N°. 9087.
Woensdag 2 October.
A0. 1889.
gtze Qourant wordt dagelijks, met uitzondering
van <gon- en feestdagen, uitgegeven.
Wt noramer teestaat uit TWEË
Bieden.
Win terdienst.
Leiden, 1 October.
Fouilleton.
MARIANNE,
PRIJS DEZER COURANT:
vmi Lelden per i meenden..1.10.
Vnnee per peet.TïïïTJÏTVT.' 1-40.
ARenderltlke Kommer»..0.00.
PRUS DER JLDVERTENTIEN:
Tu 1—rog «la 1.05. I*d«r« r*f«l mwT ƒ0.174.
OrooWre l#tWr» sur pbt*tartiimte. Voor het in-
i buiten de eWd wordt 0.10 berekend.
Op Donderdag 3 Oclober zal, b|)
gelegenheid van de feestelijke her
denking ras Lelden» Ontzet, het
Leldsch Dagblad des morgens te tien
aren verschenen.
Advertenties gelieve men dus vroeg
tijdig ln te zenden.
Heden wordt ««zen Abrané's de
Wlitcrdioiist-resellai atan^cbedea.
Offlcleele Kwi ia ttyerlnyen»
Vergadering van den Gemeenteraad tan Leiden
op Vrijdag 4 October," ciee aamiddtgw to twee urea.
Punten ter behandoling:
1®. Vooretel tot tpdel^ke aanstelling ren een loeraar
aan het OymDatiam. (195)
2°. Voorstel tot het Terlaonen van subsidie aan de
Vereeniging tot opleiding ran bewaarschoolhou-
dereseen. (139, 193, 196)
8®. Verzoek van J. H. Fraikin om een stoep te leggen
voor het pcroeel Stationsweg No. 8. (199)
4®. Idem van J. H. Van den Broek om terugbetaling
van echoolgeld, lager onderwas. (200)
Aan de universiteit alhier z(jn de volgende
examens afgelegd deor de hoeren A. H. De
Chaufepié, het eerste natuurkundig examen
H. B. Semmelink en H. A. Bicker Caarten,
het voorbereidend examen in de geneeskunde;
A. M. Conyn, het candidaats examen in de
geneeskunde; W. A. Van Ittersum en H. G.
Nederburgh het doctoraal examen in de rechten.
De heer W. Bezemer promoveerde gisteren
cum laud'e tot doctor in de rechtswetenschap.
B(j de Leidsche Spaarbank werd in de
maand S6pt. ingelegd f 45,135.71'/,, terugbe
taald 37,773.91, terwijl zijn afgegeven 1G2
nieuwe en geheel afgelost 76 boekjes.
Op 30 Sept. bedroeg het gezamenlijk tegood
der 8771 inleggers f 1,770,215.57
By de Leidsche Hulpbank werd in dezelfde
maand geleend ƒ5330 en terugbetaald ƒ4332.12.
Afgegeven werden 36 nieuwe- en afbetaald
30 boekjes.
De Staatscourant van heden bevat het
verslag van de onderzoekingen, verricht aan
de Nederlandsche Tafel van het Zoölogisch
Station van dr. A. Dohrn te Napels, van 15
April tot 1 September 1889, door dr. J. M.
Janse, assistont- aan de universiteit te Leiden.
Gedurende de eerste helft der maand
Sept. zpn aan het postkantoor alhier bezorgd de
volgende brieven, welke, wegens onbekend
heid der geadresseerden, niet besteld konden
worden
W. C. Zuurdeeg, Bolsward; J. L. R. De
Thouars, Delft; Zwaan, Mesker, J. J. E. Marits,
'8-Gravenhage; C. Ryke, Npmegen; Z. Kriek,
Rotterdam. BriefkaartenMej. C. Out, Am
sterdam; A. Vermei, Gouda; A. C. Gordeau,
Haarlem.
Brieven, verzonden geweest naar België:
P. Mutsaert, AntwerpenDuitschlandPudelt,
Schweidnitz.
De toestand van den heer L. G. Greeve,
lid van de Tweede Kamer en kantonrechter
te 's-Hage, is zeer bedenkelyk.
