8909. Maandag 4 >Iaar(. A°. 1889. <§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van gpn- en feestdagen, uitgegeven. lit nominer bestaat uit DRIE Bladen. i Kikeriki. Leiden, 2 Maart, Feuilleton. Wera Iwanowna Sentoff. PRIJS DEZER COURANT: 'oor Leiden per 3 m&andcn1.10. ,nco per poet.1.40. londerïgke Nomiiierfl0.05. PRUS DER ADVERTENTIEN: Van 1—6 regels 1.05. Ioder© regel moer/0.17i. Grootero letters naar plaatsruimte. Voor het in* caseeeren buiten de stad wordt 0.10 berokeud. Aan de Abonnó's daarop, wordt b\j dit mmer verzonden No. 23 van Kikeriki. o£llo>ioole Kenninffevingen. Zeemilitie. Burgemeester en Wethouders van Leiden, üelet op art. 150 der Wet op de Nationale Militie, i den lOden Augustus 1861 (Staatsblad No. 72); Jïoodigen de lotelingen dezer gemeente, die ver gen bij de Zeemilitie te dienen, uit zich daartoe i te melden vóór don lsten April aanstaande, op j der werkdagen, tusschen des voormiddaga negen des namiddags drio uren, ter Secretarie dezer mcontc. Zij lierinneron voorts den belanghebbenden, dat t overbodig is voor het vervolg, verzoeken om jjving bij do Zeemilitie tot het Departement van irine te richten eu dat zoodanige verzoeken voortaan ,iten beschikking zullen worden gehouden; dat rhalve belaughcbbendon, van het verlangen om bij Zeemilitie to worden geplaatst, uitsluitend op de iven aangegeven wijze behooren te doen blijkon. Burgomeester en Wethouders voornoemd, Leiden, DE KANTER, Burgemeester. Maart 18S9. E. KIST, Secretaris. Burgemeester en Wethouders van Leiden, Gezien het adres van F. DEL SASSO, lioudendo ffzoel. om vergunning tot het houden en mes- in van varkens in het perceel in de Spijkerboor- eeg No. 10. Gelet op art. J52 der Algemecue Politieverordening in 6 November 1ST 9; Brengen ter kcnüis van bc'anghcbbenden dat op aandag 4 Maait a. s des voormiddaga te elf uren, I een der vertrekken van het Raadhuis gelegenheid lil worden gegeven tot het inbrengen van bezwaren igen gemeld verzoek. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, DE KANTER, Burgemeester. 8|Febr. 1889. E. KIST, Secretaris. ■Eeue merkwaardige uitgaaf in velerlei .pzicht is het feestnummer van het Studen- enweekblad „Minerva", opgedragen aan het Collegium Civitatis Aeademicae Lugduno- Jatavae Supremum", bij de firma Brill alhier rerschenen. Merkwaardig om de bijdragen van sen aantal oud-studenten in schrift en toeke- ïing, merkwaardig vooral als historisch werk. in hoofdzaak toch is dit feestnummer gewyd aan eene zeer uitvoerige en grondige boschry- ving van de geschiedenis en ontwikkeling van het Leidsche studentenleven, die als eene hoogst interessante bydrage tot de geschie denis van onze oudste hoogeschool moet wor den beschouwd. Het stedelyfe archief, de Laken hal, de Universiteits bibliotheek en het corps archief stonden den schryvers voor hunnen arbeid ter beschikkingtal van andere bronnen zun geraadpleegd, en aldus is eene schets ontstaan, ryk aan historische byzonderheden, waaronder vele, die in de bekende werken van Schotel en Siegenbeek niet zyn te vinden. Het stuk legt getuigenis af van nauwgezette studio, van een groot talent om geschiedkun dige stof byeen te brengen, te waardeeren on te rangschikkon. De schryvers verdeeien deze goschiedei is van 314 jaren in drie tydvakken. Hot eerste (1575-1784) is gekenmerkt door hot op den voorgrond staan van het individueole; slechts in tyden van nood valt samenwerking by de studenten waar te nemen, nl. by gevaar voor het vaderland of voor de toen zeer betrekke lijke