N°. 9221.
Dinsdag 11 l>laai*t.
A0. 1890.
feze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Lelden, 10 Maart.
feuilleton.
Een winter in Michigan.
(Siot votgt.)
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Toot Leiden per 3 maandenf 1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommcre0.05.
PEIJ3 DER ADVERTENTIEN:
Van 16 regels f 1.03. Iedere regel meer f0.174»
Grootore letters naar plaatsruimte. Yoor het in-
cassceren buiten de stad wordt 0.10 berekond.
Ofttcieole Konnisgevinffeu,
Aflossing geldleenlng.
Burgemeester en Wethouders Tan Leiden brengen
ter algemeens kennis dat bij de op heden plaats
gehad hebbende uitloting van acht obligatiën, elk
groot éën duiaend gulden, behooreade tot de 3l/i-pct.-
geldleoBing van ƒ600,000, aangegaan krachtens raads
bssluu van 10 November 1888, zgu uitgeloot do
nummers 87,190, 309, 348, 890, 893, 443 en 457, welke
op den lsten Juli a. a. aflosbaar zijn gesteld, op welk
tijdstip die obligatiën ophouden rente te dragen.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, DE KANTER, Burgemeester.
10 Maart 1890. E. KIST, Secretaris.
Met genoegen vernemen wy dat de dames
E. W. Van 't Hooft en C. Koopmans Van Boe-
keren, daartoe aangemoedigd en gesteund door
de bestuurderessen der Leideche Afdeeling
van „Tesselschade," voornemens zy'n, alhier
een cursus te openen voor nuttige en fraaie
handwerken, inzonderheid ook ten dienste van
hen, die zich voor de examens in beide vakken
wenschen te bekwamen.
Zaterdag 15 Maart zal de heer M. J. H.
Van der Koog den dag herdenken, waarop
hy vóór 25 jaar tot onderwyzer aan de open
bare jongensschool 2de klasse alhier werd
aangesteld.
Mevr. Anna Eössing-Sablairolles zal als
3proekster optreden in de vergadering met
dames van „Doctrina," welke op Vrydag 14
Maart a. s. in den schouwburg alhier zal
plaats hebben.
Hedennamiddag ontvingen we per Engel-
sche mail de „Deli-Courant" van 8 Februari.
Bij de heden gehouden openbare verkoo-
ping van cokes, in partyen van 100, 50,
10 en 5 hectoliters, waren de hoogste prijzen
ƒ54, 27.50, ƒ5.80 en ƒ2.90; de laagste:
54, 27.50, ƒ5.70 en 2.85.
Het „Tydschrift voor Geneeskunde" deelt
mede dat de professoren A. P. Fokker, A. A.
G. Guye, S. S. RoseDstein, H. Snellen, B. J.
Stokvis, J. W. E. Tilanu8, H. Treub en de
doctoren M. J. Godefroi en TV. P. Ruysch zich
op uitnoodiging van het comité tot organisatie
van het Xde internationaal geneeskundig
congres te Beriyn hebben vereenigd tot een
„Nederlandsch Comité ter voorbereiding van
dat Congres." Terwyl zy hunne kunstbroeders
tot deelneming opwekken, verklaren zy zich
tot het geven van inlichtingen omtrent het
congres bereid. Ook vestigen zy de aandacht
op de watenschappelyke tentoonstelling, welke
tijdens hot congres te Berlyn zal gehouden
worden, en noodigen zy alle landgenooten,
die in staat zyn onderzoekingsmethoden of
resultaten op geneeskundig gebied toe te
lichten, uit, daaraan deel te nemen.
Te Breda zyn geslaagd voor het examen
in de nuttige handwerken de dames J. P.
Van Andel, van Leiden, en H. C. Hardenberg,
van Amsterdam.
Door B. en Ws. der gemeente Enkhuizen
is aan den Eaad eene aanbeveling gedaan
voor leoraar in de natuur-, schei-, plant- en
dierkunde aan de hoogere burgerschool aldaar,
bestaande uit de heeren S. Van Diesel, direc
teur der zuivelhoevo te Oudshoorn, A. F. H.
Schreinemaker3, leoraar aan de kweekschool
voor onderwijzers te Leiden, en A. J. Swart,
doctorandus in do wis- en natuurkunde te
Amsterdam.
