DE TULP,
TERHEYDEN WAALS,
TERHEYDEN WAALS.
C. B0GEMANN,
HEEREN-en KINDERKLEEDEREN.
O. BÖGEMANN.
Zeeuwsche Oesters.
GEBBS. REIIKE,
Boorüen 6U lancbetten,
C. VLIELAND ZOON.
Openbare Verkooping
Het goedkoopte Manufacturen- en Bedden-Magazijn.
schitterendste der bloembollen, bloeit.
Om zich te verlustigen in deze bloemenpracht,
gepaard aan de schitterendste kleuren, make men een
uitstapje per Stoomtram naar Lisse, Hillegom of Haarlem,
waartoe dagelijks veelvuldig gelegenheid bestaat.
Van LEIDEN naar HAARLEM of omgekeerd:
per persoon, eerste klasse 50 Cents.
tweede 40
Bestelgoederen-kantoor: Apothekersdijk No. O.
Haarlemmerstraat 13<3. 1
Door zeer voordeeligen inkoop eener buiten-
gewoon groote partij Veeren, zijn wij in staat prach-2
tige Veerenbedden, met zware tijken (Echt
Duitsche tijk) spotgoedkoop te leveren.
Voor deugdelijkheid wordt ingestaanbij de vulling q
kan men tegenwoordig zijn.
Haarlemmerstraat 186.
O"7, 67.
Magazijn van uitsluitend eigengemaakte
Groote keuze HOEDEN en PETTEN.
Overhemden, Boorden, Fronts, Manchetten, Dassen.
Goederen op maat worden ten spoedigste geleverd.
Goedkoope, maar vaste prijzen, a contant.
HAARLEMMERSTRAAT
Publieke Verkoopirsg,
PAARDEN,
specialiteit
Overhemden op Maat,
«■-OPPRnnu
Tliee
E- Brandsma.
s-sr
a'y-1 .zszx
[^Mï3CC*rKrUP-7IC?!
AmRSCHE
in het Notarishuis aan den
Burg te Leiden, by opbod op
Zaterdag 26 April 1890 en by
afslag op Zaterdag3 Mei 1890,
telkens des avonds te half acht,
ten overstaan vau den Notaris W. F. KAISER,
te Leiden, van
No. 1. Een WINKELHUIS, waarin de
Meubelmakers-affaire wordt uitgeoefend, te
Leiden, aan den Nieuwen Rijn No. 63 op
den hoek van en strekkende langs de Hooi
gracht, tegenover de Watersteog met afzon
derlijken ingang aan de Hooigracht, groot
90 centiaren.
Dit perceel bevat beneden: ruimen Winkel,
groote Opkamer, nog een Kamer, Keuken
en Kelder, en boven: groote Voorkamer met
riant uitzicht en drie kleinere Kamers, twee
Zolders, waarvan een met Dienstbodenkamertje,
benevens Vliering. De meeste Kamers zyn
Behangen en voorzien van Stookplaatsen,
Kasten en andere gemakken. Het perceel
heeft Gasleiding en Duinwater.
In dit perceel mag geen Logement, Koffie
huis, Bierhuis, Slijterij in sterke dranken of
Tapperij worden uitgeoefend.
In eigen gebruik.
No. 2. Een PAKHUIS met Zolders te
Leiden, aan de Hooigracht naast of achter
perceel No. 1, groot 39 centiaren.
In eigen gebruik.
De perceelen Nos. 1 en 2 zullen bij den
afslag worden gecombineerd.
No. 3. Een HUIS on ERF met TUIN te
Leiden aan de O.-Z. van de Heerensteeg No. 14,
groot 1 are, 6 centiaren.
Dit perceel bevat benedenVoorkamer mot
Bedstede, Binnenkamer met dito en Kast,
Keuken, Kelder en Tuin, en bovenVoorkamer,
Achterkamer metBedstede en Kasten, benevens
Zolder. Beneden verhuurd voor f 2.50 por week
en boven in eigen gebruik geweest.
