-yefZSXSfm
BUITENLAND.
"£<V«a.Eilir|jlg-
Met zekorheid is nog niets bekend over
de plannen van den president omtrer.t de
ministeriëele crisis. De opportunisten, die het
ministerie ten val brachten, zyn evenmin als
de radicalen in staat een levensvatbaar minis
terie te vormen, want de heer Clémenceau zal
dit kabinet eveneens bebandelon als de oppor
tunisten het den heer Floquet deden.
Een tijdperk van politieke verwarring staat
in olk geval weer te wachten, en dat nog wel,
terwijl reeds den lsten Mei de grooto tentoon
stelling tot herdonking van het honderdjarig
bestaan der republiek zal worden geopend.
Het eenige middel, hetwelk president Carnot
ten dienste staat, is, meent men, het benoe
men van een „Cabinet d'affaires", dat tot na de
groote verkiezingen kan regeeren, doch hiervoor
is eveneens de steun van de meest gematigde
radicalen noodig. De kansen voor generaal
Boulanger en zijne bondgenooten, de Bona-
partisten en de Monarchisten, zyn in elk geval
door de ministeriëele crisis weer aanmerkelijk
gerezen.
Generaal Boulanger woonde de bewuste Ka
mer zitting by, maar voorde niet het woord. De
generaal zat tusschen de heeren Laporte en
Chevillon en trok de bijzondere aandacht van
den prins van Wales, die uit zijne loge den
generaal mot zijn kijker nauwkeurig opnam.
Ook waren de tribunes geheel bezet, terwijl
er weer bijzonder vesl dames aanwezig waren.
Buiten het Palais Bourbon stonden slechts
weinig menschen, ten gevolge van het ongun
stige weer, hetwelk de moeste nieuwsgierigen
thuis deod blyven.
In de Kamer werd, na den val van het
ministerie, niet weinig de spot gedreven met
den nieuwen minister van justitie, Guyot-
Destaige, die juist eene week zijn ambt had
vervuld. Een zijner ambtgenooten troostte
hem na afloop der zitting met de opmerking:
„Gij hebt nog de meeste tevredenheid van
ons allen, want u althans is de pijnlijke taak
bespaard gebleven dat gij, gelijk wij, tien
maanden in deze galei hebt moeten roeien".
Merkwaardig was ook de houding der rech
terzijde. Nauwelijks hadden alle Bonapartis-
ten en monarchisten eendrachtig gestemd voor
hot voorstel van baron Mackau, om de her
ziening acht dagen uit te stellen, of een paar
minuten later steunden zy even eendrachtig
het voorstel van den radicalen afgevaardigde
Douviile-Maillefeu om de goheelo herziening
in den doofpot te stoppen. Hun doel was
blijkbaar uitsluitend den heer Floquet te doen
vallen. De eer dezer frontverandering be
werkt te hebben, komt, volgens de organen
der rechterzijde, toe aan don heer Paul De
Cassagnac, die terstond aan alle loden z(jner
party het wachtwoord gaf het onverwachte
vóorstel te steunen, omdat dan de val van
het ministerie verzekerd was.
Graaf Douviile-Maillefeu was zelf het
meeste verbaasd over de govolgen van zijn
voorstel. Volgens zijne eigen verklaring, was
het zijn doel het ministerie te helpen. Indien
hjj had geweten, dat de rechterzijde en de
opportunisten daarvan gebruik wilden maken
om den heor Floquet te doen vallen, dan
zeido hij zou ik nimmer het voorstel heb
ben ingediend.
De zaak zelve wordt daardoor echter niet
veranderd. Het miHiaterie-Floquet is gevallen,
on do vraag is, wat nu moet geschiedon.
President Carnot was zeer verbaasd, toen de
ministers hem hun ontslag kwamen aanbie
den. De president had dit niet verwacht on
wilde eerst het ontslag niet aannemen, maar
de heer Floquet verzekerde terstond dat zyn
besluit onherroepelijk was. De president ont
bood toen de voorzitters van de Kamer en
den Senaat, doch natuurlijk zal het eenige
.dagen duren, voordat de heor Carnot weet,
welken weg hy in deze nJoeilyko omstandig
heden ter oplossing der crises moot inslaan.
