N". 9157,
Maandag 33 December,
A\ 1889.
gen fëoaraat wordt dagtlijks, met uitsondering
van fon- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 21 December.
DE BEDRIEGER.
DAGBLAD.
PRIJS DEZER OOURAUT:
Yoor Loün por t moondeo.1.19.
Franco por pooi.LM.
Aifeonderlgko Komxnon.94L
Officieel© KenniNgeTlngen.
\ationale militie.
Burgemeester en Wethouders van Leiden,
Gelet op artikel 19 der Wet van den 19den Aug.
861 (Staatsblad No. 72), botrekkeljjk do Nationale
lilitie
Herinneren bun, die op don lsten Januari 1890
,un 19de jaar zullen zijn ingetreden, en alzoo de
;eborenen in het jaar 1871, alsmede linn, die eerst
ia het intreden ran hun 19de jaar, doch vóór liet
olbrengen van hun 20ste, ingezetenen zyn geworden,
'e verplichting tot het doen van do aangifte Yoor de
.ation&le militie, in de maand Januari 1890.
Zij geven daarbij kennis:
dat, wie moet worden ingeschreven en wie voor
agezeten wordt gehouden, omschreven is bij do arli-
eleu 15 en 20 van genoemde wet, dus luidende:
Art. 15.
Jaarlijks worden voor de militie ingeschreven allo
aaDnelijke ingezetenen, die op den lsten Januari van
et jaar bun 19de jaar waren ingetreden.
Voor ingezeten wordt gehouden
lo. hij, wiens vader, of, is deze overledoD, wiens
soeder, of, zyn beiden overleden, wiens voogd inge-
eten is volgens de wet van doa 28sten Juli 1850
Staatsblad No. 44);
2o. bij, die, geen oudera of voogd hebbende, ge-
lurende de laatste, aan het in de eor6te zinsnede
an dit. artikel vermelde tijdstip voorafgaande, achttien
u&andcn in Nederland verblijf hield
3o. hij. van wieDB ouders de langstlevende inge-
:eten waa. al is zijn voogd geen ingezeten, mits hij
litrnen het Rijk verblyf houdt.
Voor ingezeten wordt niet gehouden de vreemde-
ing, behoorende tot eenen Staat, waar do Nedorlan-
ler niet aan den verplichten krijgsdienst is onder-
orpen, of waar ten aanzien der dienstplichtigheid
iet beginsel van wederkeerigheid is aangenomen.
Art. 20.
Hij, die eerst na liet intreden van zijn 19de jaar,
loch vóór liet volbrengen van zijn 20ste, ingezeten
vordt, is verplicht, zich, zoodra dit plaats heeft, ter
nschrijving aan to geven by Burgemeceter en Wot-
loudc-i's der gemeente, waar de inschrijving, volgens
rt. 16, moet geechieden;
dat. wie niot wordt ingeschreven, is bepaald bij
irt. 17, van den volgenden inhoud:
Voor de militie wordt niet ingeschreven:
lo. do in een vreemd Rijk achtergebleven zoon van
een ingezeten, die geen Nederlander is
2o. de in een vreemd Ryk achtergebleven ouder-
ooze zoon van een vreemdeling, al is zijn voogd
.ngezeton
3o. de zoon van den Nederlander, die ter zake van
'a lands dienst in 's Rijks overzeesche bezittingen of
';olonii.n woont;
dat, in welke gemeente men moet worden inge-
ïchreveD, te vinden is in art. 16 der wet, waarbij is
•erordend
De inechrijving geschiedt:
lo. van een ongehuwde in de gemeente, waar de
vader, of, is deze overleden, de moeder, of zijn bei
den overleden, de voogd woont;
2o. van een gehuwde of van een weduwnaar in de
gemeente waar hij woont;
3o. van hem, die geen vader, moeder of voogd
heeft, of door dezen is achtergelaten, of wiens voogd
buiten 's lands gevestigd is, in de gemeente waar hij
woont
4o. van den buitenslands wonenden zoon van een
Nederlander, die ter zake van 's lauds dienst in een
vreemd land woont, in de gemeente, waar zijn vader
of voogd het laatst in Nederland gewoond heeft.
Voorts, dat, door wie de aangifte moet worden ge
daan, te vinden is in art. 18, houdendo het voorschrift:
Elk, die volgens art. 15 behoort te worden inge-
PBUS DHR JLDVERTXLN TJLXLN:
Y«a 1—6 regel» 1.06. Iedere regel meer/0.17^.
Ctreotere lettere neer pleeteruimte. Yoor bet la-
eeaeeerea belten de cted wordt 6.19 berekend.
schreven, is verplicht zich daartoe bij Burgemeester
en Wethouders aan te geven tusscben don laten en
don 31sten Januari.
