N\ 9035
Vrijdag 2 Augustus.
A0. 1889.
feze jouraat wordt dagelijks, met uitsondering
van (gfin- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 1 Augustus.
feuilleton.
Droomcn der toekomst.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Toer Loiden per 8 mundea1.10.
Vraaoo per poet1.40.
AfMnd*rl{jke Nommere0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Van 16 regele 1.05. Iedere regel meer ƒ0.171.
Grootere letters naar plaatsruimte. Voor hal la-
caaseeren buiten da stad wordt 0.10 berekend.
Maakten wy in ons blad van gisteren reeds
rooraf met een enkel woord melding van het
ubileum van den heer Cb. L. Van Dooren, thans
nnen wy omtrent de viering daarvan het
gende modedeelen.
[De gewone zitplaats van den jubilaris in
net verkooplokaal der firma E. J. Brill was
héden ïli een priëel herschapen, samenge
steld uit boeken, bloemen en planten. Eerbied
waardige folianten en lyvige kwartijnen
schragen dezen tempel, ter zijner eere opge
richt, terwijl nederige octavo's en duodecimo's
ook het hunne bijdragen om op hunne beurt
hulde te brengen aan den eenvoudigen man,
die hun gedurende zijne lange boekverkoopers
loopbaan zooveel blijken van innige belangstel
ling en waardeering gaf.
In tegenwoordigheid van vertegenwoordigers
van het geheele personeel der firma, werden
hem, onder eene hartelijke toespraak van een
der firmanten, den heer A. P. M. Van Oordt,
eene prachtige schrijftafel en een armstoel
aangeboden, als blijken van waardeering voor
zyn onvermoeiden ijver en trouw, gedurende
vjjf en twintig jaren, in dienst der firma
doorgebracht, betoond, terwijl kantoor en ver
tegenwoordigers van het overige personeel,
zoomede eenige oud-leerlingen, hem eene mar
meren pendule met bjjbehoorende coupes
ireerden.
Ten zeerste verrast, dankte de jubilaris,
iep getroffen, zijne patroons en zijne vrienden
|oor de blijken van waardeering, hem ge-
honken; hij hoopte dat het hem gegeven
ocht word.n nog vele jaren het zijne te kun-
bjjdragett tot het bevorderen van den
iloei der firma, terwijl hij zich in de vriend
schap van allen, die hadden bijgedragen om
"ezen dag tot zulk oen genotvollen voor hem
maken, aanbeval.
Van alle zyden ontvangt de jubilaris blijken
[an levendige belangstelling in dezen dag.
Hedenavond zal eene feestelijke bijeenkomst
den voor den heer Van Dooren zoo gedenk-
waardigen dag besluiten. Moge deze nog jaren
lang eene aangename herinnering voor hem zijn
I Bjj de Leidsche Spaarbank werd in de
maand Juli ingelegd 60,498.97 '/2, terugbe
taald 40,996.09, terwijl zjjn afgegeven 110
nieuwe- en geheel afgelost 89 boekjes.
Op 31 Juli bedroeg het gezamenlijk tegoed
der 8661 inleggers ƒ1,753,777.86.
I Er bestaat gelegenheid tot verzending
der correspondentie naar Noord-Amerika, door
middel van het stoomschip „Amsterdam", van
Amsterdam vertrekkende. Ten postkantore
alhier moeten de brieven enz. uiterlijk Vrijdag
middag om 4 uren bezorgd zjjn.
De wijze van verzending behoort duidelijk
op het adres vermeld te worden.
Beroepen is te Delftshaven ds. J. J. Van
der Lip, te LeideD.
Bedankt is voor het beroep naar Wychel
door ds. J. Wioteute Aalsmeer.
De heer F. Van Spall, pred. bij de doleer,
gemeente te Leimuiden, heeft, wegens redenen
van gezondheid, zijn ambt nedergelegd.
Aanstaanden Zondag, 4 Aug., zal de
heer Fortujjn, predikant te Zwammerdam,
des voormiddags te halftien in de kerk der
Ned.-Herv. gemeente te Hoogmade optreden.
Blijkens de statistiek der geboorten en
der sterfte naar den leeftijd en de oorzaken
van den dood in Nederland in de maand Mei
1889, bedroeg het aantal overledenen op
1000 inwoners per jaar: te Amsterdam 25.1
Arnhem 17Dordrecht 18.1's Gravenhage
19.6; Groningen 21.7; Haarlem 19.4 ;'s Her
togenbosch 36.1Leeuwarden 26.2; Leiden 23.7;
Maastricht 18.1; Rotterdam 26.9; Utrecht 25.