Gedurende den winterdienst zullen de
goedkoope retourkaarten (óéndaagsche) op den
Ned. Rynspoorweg van Rotterdam, Scheve-
ningen, Den Haag, Leiden en Amsterdam
naar Arnhem, resp. Wageningen, en omge
keerd, niet meer verkrijgbaar zijn.
B. en Ws. van Amsterdam stellen voor
het verzoek om subsidie voor de Hollandsche
Opera af te wyzen.
De heeren Becker's Sods te Rotterdam
verzoeken aan het „Vad." mede te deelen,
dat zg het volgende schrijven hebben ver
zonden aan de Vereeniging ter behartigiig
van de Nederlandsche belangen by de tentoon
stelling te Parijs in 1889:
„WeiEdele Heeren 1
„Naar aanleiding van uwe geëerde mede-
deeling, dat de internationale jury der Parijsche
tentoonstelling voor onze inzending in groep
II, klasse 15, ons toegekend heeft een diploma
voor gouden medaille, is dienende, om u te
berichten, dat wy die weigeren mooten,
op grond:
„Ten eerste, dat de jury geene keuring van
onze geëxposeerde instrumenten heeft gedaan.
„Ten tweede, dat dezelve niet capable was,
om ze te keuren.
„Ten derde, dat het benedon onze waardig
heid ligt, om dezelve te accepteeren, wetende,
dat ons de hoogste onderscheiding
toekomt.
„Wy kunnen niet zeggen dat de Vereeniging
ter behartiging van de Nederlandsche belangen
by de tentoonstelling te Parijs in 1889 erg
onze belangen behartigd heeft."
In zpn rang overgeplaatst bij hetwapea
der cavalerie van het leger in Nederlandsch-
Indië is de tweede luit. G. A. G. A. Frieswyk,
van het 2de regiment huzaren, met bepaling
dat de ancienneteit van dien officier, als tweede
luit. der cavalerie by genoemd leger, zal
rekeuen van de dagteekening van dit besluit.
Benoemd isby het wapen der artillerie,
by het 4de. reg. vesting artillerie, tot kapitein,
den eersten luit. jonkheer J. Ortt, van het
corps rijdende artillerie; den kapitein P. J.
Margrö, van het 2de regt. vest.-artillerie, op
non activiteit gestold.
Det Leldsch Tooneel.
Een niéuw seizoen, een nieuw gezelschap
en eene nog niet hier ten tooneele gevoerde
operette noodigden gisteravond Leidens inge
zetenen naar den schouwburg uit
Slechts weinigen hadden aan die uitnoodi-
glng gehoor gegeven. Verwonderen deed onB
dit niet en evenmin betreurden wy het.
Het seizoen toch was niet uitlokkend,
noch de muziek, nooh het libretto van „Capi-
tain Fracassa" kon op originaliteit bogen en
do opvoering betèikte" torhauwëraoöd" het
middelmatige.
De flinke, kranigs flgunr van Le Capita:Be
Fracasse ln den roman van Théophile Gau-
tler was hier verlaagd tot die van een niets-
waardigen fanfaron.
De inhoudeen joDge man van minderen
Btand wordt verliefd ep eeno sohoone van
hoogere geboorte en is dientengevolge ln de
onmogelykheid haar naar het altaar te voeren.
Plotseling echter openbaart hy het geheim dat
hy slechts een pseudo-proletariër is, maar dat
in werkelykheid het blauwe bloed door zyne
aderen vloeit Als een deus ex machina komt
tegeiykertyd met die onthulling het bericht
dat de oorzaak, welke den jongen man zyne
toevlucht tot het p!ebejen<V>m deed zoeken,
is opgeheven. De werkman wordt opeens
gometaroorpboseerd in prins of vorst. Natuur-
iyk volgt het huweiyk, nog een weinig ge
zang en feest en het gordyn valt.
Ziedaar oen scenario, welke Lortzing reeds
gelogd heeft in zyn „Czar und Zimmermann"
en in zyn „der Waffenschmied"; wy kennen
haar al uit Nessler's „der Trompeter von
Stikkingen", uit „der Zigeuner-Baron", „der
Bettelstudent", uit Victor Hugo's „Marie
Tudor" en uit nog zoovele andere tooneel-
spelen, welke deze truc tot geraamte hebben.
