DAGBLAD. N°. 9139 Maandag S JOe<ce32il>ei*. A*. 1839, fëcurant wordt dagelijks, met uitzondering van gfin- en feestdagen, uitgegeven. Bericht. Leiden, 30 November. Feuilleton. HET CEHEiM PRIJS DEZER COURANT Toor Leidon per 8 maandenJ l./O. Franco per port1.40. Afrondorlijke Nommera...♦...T.0.05. PBUS DIB ADVEBTINTTEN: Tan 16 regelt 1.01. Iedere regel meer 0.174. Grootere lettere naar plaataraimte. Toer het in* oateeeren botten de rted wordt 0.10 berekend. De PrentenboekeD, welke als Premie op het Lridsch Dagblad waren aangeboden, zyn uitverkocht. De onlangs by het vierde regiment infan terie nieuw benoemde tweede luitenants wer den hedenmorgen voor het front der troepen op de binnenplaats der Morschpoort-kazerne door den kolonel Alings, garnizoens-eomman- dant, beöedigd en geïnstalleerd. Na afloop maakten de troepen met de muziek en het regiments-vaandel oene militaire wan deling door de stad. Hedenavond wordt den nieuwen officieren in het „Hotel Levedag" door hunne oudere collega's een diner aangeboden, bestaande uit vyftig couverts. Het gemeentebestuur van Voorschoten heeft, nadat de Raad een subsidie aan de afdeeling Leiden en omstreken der Maatschappij tot bevordering der Bouwkunst voor de wed strijden van handwerkslieden en leerlingen te Leiden en omliggende gemeenten om verschil lende redenen niet kon toestaan, en privé eene som van f 34 bijeengebracht, om namens de gemeente Voorschoten als bewijs te strek ken, dat de pogingen der wedstrijd-commissie op hoogen prys worden gesteld. Het correspondentschap voor de omliggende gemeenten van de wedstrijden is tot heden bereidwillig aanvaard door do hesrenC. Korteweg, burgemeester te Hazerswoude; M. Splinter, bouwkundige te Leiderdorp; C. Pannevis, id. te OudehoornJ. Guldemond, id. te Sassenheim; J. P. Schmal, id. te Voorschoten en J. Jongeneol, id. te Koudekerk. Het Nuts-Departement Abbekerk on Lam- bertschaag (N.-H.) heeft aan de Kweekschool voor Bewaarschoolhouderessen te Leiden eene jaarlyksche bijdrage toegezegd van tien gulden. Tegen 1 Januari 1890 is door burge meester en wethouders van Zoeterwoude op zijn verzoek eervol ontslag verleend aan den heer A. P. Vreeburg als brandmeester bij spuit No. 1, met dankzegging voor de aan de gemeente in genoemde betrekking bewezen diensten. Naar men verneemt, zal de legerplaats te Zeist gedurende eenigen tyd betrokken wor den door eene afdeeling genietroepen, ten einde proeven met het kruit zonder rook te nemen. De vacatuur-gelden by de zoogenaamde kleinere Protestantsche kerkgenootschappen van den Inspecteur van Politie. 94) De zitting van het hof zou niet vóór het eind van Januari plaats hebben. Power had alzoo tijd genoeg om de zaak, die hem zoozeer tor harte giog, te onderzoeken bij bleef gelooven dat Jacob Stanley hem de inlichtingen zou kun nen verschaffen, die Sint-Alba in zijne handen zou leveren. Ongelukkig genoeg had men van den man Eelf verder geen spoor ontdekt. H{J was ver dwenen niemand wist waarbeen! De jonge detectives, die als neefjes van Tom Brusel by juffrouw Kelly waren ingekwar tierd, hadden evenmin eenig nieuws weten te vertollen. De vrouw van Stanley bleef steeds hetzelfde geheimzinnige wezen van vroeger. Zy zag niemand en ze ontving niomand en trachtte met het maken van kunstbloemen in haar onderhoud te voorzien. Een paar malen hadden de detectives haar naar Fieldstraat zien gaan; ze was echter aan Sint-Alba's hui3 op dezelfde wyzo als den eerston keer ontvangen en keerde met een diep verslagen, teleurgesteld gezicht naar