a». ises.
N°. 9113.
Vrijdag X November.
(Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van §on- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 31 October.
Feuilleton.
HET GEHEIM
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maandenl./fl.
Franco per port1.40.
Afzonderlijk* Nommera0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Van 16 regale 1.05. Ieder* regel meer/0.17J.
Grootere lettera n*ar plaateruimte. Voor het in-
oaeeeeren buiten de rtad wordt 0.10 berekend.
Door dr. F. Jagor zijn aan 's Rijks Ethno-
graphisch Museum te Leiden ten geschenke
gegeven de navolgende stalen van dein Britsch-
Indië gebruikelijke wijze van katoenen doeken
te verven
No. 1. In den doek zijn vele elkander krui-
rende reeksen van tot nabij hunne punten
met draad omwoelde propjes gevormd, zoo,
dat men zich het geheel kan voorstellen als
oen groot aantal naast elkaar gelegen ruiten,
waarvan ieder hoekpunt door een der propjes
wordt ingenomen. Tot het omwinden der prop
jes werd blijkbaar in roode of paarse verf ge
dompeld garen in natten toestand gebezigd
cn de geheele doek vervolgens in groene verf
gedompeld; nadat het procwdó is geëindigd,
vertoonen zich de punten der propjes als eene
groene kern binnen een paarsen cirkel, die
gevolgd wordt door een witten kring en ver
volgens naar buiten door een rooden, alles
binnen de groene grondkleur.
No. 2. De doek is met vele sehuinsche
leeksen van dicht aaneenliggende propjes, die
I ot nabij de punten met, in gele verf gedompeld,
nat garen zijn omwoeld, bedekt en is vervol
gens in roode verf gedompelddaardoor worden
sehuinsche reeksen van gele cirkels met roode
kernen op rooden grond verkregen.
No. 3. Het stuk doek is koordvormig in-
eengewoeld en op afstanden van ongeveer
een c-M. öf met droog garen öf met nat, in
gele verf gedompeld garen omwikkeld; daar
door zijn öf witte öf gele dwarse hoekig ge
bogen strepen verkregen.
Aan den schenker is de dank der Regeering
betuigd.
Bij de Leidsche Spaarbank word in de
maand October ingelegd 43,007.29, terugbe
taald 46,468.99'/,, terwijl zijn afgegeven 116
nieuwe en geheel afgelost 96 boekjes.
Op 31 Oct. bedroeg het gezamenlijk tegoed
der 8791 inleggers ƒ1,766,753.87.
Tot onderwijzeres aan de openbare lagere
school in het dorp te Voorschoten is benoemd
mej. C. C. J. Boor, te Haastrecht.
Clir. Ger. Kerk. Aangenomen is het beroep
naar Stedum door den heer W. J. Van der
Kouwe, te Hazersweude.
Aanstaanden Zondag, 3 November, zal
de godsdienstoefening in de kerk der Ned.-
Herv. gemeente te Hoogmade aanvangen des
namiddags te twee uren en geleid worden
door den heer J. W. H. Kalkman, predikant
te Alfen aan den Rijn.
De bij het 3de reg. inf. nieuw benoemde
officieren worden ingedeeld als volgtde 2de
luitenant G. J. Van Eijbergen, 4de comp. 3de
bat.; id. H. Koster, 2de comp. 1ste bat.; id.
C. H. Smets, 1ste comp. 5de bat.; id. jhr.
A. A. Gevers, 2de comp. 5de bat. en id. J.
Goldenberg, 4de comp. 5de bat., allen in gar
nizoen te Bergen-op-Zoom.
De tot 2den luit. bij het 6de reg. inf. be
noemde sergeanten-volontair van het 4de reg.
inf., IV. De Koning en W. Wolf, worden in
gedeeld respectievelijk by het 4de en 5de bat.,
de eerste te Breda, de tweede te Geertrui-
denberg.
Het voornemen bestaat om de trakte
menten van de commiezen der posterijen
met 100, 150, 200 en 300 te ver
meerderen en dus te brengen op 1000
voor de 4de klasse, 1250 voor de 3de kl.,
1600 voor de 2de kl., en 2100 voor de
lste kl. Deze traktemontsvorhoogingen zijn
echter slechts schijnbaar, daar zy in de
plaats treden van de genoten emolumenten,
welke geheel in 's Rijks schatkist zullen
terugvloeien.