Evenmin was de muziek oorspronkelyk. De
„Casparone" van J. Strauss scheen ons toe
eene ryke bron voor den componist Dellinger
geleverd te zyn; ook meenden wy eene enkele
maal Herold's „Zampa" in dit gewrocht te
herkennen.
Ook de opvoering kon ons niet ton volle
bevredigen.
Do heer Joseph Michel als Oberto had une
voix voilée, hetgeen vooral merkbaar was by
de forto's; dan zong hy niet meer, maar
schreeuwde bepaald.
Engénie Von Mick als PrinzeBsin Blanche
de Coligny kon zich evenmin beroemen op
een krachtig en sympathiek orgaanzy zong
daarenboven zeer onzeker.
Het meest beviel ons Pauline Bachmann
als Scrollina; deze, hoewel niet begaafd met
bepaald omvangryke stemmiddelen, bracht
hare party ten minste zeer zuiver ten gehoore.
In Ferdinand Worms, als Capitain Fracassa,
bewonderden wy een by uitstek goeden trial:
met een werkeiyk goed, degeiyk basgeluid.
Hoewel niet altyd, hadden zyne kwinkslagen
toch dlkwyis hun oorsprong gevonden ln echt
gezonden hnmor; vooral zyn „Bein oder
nicht Bein" had een rechtmatig welverdiend-
succes.
De mtsé en-scène en- de regie lieten dik-
wyis veel te wenschen over. Wy zagen-
kleederdrachten uit alle eeuwen en uit alle
tyden: het sterkst echter was dit gepronon
ceerd by Lady Esther Chester, die zich niet
ontzag om in den tyd van den geduchten
Venetiaanechen Raad van Tienen (1315), hare
omstanders te begluren met een monocle der
Incroyables van het laatst der vorige eeuw.
Over het algsmeea kon „die Reiz der
Neuheit," door den heer Saalbom voorgestaan,,
onze goedkeuring niet ten volle wegdragen.
„Die alte Zeit" beviel ods beter.
1 October 1889. Mr. L. H.
Gemengd Nieuws.
Ten gevolge van het voortdu
rend ongunstige weder heeft het bestuur der
3-October Vereeniging zich genoodzaakt gezien
in hot programma voor de a. s. feestviering
wyzigingen te brengen, welke hierachter per
advertentie worden medegedeeld.
Van de h a r i n g v i s s c h e r y is
Zaterdag-namiddag te Katwyk aangekomen
KW. 34 „Katwyk a/Zee I", van de Naaml.
Vennootschap Katwijk a/Zee, met 320 kantjes.
Gisteren arriveerde KW. 21 „Katwyk II", van
den reeder W. Taat, met 280 kantjes; deze
schuit van do 3de reis; en vanmorgen KW.
43 „de Vrouw Neeltje", van den reeder C.
Schaddée van Doorn, met 240 kantjes en 16000
stuks 8teurharing.
In den afge1oopon nachtis uit
het water aan den Zuidwal te 's Hage op-
gevischt het lyk van eene jonge vrouw, dat
reeds in vergevorderden staat van ontbinding
verkeerde. Men zegt dat het een jong ge
huwd persoon was, die sedert acht dagen
werd vermist.
de dochter van den strooper.
4)
Marianne had het hem wei is waar nooit ge
zegd, dat zy voor hem meer gevoelde, on
eindig veel meer dan voor een der jonge boe
ren in het dorp, maar hy scheen dat toch
eonigszins te vermoeden, want waarom zou
hy anders i6deren Zondag den verren weg
van zyn huis tot aan het voetpad, dat door
het bo3Ch leidde, afleggen om een paar minu
ten met het meisje te praten, als zy uit de
kerk kwam?
Marianne keek opmerkzaam tusschon de
hoornen door, want zy was nu de plek ge
naderd, waar Martin haar „toevallig" placht
te ontmoeten.
En inderdaad, de bocht, welke het pad
maakte, had hem zoolang aan haar oog ont
trokken daar stond hij voor haar, de flink
gebouwde jager met zyn langen, bruinen knevel,
de vroolyk schitterende, donkere oogen en den
fraai gebogen adelaarsneus. De groene uniform
met gryzo opslagen stond hem byzonder goed.