huis. In den laatsten zyn niet voorgoed opgeheven. Wel bestaat by den minister van financiën het voornemen voortaan voor niet langer dan twee jaren na het kwartaal, waarin de vacature ontstond, die vacatuurgelden toe 'te staan. Om ze niet in ongelegenheid te brengen, zegt de minister, hoeft hy ze daarvan tydig in kennis gesteld. V.) Naar de meening van den minister vaa oorlog in het Regeeringsantwoord op het Voorioopig Verslag betreffende de vestingbe- grooting voor 1890, ïydt het geen twyfel of wanneer eene visschershaven te Scheveningen mocht worden gebouwd, de haven deor een fort zou moeten worden verdedigd. Ook de memorie van antwoord op het Afdeelingsverslag betreffende de begrooting van oorlog is verschenen. De minister uit de hoop, dat binnen korten tyd het ontwerp, voor eene nieuwe wettelijke regeling vaq den dienstplicht by de Staten-Generaal in behan deling zal komen. Het stoomschip „Gelderland" arriveerde 28 Nov. van Rotterdam te Batavia; de „Morapi," van Rotterdam naar Batavia, ver trok 29 Nov. van Marseillede „Noord- Holland" arriveerde 29 Nov. van Botterdam te Batavia. liet Leldsche Studenten-tosneel. Entre ces deux mon coeur balance gold gis teravond ongetwyfeld voor velen onzer inge zetenen, die de keuze haddon tnsschen de Boiróe, door „Fraaie Kunsten en Wetenschap pen" georganiseerd, en de gastvoorstelling, door de Studenten-afdeeling van het Nederlandsch Tooneelverbend hun aangeboden. Welk kunstgenot zy, die aan het eerste de voorkeur schonken, ook gesmaakt mogen hebben, toch zullen de schouwburgbezoekers in geen enkel opzicht den avond betreuren. Ook zy hebben genoten, maar tevens be wonderd. Het eerst werden wy vergast op „Een party Piket" van Fournior en Meyer. Een groot bezwaar was aan het welslagen van dit too- neelspel verbonden; het kan namelyk niet bepaald op nieuwheid bogenjarenlang heeft het gestaan op het repertoire van elke rede rijkerskamer, van iedere dilettanten-club. Wy houden ons dan ook overtuigd dat het den meesten der aanwezigen reeds bekend was. Eene uitstekende opvoering is by zulk eene gelegenheid het eenige middel om nog eenige belangstelling te kunnen opwekken. Wy ver heugen ons te kunnen mededeelen dat dit doel volkomen bereikt is geworden. Wy hebben zelden zulk een natuurlijk goed tijd scheen het, dat zy deze bezoeken uit wanhoop had opgegeven en zy had al haar bast gedaan om meer werk van don bloemen winkel te krygen. Sedert juffrouw Kelly hare andere kamers zoo voordeelig had verhuurd, was zy voor de nalatige betaalster veel minder streng geworden en scheen het inderdaad alsof Brusel's voorspraak haar medelyden had opgewekt. Zy viel juffrouw Stanley althans niet meer lastig en liet haar in het rustig b3zit van het zolderkamertje. Voor het overige kon men van deze zyde geen licht meer verwachten. Alle pogingen van de jonge detectives, om met haar in ge sprek te komen, waren op hare etilzwygend- heid afgestuit en zy hadden de zaak als hopeloos moeten laten varen. Het gedeelte van de taak, hetwelk de heer Hunter op zich had genomen, had wel niet veel, maar toch eenig nieuws aangebracht, waaronder vooral één feit van groot belang scheen. Toen de heer Hunter zyne navraag naar den ouden Italiaanschen uitgewekene Sant-Alba begon, bleken er onder zyne club vrienden nog enkelen te zyn, die zich den zon derling herinnerden. Een paar, die hem van naby gekend hadden, waren zelfs in staat den heer Hunter vry volledige inlichtingen te verschaffen. De heer Sant-Alba leefde in Londen van ingestudeerd spel gezien als