■js-yssisia?-* ^xr ^a^«?js^x:^T)asr^TCe{y^--'jc^y-^--^» rafwA-r_^CT*rg-r: - liet feest van pater Brunott. Het feit, dat do weleerw. pater A. L. Brunott dezer dagen zyn 40-jarig priester schap vierde, werd gisteravond nogmaals op eigenaardige w(jze herdacht. Door de leden van het zangkoor der kerk aan de Hartebrug was daartoe een programma ontworpen, dat nu in het gebouw der Sint- Jozefs-gezellen-vereenigiug op het Rapenburg tot uitvoering kwam. De zaal was keurig versierd. Aan de wanden was het dundoek in de Leidsche kleuren aan- gebracht, ter zijden van het toeneel prijkten twee schilden met de toepasselijke jaartallen 1849 en 1889 en daaronder eene fraaie ver zameling planten, en in het midden boven het orkest de buste van den Paus. Boven de borstbeelden van den Koning en de Koningin, aan een der zijwanden verhieven, zich tropeeën in de stedelijke, oranje en natio nale kleuren. De tot vele leden der parochie en anderen gerichte uitnoodiging ter bijwoning van dezen avond bleek hoogst aangenaam geweest te zijn, want de zaal was, zoowel door heeren als dames, geheel gevuld. Ook de leden der Militairen-vereeniging, waarvan de jubilaris directeur is, waren in grooten getale aanwezig. Onder de militaire autoriteiten, die in dit feest door hunne tegenwoordigheid van hunne belangstelling toonden, merkten we op den overste Bloem, den majoor Hofstede, den kapi tein-adjudant Arriëns, allen der infanterie, den kapitein Rainaer, den luit. jhr. Roöll, beiden der veld artillerie, dr. De Meyier, dir. olfic. van gezondheid van het Militaire hospitaal. Toen pater Brunott, wien dit feest werd aangeboden, door het feestcomitié en voorat- gegaan door het vaandel der Militairen-vereeni ging, de feestzaal werd binneBgeleid, stonden allen van hunne zitplaatsen op en werd hem door hen, op de wijze van het Wien Neer- landsch Bloed, een welkomstlied toegezongen, (Jat getuigde van de liefde, welke men hem toedraagt. Doch ook de heer Luppes, oud-prefect der Militairen-vereeniging, gevoelde zich gedrongen enkele woorden te spreken. Van den oud soldaat moest men echter zeide hy geene feestrede verwachten, geëvenredigd aan het feest, dat nu gevierd werd. Maar waar het hart vol van is, loopt de mond over. Toen spreker 10 jaren geleden namens de congregatie denzelfden jubilaris met zijn 30 jarig priesterschap mocht gelukwenschen, had hij niet gedacht dat nu op zijn huidig feest namens de militairen zijner Vereeniging ook te mogen doen. Veel is er sedert gebeurd e» de haren van den jubilaris zyn vergrijsd gewor den, maar de liefde voor z(jne soldaatjes, zooals hij hen zoo gaarne noemde, is dezelfde gebleven, neen, is met de jaren toegenomen. De licbameiyke en geestelijke zorg voor hen bleef onverflauwd. Spr. hoopte daarom dat pater Brunott nog minstens een tiental van jaren aan hun hoofd moge staan, wanneer hem alsdan de gouden priesterkroon Biere, tot welzyn en geluk van allen. Dat geve God 1 Natunriyk vonden deze woorden algemeene instemming. Voor deze gelegenheid was ook eene Feest cantate vervaardigd geworden, opgedragen en gewijd aan pater Brunptt. De D9am.yaa.den maker was gewis beschsidenheidshalventet op het programma vermeld geworden. Wy mogen hem dus ook hier niet noeme», maar dit kunnen wy zeggen, dat do woorden goed gekozen waren en de muziek, vol kracht en gloed, uitnemend voldeed. Het zangkoor kweet zich bovendien, onder leiding van den he. r Veltkamp Sr., zeer verdiensteiyk van zyne taak, hetgeen trouwens niet te verwonderen viel, daar we er erkende zangers, di# reeds by andere gelegenheden hunne sporen verdiend hebben, onder opmerkten. Zoowel de volgende koor- quartet- als solo voordrachten van het uitgebreide programma, meestal van stichteiyken of godsdienstigen aard, verschaften veel genot en legden telkens getuigenis af van de toewyding, waarmede men de schoone taak van dezen avond had op zich genomen. De zangers werden dan ook herhaaldelijk teruggeroepen. In den loop van de eerste afdeeling betrad de eerw. heer Hageraats, vroeger president der St. Jozefs-gezellen-vereeniging alhier, thans professor aan het seminarie „Hageveld," den katheder. Hij noemde het eone vererrende en eervolle taak, welke hem door het foestcomité w. 8 opgedragon, om