N°. 9278. Dinsdag 20 Mei. A». 1890. Dit nommer bestaat uit TWEE Bladen. Bericht. §eze jouraat wordt dagelijks, met uitzondering van <£pn- en feestdagen, uitgegeven. NICOLAAS BEETS' DICHTWERKEN Leiden, 19 Mei. Feuilleton. Het Roode Testament. LEIDSCH DAGBLAD. FBUB DEZER COURANT: Tmv Leiden per t meenden.1.15. Vnieo per poet1.40. ▲ffcondcriftke Kommer*....0.05. In dit nommer bevindt zich - om uit te knippen de bon, waarmede morgen, DINSDAG, het Premieboekwerk: 1874-1884 van '8 morgens 9 tot '8 namiddags 6 uren aan ons Bureel kan worden afgehaald. Heden is aan de universiteit alhier de heer C. G. J. Bgleveld, geb. te ZaltBommel, be vorderd tot docter in de rechtswetenschap, met academisch proefschrift, getiteld: „Het rechtsgeding door en tegen de gemeente." Dr. R. Horst, conservator aan 's Rijks Museum van Natuurlijke Historie alhier, is benoemd tot conespondeerend lid der „So- ciété Zoölogique de Prance." Naar wjj vernemen, zal de begrafenis van professor E. A. Van der Burg a. s. Dins dag-morgen, te halftien van het sterfhuis afgaande, aan de Groenesteeg plaats hebben, en wel, op verlangen van den overledene, in allen eenvoud en zonder het houden van toespraken. Bij beschikking van den minister van binnenlandsche zaken van 17 dezer, is voor het tijdvak van heden tot en met 31 December 1890, benoemd tot assistent by de patholo gische anatomie te Leiden, de heer N. Ph. Tendeloo, med. doctorandus alhier. De eenige, de laatste drager van het zilve ren kruis alhier, de oudstrijder Willem Wubbe, wonende in de Vander-Tasstraat, even buiten de Morschpoort, is niet meer. Op het oogenblik, dat hp gistermorgen geheel gekleed gereed stond om zich naar de kerk te begeven, werd hfl door eene ongesteldheid overvallen, welke, niettegenstaande de dadelijk ingeroepen geneeskundige hulp, des middags om vier uren een einde aan zijn leven maakte. Willem Wubbe bereikte den zeldzaam Imo gen ouderdom van 96 jaren. Hij werd te Leiden geboren den '28sten Juli 1793, en was de zoon van Jacob Wubbe en Johanna Van Paasen. Hjj wist uit de tijden van het Fransch Schrikbewind heel wat te vertellen, ook van de gruwelen, welke hij met eigen oogen had aanschouwd. Tijdens de Franschen, na hunne verdrijving uit Leiden, in Woerden zoo vreeselijk plun derden en moordden, ging hij, op ruim 20- jarigen leeftijd, den 26sten November 1813 als vrijwilliger voor onbepaalden tijd in dienst bij het eerste regiment dragonders, om, toen Napoleons rflk uit was, den 28sten Febr. 1816 door den luitenant-kolonel Ferdinand Lodewjjk Battaerd te worden gepasporteerd als karabinier bij de vjjfde compagnie van het regiment karabiniers No. 1, toen te Zutfen in garnizoen liggend. Zijne militaire loopbaan is dus zeer belang rijk. Hjj heeft den veldtocht meegemaakt op 18 Juni 1816 bjj Waterloo en Mont St.