onafhankeiykheid der academieburgers. Van eene studentenmaatschappij is geen sprake. Van hoogerhand werden allo pogingon tot vereeniging der studenten onderdrukt, wijl men daarvan voor de toekomst rustverstoring vreesde. Desniettegenstaande is eene der eerste studentenverenigingen van de regeering zelve uitgegaan, t. w. het Statencollege, 1592, be stemd tor voeding en leering van 31 onbemid delde studenten der godgeleerdheid. Dit Col lege is in 1797 opgeheven, het gebouw in 1807 voor afbraak verkocht, en do schoone, grauwe, hardsteenen poort in 1S73 gesloopt, omdat by „te nauw was voor de mestwagens, die het uitvaagsel der manége-stallen kwamen weghalen". Dit gansche tydvak is gekenmerkt door onderlinge vechtpartyen van gansch niet onschuldigen aard, die by de komst dor ge- wapondo macht overgingen in gemeen verzet tegen de overheid, verder onlusten zonder tal, die meorendoels grond hadden in werkelyke of vermeende inbreuk op hot voorrecht van alle lidmaten der hoogeschool, om uitsluitend door do academische vierschaar te worden gevonnist. Hot tweede tydvak loopt van 1784 tot 1839. Het vertoont eene indeeling der Sludentenmaatschappy in verschillende corp sen, oorspronkelyk elkander vyandig gezind, en slechts dim vereenigd, als hoogere belan gen vrede en samenwerking tot een dringend gebod maakten (1815,1831). Dit tydpork wordt gesloten door de oprichting van het Leidsche Studenten-corps op 1 Maart 1839. Het derde tydvak omvat do geschiedenis der laatste 50 jaren. Onder de belangryke gebeurtenissen vinden wy herhaalde malen een krachtig optreden van het corps ter ver- de iiging van zyne rechten of van de belan- i geu der hoogeschool. Aan het slot consta teert de schrijver met vreugde, dat wy by dit gouden feest mogen terugzien op oen tydperk van grooten bloei. Thans zijn allen zoozeer doordrongen van een allen omvat- to.rden band, dat de aanwezigheid daarvan bykins niet meer wordt bemerkt. Moge ook in de jaren na 1860 eonigo verslapping zyn waar te nemen; er is gelukkig geene reden, ze te vorgelyken met den oudordom van don grysaard. Het Leidsche corps zal leeringen weten te putten uit zyne geschiedenis, en de verslapping der jongste jaren zal worden gevolgd door een terugslag, die den corps- geest hooger doet ryzen dan hy immer is gekend. Deze schots, die 40 quarto-bladzyden be slaat, is opgeluisterd door twintig afdrukken van 8igilla en gedenkpenningen, on wordt be sloten door eene (te voren niet volledig bestaan hebbende) naamlyst der ledon van het. Collegium. Ein woord van hulde aan de bewerkers, de boeren J. J. Van Troostenburg de Bruyn en Th. B. Pleite, mag liter niet ontbreken. Daarna volgen do bydragon der oud studen ten, allon oudloden van hot Collegium; eene allorbelangiyksto verzameling. Zij bevat ge dichten van dr. J. J. P. Valeton, dr. E. Lauril- lard, mr. W. Van der Kaay, Piet Paaltjens (een vers in ouden trant, hoezee!), en in proza herinneringen aan den studententijd van prof. A. Kuonen, prof. J. C. A. Oudemans, mr. A. A. De Pinto, prof. J. Bosscha, dr. W. N. Du Rieu, prof. T. Zaayer, dr. H. J. Betz, prof. P. W. A. Cort Van der Linden, dr. Ch. M Dozy en een penschetsjo („De heele Encyelo- paedie wr.s in die pet gevaren") van jhr. mr. Victor De Stuers. Bovendien sieren twee platen het feo itnummer: van mr. A. Ver Huell, „Herinnering", en van jhr. mr. V. De Stuers, „De hooggeleorde Hoek". Door verschillendo giften is hot tekort dar vereeniging voor Christelijk onderwys at n on- en minvermogenden alhier van ruim 1000 