De verschillende hoofdstukken der Staats- begrooting, in do Tweede Kamer al of niet gewijzigd, thans aan de goedkeuring der Eerste Kamer onderworpen, bedragen Huis dee Konings 650,000.— Hooge Colleges 640,794.— Buitenl. Zaken731,368.61 Justitie5,173,623.— Binnenl. Zaken 10,357,970.50 Marine13,981,237.20 Nationale Schuld 33,445,100.40s Financien23,396,593.58s Oorlog20,787,165.— Waterstaat24,133,496.21 Koloniën1,316,615.115 Onvoorziene uitgaven 50,000.— In 't geheel dus 134,613,963 68s Het geraamd tekort be draagt alzoo12,404,063.686 De gewone audiëntie van den minister van justitie zal op 31 dezer niet plaats hebben. Het stoomschip „Edam", van Nieuw- York naar Amsterdam, passeerde 27 Dec. Wightde „Prins Frederik", van Batavia naar Amsterdam, is 27 Dec. Carvoeiro ge passeerd; do .Prins Maurits" arriveerde 27 Dec. van West-Indië te Nieuw-York; de „P. Caland", van Amsterdam naar Nieuw-York, passeerde 26 Dec. Lizard. Z. M. heeft, met ingang van 1 Januari 1890, benoemd tot leeraren aan do Ryks hoogere burgerschool te Warffum dr. C. J. Luzac en J. Van Breukelen, tijdelyk leeraren aan die school. Den heer J. D. Enderlo, arts te Leiden, benoemd en aangesteld tot officier van ge zondheid der 2de klasse bij het personeel van den geneeskundigen dienst van het leger in Nederlandsch-Indië. Met ingang van 1 Januari 1890 honoemd lo. tot leeraar aan de Rijks hoogere burger school te Hc-lmond P. J. Bom, met toekenning van eervol ontslag als leeraar aan de Rijks hoogere burgerschool te Venloo; tot leeraar aan de Rijks hoogere burgerschool te Venloo H. G. Baints, thans tijdelijk leeraar aan de Rijk9 hoogere burgerschool te Winterswijk. Aan J. Korteweg, te Leerdam, op zijn ver zoek, met ingang van 1 Januari 1890, eervol ontslag verleend als plaatsvervangend districts veearts. Benoemd jhr. dr. J. Six, met ingang van 1 Januari 1890, tot hoogleeraar bfj de Rijks Academie van Beeldende Kunsten te Am sterdam. Den heer J. Kwast, arts, met ingang van 1 Januari a. 8., benoemd tot olficier van ge zondheid 2de kl. bij de zeemacht. Den kapitein J. B. Vorstman, van het regiment grenadiers en jagers, op pensioen gesteld en het bedrag van het pensioen be paald op f 1430 's jaars. Benoemd bjj het wapen dor infanterie, tot kapitein, by het 5de regt., den eersten luite nant H. J. Djjckmeester, van het 8ste regt.; hij het 7de regt., den eersten luitenant J.W Van Rhienen, adjudant bij het corps. Met ingang van 1 Januari 1890, benoemd tot directeur van het post- en telegraafkantoor te Lochom H. W. Van Pesch, thans telegrafist der late klasse bij de Rijkstelegraaf. Den met verlof hier te lande aanwezigen lsten luitenant der infanterie van het leger in Nederl.-Indié W. Van Kooten, op zjjn ver zoek, tor zake van lichaamsgebreken, met ingang van 1 Januari 1890, eervol uit Zr. Ms. militairen dien6t ontslagen, met toekenning van pensioen. Gemengd Nieuw». zich in een aangrenzend, doch met het overige vereenigd vertrek. Het geheel is bovendien zoodanig ingericht, dat des zomers de ver kwikkende lucht er vrijelijk kan binnen komen en het voor zitplaatsen bestemde ge deelte in eene veranda kan worden veranderd. Deze herschepping zal den beoefenaars van het kegelspel zeker ten hoogste welkom en het meerder gebruik van de baan niet anders dan bevorderlijk z\jn. Uit het vorder ingesteld onder zoek omtrent den brand in de dekenfabriek der heeren J. Zaalberg Zn. schijnt gecon stateerd te mogen worden dat die brand door een ongeluk is aangekomen en de meester knecht Sieval van die gelegenheid gebruik heeft gemaakt om diefstal voor te wenden, alsmede dat Sieval, toen de brand ontstaan was, nog goene gedachte had om aangifte van diefstal Ie doen. Hij is, na in voorloopige politie-bewaring genomen en verder ter beschikking van de justitie in Den Haag gesteld te zijn geweest, voorloopig weder op vrije voeten gelaten. Door welwillende aanbiedingen van de andere dekenfabrikanten hier ter stede, die daartoe eenige machines op hunne inrichtingen ter beschikking stelden, zullen de