-Jean. Heel wat gevaren heeft hij daar doorstaan. Bij Waterloo b. v. werd het paard, dat hij bereed, in het heetst van hst gevecht onder hem doodgeschoten. Tot op het laatst van zijn leven bleef h(j even kras en opgewekt van aard. De jaar- lijksche feest- en andere vergaderingen der vereeniging het „Metalen Kruis", waarvan h\j geen gewoon lid, maar eerelid-donateur was, omdat hijzelf den tiendaagschen veld tocht niet heeft meegemaakt, aangezien hij toen reeds lang buiten militairen dienst was, werden door hem steeds trouw en vol lust, soms zelfs nog tot laat in den nacht, bijge woond, en ook op de andere militaire feesten en assauts, op verjaardagen der leden van het vorstelijk gezin gegeven, ontbrak hij maar zelden. Hij was een oprecht vaderlander, met een warm hart voor den Koning en diens Huis. Zijn stoffelijk overschot zal Donderdag morgen op de roomsch-katholieke begraaf plaats aan de Zijlpoort worden ter aarde be steld. De lijkstaatsie zal daartoe om halftien het sterfhuis verlaten. De stafmuziek van het vierde regiment infanterie zal zich daarbij aan sluiten en treurmarschen uitvoeren. De reeks van muziekuitvoeringen, ge durende dezen zomer op „Musis Sacrum" alhier te geven, werd gisteren geopend met eene matinée door de kapel der dd. schutterij onder leiding van den heer A. Van Leeuwen. Dit eerstejmiddag-concert werd door de leden met hunne dames vrij goed bezocht, zeker daartoe ook wel uitgelokt door het fraaie weder, al liet zich dit bjj den aanvang voor eenige oogenblikken wel wat onheilspellend aanzien. Het muziekcorps, dat hun in de eerste plaats SchrOders „Zum Willkommtoespeelde, kweet zich overigens den geheelen middag goed van zijne taak en bewees daarmede dat het den nu afgeloopen t(jd van rust of liever van oefening wederom niet onbenut heeft laten voorbijgaan. W(j hebben op onderscheidene tijdstip pen reeds mededeeling gedaan van de lustrum festiviteiten en réunie van oud-leden van het Leidsche studentencorps, in de laatste week van Juni a. 8. in onze oude Sleutelstad te houden. Thans kunnen we daaraan toevoegen dat de réunie-commissie bekend maakt, dat bij gelegenheid van de réunie eene gezellige bijeenkomst zal plaats hebben in den avond van 23 Juni a. s. op „Zomerzorg", terwijl de feestmaaltijd bepaald blijft op Woensdag 25 Juni. De Hollandsche Maatschappij der Weten schappen hield te Haarlem hare 138ste alge- meene vergadering, welke door een 50 direc teuren en leden werd bijgewoond. De voorzitter, jhr. mr. J. W. M. Schorer, herdacht in zijne openingsrede de leden, welke de Maatschappij in het afgeloopen jaar had moeten verliezen, te weten: H. J. Fijnje van Salverda, prof. C. H. D. Buys Ballot, prof. C. G. Cobet, dr. M. F. A. G. Campbell en laat stelijk dr. G. F. Westerman. In het bijzonder werden door hem verwel komd de heeren J. G. Sillem, directeur, en prof. H. Kamerlingh Onnes en dr. H. W. Bakhuis Rooseboom, die voor de eerste maal de algemeene vergadering bijwoonden. Door prof. E. Kamerlingh Onnes werd, als rapporteur der daartoe benoemde commissie, verslag uitgebracht over de wijze, waarop eene door directeuren beschikbaar gestelde som zou besteed worden ten nutte der natuur kunde. Het voorstel strekt om uit de ge schriften, in afzonderlijke werken, verzamelin gen of tijdschriften verspreid, de gegevens betreffende de zoogenaamde physische con stanten bijeen te brengen, welke kunnen strekken tot toetsing en verdere ontwikkeling van de theorie van Van der Waals. Nadat de vergadering zich met dit voorstel had vereenigd, werd achtereenvolgens door prof. C. H. C. Grinwis, prof. H. A. Lorentz en prof. H. Kamerlingh Onnes verslag uitge bracht over eene prijsverhandeling, in ant woord op eene natuurkundige vraag ontvan gen. Overeenkomstig het eenparig oordeel der adviseurs werd besloten de verhandeling niet te bekronen. Nadat eenige nieuwe prijsvragen waren vastgesteld, werden benoemd tot nieuwe leden prof. K. Martin te Leiden, prof. J. H. Yan FKJJ8 DER AD VERTEN TIEN: Vu 1—e regels 1.05. Iedere regel meer 0.171. Groo tere lettere sur pleetersimte. Voor het ie- ceeeeeren huiten de sted wordt O.IO berekend. 