N°. 9255.
.Aapril.
A". 185Ö.
<§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van -(Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 21 April.
F'eiiilleton.
Het Roode Testament.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommcrs0.05.-
PRIJS DER ADVERTENTIEN
Van 1—6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17.}.
Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het in-
casseeren buiten de stad wordt 0.10 berekend.
ITeden is aan de universiteit alhier de lieer
J. L. Hago, arts, geb. te St.-Maartonsdyk
(Zeeland) bevorderd tot doctor in de genees
kunde, met academisch proefschrift, getiteld
„De verkorting der ligamenta rotunda bp
ligginsafwykingen van den uterus."
Dr. W. Scheffer, aan wien onlangs door
het provinciaal kerkbestuur op zy'n verzoek
eervol emeritaat is verleend, hield gister
morgen in de Marekerk zyne afscheidsrede
als predikant bij de Ned.-Herv. gemeente
alhier.
De vertrekkende leeraar had tot tekst ge
kozen Openb. van Joh. 21, vers 22 27.
De gemeente, welke in vrjj grooten getale
was opgekomen, zong hem na het einde der
godsdienstoefening staande toe het laatste
vers van Psalm 134: „Dat 's Heeren zegen
op u daal'!" enz.
Op het Armen-concert van „Sempre
Crescendo", den 29sten April te geven, zal
als zangeres optreden mej. Marie Snyders,
uit Delft, die eene aria van Max Bruch ea
liederen van Brahms, Nicolaï en Mann zal
voordragen.
Den laatsten Zondag viel van 's morgens
tot 's avonds aan de handwerksnyverheids-
tentoonstelling op „Amicitia" nog een druk
bezoek ten deel, in het bijzonder toen 's na
middags in den tuin de schutterij-kapel onder
directie van den heer A. Van Leeuwen een
Opgewekt programma uitstekend ten gehoore
bracht.
Hedennamiddag om vijf uren werd de
tentoonstelling definitief gesloten, waarbij alle
commissie-leden tegenwoordig waren, die door
den voorzitter der Uitvoerende Commissie, den
heer Adr. J. Van Achterberg, werden toege
sproken om hun o. a. dank te zeggen voor
de toewijding, moeite en zorgen, welke zjj
voor de goede zaak hebben overgehad.
De plechtige uitreiking der diploma's enz.
zal waarschijnlijk over vier weken plaats
vinden.
Heden ontvingen wjj per Nederlandsche
mail de ontbrekende Indische bladen van 13
tot en met 18 Maart, alsmede de „Deli-Crt."
van 22 Maart.
Bij de heden gehouden openbare verkoo-
ping van cokes, in partijen van 100, 50, 10
en 5 hectoliters, waren prijzenƒ54, 27.50,
5.70 en ƒ2.85.
Het provinciaal kerkbestuur van Zuid-
Holland heeft, ingevolge de lastgeving der
Algemeene Synode der Nederlandsche Her
vormde Kerk, aan den heer B. J. Weruméus
Buning, predikant bij de Hervormde gemeente
te Hoogmade en Rijpwetering, met ingang
van 10 April jl., eervol emeritaat verleend,
en zulks op grond van „hooge mate van
zenuwlijden", welke hem „voor zijn leven"
ongeschikt maakt voor de evangelieprediking.
Het stoomschip „Drente," van Batavia
naar Rotterdam, is 18 April te Marseille
aangekomen;- de „Soerabaia", van Batavia
naar Rotterdam, vertrok 19 April van Aden
de „Burgemeester Den Tex", van Amsterdam
naar Batavia, passeerde 19 April Kaap Rocca;
de „Soenda," van Batavia naar Amsterdam,
vertrok 20 April van Aden.
Bjj Zr. Ms. besluit van 18 dezer zijn
benoemd: tot lid, tevens voorzitter, van de
staatscommissie voor de arbeidsenquête, be
doeld by de wet van 19 Januari 1890 (Staats
blad No. 1), jhr. mr. W. F. Rochussen, lid
van den Raad van State, te 's-Gravenhage;
tot leden dier staatscommissieJ. Van Alphen,
lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
te 's GravenhageJ. Fh. De Bordes, president
directeur van de Zuidooster-Spoorwegmaat
schappij te 's-Gravenhage; J. F. Jansen, bur
gemeester te Tilburg; mr. A. Kerd(jkenmr.