spinners daar voor rekening der firma Zaalberg weer aan den arbeid kunnen gaan. Daardoor kan ook de weverij eveneens in werking worden gesteld. Aan het gedeelte, dat than6 van de Parysche tentoonstelling in het Panorama op de Hoogewoerd wordt ter bezichtiging gevteld, valt niet minder dan aan het vorige een druk bezoek ten deel. De belangstelling daarin is wederom groot en terecht, want er wordt andermaal veel schoons mede te aan schouwen gegeven. Maandag-avond wordt de inrichting gesloten. B(j den dienstdoen den inspec teur van politie alhier kwam gistermiddag een persoon uit Zoeterwoude aangifte doen dat een paar uren te voren in zijne woning was ont vreemd een zijne zuster toebehoorend zil veren horloge met dito ketting, van welken diefstal verdacht werden twee aldaar gevent hebbende, hem geheel onbekende personen. Na een onmiddellijk ingesteld onderzoek werden een paar personen alhier in een loge ment gevonden, die eenigszins met het opge geven signalement overeenkwamen, doch op wie geen der vermiste voorwerpen bevon den werd. Tot onderzoek aan het bureel geleid, ont kenden zy bepaald zich aan den diefstal te hebben schuldig gemaakt. Het horloge kon evenwel nog denzelfden dag worden opgespoord, waarna een dier per sonen werd herkend als de verkooper daar van, terwijl de ander onderwijl op straat had staan wachten. Beide personen werden naar de gevangenis te 's-Hage overgebracht. Naast het biljart-, neemt tegen woordig meer en meer ook het kegelspel in zwang toe. Dit blijkt niet alleen uit de kogel banen, welke in don laatsten tyd door ver schillende koffiehuishouders zjjn opgericht ge worden, maar thans ook uit do uitbreiding, welke de heer C. J. Coster aan de zjjne heeft moeten geven. Had de baan zelve eene zeker behoorlijke lengte van 20 meter, de onder vinding leerde gaandeweg dat de ruimte voor de toeschouwers en andere liefhebbers te wenscben overliet. Daarin nu heeft de eige naar van „De Zwarte Ruiter", aan den Stationsweg, op flinke wijze voorzien. Door uitbouwing der in den tuin van het koffie huis afgezonderd liggonde lokaliteit heeft deze thans eene ruimte verkregen, welke voldoet aan de eischen, welke men tegen woordig aan eene kegelbaan mag stellen. Zelfs is er thans een biljart geplaatst, zoodat men z ch ook daarmede onledig kan houden, zon der anderen hinderlijk te zjjn. Het bevindt De schipbreak van de Prins Willem I. Boor een ooggetuige verhaald. "Wy gingen van Havre den 19den December des avonds te 8 uren, met schoon weder, en stoomden ongeveer 5 uren door, dus tot 1 uur in den nacht, (een buitengewoon donkeren nacht) toen wij plotseling een geweldigen schok gevoelden. In een oogenblik was de gezagvoerder, kapitein H. N. Prins, op de brug, om te weten wat er gaande was en zijne bevelen te geven, welke wij allen stipt op volgden. Wij waren aangevaren door een ons toon onbekend Engelsch schip, dat geeneliohten ophad en, naar thans gemeld wordt, zeer waarschijnlijk het stalen barkschip „Cloncaird" is geweest. Op het oogenblik van de aanvaring waren de 1ste en de 2de officier aan dek. Het eerste commando was dat wij allen naar het ruim moesten om het lek te stoppen doch niettegenstaande wij ons terdege inspan den, moehten wij hierin niet slagen. In den tijd van een oogenblik was de machine in volle werking aan het pompen. Toen de kapitein zag dat er niets aan te doen was, kregen wij bevel om de sloepen buiten boord te zetten, alhoewel er ééne van de vier door de aanvaring buiten dienst was gesteld. De eerste, die wij buiten boord zetten, kreeg een lek door het slingeren, zoodat er nog maar twee de kleine en de groote sloep, overbleven. Wij allen stapten in de sloepen. De kapi tein nam het bevel in de groote sloep, die bevracht was met 28 manschappen, terwijl de kleine boot, met 13 manschappen-waar onder uw verslaggever - onder het bevel van den officier Klein kwam. Alles ging met evenveel kalmte. De wind kwam in- tusschen opzetten. Het was een bange nacht, waarin de zeeën al hooger en hooger kwamen