de vertolker van „Ridder de la Rocheferrier" gisteravond ten beste gaf. Tot in de kleinste, geringste détails bleef hy zyne rol getrouw. Zyn leunen met uitgestrekte vingers op de tafel, by het verryzen uit zyn zetel, het beven by het op nemen der kaarten, het eigenaardig schudden, dat alles teekende keurig en uiterst nauw gezet den ouden, afgeleefden grijsaard, terwyi die deftige kalmte, dat duideiyk en met ze keren nadruk uitspreken der woorden, den trotschen hoogmoed by uitstek goed karak teriseerde. De vlugheid, de rapheid van tong, het min der gezette, meestal eigenschappen van jonge lieden en welke het hun meestal onmogeiyk maken om de ouderen van dagen te typeeren, heeft deze Minerva-zoon geheel en al kunnen overwinnen. Hy teekende niet meer den grijs aard, hy bad zichzelven daarin herschapen. Uitstekend werd hy ter zyde gestaan door zyn vriend, den gewezen koopman Mercier. Deze speelde los, vry en ongedwongen. De brave, doch een weinig hartstochtelyk driftige man, kwam ook by hem volkomen tot zyn recht. De kleine twisten onder en over hot kaartspel, de daaruit gevolgde oneenigheden van ernstigen aard, door dit tweetal aan- schouweiyk voorgesteld, verdienen dan ook een meer dan byzonderen lof; het waren keurige tooneeltjes. Raimond en Roea vorm den ontegenzegiyk een knap paaralleen hadden wy wat meer liefde gewonscht. Be minnende wezens leggen over het algemeen moer bezieling aan den dag, als wy gieter avond van hen mochten aanschouwen. Hadden wy zooeven de krachten van een dor acteurs bewonderd, in „Archeologen" konden wy hem onze hulde brengen als auteur. Het geheel schotst ons een aan eene verzamelingsmanie van oudheden lydenden man, die door een nietswaardig, zedeloos individu op alle mogelyke wyzen geëxploi teerd wordt. Niet alleen dat deze hem val- sche munten, onechte pullen en potten voor groote sommen verkoopt, niet alleen dat hy door den invloed van zyn slachtoffer weldra eene goed gesalarieerde betrekking zal ver krijgen, hy staat zelfs op het punt diens dochter en tevens haren bruidschat naar het altaar te voeren, als hy zich opeens ontmas kerd ziet door een braven, kundigen, doch ietwat bescheiden jongen man, die natuurlyk hu betrekking en dochter krygt. Het stuk was flink opgezet, ryk aan actie en met levendige dialogenalleen konden de monologen, vooral in de eerste acte, oenigs- een jaargeld, dat hem door zyn ouderen broeder, graaf Sarit-Alba, het hoofd der familie, die zich buiten de samenzwering had ge houden en derhalve in het vollo b6zit zyner goederen en zyne vry hoogo staatsbetrekking was gebleven, verstrekt werd. Na de omwen teling en de troonsbeklimming van Victor Emmanuel, als koniDg van Italië, was ook de samenzweerder natuurlyk weder in het bezit van zyn eigendom gesteld en kon hy ongehinderd en zelfs met eere naar zyn vader land terugkeere». De vele jaren, welke hy in Engeland had doorgebracht, hadden hem echter voor het land zyner ballingschap eene groote voorliefde doen opvattenhy had er zich tal van oprechte vrienden weten te verwerven en gaf er thans de voorkeur aan, er ook als onafhankelijk burger te bly ven wonen. Zoo had hy nog eenige jaren in Londen vertoefd, tot hy oindelyk op een pleizierreisje naar Frank- ryk in Parys ziek geworden en gestorven was. De clubvriend, van wien de heer Hunter deze byzonderheden vernam, had den Italiaan zeer van naby gekend en wist van zyne levens manier een zeer belangwekkend feit te verhalen, dat de moeite dor overdenkiog wel waard was. Hy had Sint-Al'oa, dio steeds