De directeuren zouden geene traktements-
verhooging ontvangen, doch eene jaarlijksche
toelage, berekend naar hetgeen zij nu jaar
lijks aan emolumenten genieten.
Dit staat zeker in verband met het op
houden der levering van binnenlandsche cou
ranten door de postkantoren. (Utr. Dagbl.)
Bij koninklijk besluit van 29 Oct. jl.,
opgenomen in de Staatscourant van heden, is
bepaald dat met 1 Mei 1890 de volgende gar
nizoensveranderingen zullen plaats hebben:
lste reg. inf. lste bat. 4de comp. van Assen
naar Leeuwardenid. 4de bat. 3de comp. van
Leeuwarden naar Assen; 5de reg. inf. lste
bat. van Nijmegen naar Amersfoort.
De luitenant ter zee der 2de klasse C.
J. R. Kroesen, behoorendo tot de rol van Zr.
Ms. wachtschip te Willemsoord, wordt met
1 November a. s. op non-activiteit gesteld.
Bü beschikking van den minister van
waterstaat, handel en npverheid is bevorderd
tot opzichter van 's Ryks waterstaat der 3de
klasse J. Bouterse, te Hengeloo, thans opzich
ter der 4de klasse.
Tot lid van de provinciale staten van
Utrecht is in het hoofdkiesdistrict Breukelen,
bij herstemming, met 1135 stemmen gekozen
mr. J. M. Schout Velthuijs te Utrecht. Op
den hoer E. Van Beusekom te Loenen (lib.)
waren 757 stemmen uitgebracht.
Het voornemen om te Batavia een vol
ledig gymnasium met 6-jarigen cursus op te
richten heeft in de afdeelingen der Tweede
Kamer bü de behandeling der Indische be
grooting bij de groote meerderheid der leden
ernstige bestrijding gevonden. In 't breede
werd betoogd, dat het nut. van den maat
regel betwistbaar is en dat de zeer hooge uit
gaven, welke bovendien deze begrooting te
zwaar drukken, daaraan niet geëvenredigd zyn.
In de Transvaalschebladen van 3
October wordt gemeld dat de heer H. De
Wit, Nederlandsch vice-consul te Johannes
burg, in den ouderdom van 47 jaren is over
leden.
Gemengd Nien w s.
Dinsdag-avond poogden eenige
colporteurs van „Recht voor Allen" dit blad
in de Raamstraat te Rotterdam te venten.
Het volk maakte het den colporteurs lastig.
De socialisten sloegen, om mishandelingen te
ontkomen, op de vlucht en zochten eene
schuilplaats in het „Volkskoffiehuis". Het
volk verzamelde zich daarvoor en begon bal
dadigheden te plegen, waarbij het met stee-
nen en slijk naar het gebouw wierp, waar
door eene spiegelruit werd ingeworpen. De
politie heeft met de sabel het volk moeten
uiteendrijven.
Een verversknecht, die gister-
namiddag te Schiedam b(j het vallen van eene
ladder eene schedelbreuk bekwam, is reeds
des avonds ten gevolge daarvan overleden.
Door het springen van een pe-
troleumtoestel ontstond gisternamiddag om
halfvier te Amsterdam plotseling in deFocke
Simonstraat No. 98 een uitslaande brand,
welke door de brandweer met behulp van 3
vechtbrandkranen spoedig werd bedwongen.
Het onderhuis en eene bovenkamer zijn ge
deeltelik uitgebrand.
In don nacht tusschen Maandag
en Dinsdag 11. braken zes koeien van den
landbouwer te IJselmonde uit de weide en
kwamen op de baan van den staatsspoor. Twee
er van werden letterlijk aan stukken gereden
en eene derde werd in het water geworpen,
waaruit zy meer dood dan leveBd werd gehaald.
Aan den Hordyk, onder IJselmonde, waai
de spoorbaan den rijweg doorsnijdt, is geen
wachter.
De landbouwer Van der W., te
Oudega, eene buurtschap onder de gemeente
Koudum, moest twee vette kooien aan een
koopman te Sloten afleveren. Vóór dag en
dauw ging hij de beesten uit de weide halen.