De president der Kamer, de li m F-e Móline,
heeft bedankt voor de eer om ai's minister
president op te treden. Een kabmet'Mtouvier
wordt daardoor waarschijnlijk saam ges.'«'d u't
opportunisten, een homogeen ministerie. .Hou-
yier hoeft verklaard niet ongenegen te z^h
uit zyno partygenooten een ministerie saam
te sfollon, zoo hy toezegging verkroeg van
Kamer-ontbinding. Hjj zou eene besliste hou
ding tegen Boulanger aannemen en die zolfs
-et-volgen wegens samenspanning togen de
-M der rogeering; overigens zou hij
zekorhi" '-asters voorslaan zich niet met
zijn mo e m,. doch te trachten slechts
do politiek te bemneie.
to stelten -in de be-
wetten over zaken voo.
grooting voor 1S91.
■- Rochefort is uitgedaagd door don te-Lyjj-
den wonenden caricaturist Pilotell, dio door
Rochefort een hotel-dief was genoemd.
DuitsohlAsd.
Het voor den Rijksdag bestemde „Witte
Boek" over Samoa behelst -14 stukken, ge
wisseld tusschen 8 Dec. 1886 on 5 Febr.
1889. De voornaamste, voor zoover zy op de
joDgste gebeurtenissen betrekking hebben, zyn:
lo. Een bericht van den Duitschen consul
te Apia, dd. 24 Febr. 1888, over het streven
der Amerikanen en Engelscben op Samoa om
conflicten uit te lokken; 2o. een bericht van
9 Sept. 1888 over den opstand van Mataiifa
en zijne ondersteuning door den Amerikaan-
schen kapitein Leary; 3o. oen dito van 28
December 1888 omtrent het overvallen van
het Duitsche landingscorps4o. een telegram
van den staatssecretaris Von Bismarck, dd.
7 Jan. 1889, aan den gezant te Washington
en dien te Londen, waarin hun wordt opge
dragen den heer Bayard en lord Salisbury
van den overval kennis te geven, en omtrent
de deelneming van den Amerikaan Klein aan
de vijandelijkheden bezwaren in to dienen.
Daarbij wordt verklaard dat Duitschland zich
houdt aan de verdragen met Amerika en
Engeland; dat het de daarby gewaarborgde
rechten zal eerbiedigen, en beide regeeringen
uitnoodigt krachtdadig mede te werken tot
herstel der rust; 5o. een telegram van den
staatssecretaris Yon Bismarck aan den consul
te Apia, dd. 8 Jan. 1889, houdende dat, krach
tens eene overeenkomst met de Vereenigde
Staten en Engeland, do inlijving van Samoa
niet zal plaats hebben; 6q. een schrijven van
denzelfde aan de gezanten te Washington
en Londen, dd. 13 Jan. 1889, waarin als doel
der militaire maatregelen tegen de aanhangers
van Mataiifa wordt opgegevende bestraffing
der moordenaars van Duitsche soldaten, zoo
mede de beveiliging van de Duitschors en
hunne bezittingon; 7o. een schrijven van den
zelfde aan den chef der admiraliteit Goltz,
dd. 5 Febr. 1889, waarin wordt betoogd dat
Duitschland niet in volkenrechtelyken oorlogs
toestand met Samoa verkeertdat het Tama-
sese als heerscher erkent, maar Mataiifa als
oproerling beschouwt; dat tegen dezen en
zijne aanhangers represaille-maatregelen zullen
worden genomen, en dat zy, die hon bijstaan
of tot den strijd tegon de Duitschers aanzet
ten, zichzelven do gevolgen zullen te wjjten
hebben. De rechten van vreomde onderdanen
op Samoa zullen geëerbiedigd worden.
Dezer dagen werd aan do Berlijnscbe
beurs het bericht verspreid, dat prins Von
Bismarck zou aftrodon. Het is echter gebleken
dat dit gerucht ongegrond en niets meer dan
eene boursmanoeuvre was. Do officieuze „Köln.
