N°. S130.
l>on<lci,{las: 31 November.
A\ TS39.
(Jouraat wordt dagelijks, met uitzondering
van fon- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 20 November.
F'eiailiefon.
HETGEHEIM
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
▼cor Leiden per S muiidiD1.V0.
Franco per post1.40.
Aüsonderlgke Nommen..7.7.r.~«.7.~.0.05.
PRUS DER ADVRRTHNTIEN:
Ten 1—6 regola/1.0». Mtn regel meer/0.17|,
Oreoiere lettere neer pleeteroimte. Toer het in*
oeseeeren buiten de eted wordt 0.10 berekend.
Naar ons uit Parys wordt gemeld, is de
ook hier te lande welbekende predikant Eugène
Bersier te Parijs plotseling overleden. Gister
morgen werd hy dood in zyn fauteuil gevon
den. Gelijk men weet, was hij de ontwerper van
het plan om voor den kolonel De Coligny, die
voor den Hervormden godsdienst in Frankrijk
zulk eene gewichtige rol speelde en dit met
den dood moest bekoopen, een monument op
te richten.
Ds. N. 03ti, predikant bij de Ned.-Herv.
gemeente te Warmond, zal Zondag a. s., des
avoods te zes uren, van zijne gemeente afscheid
nemen en daarmede zijn ambt als evangelie
dienaar nederleggen. Hy hoopt zyn rusttijd
te Haarlem door te brengen.
De vergadering der Tweede Kamer was
gisteron belegd, ten einde de trekking der
afdeelingen te doen plaats hebben. De afdee-
lingen kozen tot hunne voorzitters de heeren
De Geer van Jutfaas, Verniers Van der Loeft,
Schimmelpenninck van Nijenhuis, W. K. Van
Dedem en De Savornin Lohman, en tot onder
voorzitters de heeren Clercx, Mees, Eeekers,
Van Houten en W. Cremers.
Den heer Reekers werd de gelegenheid ge
geven, zijn wetsvoorstel tot opheffing van het
verbod tot visschen met don wonderkuil mon
deling toe te lichten; de toelichting bepaalde
zich tot eene verwijzing naar de by het wets
voorstel gevoegde Memorie van Toelichting.
Het laatste deel van de vergadering der
Kamer werd gehouden b(j kunstlicht. Voor
het eerst deed daarbij de electrische verlich
ting dienst. Een zeventigtal gloeilampjes langs
de wanden der kamer, vóör de tribune der
verslaggevers on onder de gereserveerde
tribune aangebracht, maakte een goed effect.
De ministerstafel werd door twee verplaats
bare lampen, elk met een tweetal gloeilampjes,
de zitplaatsen van voorzitter, griffier en com
miezen-griffier werden door een tweetal gloei
lampjes verlicht.
Deze eerste toepassing van het electrische
licht werd door de leden met eenig applaus
begroet.
Voorloopig heeft men het gaslicht er nog
bijgehouden voor het geval er eens iets aan
het electrische mocht haperen, ofschoon daar
over geene klachten worden vernomen.
Tegenover de verslaggevers der dagbladen
heeft de huishoudelijke commissie zich zeer
verdienstelijk gemaakt door het nieuwe licht
op de journalistentribune aan te brengen in
groene kelken, die op den lessenaar een licht-
van den Inspecteur van Politie.
70)
Hoewel nog steeds eenige verlegenheid
voorwendende, volgde Brusel intusschen de
huisvrouw, die door de gedachte, dat hare
nalatige huurster haar misschien in den
weg zou kunnen staan by het behalen van
zulk eene zekere winst zich gaandeweg
meer en meer had opgewonden en thans
tot een graad van woede was gekomen, die
geene aangename ontmoeting voorspelde.
Zy klopte hard aan de deur en stak,
zonder antwoord af te wachten, haar hoofd
naar binnen met de aankondiging:
„Juffrouw Stanley, kom eens even hier,
ik moet u spreken!"
„Juffrouw Stanley; we hebben haar!"
dacht Brusel zegepralend by zichzelven.
XXI.
De deur werd geopend en dezelfde have
loos gekleede vrouw met het bleeke, uitge
teerde gelaat, die Sint-Alba's woning in de
Fieldstraat had opgezocht, verscheen op den
drempel.
groen, zacht licht werpen, dat weldadig voor
de oogen is.