No. 4. Een HUIS en ERF te Leiden aan
de 4de Binnenvestgracht (achter het Plantsoen)
No. 27, groot 45 centiaren.
Dit perceel bevatVoorkamer, Achterkamer,
Kelder, Plaatsje en Zolder en heeft Duinwater.
Verhuurd voor f 2 per week.
No. 5. Een HUIS en ERF te Leiden aan
de 4de Binnenvestgracht No. 53 groot 44
centiaren.
Dit perceel bevatVoorkamer, Achterkamer,
Plaatsje en Zolder en is voorzien van Duin
water. Verhuurd voor f 2 per week;
en No. 6. Een HUIS en ERF gelegen in de
Gasthuislaan te Leiderdorp No. 11, groot 72
centiaren. Verhuurd voor f 1.40 per week.
De perceelen zjjn te bezichtigen daags vóör
en op de dagen van veiling en afslag van 1 tot
4 uren en te aanvaarden by de betaling der
kooppenningenperceelen Nos. 1 en 2 op den
16den Juni 1890 en de overige perceelen op
den 2den Juni 1890.
Meerdere inlichtingen zjjn te verkrijgen ten
kantore van voornoemden Notaris KAISER,
Nieuwsteeg No. 1, te Leiden.
67.
67.
om coato::! geld,
op Vrjjdag 25 April 1890, des middags te
12 uren, aan do Doelen-Kazerne te Leiden,
van 23 op reform gestelde
behoorende tot het Depot-Eskadron van het
3de Regiment Huzaren, in garnizoen te Leiden.
Zjjnde drie uren vóór do verkooping te
BOTERMARKT 5 EN 6.
IK
Kalvcrstraat 115, Amsterdam,
alleen in verzegelde pakjes, voorzien van
bovenstaand gedeponeerd Handelsmerk, ver
krijgbaar te
Leiden bij Mej. Wed. H. J. VERHOEVEN,
Haarlemmerstraat No. 88.
B. PLANJER, Hoogewoerd 128.
G. GENET, Oude Vest 19.
N. P. VISSER, Oude Vest 225.
E. C. H. F. DE RUYTER, Hoogew.
Mej. Wed. JAN PARMENTIER,
Heerengracht 106.
W. F. ARBOUW, Korte Mare 22.
P. L. D. SNIJERS, Botermarkt 15.
a C. E. NOUIEN, Doezastraat 30.
G. R. VAN ALPHEN, firma W. H.
Francken, Nieuwe Rijn.
a a j- a. j. VERHAAFF, Haarlem
merstraat 211.
a Mevr. KEYSER STEINBUCH,
Zonneveldstoeg No. 1.
J. C. VREEBURG, Levendaal 165.
a W. J. N. DE KOK, Bloemrsarkt 24.
Noordwijk-Binnen by M. VAN DER LEE.
Wassenaar by A. S. DE SMIT.
In het byzonder wordt de aandacht gevestigd
op de Souchon-Thee, a ƒ1.30 per 5 ons.
„Dat zal ik u over eenige dagen zeggen."
„Goed; ik verwacht de boeken ook spoedig."
Er werd geklopt en de portierster kwam
binnen met het ontbyt.
„Zet maar neer, Marianne", zeide Fauvel.
„Komaan, mynheer Fauvel, het wordt voor
my ook tyd om te gaan ontbyten. U zorgt
dit3 voor mijne bibliotheek."
„Ik kom u morgenavond de boeken zolf
brengen."
Jacques verbet het huis.
„De oude schelm heeft „Het roode Testa
ment" in handen," mompelde hij, terwyl hy
de trap afging; „inderdaad, wü kunnen niet
klagen, dat wy onfortuiniyk zyn. De milüoenen
van den graaf De Thonaerieux zyn voor ons."
XLVIH.
