9097.
Leiden, 12 October.
§€zs Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (§pn- en feestdagen, uitgegeven.
_U _LJ 11J
3Iaaiidaa: JL-4 October.
A".
is?
I K.' O Vrt'
3.
1
r
f
1
Jj
P
L_IL_
PKIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maandenl.rt).
Franco per poet1.40.
AlzonderlO'ke Nommera0.05.
Door den minister van binnenlandsche
zaken is bepaald dat de commissie tot het
examineeren vaD hen» die eene akte van be
kwaamheid wer.&chen te verkregen tot het
geven van middelbaar onderwys in de Neder-
landsch9 taai- en letterkunde, geschiedenis,
airdrflkskunde, staathuishoudkunde en sta
tistiek, staatsinrichting en schoonschrijven,
voor het jaar 1889 zitting zal houden te
's^Gravenhageen z\jn benoemd tot lid en
■voorzitter dier commissie: dr. W. B. J, Van
Eyk, inspecteur van het middelbaar onder
wijs te 's-Gravonhage; tot leden: dr. J. Ver
dam, hoogleeraar aan de Universiteit te
Amsterdam; dr. J. Te Winkel, leeraar aan
het gymnasium te Groningendr. P. L. Muller,
koogleeraar aan de Rijks-universiteit to Leiden
■dr. A. E. J. Holweröa, leeraar aan de hoogere
burgerschool te Leidendr. C. M. Kan, hoog-
Zeeraar aan de universiteit te Amsterdam;
-J. JE. G. A. Timmerman, leeraar aan het
gymnasium te Amsterdam; mr. K. M. G. De
Meijier, leeraar aan de hoogere burgerschool
te Arnhem.
- Men echryft aan het „HbL" uit Parijs,
dd. 10 October:
„Hoewel Nederland niet officiéél deelneemt
aan de wsnderljjk rijke en voortreffelijk ge
slaagde wereldtentoonstelling, zoo heeft onze
Regeering toch, geljjk men weet, de uit-noo-
diging tot het zonden van vertegenwoordigers
naar ©enige van de meest belangrijke con
gressen, door do afvaardiging van officieel
erkende landgenooten, beantwoord.
Thane heeft zij bovendien den heer J. D.
E. Schmoltz, conservator van 's Rjjks Ethno-
graphiech Museum te Leiden, opgedragen, te
Parijs te trachten, de schatten van ons
Museum met voorwerpen uit de kostelijke
etnographische verzamelingen der -tentoon
stelling te verrijken.
Do heer Schmeltz bevindt zich nu in do
Fransche hoofdstad en heeft zich onder do
welwillende medewei^iDg der Nederlandscho
legatie aldaar in betrekking gesteld met een
aantal ^Fransche- en andere tentoonstellings-
commissiën en particulieren.
De heer Schmeltz 6tond reeds met ver
scheidene Fransche geleerden in betrekking
doordien deze medewerkten aan het door hem
bestuurde, uitnemende „Archief" voor ethno
graphic, dat door de firma Trap te Leiden
met zooveel belanglooze zorg en eerbied voor
de wetenschap wordt uitgegeven.
Onder de zeer talrijke landgenooten, die op
g'ei.illletoii.
HET GEHEIM
van den Inspecteur van Politie.
3)
Juffrouw Gregory wenschto niets liever dan
de geheele geschiedenis van voren af aan te
oeginnen, maar hare zenuwen speelden haar
den baas, en in plaats van te vertellen, begen
zij te snikken, zoodra zij den mond opende.
De onder-inspecteur keek rond. Meer dan
twaalf stemmen begonnen tegelijk. Slechts
met moeite verkreeg hy stilte.
„Ie de man niet hier, dien de juffrouw
heeft laten halen?" vroeg hy, zoodra zjjne
stem weor verstaanbaar werd.
„Da. ben ik, mijnheer," zei de man met
de zandkleurige bakkebaarden, dezelfde, dien
juffrouw Gregory met den naam van Weels
had aangesproken.
„Kom jU dan eens met my mee, vriend,"
sprak de inspecteur. „Hier! Hier kan ik je
verstaan; vertel my eens gauw wat je weet."
Weels, die wel eens „voor plezier" een
rechtsgeding had bijgewoond en by die ge
legenheid bet verhooren der getuigen met
aandacht had govolgd, stelde zich inposruur,
als stond by voor mynheer don president in
PRIJS DER ADVHRTETJTIEN:
V.n 1—6 regel./1.06. Iedere regel meer/0.171.