De keizer van Duitsehland, koning van
Pruisen, heeft den adjudant van den koning
der Nederlanden, den luitenant-generaal jbr.
Verspyck, verleend de orde van den Rooden
Adelaar lste klasse, met briljanten, en den
Koninklyken Nederlandschen eersten luitenant
en ordonnance-officier graaf Schimmelpenninck
die orde der 4de klasse.
Dr. Ph. J. Hoedemaker te Nyland heeft
bedankt voor het beroep naar de Ned.-Herv.
gem. te Dordrecht en aangenomen dat naar
Amsterdam.
Mr. F. V. Engelenberg, vroeger mede
werker aan het „Haagsche Dagblad," onlangs
naar Zuid-Afrika vertrokken, is, naar het
„Dbl." meldt-, opgetreden als hoofdredacteur
van de te Pretoria verschynende „Volksstem."
Gemengd Nieuwe
Naar wy van bevoegde zyde ver
nemen, heeft de Leidsche politie en daarna
de justitie uit 's-Gravenhage een onderzoek
ingesteld naar de oorzaak van den kortelings
plaats gehad hebbenden brand in het Noord
einde alhier.
Voor liefhebbers of beoefenaars
van het biljartspel valt hier heden weer heel
wat te profiteeren.
Het door den eigenaar van het „Hotel Bel-
levue", den heer Borgerding, uitgeschreven
nationaal biljart-concours heeft vanmiddag
een aanvang genomen.
Deze wedstryd is in werkelykheid nationaal,
want de uitnoodiging tot deelneming er aan
is uit verschillende streken van ons land be
antwoord geworden.
Tegenwoordig zpn er corypheeën op het ge
bied van het biljart-spel, alsBuis, van Am
stelveen Bierling, van Groningen Torpstra,
van Ferwind (Friesland); Van der Breggen,
van Nieuwveen; Verkley en Koning, beiden
van Amsterdam; terwyi ook Leiden, Leider
dorp, Gouda, Rotterdam, Alfen aan den Ryn,
Rynsburg en De Bilt (Utrecht) vertegenwoor
digd zyn.
De vredelievende stryd was hedenmiddag
reeds vinnig. Prachtige partyen werden er
gemaakt, soms met seriën van 60 a 70 pun
ten. In de laatste party b. v. bracht de heer
Hulst, toen zpn tegenstander reeds 74 punten
had en by zelf pas 28, het achter elkaar tot
het eind. -
Het volgend volledig staatje geeft een over
zicht van den stand der verschillende partyen,
toen er 80 punten werden gespeeld
Op het zien van den langen, vreemden
man scheen de bewoonster van de kamer
te verschrikken, en een oogenblik was zy
van plan terug te treden om de deur te
sluiten, maar de driftige huisvrouw voor
kwam haar.
„Neen, neon, dat gaat zóó maar niet!"
riep zp op nydigen toon. „Deze heer wil de
kamer zien."
„Maar juffrouw Kellybegon de arme
vrouw smeekend.
„Sehei maar uit met je juffrouw Kelly!"
antwoordde de andere woedend. „Daar heb
ik genoeg van. Deze heer wil de kamer
zien en ik zal ze hem laten zienbegrepen
Ik zal toch met myn eigen goed wel mogen
doen, wat ik verkies? Wil je vry zyn op je
kamer, betaal dan de huur; maar zoolang
je my niet betaalt, is de kamer van my en
heb je er niets over te zeggen. Als je dat
maar bogrtjpt!"
„Maar ik wil niets liever doen, dan u
betalen!" hernam de huurster op denzelfden
onderdanigen toon. „U zult geen cent aan
my tekort komen, dat verzeker ik u. Geef
my alleen nog wat tydheb nog een weinig
geduld."
„Geduld?" herhaalde de helleveeg. „Ge
duld? Eene mooie grap! Alsof ik nog geen
Namen der spelers. A«nt»i imnten.