hier namens allen het woord te voeren, om te spreken tot een jubilaris als pater Brunott, bemind door allen, die hem kennen. Hy wenschte hom geluk met zyn 40- 1 jarig priesterschap, waarvan hy niet behoefde te schetsen wat dat beteekent. Maar één woord moest hem uit ket hart, op ééne zaak vooral moest hy wyzen. Pater Brunott is oen man, gekomen uit het volk, om te werken voor het volk, tot welzya van onze goede stad Leiden, ter eere van God. Door zyne werken, en als gaande van stad tot stad en van dorp tot dorp, is pater Brunott, meer dan iemand ander, populair geworden. Werkt de eene geesteiyke met diens congregatie meer in stilte, en heeft ook weer een ander eene taak voor zich, waardoor hy in even bescheiden werkkring arbeidt, pater Brunott werd een zorgend vriend der militairen, om hun hart te ontvonken voor Vaderland en Koning. Hy kwam daardoor in aanraking met velen van verschillenden aard. Na den arbeid van den jubi laris en de beteekenis daarvan in korte trekken te hebben nagegaan, riep hy hem tee: „Maak eene keurbende van de uwen, trouw aan hun geloof, trouw aan God!" En dan zal ook een- maal, als het noodig ware, tot Koning en Vaderland gozegd kunnen worden „Hier vindt ge harten, hier vindt ge handen, die geene overmacht des vyands vreezen of ontzien 1" Pater Brunott zeide den spreker dank. Hy deed dit evenwel niet in oratorischen styi, maar met woorden van hart tot hart. Onmo- gelyk was het hem nu te sprekon over alles, wat er in hem omging, waar hy over dacht! Zeer veel eer toch werd hem aangedaan, zelfs de grootste eer als directeur der Militairen- vereeniging, door de tegenwoordigheid van zooveel hooggeplaatste militaire autoriteiten in groot uniform en met hunne echtgenooten I Ook de kolonel-commandant zou hem diezelfde «er hebben geschonken, ware hy niet door ongesteldheid verhinderd geworden tek«men. Hy had het hem beloofd, toen hy de uitnoo diging tot hem richtte, by welke gelegenheid hy tevens opnieuw mocht ondervinden hoe zeer zyne pogingen door alle hoofdofficieren worden op prys gesteld en ondersteund. Ge lukkig dat er zulk eene medewerking gevon den wordt, al sedert de 15 jaren, dat hyaan het hoofd der Vereeniging staat. Van de reeds vertrokken superieuren mag hy dit nog dik- wyis ondervinden. Gelukkig Nederland I Ook tot de aanwezige jongelingen, tot wie hij roods zoo dikwyls in dezen geest had ge sproken, richtte hy nu een woord. Thans eerst konden ze zeiven zien hoe het wordt ge waardeerd dat ze leden van zyne Vereeniging zyn. „Toont u harer steeds waardig!" Aan genaam was het spr. ook de Protêstantscho Militairen-vereeniging door een onderofficier op zyn feest vertegenwoordigd te zien. Dit tee kent voor beider lofwaardig doel. Sprekers innige wensch is het daarom steeds geweest, dat ook die Vereeniging immer in bloei toe! neme. Met een woord van dank tot alle hoofd officieren en hunnen echtgenoote voor hunne tegenwoordigheid en met den wensch dat het hun steeds moge welgaan, besloot hy zyne toespraak, welke daverend werd toegejuicht. Tydens de pauze verlieten de autoriteiten de zaal. Het tweede gedeelte van het programma had een meer anderen geest, was van meer opgewekten aard. Het bevatte komische voor drachten, uitgevoerd meestal in -kostuum, quartetten, trio's en solo's,- welke,"evenals het slotkoor, de aanwezigen "herhaaldelyk tot een gullen lach dwongen en het bewys lever den dat de uitvoerenden ook voor deze hunne taak uitstekend berekend waren. Buiten het programma gaf de heer Luppes daarenboven nog eenige luimige voordrachten, welke, zooals „de twee stotteraars" en „zyn doode Mop" zeer in den smaak vielen. Verder dient nog opgemerkt dat de heer C. M. Groenendyk zich door de piano-begelei ding van vele nommers zeer verdienstelyk had gemaakt en zich ook als componist van enkele byzonder gunstig had onderscheiden. Er heerschte eene aangename gezelligheid en ook een goede toon onder de militairen, die door het feest comité ieder op e9ne halve flesch wyn waren onthaald, dank zy den by- dragen, voor het feest ingekomen. Aan dit feestcomité betuigde pater Brunolt, wien na de pauze door allen nog een „vroolyk feestliod" was toegezongen geworden, ten slotte zyn dank voor de moeite, welke het zich ge