„Myn dag is weer goed," zelde Fauvel,
terwyl hy zyn ontbyt gebruikte; „aan dien
Amerikaan is een aardig sommotje te verdie
nen. Ale myn nieuwe cliënt nu ook maar de
boeken koopt, die ik van myne dieven heb,
dan wordt de zaak nog mooier. Hy kent hier
niemand te Parys; ik kan dus gerust met
hem handelen."
„Ja," peinsde hy voort, „maar alvorens
„Het roode Testament" myn huis verlaat,
moet ik eerst weten, wat die onderstreepte
woorden beteekenen. Ik ben misschien wel
wat te nieuwsgierig, maar in zaken komt
er dat niet op aan."
Weder werd er geheld.
„Het ïykt wel of ik vandaag receptie houd,"
bromde Fauvel.
„Goeden morgen, myn goede heer Fauvel!"
begon de bezoeker op onderdanigen toon.
Het was een man van omstreeks vyftig
jaren, wiens gelaat duideiyk den Israëliet ken
merkte. Hy was net gekleed en droeg een
zwartzijden zak onder den arm.
„Dag, Abraham," zeide Fauvel, „wat kom
je doen?"
Hy liet zyn bezoeker binnen.
„Ik hob u eon prachtig zaakje voor te stel
len, myn goede heer Fauvel."
„Wat dan? Spoedig, want, ik heb weinig
tyd."
„Ja, ja, myn goede heer Fauvellaat my
eerst een weinig uitblazen; het is warm als
men loopt."
„Ga zitten. Is het werkeiyk wat goeds,
dat je hebt?"
„Of het wat goeds is? Het is een buiten
kansje, zooals het u misschien geen tweemaal
In uw leven zal zyn voorgekomen."
„Hoe is de titel?"
„Als ik u dat zeg, zal u opspringen van
vreugde, myn goede heer Fauvel."
„Vooruit er dan mee, eeuwige babbelaar!"
riep de bibliothecaris ongeduldig.
„Het i3 een manuscript."
„Heb je het reeds?"
„Neen, maar ik weet toch, waar het te
krijgen is."
„Waar dan?"
„In de Nationale Bibliotheek."
„Is het daar al lang?"
„Neen.
„Vanwaar komt het?"
„Van Rouaan."
„Van Rouaan? Uit de coilectie-Lebert mis
schien?"
„Ja, ja."
„Hoe heet liet? Voor don dag er nu moe!"
„Hoe hot heet? Ik zal het u zeggen, mijn
goede heer Fauvel. Dat manuscript bevat de
brieven van den kardinaal De Lorraine aan
Catharina De Medicis."
Fauvel sprong inderdaad op van vreugde,
toen hy dezen titel hoorde.
„Dit manuscript te Parys!" riep hy uit;
„ik geef je duizend franken, als je het my
bezorgt, Abraham!"
Abraham zag Fauvel met zyne kleine oogjes
spottend aan en antwoordde:
„Niet genoeg, myn goede heer Fauvel,
niet genoeg."
„Ik geloof toch
„Dan gelooft u niet good. Het manus
cript is onder broeders dertigduizend franken
waard."
„Zoek dan maar een broeder op, die er je
zooveel voor geeft."
„Aai, dat zou te gevaariyk zijn; dan laat
ik het liever waar het is."
„Kom, ik zal je twee duizend franken
geven."
„Niet genoeg, myn goede heer Fauvel, niet
genoeg."
„Drie duizend dan."
„Geef vyf duizend en over acht dagen
breng ik u het manuscript, zoo waar myn
naam Abraham is."
„Vyf duizend franken I"
„'t Is geen centime te veel. Bedenk wat ik
waag: de gevangenis, dat is hee! ongezond."
„Nu, goed, voor vyf duizend franken dan,
en breng hot my zoodra je het hebt."
„Dat beloof ik u. Zou u my vaat aan wat
geld willen helpen, myn goede heer Fauvel
„Hoeveel wil je hebben?"
„Driehonderd franken."
Fauvel gaf hem een bankbiljet van drie
honderd franken en liet hem een re^u teekenen.