binnen don afstand van 12 meters uit den buitenkant van den dyk of kade. Het gold slechts eene boete van 50 cents, maar een zeer gewichtig beginsel, en daarom verheugde het mr. Stipriaan Luïscius zich de zaak te heb ben kunnen aantrekken en niet minder over de welwillende behandeling, die hy by ztjn onder zoek der zaak van den ambtenaar van het O. M. by het kantongerecht te Leiden had mogen ondervinden. Pleiter voerde als cassatiemiddelen aan schending van artt. 47 en 91 Wetb. van Strafrecht en artt. 7 en 21 der Verordening op de dyken enz. in Rynland. De arbeider had gebaggerd op last en in dienst van zyn meester, zonder te weten dat deze daartoe geen last mocht geven. Nu is wel do con stante jurispondentie van den Hoogen Raad dat by, die op last zyns meesters een mis- dryf of overtreding begaat, niet is geabsol veerd, maar in eene reeks van arresten heeft de Hooge Raad toch uitgemaakt dat, wanneer het ten laste gelegde feit onder zekere om standigheden geoorloofd is, degene, die han delde op la3t van een ander, niet strafbaar is. En terecht; immers, het is van een knecht niet te vergen dat hy gaat onderzoeken of zgn meester vergunning h9eft voor hetgeen deze hem gelastte te doen. Nu komt in Rijnland's Verordening eon art. 21 voor, bepalende dat van, op ééne uit zondering na, alle bepalingen der Verorde ning Dykgraaf en Hoogheemraden ontheffing kunnen verleenen. Indertyd heeft de Leidsche kantonrechter in soortgolyke zaak den knecht van rechtsvervolging ontslagen. Thans echter schynt die rechter meer gewicht te hebben gehecht aan eene bepaling van art. 23 der Verordening, dat als overtreders worden aange merkt zoowel zy, die hot feit hebben geploegd, als zy, die daartoe machtiging of last ver strekken. De kantonrechter wilde dus den manus ministra ook straffen. Pleiter nu be toogde dat gonoemd artikel alleen onder zekero omstandigheden den lastgever straf baar stelt, maar dat geene waterschapsveror dening beslissen kan dat de manu3 ministra do dader zal zyn. Ons Strafwetboek regelt die quaestie en belet volstrekt niet dat de leer van den Code Pénal over den manus ministra kan blyven gelden. Ook kon pleiter zich beroepen op eene indirecte instemming van den H. Raad met deze zienswyze, daar in 1887 tweemaal door dezen werd uitgemaakt dat de lastgever, die het feit deed plegen, dader is, en de lastheb ber slechts het werktuig in zyne hand. Pleiter vroeg dus ontslag van rechtsvervol ging in deze. De conclusie is bepaald op 20 Jan. De Leidsche studenten hebben het voornemen „De intocht van keizer Karei V in 1546 binnen Nymegen, ten einde als hertog van Gelderland te worden gehuldigd", welke by de maskerade der leden van het Leidsch Studentencorps in Juni a. s. alhier zal worden voorgesteld, daarna te Nymegen, waar die intocht eenmaal in de werkelykheid heeft plaats gehad, in zyn geheel te herhalen. Deswege heeft zich te Nymegen een comité voor de ontvangst van de Leidsche stu denten, die den „intocht" zullen houden, gevormd, waarvan de heer Laging Tobias, oud-civiel en militair-gouverneur van Atjeh, voorzitter, en de heer Joost, kolonel-com mandant van het 5de regiment infanterie, o. a. lid is. Tot dekking der mogelyke kosten wenscht men een waarborgfonds bijeen te brengen. De Haagsche rechtbank veroor- deelde gisteren het Scheveningsche meisje, dat een aantal diefstallen pleegde, tot plaatsing in een Ryksopvoedingsgesticht tot haar 18de jaar, na haar vooraf te hebben ontslagen van rechtsvervolging, als hebbende gehandeld zonder oordeel des onderscheids; de vrouw, die het gestolene heelde, kreeg 6 weken gevangenisstraf. De man, die terechtstond wegens mishan deling met voorbedachten rade, werd vry- gesproken. Men meldt uit Boskoop: Dehandel in boomen en planten was in den herfst van het vorige jaar, wat de laatsten betreft, zeer levendig. Rhododendrons, azalea's, aucuba's, magnolia's, clematis enz. waren, reeds vóór de verzendingstyd aanving, verkocht en tot lioogere pryzen dan het vorige seizoen. De verzending van deze artikelen heeft in hoofdzaak naar het buitenland plaats. De I handel naar de V. S. van Amerika neemt toe. Het zgn vooral clematis, die daar zeer gevraagd j zqn. De handel in sommige soorten van vrucht- boomen