Prins Albrecht van Pruisen, vergezeld
van eenige heeren uit zjjn gevolg, begaf zich
hedenvoormiddag te 10 uren 43 min. per
Holl. spoor van Den Haag naar Amsterdam
en keert hedenavond te 8 uren 40 min. langs
denzelfden weg in de residentie terug.
De zonen van den Prins zijn per R(jnspoor
van 12 uren naar Amsterdam vertrokken,
vanwaar zj] langs denzelfden weg te 6 uren
wedorkeeren in Den Haag.
Bjj de in de gemeente Haarlemmermeer
gehouden herstemming voor twee leden van
den gemeenteraad zijn van de 934 kiezers
ingekomen 739 stembiljetten, waarvan van
onwaarde 2, zoodat het aantal geldige briefjes
bedroeg 737. Gekozen zijn do heeren A. J. G.
Timmermans met 392 en J. H. M. Evelein
met 384 stemmen. Voorts verkregen de
heeren F. L. Taas 345 en C. Bos 313 stemmen.
Bodegrave: Gekozen de heer Gjjsb. De
Kruijf Wz met 147 stemmen. Op den heor
K. Douwes Dekker (lib.) werden 112 stemmen
uitgebracht.
Zegwaard: Uitgebracht 65 geldige stemmen.
Gekozen de heer A. J. Van Roeuwyk met
49 stemmen. Op den heer P. Van Beek waren
10 stemmen uitgebracht.
Zoetermeer: Uitgebracht 85 geldige stemmen.
Gekozen de heer J. Vollebregt Jz. met 43
stemmen. Op den heer H. Scheer waren 42
stemmen uitgebracht.
Amsterdam Bjj de herstemming zijn 10,590
kiezers opgekomen, tegen 7549 bij de eerste
stemming. Er zijn 19,387 kiezers.
Bij d» eerste stemming, op 16 Juli, ver
kregen de vjjf thans door de drie liberale
Kiesvereenigingen aanbevolen aftredende leden
2807 a 3268 stemmen; zij, die thans door
de drie anti-liberale Kiesvereenigingen werden
aanbevolen 2003 a 2468 stemmen.
De uitslag is als volgt
Gekozen z(jnmr. M. W. F. Treub met
5684, mr. J. TV. Alting Mees met 5357, J.
P. Korthals Altes met 5326, mr. W. W. Van
Lennep met 5271 en mr. Tb. Heemskerk
met 5222 stemmen.
Verder verkregen mr. P. Pet 4968, mr. J.
E. Veltman 5121, J. Coninck Westenberg
4946, Paul Strater 5177 en J. A. Wormser
5134 stemmen.
De uitkomst der herstemming is derhalve,
dat gevallen zijn de wethouders Coninck
Westenberg on Pet, benevens het Raadslid
Veltman en daarentegen gekozen zjjn de
radicale candidaat Treub, de anti revolutionaire
candidaat Heemskerk, benevens de candidaat
tegen wil en dank Alting Mees (lib.) Het
Raadslid Korthals Altes en de wethouder
Van Lennep behielden hunne zetels. Vermoe
delijk zal de heer Alting Mees, die alleen ge
kozen werd ten gevolge van de overweging,
bjj een groot aantal kiezers geldende, dat
het verzoek van een in herstemming komende
candidaat om geene stemmen op hem uit te
brengen niet bindend voor hen zjjn kan, aan
gezien zij bij de herstemming tot bepaald
aangewezen personen beperkt zijn, het hem
opgedragen mandaat niet aannemen.
De conferentiën tusschen den minister
van binnenlandsche zaken en de commissie
van voorbereiding voor de onderwijswet zijn
afgeloopen. Naar men wil, zou de minister
in zijn ontwerp deze wijziging hebben ge
bracht, dat de bijdragen van het Rijk aan de
gemeenten voor de toekomst op het tegen
woordige bedrag worden gefixeerd. (Vad.)
De gemeenteraad van Woerden heeft
tot ambtenaar van den burgerlijken stand
benoemd den heer M. W. Schaly.