Ztg." melde niets van een dergelyk voorne
men van den rijkskanselier.
De bekende professor Von Dollinger aan
de boogeschool te Miinchen zal op 28 dezer
zyn 90ston verjaardag vieren.
ItAllS.
De Kamor van Afgevaardigden heeft gis
teren de discussie over de motie van den
heer Bonghi hervat.
De heer Baccarini verklaarde dat hy er
tegon zou stemmen, daar hij geen votum
van vertrouwen kon schonken aan liet kabinet-
Ciispi.
De boer Nicotera stelde daarop de volgende
motio voor: „De Kamer betreurt de onbe
dachtzaamheid der regeering en noodigt haar
uit de orde te handhaven, zonder de consti-
tutioneele vrijheid te krenken."
Aan eene oproeping, aan regoeringsgezinde
afgevaardigden door den minister-president
Crispi gedaan, werd door ruim honderd go-
volg gegeven. De heer Crispi verklaarde in
zijne rede de uiterste zuinigheid te betrachten;
aan allo ministeriën werd nagegaan welke
bezuinigingen nog te maken waren, doch zon
der nieuwe belastingen was het onmogelijk
te voldoon aan de behoeften. Do afgevaardig
den toonden zich niet bereid voor vorhooging
der belastingen te stemmen.
Ilelgiê.
Koning Leopold der Belgen heeft do nieuw
ingestelde ridderorde, de „Ster der Congo",
verleend aan den heer Stanloy, sir F. De Wir-
tou, oud-gouverneur van den Congostaat en
voorzitter der Engelsche Emin Pacha-comroisie,
:*lsmede aan eenige andere personen. Deze
0Uy61^clieiding wordt alleen toegekend aan
de leden dff Afrikaansche Vereeniging en dn
agenten van u,<sü Congostaat, die aan het be
schavingswerk ia Middel-Afrika dansten
bewezen hebben.
- Sir William Frasor schrijft eene verhan- i
deling over hei vermaarde bal, to Brussel j
djjpr.de hertogin van Richmond gegeten,
den avond vóór den slag bjj Quatre-Bras. Zooals
bekend is, was men het onlangs niet eens
over het juiste lokaal, waar het bal plaats had.
Het gerucht loopt dat de minister der
Epoorwegen Vandenpeereboom een verlof van
drie maanden en dan zijn ontslag zal
nemon. De heer De Bruyn zou hom vervangen.
De gemeenteraad van Laeken heeft de
begrooting der stad verworpen met 8 tegen
7 stemmen. Het deficit bedroeg 150,000 fr.
en het college der schep.enen had voorgesteld
de opcenten te verhoogon.
Groot-BrltannlS,
Aan de „Times" wordt uit Zanzibar ge
seind dat de sultan de bewoners van het
Pemba eiland dreigde, dat hy alle slaven aldaar
bevryen alsook notemuskaatboomen omhak
ken zal, indien de maskate-arabiers onder
Abdoclaziz eene landing mochten beproeven.
De paus heeft eene som van 40,000 fr.
gezonden voor de oprichting van do nieuwe
kerk van St.-Patriek, in Ierland.
Er is te Londen reeds byna 14,000 p. s.
byeengekomen tot leniging van den nood in
China.
Spaiyje.
De weduwe van maarschalk Prim, een der
leiders der Spaansche progressisten tegen
Espartero, is, na eene langdurige ziekte, op
59-jarigen ouderdom overleden. Slechts een
maal was zij op eene openbare plechtigheid
verschenen, nl. by den doop van don zoon
van koning Amadous.
De begrafenis werd door mannon van alle
partijen, bekende generaals uit den onwente-
lingstyd en officieren bijgewoond. De minister
van oorlog, de hoer Sagasta, was ook tegen
woordig.
Eene interpellatie in de Kamer over de
hospitalen te Madrid, heeft een ernstig inci
dent veroorzaakt. Do militaire gouverneur
der stad heeft don interpeliant, die hem een
barbaar noemde, zyne getuigen gezonden en
levens zyn ontslag aangevraagd. Do regeering
woigert dit ontslag aan te nemen.