teruggebracht op ruim 525. Meerdere giften zyn nog zeor welkom. Eene volksvoordracht werd Donderdag jl. gehouden to Waddingsveen, door den heer A. Van Rooyen, die een stuk van Van Maurik, „Jan Smees" getiteld, ten gehoore bracht. Bydragen werden door de heeren Veonstra en Van Bergen geleverd, 't Publiek ging voldaan huiswaarts. Te Sassenheim zyn volgens de opge maakto lyston 121 kiezers voor de Tweede Kamer, Provinciale Staten en voor den Gemeen teraad. De Rederykerskamer „De Vriendschap" te Waddingsveen gaf aan donateurs en be langhebbenden eene uitvoering, waarmede het talrijk opgekomen publiek zeer was inge nomen. Door den lieorKouwenhoven to Waddings- veen, werd Woensdag jl. aan de verschillende sociStoiton en voreonigingon een feestavond aangeboden, waarop het Boskoopsch Fanfaie- Corps onder directie van den lieor Arentz zich liet hoeren. De zaal was stampvol en het Fanfare-corps werd meer dan eens luide toe gejuicht. De „Staatscourant" van 2 Maart bevat oene opgave van onbestelde of geweigerde voorwerpen der pakketpost, welke nog eene maand na deze aankondiging by het hoofd bestuur der posteryen ter beschikking blyven van de rechthebbenden, om, na verloop van dien termyn, voor zooveel zij niet zyn opge vraagd, te worden verkocht. Do namen en woonplaatsen dor geadresseerden zynK. E. Sikkema te Jubbega, J. Mouthaan te Egmond aan Zee, J. Van den Dries te Antworpen, Caesar Frank te Parys, Movis te Geverik by Beek (Limburg), A. H. Fischer te 's-Graven- hage, E. De Beukelaer te Antwerpen, Robert Isaac te Zutfen, Carrière te 's Graveuhage, J. A. Cats te Gouda, Hidde Van der Zee te Balk, W. J. Van Nouhuys te Uithoorn, wed. W. G. Haspel te Nymegen. Verder is nog ter beschikking een ivoren Japansch doosje, in den loop van 1888 mot de pakketpost verzonden, waarvan liet adres is verloren geraakt, terwyi do afzender onbekend is. In de D.ns lag avond gehouden vergade ring der Delftsche Coöperatieve Winkelver- eeniging werden het verslag van commissaris sen en dat van de commissie voor het na zien dor rekening en verantwoording over 1888 uitgebracht. Plet ledental bedroeg 1 Ja nuari 1889 326, tegen 316 op 1 Januari 1888. Uit de rekening, welke werd goedgokourd, biykt dat er 6357 was te verdeeien. Daar van is aan verschillende uitkeeringen besteed ƒ1338, waarna er ƒ5018 als netto winst onder de leden verdeeld kon worden. De directeur van do gostichten te Haarlem en Heemstede voor do verpleging van iyders aan vallende ziekte hooft van den lieer A. J., te A., eene gift ontvangen, groot ƒ2500, voor genoemde inrichtingen. De lieer F. Vestdijk, een zoon van don onlangs overleden, wel bekenden S. Vestdyk, is, naar ons bericht wordt, onlangs benoemd geworden tot professor in de massago-teraphie, orthopaedie en medicale gymnastiek aan eene der universiteiten te New-York. UD.) 1") Naar het Duitscii door X». .X. O. I. Terwijl hy in het donker met groote moeite de trap opliep, met de hand telkens stevig de leuning vastgrypende, herinnerde hy zich plotseling al hetgeen was voorgevallen, ja, meer nog dan dat. Heden was het de verjaardag, de gedenkdag van.Zyn hoofd was zwaar van den tinte lenden Italiaanschen wyn hy hooide nog de toosten, op hem geslagen door eene gulle schaar van kunstenaarsnog klonken hem de woorden in het oor, welke do dronken ver gezelden, hem, den jongste, den meest ge vierde van den kring gewyd; nog zag hy al de schoone vrouwen, die het glas geledigd hadden op het welzyn van don Duitschee Kafaël," op zijn welzynde vrouwen, die hem