1. N. N., Leiderdorp, (Boland) .45 80
2. H. C. Huurman, Gouda. 80 44
3. W. Buis, Amstelveen 80 80
4. D. Van Huurlingen, Rotterdam 89 46
5. R. Bierling, Groningen 80 55
6. W. v. d. Breggen, Nieuwveen .47 80
7. H. A. Linssen, Rotterdam 80 80
8. C. Toor, Alfen aan den Ryn .67 70
9. N. Verkley, Amsterdam. 80 83
10. Jos. Bö3smann, Rotterdam. .40 24
11. De Koning, Amsterdam. 80 80
12. A. Steenhauer, Leiden 60 29
13. A. Uitenbogaard, Rynsburg .18 36
14. T. Terpstra, Ferwind |(Friesland). 80 80
15. H. M. Hulst, De Bilt (Utrecht) 80 80
16. J. Steenhauer, Leiden 51 28
Zooals hieruit biykt, moest voor enkele
spelers, daar zy van de eerste twee partyen
er ieder ééne gewonnen hadden, eene derde
party uitmaken wie de sterkste was, nl. resp.
tusschen No. 1, die toen 78 en No. 2, die
80 punten, en tusschen No. 5, die toen 80 en
No. 6, die 79 punten maakten. Ze gaven
elkaar dus heel weinig toe.
Enkele partyen duurden nog geen 10
minuten.
Hedenavond om halfzeven wordt de wedstryd
tusschen de aangeblevenen voortgezet. Dit be
looft natuurlyk nog interessanter te worden^
Een talryk publiek was hedenmiddag tegen
woordig.
Een eerste luitenant van de
artillerie uit Den Haag, die hedenochtend
laDgs den Ouden Scheveningschen weg te
paard reed, had 't ongeluk dat tusschen de
Badhuis- en Duinstraten het dier uitgleed,
waardoor de ruiter over bet paard heen werd
geworpen en zóó onzacht op de steenen
neerkwam, dat hy ernstig in 't gelaat en
aan het linkerbeen werd gekwetst.
Opgenomen in het nabygelegen Haagsch
Koffiehuis, werden hem door dr. Van der
Sluis de eerste zorgen verleend, waarna de
gewonde naar zyne woning in de Malakka-
straat te 's-Hago werd vervoerd.
Door de politie te Haarlemis
aangehouden Cornelis Berondrecht, oud 49
jaren, los werkman, geboren en wonende al
daar, die zich had schuldig gemaakt aan ver
duistering van ruim 10 gulden, zynde do
opbrengst van 5 halve hectoliter aardappelen,
welke hy voor een Zandvoorder had bezorgd,
maar het geld niet verantwoord. By zyne
arrestatie had hy nog 3lechts één gulden
daarvan in zyn bezit. Hy heeft reeds vroeger
wegens diefstal gevangenisstraf ondergaan.
geduld genoeg had gehad 1 En waar moet
ik dan van leven, met myn man en de
kinderen Myn man heeft van de week geen
cent verdiend. Geduld? Denk je soms, dat
de huisbaas en de ontvanger van do be
lastingen van my geduld hebben, als ik ze
niet betalen kan? En heb ik geen geduld
met je gehad, omdat je by hoog en by laag
zwoer, dat ik vandaag het geld zonder fout
zou krygen Waar is het nu?"
„Ik ben zelve zoo vreeseiyk teleurgesteld,
geloof my, juffrouw; ik meendo er zoo zeker
op te kunnen rekenen, - 't is waariyk myne
schuld niet; ik heb gedaan wat ik kon."
„O, jawel! het oude liedje: zoo vreeselyk
teleurgesteld! Och, och! Ja, dat kennen
we, hoor! Je denkt zeker dat ik my nog
langer door je mooie praatjes voor den gek
zal laten houden. Maar dat is mis! Deze
meneer denkt er over de kamer te huren,
en als ze meneer aanstaat, dan verhuur ik
de kamer en dan kun jy ophoepelen. Ver
staan?"
Brusel achtte het oogenblik niet onge
schikt om tusschenbeide te treden.
„Het doet my inderdaad leed," zeide hy,
met eene kleine buiging tot juffrouw Stanley,
„dat ik u overlast heb veroorzaakt. Ik vraag
er u ver3chooning voor."