en in iepe-, linde- en kastanjeboomen kon beter zijn. Ze zijn ruim voorhanden en goedkoop te bekomen, zoodat er thanB voor gemeenten en polders goede gelegenheid be staat, aanplantingen op groote schaal te doen. De waarde van den grond neemt nog steeds t»e. Publieke verkoop van kweekery-grond komt zolden voor. Op oudejaarsdag werden 935 Rynl. roeden tuinveld in het openbaar geveild; verhuurd tot 1 Januari 1896, voor f 374 's jaare, werden ze voor don geboden prfls van f 8745 plus 11 pet. onkosten, niot gegund. „Ziezoo, eindelyk heb ik dan eens een patiënt, die de echte influenza heeft!" Deze ontboezeming ontviel gi3teren een ge neesheer ten huize van eon myner kennissen, waar hy by de dochter des huizes geroepen was. En toen hy bemerkte, dat men hem er vreemd op aankeek, zeide hy tot opheldering: „Ja, kyk u eens hier! Ik word elk oogen- blik by menschen geroepen, die gewoon zwaar verkouden zyn, maar die zich inbeelden do griep te hebben. „Dokter, heb ik het?" vragen zy my, en als ik dan „neen" zeg, dan worden zy kwaad. Zy willen het hebbendan zeg ik in 's Hemels naam maar ja, „in een lichten graad!" Doch hier kan ik ten minste royaal- weg zeggen, dat uwe dochter de griep heeft." Aldus wordt uit Amsterdam aan de „Haarl. Crt." geschreven. My dunkt, zegt de schry ver, dit verhaaltje teekent den echten toestand in de hoofdstad. Er zyu talloozen zwaar verkouden, maar de echte griep heerscht tot nu toe gelukkig betrekkelijk weinig, en in het geheel mist zy hier nog het ernstig karakter, dat zy elders schynt te hebben. Maar hiermee zyn we aatuuriyk niet tevreden. De menschelyke ydelheid is een zonderling ding, en men vindt dat wy eenvoudig onze achterlykheid als de Chineezen van Europa zouden bewyzen, wan neer wy niet evengoed als elders op ernstige wyze de influenza hadden. Persooniyk maakt het iedereen meer interessant te kunnen zeggen„ik heb do griep" of „ik heb ze gehad", dan te mooten vertellen dat men alleen gewoon verkouden is. En deze neiging om de ongevaarlgke griep epidemie mede to maken, verzwaart den last onzer genees- heeren niet weinig. Zy moeten zooveel van hun tyd aan de pseudo-grieplyders wyden, dat er voor de ernstige lyders minder tyd en aandacht overblyven dan wenscheiyk zou zijn. En dat ernstige gevallen zich voordoen is zeker, evenzoo dat er vele moeilykheden ontstaan door de ziekte. Geneesheeren, die ongesteld zyn, moeten met hunne praktyk andere overladen collega's belasten. Van de vyf leden van het parket der Amsterdam6Che rechtbank waren de vorige week drie bulten gevecht gesteld. De tooneel- gezelschappen werken met moeite en weten soms 's morgens niet of eene aangekondigde avondvoorstelling zal kunnen doorgaan. De stagnatie in de post- en telegraafbediening is bekend, en zoo er nog eenig bewys noodig was, zoo zegt de correspondent verder, ik kreeg het gisteren door de ontvangst van Nieuwjaarskaartjes, den 31sten December ge post. Maar vooral blykt van de ziekte door de stilte, die er in de stad heerscht. Terwyi men anders by gunstig weer des Zaterdags avonds in de Kalverstraat nauwelpks voort kan door de tallooze wandelaarsters en wan delaars, was het er jl. Zaterdag avond om negen uren bepaald leeg. Ook in de schouw burgen en café's doet zich hetzelfde verschyn- sel voor. Het is biykbaar dat wie niet be hoeft uit te gaan thuis blyft, terwyi ook zy, die zeiven onaangetast zyn, uit den aard der zaak om zieke familie-leden het huis houden. Zoo worden wy, Amsterdammers, weer eens „huishoudoiyk" en onderhouden ons, bij gebreke aan politieke of andere quaesties, over de influenza. Te beginnen met heden zullen ook de bykantoren van de rykstelegraaf in de Com- melinstraat en op de Houtmankade te Amster dam wegens personeelgebrek alléén open zyn van 9 uren 's vóór- tot 5 uren 's namiddags. De apothekers zitten tot laat in den nacht aan hun administratieven arbeid na overdrukke dagen. By een apotheker in eene der nieuwe wykon, voornameiyk ziekenbussen bedienende, moest de politie de wachtenden in het gelid houden. Chinine, antipyrine, antifebrine, pulvis doveri worden 't meest voorgeschreven. In drukke apotheken worden de bekende voor schriften van doctoron met groote praktyk, al vast vooruit gereed