eer» „gezondheidI" hadden toegewenscht, alles naar aanleiding van het bekronen op de tentoon stelling met den eersten prys, met de hoogste onderscheiding van eenezyner schilderyen. Hy was gelukkig geweest en had vergeten Nu echter, op de donkere trap, te midden van de nachtelyke stilte, kwam het beeld van het verledene hem wederom duidoiyk voor den geest on hy bleef stilstaan en strekte de armen voor zich uit, alsof hy iels, dat voor niemand zichtbaar was, dat hij alleen kon aanschouwen, van zich wilde afweren. Daar hooide hy tegenover zich eene deur opemraan; een lichtstraal viel op het portaal en eene vrouw vroeg in gebroken Duitsch: „Zyt g(j het, Signor Giovanni?" Hy schrikte en verhaastte zyn tred. „Is er iet» ge"beurd?" vroeg hy met den angst, eigen aan personen, die steeds reden hebben om te vreezen dat zy by hunne tehuiskomst van het een of ander onheil zul len hoeren gewagen. „Neen." antwoordde de vrouw in hot Ita- haan.Mob. No, Signore. Z(j «as nagenoeg vyf en veertig jaren oud en zag er o-rvallen en verdrietig uit, terwyi haro roode oogleden bowezon dat zy kort ge leden gesi-i-r id had. „Ik wa» maar bezorgd over u," ging zij V',;>rt. ,A qi ben ik ongerust, wanneer ik ml h vootal wanneer het daarbuiten zoo i regent als thans. Hetisinder daad g laarische winter! Kom asjeblieft gauw Ik n reeds half bevroren." Hy volgde haar en zy ging hem met licht voor door eene ruime voorkamer naar oen niet min der groot vertrek, ryk gemeubileerd en dat het stempel droeg van een schilders atelier, doordien er een schildersezel in stond en tee- koningen on voortbrengselen van het penseel do wanden er van sierden, ja bedekten. Er heeraclile oene bedompte lucht en de aanwe zigheid van olieverf was oveneens duidelyk waar te nomen. Op den haard glommen nog eenige kolen. De vrouw had den kandelaar op een tafeltje gezet en de vlam der daarop geplaatste kaars verlichtte karig het inwendige van de prachtige, met kunstenaarssmaak ge meubileerde kamer. De thuisgokomene had echter geen oog moer voor al tiet schoone rondom hem hy legde hoed en overjas op een Turksch rustbed, trok de lichtgekleurde handschoenen uit en wierp zo ut den iiood. „Slaapt ze?" vroeg hy toen in het Ita- liaansch. Si. dorm povcrctlaHet heeft lang geduurd eer ze insliep.De storm joeg haar schrik 1 aan. M-sr zfi was stil en zachtmoedig als een Ia.a, >-rcn-t,haaide)yk naar u, Signor, en of E'.i - p komen zoudt.schreide ook oen b-Mtje .1 vertoefde geruimon tyd hierin hot at-rón. v ar zy alles bekeek en naar iets bapaalds zocht, want zy doorbladerde alle schetsboeken, keerde elke tookening of schets om, welke naar den muur gewend stond, snuffelde in alle laden.Daarby was zy zeer opgeruimd.En toen ik van haar wilde weten wat zy toch zocht, keek zy mij ver baasd aan en schoen zelfs in het geheel niet moer te weten, dat zy naar iets gezocht had. Zonder moeite bracht ik haar toen naar bed en voordat zy insliep moest ik, als naar ge woonte, met haar bidden." De vrouw zuchtte. Ook hy haalde diep adem. „Ga nu slapen," zei hy en ging op de otto- mane zitten. „En u, Signor? vroeg zy schuchter. „Wilt u niet naar haar toe gaan. baar niet gaan zien „Later, straks," antwoordde hy. „Laat mg nu alleen." Nogmaals zuchtte zy, keek den man, die, met gevouwen handen, in zichzelven gekoerd daar neder zat, deelnemend aan en verwyderde zich met een „Felice notte, Signor Oiovanni uit de kamer. „Goede nacht!" Hot klonk als eene spotterny. Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1889 | | pagina 1