ongetrouwd was gebleven, nu en dan op zyue kamers bezocht en by die gelegenheden eene enkele zins verkort worden ook van de ontmaske ring van den pseudo-archeoloog had schryver, volgens onze bescheiden meening, meer party kunnen trekken. Wat het spel betreft, kunnen wy ditmaal aan alten? zonder eene enkele uitzondering, onze oprechte hulde brengen. Kranig en met humor werd ons de aan verzamelingswoede lydende maniaque voorge steld met zyne eigenaardige pedanterie en met zyn zelfbewustzyn over zyne archeolo gische kennis. Geheel en al uit het leven ge grepen, geheel aan de natuur ontleend, was de verlegen, schuchtero jonge man, meer ver trouwd met z'n boeken, meer tehuis in z'n bibliotheek, dan wel in de wereld. Het was werkeiyk een prachtig type, dat ons deor Tictor Tholen voor oogen werd gesteld. Hoewel niet vry van eenige charge, werd niettemin de rol van den pseudo-archeoloog recht vermakelyk weergegeveneene alge- meene, telkens zich herhalende hilariteit be- wees den speler hoezeer zyne geestige vertol king op prys werd ge6told. Niettegenstaande ook hier de lieftallige Ella met zijn eigen geslacht te kampen had, werd het onnatuurlyke tamelyk natuurlyk ge schetst. Ella was vryer, meer ongedwongen in hare beweringen dan hare kunstmatige zuster in het vorige stuk. Hoogst karakteristiek was de oude huis knecht met zyne gebogen knieën, met zyne klaagliederen over den omgewoolden moestuin en met zyn telkens herhaald besluit, het huis, waarin by zoo lang gediend had, te zullen vei laten en waarvan hy toch niet scheiden kon. De bepaald zware rol was goed opgevat en werd tot het einde toe uitstekend volge houden. Ten slotte kregen wy nog te zien eene schets: „Op het Postkantoor", van G. Keiler, dat aan hetzelfdo euvel mank gaat als het eerste tooneelspelook dit namelyk kan niet op nieuwheid bogen. Ook hier echter vergoedde het spel aliosook hier onze bartelyke geluk- wensohingen aan alle medespelers, maar in het byzonder aan den volontair Mens; ook bier was deze geheel in zyne kracht als aan bidder der vrouwelyke sekse. De grime van allen was onverbeterlyk. Het geheel is oen ryke triomf geweest; wy hopen nog dikwyls van zulke overwin ningen getuigen te mogen zyn. De lange pauzes werdon, als gewooniyk, opgevroolykt door de nationale liederen van onze jonge zeehelden. 30 Nov. 1889. Mr. L. H. maal een jongmenscb, eigenlyk nog een jongen, ontmo6t, mot oen doDker gekleurd, zeer fraai en uitdrukkingsvol gelaat, die door den Italiaan „myn Zigeuner" genoemd werd. Do Italiaan had hem verteld, dat hy den jongen oorspronkelyk alleen om zyn prachtig gezicht by zich had genomen, ten einde hem als model te dtieneo (het was algemeon bekend, dat de Italiaan voel aan de schilderkunst deed), maar dat hy later zich meer aan den knaap had gehecht, die zich door groote be- vatteiykheid en niet allodaagschen aanleg zeer van de gewone landloopers onderscheidde, en dat hy er dorhalve sterk over dacht, den jongen eene goede opvoeding te geven en voor zyn» toekomst te zorgen. Hy vond de gedachte verschrikkeiyk, dat zulk een jongen weder onder zyn volk zou moeten terugkeeren om tot een vagebond op te groeien, terwyl hy het verhinderen kon, hy had geene naaste familie, behalve zyn ouderen broeder, en die was ryk genoeg; by kon dus doen met zyn eigen geld, wat hem goed dacht. Dit bericht gaf, zooals wy reeds zeiden, zeer veel te denken. Het verklaarde althans veel, dat tot nu in het duister was gebleven. (IVordl vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1889 | | pagina 5