gemaakt om spoedig te kunnen afgeleverd worden. Alle mogelyke soorten van pastillos en drop worden, overal waar ze te verkrygen zyn, meer dan ooit gevraagd. Aan alle klinieken is het getal loopond» zieken meer dan verdubbeld, aan enkele zelfs verdrievoudigd. Gisteren werd door mr. W. Thorbecke, die voor den Hoogen Raad zou pleiten in de zaak van den eigenaar van een weg te Zandvoort, die niet aan de kennisgeving van B. en Ws. voldaan had, om dien weg in behoorlyken staat te brengen, uitstel van behandeling ge vraagd, daar prof. Asser van Amsterdam, met wien hy, op verzoek van zyn cliënt, eene conferentie over de zaak moest hebben, door de ziekte van den dag belet werd. Het uitstel werd verleend tot 3 Februari. Onder het garnizoen te Deventer zyn vele gevallen van griep voorgekomen. Ook te Deutichem ïyden verscheidene ge zinnen aan die ziekte. Aan de H. B.-S. te Zutfen, waar gister ochtend de lessen weder een aanvang zouden nemen, werd de vacantie, met het oog op het groot aantal afwezige leeraren, die wegens de influenza thuis moesten blyven, met eene week verlengd. Te Warmond heerscht thans deze algemeen heerschende ziekte ook nogal ernstig, ofschoon tot nog toe in lichten graad. Ongeveer hon derd personen zgn er aangetast. Ook te Sassenheim zyn verscheidene in fluenza- lyders. Men schat dat 10 procent der bevolking aldaar ongesteld is. Te Lisse en te Hillegom komen ook gevallen voor. Onder het personeel der N.-Z.-H. Stoom- tramweg-Maatschappy heerscht de influenza, zoodat een paar conducteurs hun dienst niet kunnen verrichten. Te Leiden is, wegens de heerschende in fluenza, de kinderbewaarplaats voor 8 dagen gesloten. De 78-jarige Duitsche keizerin-weduwe Augusta, die, naar men weet, door de griep is aangetast, was gsteren aan de betere hand. De koorts begon te wiiken en ondanks den hoogen leefcyd der ïyderes, werd het gevaar als geweken beschouwd. (Zie telegrammen.) Prinses Von Bismarck is te Friedrichsruhe door de griep aangetast en den bejaarden veldmaarschalk Ton Blumenthal trof hetzelfde •lot. Lord Salisbury, de Engelsche president minister, is bijna geheel hersteld. Ook is de koningin van Wurtemberg weer byna ge heel beter. Overigens blyft de toestand vooral in Zuid- Duitschland ongunstig. Het ergste heerscht de ziekte te Miinchen, waar nu eiken dag 1200 liter bier minder wordt gedronken dan gewooniyk. De hoogleeraren Döllinger en Nussbaum, hoewel beiden zeer bejaard, gaan langzaam vooruit. Te Weenen is het ergste geleden. Ook in Servië en Italië schijnt do ziekte haar top punt te hebben bereikt, maar uit Madrid lui den de berichten nog niet zeer gunstig. Te Parys blyft de verbetering aanhouden, maar de epidemie breidt zich nog steeds uit in de provincie. Het aantal zieken te Rouaan, Lyon, Marseille, Bordeaux en andere groote steden is zelfs zeer aanzlenlyk, maar over het algemeen is de ziekte daar niet gevaarlyk. Te Nieuw-York gaat het niet zoo goed. Het aantal sterfgevallen bedroeg daar in de vorige week 1200, terwyl het gewooniyk in denzelfden tyd des jaars niet meer dan 800 bedraagt. Ook te Londen is het aantal patiënten be- trekkeiyk zeer groot. Evenwel begint het aantal zieken onder de post- en telegraaf- beambten reeds te verminderen. In de zieken huizen worden ook vele paiiënten opgenomen, en zyn vele geneesheeren en verpleegsters aangetast. De ziekte is echter ook te Londen over het algemeen niet gevaarlyk. Te Birmingham moeten 50,000 personen aangetast zyn. De minister van landbouw Chaplin is ernstig ongesteld door de griep. De influenza is ook uitgebroken op de Mid- dellandsche Zee-vloot; alle schepen van het eskader hebben bevel ontvangen in de haven van Toulon te blyven. Vrydag-ochtend heeft, zooals wy medegedeeld hebben, het werkvolk aan de machinale vlasspinnery te Groningen, voor het grootste deel vrouwen, het werk gestaakt. Reeds eenigen tyd had er, aldus bericht de „N. Prov. Gr. Crt.," iets gebroeid en was het werkvolk met de loonen niet tevreden. Aan den opzichter Folkerts hadden zy reeds om verhooging van loon verzocht; deze had het verzoek aan de directie over gebracht, maar de directie had afwyzend op dat verzoek beschikt. Het schynt dat het werkvolk den opzichter, die buitendien bij hen niet