Groetere lettere uur plaatsruimte. Voor het in-
cm eeeren buiten de eted wordt 0.10 berekend.
het oogenblik in de stad der tentoonstelling
vertoeven, is jhr. mr. Tictor de StuerB, refe
rendaris voor schoone kunsten enz., broeder
van den gevolmachtigden minister te Parys."
Voor het beroep naar de Ned.-Herv.
gemeente te Leiderdorp is door ds. P. S.
Meerburg, te Kethel, bedankt.
De begrootiug der gemeente, voor den
dienst van 1890, is door den Raad der ge
meente Oegstgeest vastgesteld als volgt: in
ontvangst 18,133.78 en in uitgaaf 18,131.10s,
alzoo sluitende met een batig saldo van f 2.67s.
Binnen eenige dagen wordt oen aan
vang gemaakt met het afbreken van de poort
van hot „Hotel Zoerust" te Scheveningen
en van da daarachter gelegen opstallen. De
daardoor verkregen open ruimte wordt be
stemd voor toegang en uitgang tot en van
hot stations-emplacement van de stoomtram
dor Holl. Spoorwegmaatschappy. De reizigers
zullen dan op- en afstijgen langs eene trap.
Hierdoor kan men de badplaats binnendoor
bereiken en vorlaten en den straatweg langs
't strand laten liggen.
Men zegt dat by de Regeering het voor
nemen bestaat, nu jhr. mr. W. Th. Van Doorn
is afgetreden als burgemeester van Naald-
wyk en De Lier, voor elk dezer gemeenten
afzonderiyk een burgemeester te benoemen.
In verband daarmee is vóór eenige dagen
aan de Regeering een verzoekschrift gezonden,
onderteekend door ongeveer 90 ingozetenen
van Do Lier, waaronder vele notabelen, om
den hoer C. W. De Jong, lid van den ge
meenteraad en ambtenaar van den Burger-
iyken Stand, tot burgemeester dier gemeente
te benoemen.
Aanstaanden Dinsdag wordt den ho9r Van
Doorn, by zijn aftreden als burgemeester der
genoemde gemeenten, door bewoners van
het Westland, een afscheidsdiner aangeboden
als bewys van hoogachting.
Gelyk men weet, gaat de heer Van Doorn
zich in Den Haag aan de journalistiek wyden.
Mevr. Beersmans zal weldra to Brussel
optreden in „La Tosca."
Woensdag werd te Leeuwarden, onder
voornitterschap van mr. J. Dirks, de jaarlyk-
sche vergadering van het „Friesch genootschap
voor geschied-, oudheid- en taalkunde" gehou
den. Uit het door den secretaris, dr. F. G.
Slothouwer, uitgebracht jaarverslag bleek, dat
de belangstelling in het genootschap in de
provincie Friesland zeer toeneemt, blykbaar
niet alleen uit hot steeds vermeerderend be
zoek van het museum, maar ook uit de vele
geschenken aan deze inrichting.
De beide aftredende bestuursleden, de heeren
mrs. Dirks en Loottma Ypez, werden herbe
noemd. Tot buitengewone leden werden be
noemd de hoeren dr. J. C. G. Boot, oud-
hoogloeraar te Amsterdam, dr. J. A. Wynne,
hoogleeraar te Utrecht, dr. H. Kern, hoog
leeraar te Leiden en dr. J. Reitsma, hoog-
ïeeraar te Groningen.
De ontwerpen aangaande de vergrooting
van het museum zyn reeds gereed. Er is eene
commissie benoemd tot het byoenbrengen van
gelden.
Tweede Kamer. Benoemd zyn tot
rapporteurs der Staatsbegrootinghoofdstuk V
de heerenBrantzeu, W. Cremets, Vackay,
Zaayer en Mutsaershoofdstuk VI de heeren
Travaglino, Van Kempen, Land, Yiruly en
Do Beauforthoofdstuk VIIB de heeren
Zylker, Vos de Wael, G. Tan Dedom,
Royaards en Glindermanhoofdstuk VIII en
vestingbogrooting de heeron: Van Vlijmen,
Löbon Seis, Seyffardt, Seret en De Vries;
Jtoofdstuk IK en spoorwegbegrooting de heeren
Tak, Clerex, Reekers, Bool en Rutgers;
hoofdstuk K de heeren: Lohman, Donner,
W. Van Dedem, Cremer en Bahlmann.
B. en Ws. van Haarlem hebben den
gemeenteraad ontraden het aanbod van de
„Imper. Contin. Gas-Association," om den
gasprys van 9 op 7'/2 ets. te verlagen, mits
hare overeenkomst met ten minste 25 jaren
verlengd worde, aan te nemon.