En zóó plotseling stond hy voor haar, dat
Marianne, ofschoon zy slechts aan bem gedacht
had sedert zy het woud ingetreden was, hevig
schrikte en een lichten schreeuw uitstiet. Aan
gezien zy echter terstond daarop glimlachte
en, hoewel kleurend, den jager met hare blauwe
oogen zeer vriondelyk aanzag, hield deze den
schreeuw voer een uitroep van vreugde en
greep hare rechterhand met de linker-
hield zy baar kerkboek styf tegen den heftig
jagenden boezem gedrukt met zyne beide
handen, voerde die zóó snol, dat Marianne het
niet verhinderen kon, aan zyne lippen en drukte
er een vurigen kus op.
„Martin!" riep zy, vergeefs moeite doondo
om hare stem een berispenden toon te geven;
„Martin! wat doet gy'?"
„Het is slechts eene smeekbede om ver
giffenis te vragen voor den schrik, dien ik u
aangejaagd heb," zeide de jager lachende.
„Moet ik nog eonmaal vergiffenis vragen?"
voegde hy er, haar sc'aalksch aankykende, by.
„Waag het niet weer!" riep zij, maar haar
heldere lach verried, dat het verbod niet zoo
ernstig gemeend was.
Langzaam wandelden nu beiden dicht naast
elkaar vorder. Het pad was zóó smal, dat
hunne handen onder het loopen af en toe elkaar
aanraakten, en ten laatste werd het zóó nauw,
dat Martin het geraden scheen te achten Mari
anne's hand ia de zyne te nemen, opdat zyne
aardige metgezellin geen gevaar zou loopen
lar.gs den steilon rotswand aan haren rech
terkant naar beneden te storten.
Marianne zag in dat deze voorzorgsmaatregel
niet overbodig was, want zy liet hare hand
zonder tegenstreven in de zyne, ook toen
nog, toen hy die hand eerst zacht, daarna
inniger en inniger drukte. Zy durfde echter
van dit oogenblik af aan haren begeleider niet
meer aanzien, en hield den blik naar den grond
gericht, terwyl hy haar met welgevallen van
terzyde beschouwde.
Opeens was haar voet vastgeraakt achter
een boven den grond liggenden wortel of was
zy over een steen uitgegleden? struikelde
Marianne. Zij stiet een angstschreeuw uit en
klemde zich van schrik krampachtig aan Martin
vast, en deze hield haar met zyn sterken arm
omvat, terwyl het kerkboek in de diepte viel.
Beider, luisterden ademloos, totdat het geluid
van hot neerploffende boek tot hen doordrong.
Nu hief Marianne don blik tot hem op en
vroeg zacht„Wat hadt gy gedaan, als ik in
plaats van het boek naar benoden gestort was?
„Ik zou u achterna gesprongen zyn," ant
woordde hy even zacht en drukte het blozende
meisje nog vaster togen zich aan.
„Dat zou immers oen zekere dood geweest
zyn!" zoide zy verwytend.
„Zeker maar ik had tenminste samen
mat u den dood gevonden. Wat zou het leven
my nog waard zyn, als gij er niet meer waart?
Liever sterven met u dan leven zonder u!"
„Martin, welke woorden spreekt gydaar?"
riep Marianne en hare oogen vulden zich met
tranen.
„Welke woorden dat zyn vroeg hy harts-
tochteiyk. „Kent gy ze nog niet? Dat is de
taal der liefde, Marianne I Met u in dood
en leven slechts met u! Hoort gy, Marianne?
Niet dan met u!"
„Martin! Martin!" riep zy jubelend uit. Hy
echter sloot haar den rozerooden mond mot
een langen, vurigen kus.
En tegen elkaar gedrukt ging het jonge
paar daarop verder, terwyl het by iedere
schrede hunne liefde de schatting betaalde, nu
eens in den vorm van eene liefkoozing, dan
door een kus, nu met een teed9ren, dan door
oen quasi verwytenden blik, waarop natuurlijk
terstond weder eene zoete verzoening volgde.
Piotseling bleef Marianne staan. „Myn kerk
boek!" riep zij verschrikt. „Wat moetik vader
zeggen
Wordt vervolgd.)