Bij ongesteldheid, afwezigheid en ontstentenis ia
zijn vader, of, ie deze overleden, zijne moedor, of,
zyn beiden overleden, zijn voogd tot het doen van
die aangifte verplicht.
Nog geven Burgemeester on Wothonders konnis
dat tot deze inschrijving zitting wordt gehouden
op hot Raadhuis, van dee voormiddags 10 tot des
namiddags 3 uren,
op Maandag 13 Januari, voor de bewoners van de
wyken 1, 2 en 8,
op Dinsdag 14
wyken 4 en 6,
op Woensdag 15
wijk 6,
op Donderdag 16
wijk 7,
op Vrijdag 17
wyken 8 en 9 of de buitenwijk.
Eindelijk dat de geboorte-akten, die de belangheb
benden bij de inschrijving, onder opgave der woon
plaats van den ingeschrevene, belmoren over te leggen,
dagelijks, do Zon- en Feestdagen uitgezonderd, zyn
te verkrijgen ter Secretarie dezer gemeente (afdee-
ling Burgerlijke Stand), van des voonniddahs 9 tot
des namiddags 3 uren, wanneer tevons Toor hen, die
hier niet zijn geboren, aanvrage ter verkrijging dier
akten kan worden gedaan.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, DE KANTER, Burgemeester.
14 Dee. 1889. E. KIST, Secretaris.
Hi9r ter stede is gisteravond plotseling
overleden de heer Adriaan Van Eek, bewaar
der van de hypotheken en het kadaster onzer
gemeente. Was hy in die betrekking zeer
nuttig werkzaam en daardoor, alsook om z(Jne
welwillendheid, reeds geacht door zijne stad-
genooten, ook op andere wijzen nog toondo
hjj die achting waardig te zyn en oen open
oog te hebben voor al hetgeen rondom hem,
zoowel in het dagelgksch leven als op politiek
en maatschappelijk gebied, voorviel. Menig
geschrift en artikel van zijne hand deed zien
met wien men in den heer Van Eek te doen
had. Meermalen werden zijne raadgevingen
op vergaderingen ernstig in overweging ge-
nomen en opgevolgd. Het departement Leiden
der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen zal
ook zijn heengaan gevoelen.
In hem verliest Leiden wederom een zijner
inwoners, waarop het met recht trotsch
mocht wezen.
Door den gemeenteraad van Zoeterwoude
is benoemd tot onderwijzer aan de openbare
lagere school aan de Heerenstraat de heer
I. Plantfeber, van Leiden.
De godsdienstoefening in de Ned.-Horv.
kerk te Leiderdorp zal Zondag 22 December
a. s. aanvangen des voormiddags te 10 uren
en geleid worden door den beer J. Gann
Dun, emeritus-predikant te Rijswijk, die ook
op den eersten Kerstdag op hetzelfde uur
aldaar hoopt voor te gaan; terwijl op den
tweeden Kerstdag, eveneens te 10 uren, dr.
G. Wildeboer, hoogleeraar te Groningen, voor
de gemeente zal optreden.
De gemeenteraden va» Oegstgeest en Zoe
terwoude hebben een subsidie toegekend aan
de afdeeling Leiden en Omstreken der Maat-
schappij tot bevordering der Bouwkunst voor
de door baar uitgeschreven wedstrijden van
handwerkslieden en leerlingen te Leiden en
omliggende gemeenten.
Blijkens het Jaarboekje voor het Notaris-
ambt voor 1890, z(jn tusschen 1 November
1888 en 1 November 1889 benoemd 28 nieuwe
notarissen en is er nog een voorraad van
1166 candidaat notarissen, waarvan 508 het
diploma nog niet langer dan tien jaren be-
zitten.
De in den aanvang dezes jaars opgerichte
„Oranjebond", welke zich ten doel stelt, „de
belofte van koning Willem I te verwezenlijken,
in de eerste plaats door wettige middelen
de geleidelijke afschaffing der conscriptie voor
te bereiden en in de tweede plaats de zedelijke
en stoffelijke lotsverbetering van Neerlands
zonen in gewapenden dienst", heeft een be-
roep op alle Nederlanders uitgevaardigd om
zich aan den Boud aan te sluiten en het door
dezen beoogde doel te helpen bevorderen.
Aan dr. J. H. Van 't Hoff, hoogleeraar
in de scheikunde aan de hoogeschool te Am-
sterdam, is eene zeldzame onderscheiding te
beurt gevallen. Op voorstel nl. van 12 buiten-
landsche hoogleerarsn, autoriteiten op chemisch
gebied, waaronder mannen als V. Meijer, A.