en ons kleine bootje telkens met omslaan bedreigden. Wij hadden de andere boot al uit het gezicht verloren. Des morgens zagen wij het prachtige vaar tuig in de diepte wegzinken. Niet lang duurde het, of wij zagen een schip aankomen; doch hoe wij ook allen ons best deden om de aandacht van het vaartuig tot ons te trekken, het scheen ons niet te zien en zeilde voorbij. Na nog een bang uur doorgebracht te hebben, zagen wij een driemastschoener aan komen; maar deze zeilde ook voorbij. Wij begonnen toen te vreezen dat wij verloren waren, want al heviger en heviger werd de zee. Maar neen: de schoener kwam terug; z(j had thans hare vlag (de Deensche) in top, tot teeken dat zjj ons gezien had, en kwam recht op ons af. De eerste bootsman riep: „Wfl zijn gered!" en een innig govoel van dankbaarheid doortintelde ons allen. De Deen deed moeite en arbeidde krachtig aan de omwerking van zijne zeilen, maar kon door de hooge zee niet tot ons komen. Wy zagen soms niets dan zjjne vlag boven de golven uitsteken en deze vlag zou onze redding worden. Door haar toch werd de aandacht van een visschersvaartuig eerst op hot Deensche schip en door dit op ons, dob berende schipbreukelingen, gevestigd. Het was de visschersschuit „La ville d'Amiens", van Treport. De kapitein van het Deensche schip klom zelf in het want om den visscherman door het zwaaien met den arm te beduiden, dat hy ons op zjj moest trachten te komen, wat voor zjjn klein vaar tuig gemakkelijker viel dan voor het zooveel grootere van den Deen. Zoodoende draaide de visscherman bjj, totdat hij dicht genoeg nabjj was om een touw uit te werpen. Op dit oogen blik echter kwam eene hooge zee, die ons omsloeg, waardoor wjj alle 13 in de golven kwamen en ons verloren waanden. Vreesolijk was dit oogenblik. De visscherslui gooiden vlug touwen uit en staken toe wat bjj de hand lag, van welke reddingsmiddelen ieder zijn best deed iets machtig te worden. Tien man kwamen op deze wijs, na vree- selyk worstelen met de golven, aan dek van den visscherman. Terstond misten wij er drie, maar neen: de visscher haalde nog een tros in, waar de matroos Klaas Edelenbosch, die het touw om zjjn been had vastgebonden, aan bevestigd was. Helaas, hi) was reeds be zweken. Toen misten wij nog twee der onzen Joost Eügelschor, 2den kok, en de sergeant schrijver van de marine J. F. C. Riep. "Wij, geredden, kwamen spoedig een beetje bij door de goede verzorging van de visschers lui, wier uitstekende behandeling wij nooit genoeg kunnen roemen. Te Treport te lialfnegen des avonds aange komen wjj hadden dus van drie uren in den nacht tot op dat uur op de zee gezwalkt werd door de bevolking al het mogelijke ge daan om ons van dienst te zijn en ons huis vesting en verzorging te verleeneD. Het lyk van Edelenbosch werd onder groote belangstelling van de dorpelingen ter aarde besteld. "Wat was echter het lot geworden van de andere sloep? De opvarenden waren, zooals wy later vernamen en zooals reeds door u is medegedeeld, na lang worstelen met de zee ook door een visschersvaartuig, de „St.- Claire," mede van Treport, te Boulogne aan wal gezet. Ook zy hebben veel van de koude en de zee te ljjden gehad, maar waren niet minder dan wjj dankbaar voor de gelukkige redding en vol lof voor hen, welke deze be werkstelligd hadden. Daarvan moet ook een groot deel worden toegebracht aan de flinkheid van de geheels equipage, met den kloeken gezagvoerder aan het hoofd. Behalve f 30,000 aan goud-specie en het grootste gedeelte van de mail, kon niets worden gered. buitenland. BVankrijk. Mevrouw Carnot hield een toespraakje tot de kinderen, die zij op het Elysée had ge- noodigd. Zy zeide o. a. dat de President ook had willen komen, maar daarin verhinderd was door ongesteldheid. „Laat dit echter uw Kerstfeest niet verstoren. Ik zal straks aan elk uwer wat geven voor uzelven, maar we moeten ook aan de broertjes en zusjes thuis denken en ge zult in uwe mandjes ook voor hen wat vinden." —Volgens de „Gaulois" heeft de heer Eiffel met den