troost- had; maar ook was hy erkentelyk voor de. ondersteuning, welke het by de inge zetenen had gevonden; voor de schoone wyzo, waarop hot Zangcollege het feest had geor ganiseerd en opgeluisterdvoor de versiering der zaal door iemand, die hem nog onbekend was, enz. Hy zoide waariyk niet te weten waaraan hy dat alles had te danken, want hy heeft niets anders gedaan, dan wat een priester moet doen, dan wat zoovelen met hem doen, hy in het byzonder ook voor de militairen. Waar feest gevierd wordt, moet ook aan goed doen worden gedacht. Spr. herinnert zich nog duideiyk hoe de Leidsche studenten in 1870 deze waarheid ook betrachtten. Toen zy in dat jaar eene maskerade hielden, boden zy den toeschouwers een bakje aa>, waarin dezen hunne gaven konden offeren voor hen, die door den grooten brand van Bodegrave zoo zwaar waren geteisterd geworden. Na er aldus op gewezen te hebben hoe goed het zou zyn als ook het gebouw, waar thans feestgevierd was, door ieder, naar zyn ver mogen, ondersteund werd, herinnerde hy er nogmaals aan, dat thans alle eer aan het priesterschap was gedaan; hy dankte daar voor allen uit den grond zyns harten en twyfelde er niet aan of God zou er hen voor loonen. Hbt was dan ook inderdaad een treffend, veelbeteekenend feest, dat van acht tot twaalf uren de aanwezigen aangenaam bezig hield, en ofschoon de overige geestelykheid natuuriyk hare goede redenen wel zal gehad hebben, waarom zy er niet op tegenwoordig was, zoo viel hare afwezigheid aan den anderen kant toch te bejammeren, want zy had zich dan met eigen oogen kunnen overtuigen van de achting en groote toegenegenheid, welke haar dcor hare geloofsgenooten wordt toege dragen. Gemengd Nlenwa. Meer dan ééne maal reeds wer den de oefeningen in de zaal van het „Leger des Heils", aan de Van-der-Werf-straat alhier, verstoord, vooral op Zaterdag- of Zondag avond, en wel voornamelijk door personen, die, te veel sterken drank gebruikt hebbende, in plaats van naar huis te gaan, nog eens „pleizier" in die zaal wilden hebben. Zoo iets had ook jl. Zaterdag-avond plaats. Nadat de leidster der oefeningen (kapitein) herbaaldeiyk tot orde en stilte had aange maand, moest de politie tusschenbeido treden. Een inspecteur richtte tot één der onrust stokers het verzoek, zich kalm te gedragen of anders de zaal te verlaten, waarop een tweede tot hem riep: „Wat gaat jou dat aan, ga jy zelf de zaal maar uit!" De inspecteur, die vergezeld was van een politie-agent in uniform, maakte zyne qualiteit tekend, waarop laatstbedoelde man zeide: „het kan my niet schelen, al was jy de Koning". Nogmaals aangemaand zich te ver- wyderen, werd daaraan geen gevolg gegeven, zoodat de inspecteur aan den agent den last verstrekte om dien man te verwyderen, zoo noodig met kracht. Eeu hevig verzet volgde alstoen, waarby de woordvoerder door enkele anderen werd geholpen. De inspecteur werd geslagen en in het aangezicht gekrabd, terwyl de agent in de keel gevat werd. Met stok en sabel werden zy toen buiten het lokaal gedreven. Thans is t6gen twee hunner proces verbaal opgemaakt, die positief, ook door burgers als getuigen opgeroepen, als de daders worden harkend. Tovens is door. de Leidsche politie proces verbaal opgemaakt tegen personen, die in den ïacht van Zaterdag op Zondag, 12 op IS dezer, een bierhuis aan de Langebrug wilden bezoeken, niettegenstaande het uur van sluiten, één uur na middernacht, was aangebroken en de in het lokaal aanwezige heeren zich gereedmaakten weg te gaan. De kastelein gaf dan ook te kennen, niet meer te mogen tappen en daarop gingen de bin- nengekomenen, hoewel schoorvoetend, terug, om echter onmiddeliyk weer terug te keeren, versterkt door een groot aantal bezoekers van 't Zeeuwsch Koffiehuis, waarvoor ook het sluitingsuur aangebroken was. Hoewel de kastelein de menigte trachtte tegen te houden, drongen allen binnen, waarby zelfs het paneel uit de portaaldeur getrapt en eene der buffetjuffrouwen een schop toege bracht werd, terwyl men van buitenaf ook glasruiten moedwillig insloeg. Den bedryver van deze laatste handeling, alsook twee personen, wien bepaald de toegang was ontzegd, maar die tegen den wil des bewoners binnengedrongen zyn, is 't gelukt te ontdekken en deze lieden zyn dan