W. Hoffman, Ladenburg, Von Baeyer, Wis-
licenus e. a., is hem liet eerelidmaatschap
aangeboden door de Deutsche Chemische Go-
sellschaft te Berlijn, eene vereeniging van
scheikundigen, die ruim 3000 leden telt, over
de geheele wereld verspreid.
Met Van 't Hoff zgn o. a. eereleden van
het GenootschapBuüsen, Kirchhoff, Stas,
Gannizzaro, Gibbs en Frankland.
Door den minister van oorlog is het
toezicht op de handhaving der wet, hou-
dende bepalingen tot hst tegengaan van
overmatigon en gevaarlijken arbeid van
jeugdige personen en vrouwen, voor zooverre
de Rijkswerkplaatsen en fabrieken betreft,
opgedragenlo. aan den directeur der Ar
tillerie-Inrichtingen voor zooveel betreft: de
Stapelmagazijnen, de Constructiewerkplaatsen,
de Pyrotechnische werkplaatsen, de werk-
plaatsen voor draagbaro wapenen en de
geschutgieterij2o. aan den Hoofdinten
dant, voor wat aangaat de Rijks Centrale
Magazijnen van militaire kleeding, uitrusting,
enz.3o. aan den Inspecteur van den Ge
neeskundigen dienst der landmacht, voor
zooveel betreft het Rijksmagazijn van Ge
neesmiddelen.
Tuieede Kamer. In de heden gehouden
zitting werd de Spoorwegbegrooting aangeno
men. Bfj het Hoofdstuk-Waterstaat werd aan
genomen de post voor subsidie voor landbouw-
proef velden; door nieuwe regeling op de ver
zending van couranten en drukwerken zal de
verzending vergemakkelijkt worden, torwij!
voorgenomen traktementsverhoogingen onbil
lijkheden bij verval van emolumenten zullen
doen vervallen. Het Hoofdstuk-Waterstaat
werd daarna aangenomen.
Na politiek debat is het Hoofdstuk-Ko-
loniön verdaagd tot a. s. Maandag.
Blijkens een by het departement van
marine ontvangen telegram is Zr. Ms. scbroef-
stoomschip „Tromp", onder bevel van den
kapitein ter zee K. A. Stakman Bosse, op
19 dezer te Montevideo aangekomen. Aan
boord was alles wel.
Het stoomschip „Utrecht", van Rotter
dam naar Batavia, vertrok 19 Dec. van South
ampton; de „Zuid-Holland", van Rotterdam
naar Batavia, vertrok 20 Dec. van Suezde
„Schiedam", van de Plata-Rivier naar RotterJ
dam, is 20 Dec. te Boulogne aangekomen.
Bfj koninklijk besluit is de heer Willem
Prins, te Volp, gemeente Rheden, met al
zjjne wettige, zoo mannelijke als vrouwelijke,
afstammelingen in den Nederlandschen adel
verheven, met de praedicaten van jonkheer
en van jonkvrouw.
De adelborst 1ste kl. J. Birnie, dienende
by het eskader in Oostlndië, op zyn verzoek,
eervol uit don zeedienst ontslagen, met den
laatston der maand, waarin dat besluit ter
zgner kennis zal worden gebracht.
Aan den kapitein P. J. Callenfels, van het
2de reg. veld-art., vergunning verleend tot
liet aannemen en dragen der versierselen van
ridder der orde van het Legioen van Eer,
hem geschonken door den president der Fran-
sche Republiek.
Z. M. beeft benoemd: tot controleur der
directe belastingen, invoerrechten ea accgnzen
te Drachten, L. R. Wentholt, adjunct contro
leur derzelfde middelen te Rozendaal, en tot
adjunct controleur der dir. bel., invoerrechten
en accijnzen te Rozendaal P. C. v. d. Vliet,
ontvanger der dir. bel. en acc. te 's-Graven-
polder c. a.
Eene vertelling uit Eumenië van J. Kraner.
Door JOHANNA.
5)
Hij maakte eene veelbeteekenende beweging
met de hooivork. Capugul begreep hem en
ging heen. „Dat zal wel terechtkomen, oude
beer,1 bromde Capugol voor zich uit. ,,'t Is nog
t eenigst, wat men hier in het gebergte heeft.
Ware uwe Dragomira er niot.lieve tyd
dan zou ik vandaag nog wegloopen. Doch
nu zal ik het wel eene maand uithouden.
Pas maar op, Dragomira, dat ge op het laatst
zelve maar niet al te graag met mij spreekt
Do dienst was verre van gemakkelyk. Capu
gol voelde dat de oude het er op toelei hem
het leven oniraaglgk te maken en hem, zoo
mogeiyk, te dwingen weg te loopen.