't Hoff te Amsterdam, prof. M. J. De Goeje te Leiden en dr. M. W. Beyerinck te LeidenJ Directeuren en leden vereenigden zich later aan een vriendschappelijken maaltijd in het Hotel Funckler. De memorie van antwoord is verschenen op het afdeelingsverslag der Tweede Kamer betrekkelijk het wetsontwerp tot bekrachti ging van de bekende spoorwegovereenkom sten. De memorie is 85 folie bladzijden groot en gaat vergezeld van zeven bijlagen, waar onder eene nota van antwoord op die van den heer Farncombe Sanders. De Regeering behandelt in de eerste plaats vijf hoofdpunten, betreffende lo. de feiten en omstandigheden, welke de regeering tot het doen van haar voorstel hebben geleid2o. de Staats-exploitatie3o. de beginselen der nieuwe regeling; 4o. het stelsel der nieuwe overeenkomsten; 5o. de finantieele quaestie. Uit den aard der zaak komt het thans voor namelijk op de laatste drie hoofdpunten aan. In het pensionnaat dér zusters Domi nicanessen te Voorschoten zijn 4 élèves, waaronder het dochtertje van den Spaanschen gezant te 's-Hago, tot hare eerste communie toegelaten. Mgr. Rinaldini, de Pauselijke internuntius te 's-Hage, verrichtte de plechtigheden. Ds. Lammerinck, van Scheveningen, beeft voor het beroep naar Amsterdam bedankt. Het stoomschip „Burgemeester Den Te*," van Amsterdam naar Batavia, arriveerde 19 Mei te Padangde „Celebes," van Amsterdam naar Batavia, vertrok 17 Mei van Suez; de „Oonrad," van Amsterdam naar Batavia, passeerde 18 Mei Gibraltar; de „Maasdam" vertrok 17 Mei van Nieuw York naar Rotterdamdo „Sumatra," van Batavia naar Amsterdam, vertrok 18 Mei van Port-Saïd; de „Prins Frederik Hendrik," van Suriname naar Amsterdam, is 18 Mei van Havre vertrokken; de „Werkendam," van Amsterdam naar Nieuw-York, arriveerde 18 Mei te Boulogne-sur-Mer. Bjj koninklijk besluit is de luitenant kolonel-intendant J. M. Janssen, hoofd der Vide afdoeling van het departement van oorlog, op zijne aanvrage, op pensioen gesteld en het bedrag van het pensioen bepaald op f 1800 's jaars. Benoemd b|j het personeel der militaire adm., en wel b(j de intendanten, tot luit-ko).- int., de majoor-int. E. Van Gendt; tot kapt.- int., de eerste luit. C. F. Ouwerling, van het 8ste reg. inf., en de eerste luit.-kwartierm. S. C. Holland, van het 3de reg. inf. Aange wezen voor de betrekking van hoofd der ROMAN VAN VAVIER DE JIOMTÉPIN. 109) "f „Die schade zal u vergoed worden." Berrant had hier niets tegen en begaf zich naar een naburig vertrek. De prefect verzocht den griffier de beide lijken naar een afzonderlijk vertrek te doen overbrengen. „Wij moeten nu de familie der beide slacht offers hier doen komen", zei hij. „De woonplaats der ouders van Duvernay is onbekend", sprak de griffier. „Wellicht zal de moeder van het meisje dat wel weten. Ik zal een agent naar de rue Julien-Lacroix zenden; hfl moet de weduwe Tardy hier brengen en tevens het echtpaar Duvernay, zoo hfl de woonplaats van deze laatsten te weten kan