By het aanbreken van den dag bespeurde
hü, dat door een onverlaat van een der
beesten de uiers gedeeltelijk afgesneden en
gekorven waren.
Verder werd door zijne arbeiders, die des
morgens het vee gingen melken, ontdekt, dat
nog eene andere koe op dezelfde wijze mis
handeld was.
Het doel schynt geweest te zijn, do beide
verkochte koeien op zoo'n wijze te ver
minken, dat zjj niet in goeden staat afge
leverd zouden kunnen worden, en dus zoo
doende den koop nietig te maken.
Wegens een tekort van naar men
zegt 5000 KG. meel in de militaire bakkerij
te Leeuwarden, staan de administrateur, do
opzichter en de meesterknecht van die inrich
ting voor den krygsraad terecht.
Eene dienstmaagd te Stadskanaal,
die een emmer water wilde scheppen, is voor
over gevallen en in het diepe kanaal verdron
ken. Het lijk heeft men gevonden.
Omtrent den diefstal bij de firma
Berger, te Venloo, meldt men nader dat door
de politie zijn gevonden, in den tuin van don
beroofde, de verschillende gereedschappen,
welke noodig waren om kisten en kasten
open te breken. Eene houten kist, daarbij
achtergelaten, kon juist die voorworpen be
vatten.
Deze bestaan uit een 20 stuks nieuwe en
zeer interessante instrumenten, waarvoor het
zwaarste stuk ijzer moet bezwijken. Allo
voorwerpen waren zoo goed als nieuw. Zij
waren o. a.eene dievenlantaarn, centerboor,
koevoeten, hefboomen, welke, aan elkander
geschroefd, meer dan l'/i M. lengte hebben,
alsmede 3 paar sokken, die waarschijnlijk
den dieven dienden om zo over hunne schoe
nen aan te trekken, zoodat er geene voet
sporen konden achterblijven. Een stuk pzer
van de aangebroken kast bewijst, dat het
zwaarste metaal voor hunne materialen als
karton bezwijken moest.
Van de daders is nog geen spoor gevonden.
Te Rakau heeft de onderwijzer
Steuer zijne vrouw vermoord. Het echtpaar
leefde in onmin. De dader is voortvluchtig.
Op een door hem achtergelaten briefje erkent
hg dat h(j do moordenaar is. Hij was anders
zeer oppassend. Men vermoedt dat hij in eene
vlaag van verstandsverbijstering heeft ge
handeld.
De „Herald" meldt dat de oogst
in Dakota volkomen mislukt is. Twintig dui
zend personen worden met verhongering be
dreigd. Er is geen voedsel verkrygbaar. De
Kamer van Koophandel te St.-Paul brengt
een fonds byeen tot leniging van den nood.
van den Inspecteur van Politie.
35)
„Ge schijnt mij geheel verkeerd verstaan
te hebben!" antwoordde hp eindelijk lang
zaam. „Natuurlijk wist ik zeer wel, dat Hunter
ons ging verlaten; maar ik had geene ge
dachte, dat hij reeds vertrokken was. Ik was
niet thuis, toen hij afscheid kwam nemen."
Vavasoer vond het beter verdere aanmer
kingen voor zic-h te houden.
„Het spijt mjj machtig, dat hij weg is,"
ging hp voort; „ik mis er mpn partütje bil
jart door. Wü waren zoo aan elkaar gewaagd,
dat geen mensch kon zeggen wie de sterkste
van ons tweeën was. Dat is pleizierig spelen,
weet je!"
„Ik beklaag je van harte," merkte Sint-
Alba met een spotachtig lachje op„maar als
je spelen wilt, ben ik straks bereid, Hunter
te vervangen."
„Allerliefst aangeboden, maar ik dank je
hartelpk 1" antwoordde de man. „Neenik ben
in de verte niet tegen je opgewassen 1 Dan
speel ik nog liever met den biljartjongen."
De heer Sint-Alba nam deze hulde, die zü»e
meerderheid op het biljart werd toegebracht,
genadig aan en rookte een tyd lang zwij
gend door.
„Wonderlijke geschiedenis, hó, die moord
daar in die villa op den Hamiltonschen weg?"
begon de Londensche uitgever weder.