Het slachtoffer van denbrand
in de Huidenstraat te Amsterdam, het dienst
meisje, dat in het gasthuis wordt verpleegd,
heeft gisteren de amputatie van haar linker
been ondergaan. Het meisje verklaart dat
hare meesteres, van wie bekend is dat zy
somwyien aan vlagen eener tot dusverre
echter nooit gevaarlyk gebleken verstands
verbijstering leed, de oorzaak van het onheil
is geweest, waarby zyzelve den dood gevonden
heeft. Het meisje had het eerst don brand
bespeurd en riep hare meesteres, die haar
toen als eene zinnelooze met brandende lucifers
in het gezicht begon te werpen. De ongelukkige
was wakker, toen de dienstbode ontwaakte,
en toen deze laatste wilde ontvluchten, trachtte
zy haar in de kast te duwen, waar de brand
ontstaan was. De dienstmaagd worstelde zich
los en ontrukte het jongste kind aan het
geTaar, waaraan het in het byzyn der moeder
blootstond. De arme krankzinnige schynt zich
daarna weer te bed begeven en alzoo den
dood gevonden te hebben.
Te Rotterdam werd 's morgens
ontdekt dat een gevangene uit de cellulaire
gevangenis trachtte te ontvluchten, door zich
langs een touw uit zijne cel, welke op de
bovenste verdieping was gelegen, neer te
laten. Het werd echter nog intyds bemerkt
en hy naar eene andere cel overgelracht, waar
hy nu byzonder scherp wordt bewaakt. De
man was een halfjaar geleden in de gevan
genis gekomen, om daar achttien maanden
te verblyven. De bezigheid, welke hem werd
opgedragen, was het stoelenmakon. Het blykt
thans dat hy sedert lang een gedeelte van
zijn tyd besteed heeft aan het wegkrabben
der kalk tusschen de steenen van den dikken
buitenmuur zyner cel. Met ongelooflijke in
spanning heeft hy daarin met behulp der
els, welke hem als gereedschap voor zyn
ambachtswerk was verstrekt, een gat uitge
hold, groot genoeg, om ee» menschelyk
lichaam door te laten. Wanneer de cipier
kwam, plaatste hy de uitgehaalde steenen
weer zóó netjes in het gat, dat dit in het
geheel niet werd opgemerkt. Zondag-morgen,
toen een zware mist over de stad hing, achtte hy
het oogenblik gunstig, om de vlucht te be
proeven. Hy werd echter ontdekt en gevat,
zoodat zyn maandenlange zorg en arbeid
alleen een verscherpt toezicht ten gevolge
zullen hebben. Het pl3n was wel romant sch,
maar in realiteit onmogelyk: eenmaal buiten
het gebouw gekomen, zouden de hooge wal
meren, de schildwachten, de grachten onover
komelijke hinderpalen gebleken zyn. (Maasb.)
Op het vernemen van den beleefden, wei-
willenden toon, dio de behoeftige vrouw on ge-
twyfeld sedert jaren ontwend was en die haar
wellicht aan betere dagen herinnerde, kleurde
een vluchtig rood haar gelaat, maar zy ant
woordde mot geen enkel woord.
Het deed den goedhartigen detective in
waarheid van harte leed, dat hy de vrouw wil
lens en opzettelijk het onaangename tooneel
op den hals gehaald had. Het was hem duide
lijk genoeg, dat zy in de diepste armoede ver
keerde en zich daarenboven in de macht van
eene inhalige, schraapzuchtige feeks bevond;
maar aan den anderen kant kon hy niet nalaten
zichzelven geluk te wenschen, dat de omstandig
heden zyne plannen zoozeer bevorderden.
Juffrouw Kelly scheen intusschen geen plan
te hebben, baar slachtoffer te sparen.
„U behoeft zooveel omwegen niet te maken,"
hernam zy tot Brusel. „Ga u maar gerust
naar binnen; het ziet er wel niet netjes uit,
dat spreekt, maar als u het huurt, zal ik alles
wol weer behoorlyk in orde maken.
Om een eind te maken aan de bezwaren
van haren bezoeker, die nog steeds bleef
aarzelen, schoof zy juffrouw Stanley vry
onzacht op zyde en drong de kamer binnen.
Brusel kon niet anders doen dan haar volgen.
Wordt vervolad.)