Tot directeur der gasfabriek te Oud-
Beierland is benoemd de heer Van Hoeven,
thans in gelijke betrekking te Kuilenburg.
Jhr. mr. J. W. M. Schorer, Commissaris
des Konings in Noord-Holland, zal zich heden
voor eenigen tyd naar het buitenland begeven.
Aan het ministorie van waterstaat, han
del en nijverheid is aanbesteed het verdiepen
van het groot scheepvaartwater in het Scheur
i tusschen de Buskrnithaven en het kanaal
door het benedeneind van Rozenburg, voor
de verbetering van den waterweg langs Rot
terdam naar zee. Minste inschrijver was L.
Kalis Kzn., te Sliedrecht, voor ƒ54,800.
De voormalige koningin van Spanje,
Isabella, heeft gistermiddag om één uur een be
zoek gebracht aan de Handelskade te Amster
dam en is vervolgens met een havenbootje
naar Marken gestoomd.
Het stoomschip „Bantam", van Batavia
naar Amsterdam, passeerde 31 Juli Gibraltar
de „Koningin Emma", van Amsterdam naar
Batavia, is 1 Aug. te Genua aangekomen.
De gewone audiëntie van den minister
van marine zal morgen, Vrijdag, niet plaats
hebben.
B(j koninklijk besluit is A. Bejjen be
noemd tot burgemeester der gemeente Pernis.
Bekrachtigd de aanstelling van dr. J. A.
Korteweg, hoogleeraar aan de Ryks-universi-
teit te Groningen, tot gewoon hoogleeraar aan
de gemeentelijke universiteit te Amsterdam.
Met ingang van 2 Augustus a. s. benoemd
tot adjunct-adm. bjj do zeemacht, de adsp.-
adm. J. C. Hoorweg, W. Nanning, J. W. Broers,
J. H. Van Troojjen, J. F. W. In de Betou,
C. Mathol en J. Van Rjjn van Alkemade.
Met ingang van 2 Augustus a. s. benoemd
a. tot adelborst 1ste kl. bjj de zeemacht, de
adelborsten 2de kl. 1ste afd. bij het Koninklijk
Instituut voor de Marine te Willemsoord,
W. A. J. Van den Hurk, J. L. H. Luymes,
C. Fock, J. E. De Visser, A. F. Gooszen,
O. H. Van Persijn, J. Wolterbeek Muller,
C. H. Van Asperen, P. Koster, G. A. Van
Vloten, L. T. Van Heusden, G. J. Kniphorst,
H. C. Dudok van Heel, G. F. Noordhoek Hegt,
A. W. Tirion, F. H. baron Van Dedem, jhr.
J. H. O. Van den Bosch, W. M. K. B. Van
Idsinga, C. F. Kruisinga, P. C. Coops, P. E.
Van Musechenbroek, G. Den Berger, A. H.
Van Deursen, A. J. De Graaf, jhr. W. C. Van
Panhuys, C. D. De Haes, jhr. C'. A. L. Van
der Wijck, M. C. Van Assendelft de Coningh,
F. Van Wageningen, G. A. H. Van der Stok,
L. J. C. L. De Vriese, J. Zur Mühlen; b. tot
2den luitenant bjj het corps mariniers, de
adelborst der 2de kl. 1ste afd. bij gemeld
instituut J. Van der Kop.
De heer P. J. M. Van Seters, arts, benoemd
en aangesteld tot off. van gez. 2de kl. bij
het personeel van den geneeskundigen dienst
van het leger in Ned. Indië.
Benoemd in Zuid-Holland tot heemraden
van den Stryenschen polder de heeren C. Van
den Berg en A. Voordendag.
3)
„Hier, moedertje," srrak hij, terwijl hij haar
de gift toereikte. Toen eerst viel zjjn blik op
haar bleek, eenigszins verzengd gelaat.
Het was eene vrouw van dertig jaar mis
schien, maar armoede en kommer deden haar
by den eersten oogopslag ouder schynen.
Hare groote zwarte oogen en schitterend
witte tanden, maar vooral hare slanke ge
stalte, die, ondanks haar slordig bontkleurig
gewaad, terstond in het oog viel, troffen
hem, en onwillekeurig richtte hy het woord
tot haar.
Zy gaf geen antwoord, maar een glimlach,
een glimlach zooals de danseres of de paard-
rydster voor het publiek, dat haar bewondert,
steeds gereed heeft, plooide ook hare lippen.