Oostenr.-Iïoiijj.-Moinn-elitt».
De weduwe van kroonprins Rudolf, prinses
Stéphanie, zal heden uit Weenen naar het
aan de Adriatische Zee gelegen kasteel Mira-
mare vertrekken, om daar eenigen tyd to ver
toeven. Waarschijnlijk zal de prinses het
grootste gedeelte van den zomer doorbrengen
op hot slot Jjaxonburg, naby Weenen.
Volgens de „Pol. Corr.", zal aartshertog
Frans Ferdinand van Este, de oud3te zoon
van aartshertog Karei Lodewyk en de ver
moedelijke troonopvolger in Oostenryk, voor-
loopig in dienst blyven als majoor en te Praag
blijven wonen.
Te Weenen is de 77ste aflevering ver
schenen van prins Rudolfs bekende werk
met een aanhangsel in den vorm van eene in
't zwart gebonden brochure. Daarin is opge
nomen de geschiedenis der uitgaaf, benevens,
eon facsimile van de opdracht dos prinsen v^n
„Oostenryk-Hongarye in woord en beeld" aan
zyn vader, koizer Frans Jozef. De prooven
van dit bijvoegsel zijn door den keizer zeiven
nagezien en aangevuld, zooals byv. overal
waar van prins Rudolf sprake is, met woorden
als „de geliefde" of „de onvergetoiyke." In
dit geschrift wordt gemeld dat 101 geleerden
en schryvers en 176 kunstenaars by de Duit
sche en Hongaarsche bewerking helpen.
In de zitting, gistoren door de Kamer
von Afgevaardigden te Buda Pesth gehouden,
word de regeoring geïnterpelleerd over de be
toogingen tegen de legerwet, en voornamelijk
ovor het optreden der politie bij de Donderdag
geploegde wanordelijkheden.
De minister Tisza trad in eene toelichting
van de politie-maatregelen en uitte de hoop
dat voorvallen als nu hebben plaats gehad
on die in de geschiedenis van Hongarye onbe
kend zyn, zich niet zullen herhalen.
Na eene levendige beraadslaging, werd met
204 tegen 97 stemmen bet voorstel verworpen
om, als protest tegen de gewelddadige han
delingen der politie, de behandeling dor leger
wet te schorsen, en ging men met de discussie
over die wet voort.
Transvaal.
Men herinnert zich den dood van den Trans-
vaalschen grenscommissans Grobbelaar, aio
voor eenigen tyd door den kafferkoning Khama
werd gedood.
De Transvaals'-be regiering zond generaal
Joubert naar de Limpoporivier, ten einde te
onderzoeken wat er eigeniyk was voorge
vallen. Met behulp van uen Engelsehen com-
juissaris, den Leer Sidney, stelde generaal
Joubert een nauwkeurig onderzoek in en zond
bet rapport aan president Krüger, die dit in
de Transvaalsche Staatscourant ter openbare
kennis bracht. Wegens de tegenstrijdige ver
klaringen dor getuigen komt de generaal tot
geen conclusie, maar laat hy het aan de
rechtsgeleerden over om waarheid van onwaar
heid af te scheiden.
Ondanks het beweren van oenigo Engelsche
bladen, dat een aanval op koning Khama,
dio onder Engelands bescherming staat, door
de Eng:elsche regeering niet zal geduld woe
den, verzekert toch „De Volksstem" dat,
indien Khama's schuld mocht bljjken, zyne
tuchtiging niet achterwege zal blyven.
I1V GEZONDEN.
In eene advertentie, ondorteekend doorvyf
ingezetenen dezer gemeente, wordt tegen
Zondag-namiddag a. s. eene toespraak aan
gekondigd, die de heerRéveillaud in het kerkge
bouw der Waalscho gemeente zal houden over
„de toekomst van het Protestantisme in
Frankryk.Men vergunne my, als mede-
onderteekenaar, dien spreker even in te leiden
bij rnyne stadgenooten.