E:ffel-toren zulke goede zaken ge maakt, dat h(j in de Rue Rabelais een huls heeft kunnen koopen voor 2,000,000 fr. Het fraaie gebouw werd tot dusver bewoond door baron Haber. De heer Eiffel zal zjjn paleis be trekken in Februari. De Parysche gemoenteraad heeft 40,000 fr. beschikbaar gesteld voor de arme gezin nen, die aan influenza lijden. België. De werkstaking in het bekken van Char leroi heeft zich, zooals een telegram meldde, opnieuw uitgebreid, en in de vergaderingen van mijnwerkers, gedurende de Kerstdagen op verschillende plaatsen gehouden, is tot volharding in de staking van den arbeid be sloten, tenzy de mynbesturen aan de eischen der mynwerkers voldoen. Die eischen zijn in een manifest geformuleerd, dat in alle vier steenkolenbekkens van BelgiëCharleroi, het Centre, de Borinage en Luik, in druk ver spreid en aangeplakt is. Op een bal ten Hove heeft Koning Leo pold zich met eenige Kamerleden van beide zjjden onderhouden en beslist ontkend dat er eene geheime overeenkomst met Duitschland zou bestaan. Duluohland. Het is nu zeker dat spoedig na hervatting der zittingen, bjj den Duitschen Rijksdag het ontwerp zal worden ingediend betreffende eene ondersteunde stoombootlyn van Ham burg naar Zanzibar. Het denkbeeld; dat, naar men zegt, het eerst door de Transvaal werd opgeworpen, komt hierop neer, dat de booten dezer lyn Amsterdam zullen aandoen en door het Suezkanaal over Zanzibar naar de Dela- goabaai zullen varen. Wordt dit plan uitge voerd, dan zal de Transvaalsche regeering de voltooiing van den Delagoaspoorweg ver haasten. Duitsch kapitaal zou in deze onderneming het grootste aandeel hebben. Telegrammen. FRANKFORT a/d MAIN, 27 December. Te Eschersheim had gisteren eene brutale in-j braak plaats. Twee onbekende personen wisten zich des avonds toegang te verschaffen tot de woning van den gemeente-ontvanger Petry, die alleen thuis was. Zy overvielen den man, wondden hem met een messteek in de borst en namen uit de gemeente-kas ongeveer 2000 Mark. STUTTGART, 27 Decomber. Hsaennacht is te Mühlhausen aan den Neckar de groote kunstmolen van vrijheer Palm geheel verbrand. PARIJS, 27 December. De griep eischt nog steeds offers. In de laatste week was te wijzen op ongeveer tweehonderd sterfgeval len meer dan in dien tyd des vorigen jaars. Eergisteren stierven 312 personen, terwy! andere uren op dien dag gemiddeld 180 of 200 personen overleden. Van de aan griep gestorvenen verdient ver melding de heer Jolly, hoofdredacteur der „Moniteur universel". Volgens schatting lydt een derde der bevolking van Parijs aan de griep. Te Versailles stierven drie soldaten aan die ziekte. Ten platten lande eischt zy ook menschenlevens. BRUSSEL, 27 December. De gravin van Vlaanderen en prins Boudewyn zyn door de griep aangetast. PARIJS, 28 December. Volgens de „Autorité" bedroeg het aantal sterfgevallen te Parijs gisteren 393. LISSABON, 28 December. Koningin Amelia en de minister van buitenlandsche zaken Barras Gomez zyn door de griep aangetast.: In de hospitalen worden 2000 zieken verpleegd. NIEUW-YORK, 28 December. Het is niet waar, dat de minister van buitenlandsche zaken, Blaine, ten opzichte van het geschil tusschen Engeland en Portugal, zich openlijk ten gunste van Engeland heeft verklaard. NEURENBERG, 28 December. De „Gene- ral-Anzeiger" deelt een brief mede, gedag- teekend 8 October, door dr. Peters aan zyn broeder, die te Neurenberg woont, geschreven. Peters bevond zich toen reeds aan gindsche zjjde van de woestijn en had daar eon versterkt station gebouwd. Het land tot het Kema- gebergte was reeds onderzocht. Dr. Peters en zjjn metgezellen waren gezond en van voldoende levensmiddelen voorzien. Weerbericht (medegedeeld door het Kon. Ned Met. Instit.) Verwachting: Zuidoostenwind. Thermometerstand gisteravond om 8 urer i —4° Celsius =24.8° Fahrenheit; liedenmor- j gen om S uren 6° C. 21.2° F.'s middags 12 uren -3° C. 26.6° F.'s namiddags 4 uren - 2.5° C. 27.5° F.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1889 | | pagina 2