gunstig stond aangeschreven, schuld gaf van deze weigering, en nu hy Vrydag zyne handen uitstak naar oen bejaarden meosterknëcht, die reeds 37 jaren aan de fabriek in dienst was geweest, steeg de woede des volks tegen den opzichter ten top. Zy staakten allon het werk en dreigden den opzichter. Deze achtte het geraden naar z|jne wosing in de Bloemstraat te gaan, waarheen ook weldra het ontevreden werk volk de schreden richtte. Men poogde de ruiten by den gehaten opzichter te verbrij zelen, zoodat de politie den geheelen dag in de Bloemstraat de wacht moest houden om wanordeiykheden te keer te gaan. De werk stakers en -staaksters trokken in optocht door de stad. Zy waren van plan een be zoek te brengen aan den directeur, graaf Dumonceau. Deze was echter ongesteld en kon hen niet te woord staan. Daarop trokken zy naar een medebestuurder, den heer Geert- sema, die hen tegen vyf uren in den namiddag weder aan zyne woning bescheidde. De brand te Laeken. Naar reeds gemeld werd, zyn eindelyk de overblyfselen van mej. Drancourt, de ongelukkige gouver nante van prinses Clémentine, gevonden. Eerst trof men den schedel aai, waarvan slechts een gedeelte, ter grootte van eene vuist, over was, nog aan den romp bevestigd. De armen en beenen zyn niet gevonden. Het overgeble ven geraamte was een groote 50 cM. lang. Uit de plaats, waar het gevonden werd, leidt men af, dat de ongelukkige, na uit hare eigene kamer het een en ander gehaald te hebben, weder naar die der prinses was ge gaan. Met groote omzichtigheid opgenomen, werden de overblyfselen gekist, door den hof- aalmoezenier gezegend en in eene „chapelle ardente" geplaatst, welke des namiddags door den koning en de prinses bezocht werd, welke i laatste met de tranen in de oogen geruimen tyd bij de kist bad. Niet alleen het portret van wyien dos ko- r nings zoon is verloren gegaan, maar ook diens l( kamer, die volkomen in denzelfden staat ge- f sloten was als by zyn dood en waar de ko- ningin dikwyis ging bidden. BUITENLAND. J Dnltiohland. J| Uit Zanzibar wordt gemeld: „Nadat den e 25sten December de aanval van de voorhoede der, onder Duitsche leiding staande, troepen op het versterkte kamp van den Arabieren- hoofdman Banahei met verlies van vyf dooden en zes gewonden was afgeslagen, bestormde en verwoestte majoor WisBmann op 5 Jan. de stellingen van Banahei, die door 1500 man bezet waren. Van de Duitsche troepen werden twee blanken en tien inboorlingen gewond. t, Aan het - Emin-pacha-comité te Beriyn wordt uit Zanzibar geseind dat de reiziger Clemens Denhardt te Lamu weer een brief van dr. Peters heeft ontvangen, welke be- stemd is voor het comité. Peters is op marsch u, van den berg Kenia naar het Baringo-meer. jjj Het wetsontwerp tot oprichting van eene "o stoombootiyn naar Oost-Afrika is gisteren door de regeering by den Ryksdag ingediend-, uij He Groot-Britannië. VU De Engelsche en Portugeesche regeeringen ait< hebben geen enkel bericht ontvangen, dat tot jjjjjj bevestiging kan strekken van de depeche „n, zonder dagteekening, door de „African Lakes Company" openbaar gemaakt, en waarin met ophef wordt gesproken van beleedigingen der m. Portugeezen in Nyassaland jegens stoom- schepen onder Engelsche vlag. Men gelooft, ip dat het hier voorvallen van oude dagteefee- j ning geldt. j Spanje. Te Madrid werd Zondag het gerucht ver- J spreid, dat de jeugdige koning plotseling zeer no ernstig ziek was geworden. Het bleek 3pee- 1 dig, dat de zaak niet zoo ernstig was. Wel had de jonge Alfonso zich eene indigestie op ito den hals gehaald, waardoor hy een oogen- blik werkeiyk zeer benauwd was, maar reeds n0 spoedig was deze ongesteldheid geweken, zoo- ""f' dat do inwoners der hoofdstad weldra werden ,lto gerustgesteld. uto tarki] Amerika, 'omo Uto De correspondent van de „Daily News" Obi. te Nieuw-York berekent dat in hot jaar 1889 20,000,000 pd. st. EDgelsch kapitaal in ondei a^os nemingen in de Vereenigde Staten werd be- t-Af.i lega. In hot geheel is meer dan 40,000,000 f#rlc< pd. st. Engelsch kapitaal belegd in brouwe-^gt. i rijen, mynontginningen en andere industriëeleFj^1 ondernemingen in de Vereenigde Staten. aito

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1890 | | pagina 2