,Geef je maar geen moeite," zeide zyn
collega; „dat mensch spreekt niets dan
Grieksch."
Er waren reeds vele jaren verloopen sedert
Philibert de laatste Grieksche letter onder de
oogen had gehadhy zou ternauwernood een
Grieksch werkwoord kunnen vervoegen, noch
veel minder dus een volzin, in deze omstan
digheden van toepassing, kunnen samenstel
len. Hy bepaalde zich alzoo tot een vriende
lijk hoofdknikje en verliet de ziekenkamer
om in het rytuig met zyn collega van ge
dachten te wisselen over het morkwaardigo
geval. Al pratende bleek het echter dat zy
het niet eens waren iets wat tusschen
geneesheeren nu juist geene zeldzaamheid
is en om nieuwe argumenten voor zyn
beweren te vinden, ging Philibert den anderen
morgen weder naar den kranke.
Hy kwam te laat. De matroos was gestorven.
„Sinds wanneer?" vroeg Philibert, om iets
te zeggen, aan de vrouw met de donkere
oogen, die, voor eene weduwe, vry kalm
was.
Zy scheen zyne vraag te begrijpen, althans
zy antwoordde, niet in het Grieksch evenwel,
zooals Philiberts collega had gezegd, maar in
het Fransch, al was het dan ook niet zeer
zuiver, dat haar man een paar uren geleden
gestorven was.
Zy zeide dit zonder eenige aandoening, ter-
wyl zy voortging eenige voorwerpen bijeen
te zoeken en in de kist te bergen, die midden
in het vertrek stond.
„Gy zult er niet tegen hebben dat wij hom
opereeren?" vroeg Philibert.
De vrouw haalde de schouders op.
„Ik niet mot dooden man in huis blyven,"
antwoordde ze. „Ik heen gaan."
„Maar gy zult toch eerst voor de begrafenis
moeten zorgen."
,Ik niet begraven kan. Ik zwakke vrouw
zyn. Sterke mannen, politie, ik niets weet."
„Maar de overledene was toch uw man!"
Weder haalde de vrouw de schouders op.
„Doode is dood," zeide zy, waarschynlyk be
doelende, dat, nu de matroos gestorven was,
hy opgehouden had haar man te zyn en zy
alzoo niet in het minst meer verplicht was
zich zyner aan te trekken of voor zyn stoffelyk
overschot te zorgen.
Het was Philiberts zaak evenmin. Hy had
genoeg met zyne eigene levende patiënten te
doen om zich niet, zonder noodzaak, met de
doode patiënten van anderen te bemoeien;
het eenige, wat hy doen kon, was zyn collega
te waarschuwen, dat hot „merkwaardig geval"
niet meer bestond.
„En myne odaliske?" vroeg deze, toen
Philibert hem een paar uren later zyn bezoek
mededeelde.
„Eene odaliske? Wat meent ge?''
„Dat Grieksche wyf; wist gy niet, dat zy
eene odaliske is geweest?"
„Hoe zou ik dat kunnen weten? Dat stond
toch nog niet op haar gezicht te lezen."
„Ik dacht dat ik het u verteld had; die
vrouw heeft een doel van haar leven in een
harem doorgebracht; zy is er uit gevlucht,
waarom weet ik niet, maar ik denk wel, dat
zy het er naar gemaakt zal hebben."
„En toen?"
„Ze is er toen van doorgegaan met een
Italiaansch zeekapitein, meen ik, en van den
een op den ander overgaande, eindelyk ge
trouwd of niet getrouwd met myn patiënt.
Wanneer willen wy hem opereeren?"
„Wanneer gy wilt; maar die vrouw?"
„Die heeft gelyk dat zy zich uit de voeten
maakt; erven zal zy toch niet, want de arme
drommel had niets. Ik zal 't Iyk maar naar
't ziekenhuis doen overbrengenvoor de jon
gelui is het een buitenkansje: zoo iets zien
ze niet dikwyls in hun leven."
„En wat moet er dan van haar worden?"
„Dat moet zy zelve weten. Hare oogen zyn
mooi genoegzy zal nog wel door de wereld
komen."
„Alzoo is zy eene odaliske geweest?"
„Dat schynt u byzonder te interesseeren."
„Ja," zeide Philibert, en peinzend verliet
hy zyu collega.
(Wordt vervolgd.)