelukte één der daders met behulp der politie
te arresteoren.
Voor een Leidsch kleermaker,
die uit de gang van eene woning aan de
Heorengracht alhier eene jas ontvreemdde,
vorderde de subst.-off. van justitie by de
Haagsche rechtbank heden 1 jaar gevangenis
straf.
De toegevoegde verdediger mr. L. V. Van
Rossem beval zyn cliënt in de clementie van
de rechtbank aan, vooral daar deze cliënt reeds
ruim 70 jaren oud is.
Bij vonnis van de arron d.-r e e h t-
bank te 's-Gravenhnge werden heden veroor
deeld: de sigarenmaker uit Leiden, die van
een vakgenoot een zilveren horloge met ket
ting ontvreemdde, tot 1 maandde warmoezier
uit Leiden, die in de Janvossensteeg alhier
eene lade lichtte en zich een bedrag van onge
veer 9.75 toeeigende, tot 2 maanden; de
persoon uit Leiden, die eene vrouw alhier mis
handelde, tot 14 dagen, en de drie personen,
welke te Leiden een in functie zynden 3gent
van politie mishandelden, ieder tot 10 dagen
gevangenisstraf.
In zijne vordering van 4 maanden gevan
genisstraf voor een persoon, die aan boord van
eene stoomboot tusschen Noordwyk en Leiden,
ten aanhoore van medereizigers, de eer en den
goeden naam van een veldwachter aanrandde,
door hem te verwyten 2 valsche eeden te
hebben afgelegd voor het kantongerecht, werd
de officier van justitie niet-ontvankeiyk ver
klaard, daar de klacht niet door den belee-
digden persoon is ingediend.
Den 14den Juni jl. vond do eige
naar van eene houtzagery onder do gemeente