M. J. C. M. Kolkman, beiden leden van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal, te 's-Gra
venhage; mr. S. Le Poole, lid der Provinciale
Staten van Zuid-Holland, te Leiden; dr. N.
Reeling Brouwer, id. van Friesland en wet
houder, te Leeuwardon; jhr. mr. 0. Q. Van
Swinderen, rechter in de arr.-rechtbank te
Groningenmr. J. D. Veegens, lid van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal, te's-Gra-
venhage; A. J. Visser, oud-directeur der
Koninklijke Nederlandsche Stoomvaartmaat
schappij, te 's-Gravenhage; S. M. VanWflck,
steenfabrikant te Renkum;
tot lid, tevens secretaris dier Staatscom
missiemr. J. C. Th. Heyligers, Oost-Indisch
rechterlijk ambtenaar met verlof, tijdelijk ver
blijf houdende te 's-Gravenhage;
zjjnde voorts aan die Staatscommissie toe
gevoegd als adjunct-secretarissen: jhr. mr.
P. J. A. A. M. Van Niepen tot Sevenaer,
advocaat en procureur, te Arnhem; mr. W.
H. J. Roijaards, schoolopziener in het arron
dissement Renen, wonende te Utrecht-, en mr.
J. A. Stoop, advocaat bjj den Hoogen Raad
der Nederlanden, te 's-Gravenhage.
Gemengd Nleawi
Twee personen zaten Zaterdag
avond in een café onder een glas bier. De
een was vélocipülist, de ander gebruikte zijne
boenen als hjj de sclioone natuur om Leiden
wilde gaan genieten.
„Ik rjjd in anderhalf uur van hier naar
Katwjjk-binnen on terug!" pochte de véloci-
pèdist.
„Dat beteekent niets," antwoordde onze
wandelaar; „ik loop het in anderhalfuur!"
Er werd natuurlijk eene weddenschap aau-
gegaan, welke gistermorgen werd uitgemaakt.
Onze stadgenoot liep wandelen kan men het
moeilijk noemen de Wittepoort uit, naar
Katwijk-binnen, voorbij het koffiehuis „De
Roskam," Seminarium, Rjjnsburgschenweg,
Endegeest, Morschpoort in 1 uur 28 minuten,
officiéél geconstateerd!
Het s t u d e n t e n r o e i g e z e 1 s c h a p
„Njord" te Leiden zal dit jaar waarschijnlijk
uitkomen met de volgende ploegen
„Oude Vier"K. De Lint, G. Van Schou
wen, G. Vissering, C. IV. Broers.
„Oude Twee": K. De Lint, slag, G. Van
Schouwen.
„Zesriemsploeg"K. De Lint, slag, G. Van
Schouwen, G. Vissering, C. W. Broers, J.
Schoenmakers en
Naar men mededeelt, zal morgen
avond in hot lokaal aan de Van-der-Werf-
straat alhier, in gebruik voor de oefeningen
van het „Leger des Hails", de eerste doop
plechtigheid plaats hebbon. Tot het bijwonen
van dezen dienst moet ieder voorzien zjjn van
een toegangsbewijs.
Door den g e m e en to-veld wachter
J. W., te Zoeterwoude, is wederom proces
verbaalopgemaakt tegen v. M., wonende te
Bergschonhoek, wegens het mishandelen van
nuchtere kalveren en tevens wegens het on
beheerd laten staan van paard en wagon, toen
hjj zich met zjjn kameraad in het koffiehuis
aan de Doezabrug had begeven.
De arrond.-rechtbank te 's-Hage
veroordeelde heden den persoon uit Leiden,
die iemand te Rijswijk, welke hem weldaden
had bewezen, voor een gouden ring bestal, tot
2 maanden gevangenisstraf; twee van de
Alfensche lotelingen, en wel wegens verzet
tegen de politie, tot 14 dagen; drie tot 7
dagen en één tot 3 dagen.