komen." De prefect zond eeu agent met deze bood schap uit. XXU. Raymond Fromental kwam het kantoor van den griffier binnen, nog steeds vergezeld van den politie-agent Vernier. Zfl waren aan het bureel van de prefectuur geweest, maar toen zfl vernamen dat do prefect in de Morgue was, hadden zfl zich onmiddellijk daarheen begeven. „Ik wacht je reeds met ongeduld, Ray mond", sprak de prefect, toen hfl zfln be ambte zag binnenkomen. „Was je niet tehuis?" „Neen, mijnheer, ik had van mfln verlof gebruik gemaakt om mfln zoon naar Port- Créteil te vergezellen." „Helaas, mfln arme Raymond, hoezeer het mfl ook spijt, ben ik verplicht je verlof in te trekken." „Ik schik mfl in het onvermijdelijke, mijn heer", antwoordde Raymond op neerslach- tigen toon. „Je zult het geval nog wel niet vergeten hebben van Fauvel, die uit de Seine is opge haald, doch bleek het slachtoffer van eene misdaad te zfln?" „Zeker niet!" „Welnu, wjj staan thans v.oor eenzelfien moord, als op hem gepleegd." „Mfln Hemel, mflnbeer, wat is er dan gebeurd?" „Er zfln vanmorgen twee lflken gevonden in het Bois de Boulogne. Hier is het proces verbaal van den commissaris van politie. Lees dat eens." Raymond nam kennis van den inhoud van het proces-verbaal en zei toen „Maar hierin wordt het vermoeden van eene misdaad volstrekt niet geuit." „Neen, maar het proces-verbaal van den dokter stelt deze zaak in een ander licht. Zie maar eens 1" „Waarlflk, dat is verschrikkelijk!" riep Raymond uit, toen hfl ook het tweede pro ces-verbaal gelezen had. „Je begrflpt, nietwaar, dat deze gruwelen een einde moeten nemen? De eer van de politie en de veiligheid dor burgerfl staan op het spel. Er bestaat eene moordenaarsbende te Parfls, die wfl moeten opsporen en onscha delijk maken. Je begrflpt nu, waarom ik je heb doen roepen." „Volkomen, mflnbeer; ik zal doen wat mfln plicht mfl voorschrijft." „De beide lflken zfln herkend en hunne familie zal weldra hier komen. Ik zal ze in je tegenwoordigheid ondervragen. Deze mis daden moeten alle geheimgehouden worden; wfl moeten de ouders in het verborgene op sporen." Het duurde niet lang of de ouders der beide ongelukkigen kwamen aan de Morgue. De prefect gaf bevel hen een oogenblik te laten wachten en stelde Raymond toen in kennis met het laatste proces-verbaal, door den griffier opgemaakt. „Duvernay riep Raymond uit, „die naam is mfl niet onbekend. Amedeus Duvernay, oud negentien jaar. Ja, het is wel zoo. Dit jong- mensch is één van de zes kinderen, die den lOden Maart 1860 geboren zfln, gelflk met de dochter van den graaf De Thonnerieux. Zfl zfln benoemd tot erfgenamen van den overleden graaf." „Ha", riep de prefect uit, „dat kan ons misschien op het spoor brongenHet testa ment van den graaf De Thonnerieux is ge stolen. Wellicht bestaat er verband tusschen den diefstal en deze moorden." De prefect begaf zich, gevolgd door Ray mond en den griffier, naar de kamer, waar het echtpaar Duvernay, de weduwe Tardy en Victor Berrant wachtten. Hfl verzocht hun hem naar de kamer te volgen, waar de lflken waren nedergelegd. De beide moeders snikten luid en vielen op de knieën neer bfl de lflken barer over leden kinderen. De vader van Amedeus naderde langzaam het lflk van zfln zoon. Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1890 | | pagina 1