De boer, die de Bojaren op goeden grond
van ganscher harte haatte, was grof; de her
ders dreven den spot met den „stedeling";
Dragomira liet zich zelden zien en dan nog
maar ter loops, als een dwaallichtje; zg ver-
meed hem zooveel zg kon. Capugol was ter
neergeslagen; de eerste twaalf dagen kwamen
hem als even zooveol maanden voor.
Eindeiyk schoen er eene verandering ten
goede te komen, want eindelyk, op den der-
tienden dag, toen hg reeds vroegtgdig onder
de schapen zat, verscheen opeens Dragomira.
„Nu, hoe bevalt het u bg ons, Bojar?"
Wekenlang had Capugol, om den spot der
herders te vermyden, zyn lorgnet niet durven
opzettennu poetste hy de glazen er van e»
draaide de punten van zyn snorbaard onrustig
tusschen zyne twee vingers
„Buitengewoon slecht, Dragomira; wel be
dankt voor uwe belangstelling 1"
„Dat spyt my, Bojar, maar hoe kondt ge
ook zulk eene dwaze weddenschap aangaan
„Weddenschap? Welk eene weddenschap?"
Hg hield zich verwonderd, doch moest wel
dra de waarheid zeggen, toen Dragomira hem
zoo spottend bleef aanzien.
„Die met den beer! Ge moogt u verheugen,
Bojar, dat go ze verloren hebt. Anders waart ge
wel uw levenlang hier niet in de gezonde
berglucht gekomen. En die doet u, zooals ik
zis, veel goed. Toen ge hier kwaamt, waart
ge zoo wit als een muur; ge hadt byna geen
bloed en evenmin kracht."
„Ik had medelyden met u en toch moest ik
lachen. Vandaag ziet ge er geheel anders uit
er is meer uitdrukking in uwe oogen en ge
hebt meer kleur! Alle eer aan de berglucht;
zóó ziet ge er ten minste nog draaglgk air."
Capugol voelde zich gestreeld; weder deed
hg eenige stappen naar h9t schoone meisje
en weer greep hg haar «nder de kin, doch
weer voelde hg een harden slag op zgne hand.
„Gg zyt eene kleine heks, mooi - doch ruw 1
Wie geeft nu toch dadeljjk iemand een klap?"
„Dus liebt ge de weddenschap met den'beer
verloren?" vroeg zy kalm, alsof er niets bg-
zenders ware gebeurd.
„Hoe weet gg het dan?"
„O, zoo iets gaat als een loopeud vuur rond,
niet zooals in do stad van mond tot mond,
maar van „bsrg tot berg". Ook heeft Peter er
my van verhaaldwat heeft hg gelachen 1"
„Peter, hoe kan ik weten, wie die Peter is?"
„Dat is myn bruidegom, die arme kerel!"
„Arme kerel? Arm, omdat hg uw bruide
gom is Capugol 's gelaat nam op het bericht,
dat Dragomira verloofd was, eene misnoegde
uitdrukking aan. s
„0, neen, maar hg is bg de Dorobanzen en
moet tot straf langer dienen, omdat hy te
laat is gekomen, dien dag van do berenjacht.
Waarom lacht gg?"
Er speelde workelgk een lach om de lip
pen van Capugol, doch het was een boos-
aardige lach.
„Omdat de brutale, gemeene jongen het
verdient, myn kind!"
Dragomira' zag hom met groote oogen aan
„En wat heeft hg u misdaan, Bojar?"
„Mij, my eigenlgk niets; dat zou ook niet
raadzaam geweest zgn; ik kan hem wel aan 1"
Dragomira deed een schaterend lachen
hooren.
„Gy? Gg kunt Peter wel aan? Gy, met
uwe fijne handjes Dat is nu te gek om van
te spreken. Peter kan met zgne ééne hand
tien hoertjes, als gg zgt, aan. Zwak is hy niet,
en laf nog minder."
„Wil ik u eens wat vertellen? Luister dan
maar: ik heb met mgne eigen oogen gezien,
dat hg een boerenmeisje kuste, dat hg' onder-
weg ontmoette."
Zy zag hem een oogenblik verwonderd aan,
alsof zy hem niet goed verstaan had. Doch
weldra zeide zg kalm
„Met uwe eigen oogen hebt ge het gezien,
met alle vier Loop heen dat geloof ik niet
ge Spreekt onwaarheid, want dat doet Peter
niet. Ik begin nu ook te golooven, dat valer
gelyk heeft. Hg zegt altoos, dat gg, Bojaren,
niet deugt!"
„Dus ge maakt er u in het geheel niet
ongerust over, Dragomira?'
(Wordt vervolgd.)