Men meldt ons uit Zoeterwoude
De ingezeten van Wassenaar, die in de maand
Augustus van het vorige jaar zjjne vrouw
en kinderen verliet en de zorg van hen aan
den vader van z(jne vrouw, die hier woont,
overliet en later gezien is te 's-Hage, kwam
onlangs bij zjjn schoonvader terug, doch ver
trok, na van kleederon verwisseld te hebben,
spoedig weder ongemerkt. De man is steeds
nog krankzinnig.
In den afgeloopen nacht zijn
door onbekende personen te 's-Hage biljetten
op do muren geplakt ten voordeele van een
8-urigen arbeidsdag.
De aanplakbiljetten werden door de politie
afgescheurd, als bevattende geen naam van
drukker of schrijver.
Z a t erdag-nacht hebben twee
beschonken personen een derde in hun ge
zelschap een stoot gegeven, zoodat hjj met
het hoofd door eene spiegelruit van een winkel
in de Prinsestraat te 's-Hage werd geworpen.
De getroffene bekwam hierdoor eene schedel-
wond, die zóó ernstig was, dat zjjn vervoer
naar het Stads ziekenhuis noodig word. Do
daders z(jn bekend.
Gisteren tegen den avond vonden
wandelaars by den vijver in het Haagscho
Bosch een klomp en eene flesch aan den kant
liggen. Bjj die voorwerpen hield een hond
met halsketting trouw de wacht. He6 beest,
dat voortdurend jankte, was niet van de plaats
te verwijderen, zoodat het vermoeden post
vatte dat zjjn meester zich bij die plek ver
dronken had.
De politie ging met dreggen in het wator
zoeken, maar vond geen drenkeling.
Twee jaren geleden ongeveer
verdween te Arnhem oen politie-agent. Men
vond alleen Onderlangs zijn helm en, meent
men, ook zijn zijdgeweer. Vrouwen in de buurt
beweerden dat zjj hulpgeroep van do zijde
van den Rijn hadden gehoord. Men meende
dat de man verdronken wa3, misschien wel
in het water geduwd. Zaterdag nu is in het
Park van „Hulkestein" een oud buiten
verblijf aan den Utrechtschen weg even voorbij
Onderlangs het lijk begraven gevonden van
den politie-agent. Hjj was nog in uniform,
welke nog goed herkenbaar is. Het buitonis
sinds jaren onbewoond en wordt nu gesloopt.
Uit Leeuwarden wordt gemeld
dat wegens de voortdurende werkstaking te
Beets en te Terwispel 40 man infanterie en
1 officier naar Beetsterzwaag zijn vertrokken.-
Zaterdag-morgen had in de pon
tonnierskazerne te Dordrecht een ernstig on
geluk plaats. Een der manschappen van het
corps werd door het springen van een ketel
ernstig met brandwonden overdekt en liep
de rivier in. Door spoedig aangebrachte hulp
werd hjj op het droge gebracht en daarna
naar het militair hospitaal vervoerd.
Het bestuur van de afdeeling
Groningen van den sociaal-democratischen bond
EOMAN VAN
XAVIEK DE inOXTÉPIN.
60)
Paul beefde van vreugde, toen zy deze woor
den sprak; waarom wist hij zelf niet.
„U is vermoeid, mejuffrouwmag ik u mijn
arm aanbieden, om u naar huis terug te
brengen
„Ik dank u, mijnheer; mijn huis ligt op
slechts weinige schreden afstands van hier; zie,
ginds tusschen de boomen."
„Vergeef my dan, mejuffrouw, dat ik zoo
onbescheiden ben geweest, u. eenigen tijd op
te houden."
„Onbescheiden, wel neen," zeide zy, „ik ben
u integendeel zeer verplicht, dat u zoo beleefd
is geweest mjj het boek te brengen, dat ik
onhandig in uwe boot heb laten vallen."
„Gelukkige onhandigheid, die m(j in staat
stelde, u een kleinen dienst te bewijzen."
Martha glimlachte.