ook door getuigen herkend. Hedennamiddag had op een vaar tuig, in den Ouden Ryn, by de Hooigracht, alhier liggende, een treffend voorval plaats. Omstreeks halfvier is, door hot neervalloi van de giek op het dek, de vrouw van dei schipper B. doodgeslagen. De onmiddeliyk te hulp geroepen genees kundige, de heer S., kon niet anders dai den dood constateeren. Ook de zich op het dek bevindende hom werd belangryk verwond. Een paar dagen geleden weri vermeld dat ds 13 jarige it., aan den Moreck weg onder Oegstgoest wonende, wegens diel stal voor de rechtbank te 's-Gravenhage moe terechtstaan. Daarna werd door ons dat be richt verbeterd in zooverre, dat het nietwa de 13 jarige M., maar de 13 jarige W. Aangezien er aan den Morschweg echte ook een 13 jarige W. woont, die met de zaal niets te maken heeft en de ouders, zoowe van Jf. als van TT., die vermelding onaange naam vinden, omdat hunne kinderen er O] aangezien worden, zy thans medegedeeld da de bedoelde jongen is de 13 jarige Wnrzer. Men schryftonshedenuitZoe terwoude: In deze gemeente vestigde ziel dezer dagen een jeugdig persoon, die tot eei niet alledaags voorkomend kerkgenootscha] behoort. Hy behoort nameiyk tot het Boed dhisme, dat wil zeggenhet is een volgelinj van Boeddha (de Verlichte), een zoon van eei Indisch Koning, levende in het midden de 6de eeuw vóór ChriBtus, welke koning ui medegevoel voor het ïyden der menschen d' kroon en de genietingen van het hof lie varen, terwyl hy als kluizenaar, over de oor zaken van de zonde en hare verbetering den kende, als bedelaar rondtrok. LEIDEN 19 October. Weerbericht (medegedeeld door het Kon. Ned Met. Instit.) Verwachting: Zuidenwind. Indertyd is door eenige bewoners van de Diefsteeg, naar aanleiding van de vierinj van de veertigjarige regeering van Z. M. dei Koning, een verzoek ingediend om den naan Diefsteeg te veranderen in Willemstraat. Over het algemeen zyn B. en We. van oor deel dat de namen der straten niet moetei worden veranderd dan by hooge noodzakelyk heid of by veranderde omstandigheden, waar van in het onderwerpelyk geval geen sprake it De naam Diefsteeg komt, blykens lil gestel onderzoek, reeds voor in de tweede helft de 14de eeuw, en ontleent vermoedelyk zyn oor sprong aan Gravenstein, alwaar gedurendi vele eeuwen gevonnist werd, terwyl men lang den kortsten weg langs do Diefsteeg van d Breestraat GravenBtein kon bereiken. Intuê schen was in dien tyd de steeg mede bekeni onder den naam van Gravinnesteeg. B. en Ws. geven mitsdien in overwegin; afwyzend op het verzoek van adressanten t beschikken. Mecht evenwel het bezwaar, voor hen ge legen in den naam van Diefsteeg, door de: Raad worden gedeeld, dan zouden zy er d voorkeur aan geven Óen naam te verandere in Gravinnesteeg, vermits voor Willemstraa geene byzondere aanleiding bestaat. Het Bestuur van het H. Geest- of Arme Wees- en Kinderhuis alhier, draagt, tot vei vulling der vacature, ontstaan door het eervi ontslag van mevrouw de Wed. Dozy Va Goor den Oosterlingb, als Regentesse va genoemd gesticht, een tweetal ter electie doi t den Gemeenteraad voor, bestaande uit: m vrouw J. G. A. Vreede-Van Oosterzee e mevrouw A. Kroon De Koning. Het gezelschap, dat Dinsdag-avond in di Schouwburg alhier „Un chapeau de pail d'Italie" zal opvoeren, is hetzelfdo, waarva indertyd „La femme a Papa" en „La Cosaqui werden gegeven. Wellicht is dit voor velen eei aansporing om de kennismaking a. s. Dinsda te hernieuwen. Het stoomschip „Burgemeester Den Tex van Batavia naar Amsterdam, passeerde 1 Oct. Gibraltar; de „Koningin Emma", v< Batavia naar Amsterdam, vertrok 18 Oct. v: Aden; de „Zeeland", van Rotterdam na Batavia, vertrok 18 October van Marseille. Teiofifrarzasson- ST-PETERSBURG, 19 October. Cza Alexander en zyne familie is gisteravond Gatschina teruggekeerd. De Staatscourant deelt mede, dat op di dag toen de gewezen koningin van Serr naar Bucharest reisde, by Jassy eene pogii is beproefd om den trein te doen ontsporc- De openbare meening beweerde, dat de aa slag alleen vorydeld werd, omdat da trc tien minuten vroeger vertrok dan het pl was en de plaats, waar onbekende person de rails hadden opgebroken, nog vry was.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1889 | | pagina 2