„Zeer wonderlükl" antwoordde Sint-Alba,
blijkbaar zonder veel belang in dit onderwerp
van het gesprek te stellen.
„Ik las zooeven in het avondblad," ver
volgde de ander, „dat de politie aanwüzingen
van groot gewicht heeft verkregen, welke
zeker tot de ontdekking van de misdaad zul
len leiden. Maar dat is het oude liedje, dat
kennen we. De politie krügt altyd aanwyzin-
gen en vindt voortdurend nieuwe sporen en
ontdekt per slot van rekening toch niets.
Na hetgeen ik las van de gerechtszitting
van hedenmorgen, heb ik al heel weinig hoop,
dat ze er ooit achter zullen komen. Gelooft
ge ook niet?"
„Om u de waarheid te zeggen," antwoordde
de heer Sint-Alba, met den smaak van een
kenner zy'ne koffie proevende, „heb ik mü
met de geheele zaak niet bemoeid. Ik heb
een hekel aan al die soort van berichten. Het
is mü een raadsel, hoe sommige menschen er
smaak in kunnen vinden, zich onnoodig in
zulke dingen te verdiepen."
„Hmdat weet ik zoo niet," hernam zyn
vriend. „Het is een buitengewoon geval, moet
go denken; ik voor my wil wel bekennen,
dat het my bijzonder veel belang inboezemde,
of liever is dat nog het geval. Het moet ieder
een belang inboezemen, die de omstandigheden
met aandacht leest. Het is het zonderlingste
geval, waarvan ik ooit gehoord heb. Eene
jonge vrouw op de wreedaardigste manier
vermoord door eene andere vrouw, die ineens
de hemel mag weten van waar! komt
opduiken, en weer even geheimzinnig ver
dwynt, zonder een spoor hoegenaamd achter
te laten. En dan, ga eens na, wat een wezen
dat geweest moet zyn! Ik ben waarlyk niet
gauw zenuwachtig; maar ik kan je verklaren,
ik kreeg kippenvel, toen ik het verslag van
den dokter las. "Wat een monsterEn daarby
zoo bedaard, zoo koelbloedig!... Ik zou het
altyd voor eene onmogelykheid gehouden heb
ben, dat er zulke vrouwen konden bestaan."
„Niets is onmogelyk, lieve vriend, dat ziet
ge," sprak do financier bedaard. „Ge spraakt
er zooeven van", ging hy na een oogenblik
voort, „dat ge u zoo weinig van het onderzoek
der politie voorstelt. Hebt ge soms gehoord,
welke aanwüzingen ze verkregen heeft
„Neen, in het geheel niet. Zulke dingen
worden gewoonlyk zoo geheim mogelyk ge
houden en daar hebben ze gelyk in. Die het
gedaan heeft, zit natuurlyk ook op den uitkyk
dat spreektIk bedoelde meer, dat de politie
altyd zegt, dat zy' een spoor heeft; ze moet een
spoor hebben, anders vindt ze er maar een uit!"
„Ik ben waarlyk niet genoeg op de hoogte
om over de verdiensten van uwe Engolsche
politie te oordeelen," merkte de heer Sint-
Alba aan. „Het is eene van de vele quaestiën,
die ik nog te bestudeeren heb."
„Ze is zeker eene studie waard," beaamde
de uitgever met vuur. „Zooals het in den
laasten tyd gaat, schynt het wel alsof de hoe
ren moordenaars de handen vry hebben! Het
aantal misdaden, hetwelk jaarlyks in het
Vereenigde Koninkrijk geploegd wordt, is groot,
schandelyk groot. Het is in één woord ont
zettend, maar niettemin waar, dat geen fat
soenlek man meer zeker is of hij niet in zyn
huis, in een hotel, in den trein, in de trams,
waar ge wilt, naast of over een losloopenden
moordenaar zit, dien de politie tevergeefs
zoekt. Ik kan u minstons twaalf moorden,
gedurende het laatste anderhalf jaar bedreven,
opsommen, waarvan zelfs geen spoor aan het
licht is gekomen. Hier zitten wü met ons bei
den welken waarborg heb ik nu by voorbeeld
dat gy er niet oen van op uw geweten hebt
Wordi vervolgd.)