Tot het detachement Oost-Indische mili
tairen, aan boord van het stoomschip „Bur
gemeester Den Tex," der Maatechappy „Neder
land," dat morgen, Dinsdag ochtend, te Am
sterdam verwacht wordt, behoort o. a. de
fuselier A. L. Schierhorn, een der helden,
die op den 6den Mei 1889, by de krygsver-
richtingen in Edi den ouden roem van het
Indische leger weer schitterend handhaafden.
De sectie, aangevoerd door den luit. Van
Beusekom, viel, onder een overstelpend vuur,
de door talryke Atjehers bezette loopgraven
aan. Geen nood! Schierhorn is de oerste,
die de loopgraven bereikt en zich tusschen
de Atjehers werpt, met hen handgemeen
wordt, onmiddeliyk gevolgd door zyn vriend
J. A. Minkoma en zyn chef den lult. Van
Beusekom. Na eene heftige worsteling gaat
de vyand op de vlucht met achterlating van
18 dorden, en het succes van den dag was
behaald.
Ook wy leden verliezeD. Do dappere fuselier
Schierhorn werd zwaar gewond. Men oordeele,
Hy bekwam een klewanghouw tusschen wijs
vinger en duim, twee over den rechter-voorarm,
vyf gelukkig niet diepe kogelwonden in den
rechterschouder en twee kogelwonden in den
rechter-voorarm.
Hij is dus deoriyk verminkt; het leger kon
hem niet meer tot zyne dapperen tellen, maar
vergeten werd hy daarom niet. Behalve de
gratificatie is hem een jaarlyksch pensioen
van 400 toegekend.
By zyne aankomst lo Amsterdam wacht
den braven soldaat eene aangename verrassing.
De tyding, dat Z. M. onze geöerbiedigde
Koning hem, ter belooning voor zyn heldhaftig
gedrag, benoemd heeft tot ridder 4de klaase
van de Militaire Willemsorde, kon hem vóór
zyn vertrek uit Indië niet meer bereiken. Hy
hoort dio benoeming by zijne aankomst.
Wy roepen hem het welkom in het vader
land toe. Moge hy nog vele jaren in gezondheid
zyn welverdiend pensioen en de riddersoldy
genieten{llbJ.)
Dr. S. Cramer, te Zwolle, heeft zyne bo-
noeming tot hoogleeraar aan het seminarium
der Doopsgezinden te Amsterdam aangenomen.
De heer M. graaf Van Limburg Stirum,
oud-hofmaarschalk van wyien prins Frederik,
is bonoemd tot grootkruis van de Koninkiyke
orde van de Kroon van Rumenië.
Het bestuur der Christelyke Vereeniging
tot verpleging van ïyders aan vallende ziekte
te Haarlem, heeft tot directeur der gestichten
te Heemstede en Haarlem, in plaats van ds.
L. H. T. Creutzberg, benoemd dr. L. Heldring,
predikant te Middelburg.
Blykens een by het departement van
marine ontvangen telegram, Is Zr. Ms. schroof-
stoomschip lste kl. „Atjeh," onder bevel van
den kapitein ter zee J. C. Commys, den Ssten
dezer te Colombo (Ceylon) aangekomen. Aan
boord was alles wél.
Men verneemt dat de heer F. Tartaud,
thans by Gebrs. Van Lier te Amsterdam,
met het aanstaande seizoen, aanvangende
1 September a. s., weder geëngageerd is by
hot gezelschap van de heeren Le Gras Has
pels te Rotterdam.
De minister van oorlog brengt ter kennis
van belanghebbenden, dat tegen 15 April a. s.
weder pupillen op de Pupillenschool kunnen
worden geplaatst.
By koninkiyk besluit van 7 dezer is:
lo. de kapitein J. C. Fabius, van het wapen
der artillerie, thans als lid van de Tweede
Kamer der Staten-Generaal overeenkomstig
het bepaalde by punt lo. van art. 38 der wet
van 28 Augustus 1851 (Staatsblad jyp, jjgj
op non-activiteit, in activiteit herstold, en wel,
met afwyking in zooverre van de formatie, by
den staf van gemeld wapen; 2o. die kapitein,
op zyn verzoek, krachtens punt 5o. van art. 38
der sub lo. genoemde wet op non-activiteit
gesteld, in afwachting van nadere beschikking
met bezwaar der schatkisteen en ander met
ingang van den dag, waarop hy het lidmaat
schap der Tweede Kamer zal nederleggen.