Eugöne Réveillaud is, vooral in deze dagen,
één uit weinigen. Vurig, belangeloos en ryk
begaafd, wydt hy zijn leven aan eene enkele,
met hart. en ziel omhelsde gedachte: horstel
van hot Fransche Protestantisme. Een ouder
lijk huis, waar, echt Fransch, de moeder ge
trouw de mis bezocht, de vader daarover de
schouders ophaalde, ziedaar het tooneel zyner
kinderjaren. Eerst koos hjj, op het verlangen
zyner moeder, den geestelijken stand, doch
-enkel om, tot ]s vaders onverholeno voldoening,
die keuze op te geven, nog vóór de wyding.
Nu werd de rechtsstudio aangevat, en met
eere volbracht. Advocaat en leider van een
belangrijk provinciaal dagblad, eer bjj zyn
22ste jaar had voltooid, was de seminarist
van weleer geheel gewonnen voor hetgeen
rnon in zjjn vaderland, en ook wel elders, by
uitnemendheid „de vrye"gedachte" noemt. Toen
hjj, een jaar later, in het huwelijk trad, meonde
hy dan ook elke kerkelyke inzegening te
kunnen ontberen.
Do vuurproef van smartelijke ervaringen
wekte eerlang hoogere behoeften. Do omgang
met een predikant van indrukwekkende
gaven wees zjjnen gedachten nieuwe wegen.
Uit dat nadenken groeide een geruchtmakend
boek over „de Godsdienstige vraag en hare
Protestantsche oplossing", dat tot dusver reeds
acht uitgaven beleefde. Nog plaatste zich daarin
de schrijver ten aanzien van den hervormden
Godsdienst op hot standpunt van een wel
willend, maar onpartijdig toeschouwer. Maar
in den zomer van 1878 trad hij eensklaps op
in het openbaar, mot het verrassende getui
genis, dat ook hy zjjn gezicht had gehad van
don weg naar Damascus. De zaak van het
Protestantisme in den geest eoner ernstige
rechtzinnigheid had sinds dat oogenblik een
kampioen gewonnen, kwaljjk geëvenaard en
zeker onovertroffen, beide in geestdrift en
geestkracht.
Rusteloos wjjdde hjj voortaan al zijne dagen
aan de verbreiding van de dingen, welke hem
het heiligst warendoor het geschreven woord
in de kolommen van zyn dagblad „Le Signal",
maar bovenal door het gesproken woord, zoo
vaak hij als zendeling rondtoog door alle
deelsn van zyn Vaderland. Zijne echt Galli
sche welsprekendheid, overvloedig, beschaafd,
tintelend van geest, maar ook en in de eerste
plaats van den gloed eenor voor niets ver
vaarde overtuiging, heeft hem in Frankrijk een
tal van bekeerlingen toegevoerd en ook in Ne
derland reeds ettelijke vrienden gewonnen.
Mochten dan ook binnen Leiden, Protestanten
van alle kleur en schakeering dien man, vol des
heiligen geestes, een onthaal bereiden, zijner
waardig en waardig, dit vooral 1 hot werk, dat hy
heeft ondernomen. Eene weergalooze ramp
wil by ongedaan maken. Dat juist in Frank
rijk, meer dan eenig land ter wereld, zjjnen
naburen, altijd in goed en kwaad, tot een
aantrekkelyk en aanstekelijk voorbeeld, dat
daar juist vrjje vroomheid moest worden
onderdrukt, zoodat men er geene andere keus
meer kent, dan tusschen vroomheid, die niet
vrij, en vrijheid, die niet vroom wil wezen,
die beschikking zoekt, onder do onheilen der
laatste eeuwen, vergeefs hare W6erga in nood
lottigheid. Réveillaud heeft, reods als kind,
hare hoillooze gevolgen ondervonden, en hy is
besloten, haar to koeren mot alle kracht. Hst
is een berg, dien hjj verzetten wil. Maar geeft
niet juist de zwaarte zjjnor vryelyk gekozen
laak hein dubbele aanspraak op ouzon eerbied
Leiden, 16 Febr. '89. W. v. v. Veegt.