„Dat gelijkt wel wat op vleierij."
„O neen, mejuffrouw, ons gesprok, hoe
kort ook, heeft een onuitwischbaren indruk op
mjj gemaakt."
„Woont u hier in den omtrek? vroeg Mar
tha, na eene vrij lange pauze.
„Ja, mejuffrouw, aan de overzijde van de
rivier, nabij het dorp Port-Créteil."
„Woont u daar altijd?"
„Neen, alleen voor de zomermaanden."
„U schijnt een liefhebber van het visschen
te zjjn."
„Ja, en ik heb hier op deze plaats zooveel
visch gevangen, dat ik er eiken dag terugkom."
„Het moet eene zeer aangename liefheb
berij zfln.
„O, zeker."
„Maar ik zou er geen geduld voor hebben."
„Waarom beproeft u het niet eens?"
„Ik houd meer van lezen."
„Dan zal ik u nu alleen laten, opdat u van
uwe lectuur zal kunnen genieten. Maar wan
neer ik bier terugkom om te visschen, mag
ik dan hopen u weer te zien?"
„Ik zit dikwijls te lezen op gindsche bank
aan den waterkant."
„Tot weerziens dan, mejuffrouw!"
„Tot weerziens!"
Hjj nam zijn strooien hoed af, stapte in
z(jne boot en stootte van wal. Zoolang hjj in
het gezicht was, oogde Martha hem na en
ook hij bleef lang naar die schoone meisjes
gestalte staren.
LI.
De oude Madeleine sloeg haro handen ineen,
toen z(j de overvloedige vangst van Paul zag.
„Wel, wel!" riep zjj uit, „u heeft de geheele
Marne leeg gevischt."
„Ja, ja, Madeleine, wat zeg je er van, en
het zjjn geene katviscbjes ook."
„Neen, neen, zij zjjn de moeite waard om
gebakken te worden."
„Dat moet je dan maar dadelijk doen."
Madeleine begaf zich met do visch naar de
keuken en do visch diende een uur later voor
het souper.
Paul sliep dien nacht zeer weinig; slechts
ééne gedachte hield hem bezig. Behoeven wij
nog te zeggen, waaraan hjj dacht?"
„Ik wil haar weerzien," zeide hjj, „ik zal
haar weerzien. Morgen ga ik weer visschen.
Ik zal op de plaats gaan, onder de wilgen.
Zjj zal ongetwijfeld aan den waterkant komen
om te lezen. Waarom zou zjj niet komen?
Het is mij, alsof eene geheime stem my zegt,
dat zjj evenzeer naar mjj verlangt als ik naar
haar. Ja, ik gevoel het, ik bemin haar. Mjjn
hart behoort haar toe, haar alleen, voor altijd."
Hjj stelde zich eenige vragen, waarop hjj zich
het antwoord moest schuldig blijven.
„Is zij gehuwd?"
„Is zjj weduwe?"
„Zjj draagt rouwkleederen. Over een echt
genoot misschien? Neen, daarvoor is z(j nog
te jong; zjj schijnt eer jonger dan ouder te
zjjn dan ik. Misschien rouwt zjj over haren
vader of hare moeder."
Duizenden gedachten, alle aan het onbekende
meisje gewijd, bestormden hem en eerst toen
de dag begon aan te breken, viel hy in slaap.
Ook Martha dacht onophoudeiyk aan den
onbekenden visscher.
„Ik wil hem weerzien," mompelde zü„ik
zou my zeer ongelukkig gevoelen, wanneer hjj
niet terugkwam. Maar ik weet zeker, dat hy
terug zal komen."
Paul stond den volgenden morgen om acht
uren op en een halfuur later ging hy reeds
naar zyne boot, met zyn vischtuig in de hand.
„Gaat u weer visschen?" vroeg Madeleine.
„Zeker."
„En dat al zoo vroeg?"
„Zoo vroeg? Och kom, het is halfnegen,
de visschen zyn reeds lang wakker, dat ver
zeker ik je."
„U is een hartstochtelyk visscher geworden."
„Ik vind er althans heel veel genoegen in."
(Wordt vervolgd.)