By koninkiyk besluit is bepaald dat de
stembriefjes, ter verkiezing van een lid der
Tweede Kamer van de Staten-Generaal, in
het hoofdkiesdistrict Goes, op Dinsdag 18
Maart a. s. en, ingeval van herstemming,
op Dinsdag 1 April in te leveren, zullen ge
opend worden onderscheidenlijk op Donderdag
20 Maart en Donderdag 3 April a. s.
Wegens zyne benoeming tot minister
van binnenlandsche zaken heeft jhr. mr. A.
F. De Savomin Lohman ontslag genomen
als voorzitter en bestuurslid van de Unie
„Eene school met den Bybel".
Het stoomschip „Bromo" vertrok 8 Maart
van Batavia naar Rotterdamde „Burgemees
ter Den Tex", van Batavia naar Amsterdam,
paaseorde 10 Maart Dungenessde „Koningin
Emma", van Batavia naar Amsterdam, arri
veerde 9 Maart te Suezde „Prinses Amalia,"
van Amsterdam naar Batavia, passeerde 8
Maart Kaap Rocca; de „Prins Willem III"
vertrok 9 Maart van Nieuw-York naarWest-
Indië.
By koninkiyk besluit is benoemd tot
rechter in de arrondissements rechtbank te
Dordrecht, mr. G. Rib'oius, thans substituut-
griffier by dat college.
Aan mr. S. H. Lette van Ooatvoorne, op
zyn verzoek, met ingang van 1 April 1890
eervol ontslag verleend als raadsheer in het
gerechtshof te 's-Gravenhage, met dankbe
tuiging voor de door hem in rechteriyke be
trekkingen bewezen diensten.
Mr. H. Hesse, te Winschoten, met ingang
van 1 April 1890, opnieuw bonoemd tot school
opziener in het arrondissement Yeendam.
Benoemd by het wapen der artillerie, tot
lsten luitenant, by hun tegenwoordig corps,
de 2de luitenants W. Laatsman, D. C. Gras
winckel, R. Jentink en W. H. Doorman, allen
van het lste; J. F. B. Kalff, H. J. De Vri63
on P. Verzpl, allen van het 2deC. E. Croiset
van Uchelen, P. Van Oort, H. C. C. Hackstroh
en F. C. A. Van der Minne, allen van het
3de; benevens jhr. J. H. RoëU, W. A. Fries-
wyk, jhp. E, J. M. Wittert, J. L. Ten Bosch,
f, Singels, alsmede V. A. J. Bloem, allen,
van het 4de reg. vesting artillerie.
Met ingang van 1 April 1890, benoemd tot
commies der posteryen 4de kl., C. G. C. F.
Greiner, thans surnumerair der posteryen,
en bevorderd tot commies der posteryen 3de
kl. L. A. P. Hoffmann, thans 4de kl.
Gemengd Nieuws.
Sedert Donderdag van de vorige
week slaat de klok van het Stadhuis alhier
„onverhoeds", met andere woordenmen hoort
vóór het heel- en het halfslag niet het vroo-
ïyke carillon. De reden van dit zwygen moet
gezocht worden in den ongeschikten staat,
waarin het speelwerk zich bevindt, waardoor
groote reparatiën daaraan noodig zyn, welke
reeds voorzien waren, getuige den post, vor-
leden jaar op de gemeente-begrooting van dit
Een verhaal.
2)
Ik had myn werk afgedaan en wildeer juist
dien avond myn gemak eens van nemen,
toen vader binnentrad. „John, zeide hy, uwe
moeder heeft weder een van hare pijnlyke
aanvallen, en ik ga den dokter halen, of zy
het goedvindt of niet. Span Prince in, voor
de lage slede, en dan ga ik op weg vóór de
weg geheel besneeuwd is.
't Is goed, vader, zeide ik; ik zal inspan
nen, maar ik ga zelf in uwe plaats, want
gij kunt mét uwe rheumatiok niet uitgaan
in zulk weder.