Het Dagelyksch Bestuur is van oordeel dat
aanneming van de voorwaarden wel onmid
dellijk een voordeel verzokert aan gasver
bruikers en aan de gemeente, maar men mag
«p grootero voordteler. aanspraak maken,
lettende op de uitkomsten, welke elders worden
verkregen, waar de gemeente zich belast heeft
met do exploitatie harer eigene gasfabriek
Ofschoon de onmiddeliyke baten voor de
gasverbruikers en voor de financiën hunner
gemeente zeer verleidelyk zyn, achten B. en
Ws. het boter te wachten tot de geleden
schade vermoedelijk met rente kan worden
ingehaald.
De overeenkomst van de stad Haarlem met
de „I. C. Q.-A." loopt 31 December 1902
ten einde.
Naar de ,N. R. C." verneemt, heeft zich
thans voorgoed een comité gevormd voor de
inrichting eener in 1890 hier te lande te
houden tentoonstelling van voorwerpen ter
voorkoming van ongelukken in fabrieken. Het
comité bestaat uit do loden van het ten vorigen
jare door de Vereeniging tot bevordering van
fabrieks- en handwerksnyverheid in Nederland
benoemde comité, met toevoeging van eenige
fabrikanten.
De tentoonstelling zal vermoedelyk te Am
sterdam of te 's-Gravenhage worden gehouden
en gepaard gaan mot voordrachten op het
gebied der nyverheidshygiëne.
Door het bestuur der academie „Minerva.""
te Groningen is de heer G. B. Numanu te-
Winschoten voor het booteeeron bekroond met
do hoogste onderscheiding, nl. de grooteacad.
zilveren medaille. Deze hoogste prya is in
9 jaren niet toegekend.
Door den minister van binnenlandscho
zaken is aau de commissarissen des Konings
een schryven gericht, inhoudende, dat op de
Staatsbegrooting voor 1890 is uitgetrokken
voor tegemoetkoming aan de gemeenten in
de kosten der zevende algemeeno volkstelling
een bedrag van f 163,000. Het is 's ministers
bedoeling, dat van dit bedrag aan elko ge
meente zal wordon uitgekeerd eono som, be
rekend naar den maatstaf van 3'/j cent per
getolden persoon der werkelyke bevolking
volgens de volkstelling.
Aan de commissarissen des Konings is door
den minister verzocht, dit mede te doelen
aan de gemeentebesturen in huine provincie,
opdat deze daarmede by de voorbereidende
maatregelen voor de volkstelling (bepaaldelyk
het aanstellen van geschikte tellers) rekening
kunnen houden. By die mededeeling moet
uitdrukkeiyk het voorbehoud worden gevoegd,
dat het bedrag, definitief voor de gemeenten
beschikbaar, natuurlijk afhangt van do vast
stelling van het cyfer by de wet. Wordt dit
bedrag by de wet vastgesteld, dan is het
's ministers voornemen te bevorderen, dat aan
de gemeenten in den aanvang van 1890 worde
uitgekeerd een bedrag, berekend naar 2 cents
per inwoner volgens het cyfer der bevolking
op 1 Januari 1889.
Hetgeen aan elke gemeente daarenboven
nog toekomt tot completeering van het bedrag,
berekend naar 3'/, cents por getelden persoon,
wordt dan uitgekeerd, nadat de werkzaam
heden ter zake der volkstelling by de gemeente
besturen zyn afgeloopen.
Naar wy vernemen, zal eerstdaags bjf
het departement van financiën eene geschikte
localiteit tot bibliotheek worden iDgoricht. De
catalogus, die, wy kunnen het nauwolyks
gelooven, reeds sedert een tiental jaren in
bewerking is, zou dan ook worden gedrukt,
iets, wat tot nu toe, met het oog op de daar
aan verbonden kosten, achterwege is gebleven.