Vader maakte geene tegenwerping; ik wiet
ook dat hy gaarne wilde dat ik ging; maar
hy was iemand, die nooit Iets wou vragen
aan iemand, indien hy het maar eenigszins
zelf kon doen. Ik nam dus eerst nog een kop
warme koffie, en maakte my gereed voor don
rit van 12 mjjlen naar Sussex, dat toen de
naaste plaats was, waar men geneeskundige
hulp kon krygen.
Gy moest de spade meenemen, John, want
die zult gy noodig hebben als de eneeuw zoo
blüft aanhouden, zeide vader, toen ik het buis
verliet om naar don stal te gaan. En ga langs
den ouden weg, want die zal niet zoo vol-
sneeuwen, al3 de andere, riep hy mij nog uit
de deur na.
TVel, ik spande Prince in, ons beste kar-
paard, voor de lichte, lage slede, en vertrok.
Hemeltje, wat was dat een nachtsneeuwen,
waaien en stormen, alles tegelyk.
Ik volgde vaders raad en ging langs den
ouden boschweg, welke zoowat drie mylen
boven den grooten weg uitkwam. Men kan
er nog de sporen van zien, maar het land,
waarlangs hy loopt, is reeds lang beploegd
en de boomen zpn uitgedund of geheel om
gehakt. De wegen waren toen allemaal nog
zeer slecht, en meestal door bosschen omge
ven. Deze weg ging zoowat drie mylen lang
door een groot boscb, maar hy was eene myl
korter dan de andere, als men naar Sussex
ging; doch hy werd weinig genomen, daar
hy ruwer en onefi'ener was dan de andere
wegen.
Het was over negenen, toen ik van huis
ging, en nadat ik meer dan een uur door
dikke sneeuw was heengowaad, kwam ik aan
den bedekten' weg, welke door de boomen
meer beschut was voor den wind, maar zelfs
deze was op sommige plaatsen lotteriyk vol-
gesneeuwd; dus kon ik slechts langzaam
vooruitkomen en moest myn weg zoeken,
want de weg was smal en vol afgeknotte
boomstronken. Toen ik weer op den grooten
weg kwam, ging het iets beter, maar 't was
reeds over tweeën, toen ik by den dokter
aankwam. Deze was uitgehaald, maar men
verwachtte hem spoedig terug; dus Ik liet
de boodschap achter voor hem, dat hy zoo
spoedig mogeiyk zou komen en ging weer
huiswaarts.
Het hield du op met sneeuwen en de storm
bedaarde. Tusschenbeide vertoonde de maan
zich eens tusschen de wolken door. De sporen
myner slede waren echter geheel volgewaaid
met sneeuw, want het bleef nog steeds
waaien en het word veel kouder.
Ik ploegde voort door de sneeuw, en was
tot in den boschweg gekomen, toen ik ver
schrikt werd door een verafeynd gehuil, dat
uit de diepte van het bosch scheen voort te
komen.
Prince stak zyne ooren in de hoogte, snoof
eenige malen, en scheen besluiteloos of hy
wel zou doorgaan, maar ik gaf hem een
zweepslag. Ik wist dat hot gehuil van wolven
kwam, maar erg verschrikt was ik niet,
want ik had dat vroeger meermalen gehoord.
Gezien had ik er nooit een; ook had ik nog
nooit gehoord, dat er iemand in den omtrek
door was aangevallenook wist ik dat wolven
te lafhartig zyn om iemand aan te vallen,
als zy niet in groot getal zyn, of als zy niet
letterlyk z(jn uitgehongerd,
Maar toen het geraas, dat zy maakten,
dichter en dichterby kwam, moet ik beken
nen dat ik eenigszins zenuwachtig werd, want
ik begon te denken dat er een heele troep
my op de hielen zat. Prince werd ook zenuw
achtig on ik liet hem hoe langer hoe sneller
loopen, zoo snel als door de diepte der sneeuw
maar mogeiyk was.
Ik had denkelyk een derde van den bosch
weg afgelegd, toen hun gehuil zóó dichtbj)
klonk, dat ik my omkeerde, juist toen drie
donkere schaduwen uit het bosch op den weg
sprongen, zoowat vyftig meters achter my.
Ik zag dadeiyk dat die verscheurende dieren
my wilden aanvallen en dat zy my spoedig
zouden inhalen; dus zweepte ik Prince tot
dat hy voortholde, ofschoon hy reeds sterk
zweette en het schuim van hem afliep, door
de haast en den angst.