De bibliotheek zal zóó worden ingericht, dat
de aanwezige schat van wetenschappelijke
eigen persoon, gereed oin zyne vingors op to
steken om den eed af te leggon, en begen:
„Vanmorgen omstreeks tien uren het
kan er een kwartier -over zyn geweest, mis
schien iets meer ben ik achter in myno
werkplaats bezig een karreweitje af te maken,
waar nogal haast by was, toen het kleine
loopmeieje van de juffrouw hier by ons den
winkel binnenliep en aan myne vrouw zei,
dat ik dadelyk mee moest komen met het
noodige gereedschap om eene deur open te
steken. Er vr.as iets gebeurd met een van de
commensalen, zei ze. De juffrouw had op
hare deur geklopt en geroepen, maar geen
antwoord gekregen, en daarom dacht ze, dat
er iets Diet goed was. Ik ging dadelyk mee,
stak het slot van de deur open en zag, toen
ik met de juffrouw de kamer binnenkwam,
het lyk van eene jonge dame, badende in haar
bloed, op het bed liggen.
Een gemompel van afschuw liet zich onder
de omstanders hooren, hoewel er geen man,
vrouw of kind onder de menigte was, die
het verhaal al niet gehoord had, zelfs met
nog veel meer akelige byzonderheden er by,
dan de smid by deze gelegenheid ten boste
gaf. Want Weels scheen in de oogen van
den inspecteur iets te lezen, dat hem tot
kortheid en zakelykheid aanmaande; de kre
ten van verontwaardiging lieten zich echter
niet onderdrukken.
Weels eindigde zyn verslag:
„Juffrouw Gregory heeft my verteld dat de
vermoorde dame den avond te voren het be
zoek had ontvangen van een kennis van haar,
die zy scheen te verwachten. Ik zei togen
de juffrouw: het is oen moord; daaraan valt
niet te twyfelenen ik raadde haar aan, do
deur weer gauw dicht te doen en nergens aan
te komen, maar direct om de politie te sturen."
Met de grootste aandacht had de politie
beambte het verslag van den werkman aan
gehoord.
„Goed!" zeido hy, blykbaar voldaan, „dan
is er dus niemand behalve gy en juffrouw
Gregory in de kamer geweest?"
„Niemand dan juffrouw Gregory en ik,"
antwoordde de si bid, „en het loopmeieje."
„Ik zal naar minnen gaan," vervolgde de
beambte, mot eene" kalmte en bedaardheid,
welke zonderling a fstak by de drukte en
zenuwachtige gejaagd beid van do omstanders.
Ik heb eene boodschap" naar den commissaris
gezondenhy zal wel. tra hier zyn met de
noodige agenten om ht "t huis af te zetten.
Intusschen, vriend,"' ging h tot Weels voort,—
„zult gy my een groot gei toegen doen, als ge
aan het hek wilt gaan staam^ö) d0 vreemden
buiten te houden. Geen mensch, die met in
het huis behoort, laat ge door behalve den
commissaris natuuriyk. Maken ze 't u
lastig, dan roept ge my maarl"
Onder geleide van de weduwe, die onder-
wyi weer genoegzaam was bygekomen, liep
de inspecteur de gang door, de trap op en
bevond zich weldra in de kamer, waar de
moord had plaats gevonden.
De aanblik, welke hem wachtte, was inder
daad zóó afgryseiyk, dat hy zonder twyfel
ieder ander dan den pohtie-beambte, wiens
zenuwen door het zien van zoo vele verschrik-
keiyke tooneelen verstaald waren, van schrik
en afschuw zou hebben doen terugdeinzen.
Op het bed lag het lyk oener schoone,
jonge vrouw, wier wydgeopende oogen den
inspecteur, toen hy binnentrad, met een blik
van onbeschryflyken doodsangst schenen aan
te 6taren. Zy was geheel gekleed, en hare
kleederen, hoewel doortrokken en verstyfd van
bloed, vertoonden niet het geringste spoor van
wanorde; het lange, ravenzwarte haar echter
was losgeraakt en golfde, door het bloed aan
elkaar gekleefd, in lange lokken langs haren
hals en boezem. De houding, waarin zy lag,
was zoodanig, dat de oorzaak van haren dood
onmiddeliyk in het oog moest vallen.
Wordt vervolgd.)