N°. 87S9.
A0. 1888.
feze gourant wordt dagelijks, met uitsondering
ran &on- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 20 Juli.
Feuilleton.
Een gelukkig Huwelijk.
Zsaterda-g; SjL JTaili.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Toot Led« p»r 8 nuudoa..
U0.
Iniot por poetV.V. l.M.
JLAoB^eriyte Nomman.r.~rr.T.'.T;7 MS.
PRUS DHR ADV2RTHNTD32*:
Turn 1—6 nffelt 1.06. I«d«r« regel Baeer/O.lTfc.
Grootcre letter* nur plaeteruirate. Yoor hei la-
0MM«ren buiten de stad wordt 0.10 berekend.
De Ned. mail met berichten uit Indlö tot
15 Juni, kan morgen hier worden verwacht.
Er bestaat gelegenheid tot verzending der
correspondentie naar Noord-Amerika, door
middel van het stoomschip „Rotterdam", van
Kottordam vertrekkende. Ten postkantore
alhier moeten de brieven enz. uiterlijk heden
nacht om 12 uren bezorgd zijn.
In de vergadering van het Ned. Zende
linggenootschap te Rotterdam is besloten aan
de Synode der Ned.-Herv. Kerk, namens de
jaarvergadering een schrijven te richten, waarin
haar verzocht wordt niet in te gaan op voor
stellen, bp welker aanneming zendelingen
onder zekere voorwaarden gemakkelijk tot
predikanten by de N.-H. Kerk zouden kunnen
benoemd worden, daar er nog grooter behoefte
is aan zendelingen dan aan predikanten.
Tot hoofdbestuurders zyn herbonoemd de
heeren J. Craandyk van Haarlem, D. H. H.
Tyssen en H. L. Vinke van Rotterdam en L.
C. Schuller tot Peursum van Amsterdamtot
primus-redenaar is benoemd prof. H. Van Rhyn,
te Groningen, en tot secundus-redenaar prof.
J. Offerhaus van Leiden.
Koningin Nathalia van Servië zal morgen,
Zaterdag, van Parys naar 's-Gravenhage ver
trekken.
Uit de residentie wordt gemeld dat aan
het „Hotel d'Orange", waar prins Albert van
Pruisen verbiyf houdt, de meeste leden van
't corps diplomatique, hoogwaardigheidsbe
kleders ten Hove, veie autoriteiten en aan-
zioniyke personen zich hebben ingeschreven.
De ritmeester jhr. Van Reigersberg
Versluys, commandant van het remonte-depot,
en de ritmeester baren Bentinck, instructeur
aan de Ry'school, zullen zich eerstdaags naar
Oost Pruisen begeven, om te In3terburg van
den paardenhandelaar Friedmann aldaar, 12
Oost-Pruisische paarden aan te koopen.
Prins en prinses Albert van Pruisen en
hun gevolg hebben gistermiddag een zeer
langdurig bezoek gebracht aan de kunst-ten
toonstelling in den Koekamp te 's-Hage. Zy
werden rondgeleid door den president dr. Mulder
en een viertal leden van het uitvoerend comité.
De prinses ontving van den president een
bouquet van rozen.
Vooral de afdeeling oude kunstnyverheid
wekte zeer de bewondering der vorstelyke
bezoekers, terwyi in de afdeeling nieuwe kunst
de meubelen, de gouden en zilveren werken,
en de receptielokalen van de firma Mutters
zeer de aandacht trokken. In de oud-Hol-
landsche taverne werden den prins en der prin
ses en haar gezelschap ververschingen aan
geboden.
Ook het Marker huis werd zeer bewonderd.
Beroepen is by de Remonstrantsche broe
derschap te Boskoop dr. J. Herman De Ridder
Jr., te Oude-Wetering.
De rekening der gemeente Benthuizen
over 1887 is door den Raad voorloopig vast
gesteld in ontvang op 5373.84'/2 en in uit
gaaf op 4772.19'/,, dus met een batig saldo
van ƒ601.65.
Bij de voortgezette jaarlyksche examens
der Nederlandsche Toonkunstenaars-Vereeni-
ging is gisteren van de 5 candidaten geslaagd
voor piano (lager onderwys)mej. H. C. C.
Ziegeler, te Haarlem.
Voor de hoofdonderwyzersakte werden
18 en 19 Juli te's Hage geëxamineerd 16 can
didaten. Toegelaten zyn de heerenG. H. Dem-
mink, te Utrecht; A. F. Pieck, M. A. Van
Weel, T. W. J. Van Wyk, P. De Bruyne, allen
to 's-Hage, en C. A. Steenwinkel, te Voorburg.
Door den heer Domela Nieuwenhuis zyn
9 amendementen voorgesteld op de Bankwet,
strekkende
lo. om het kapitaal der Bank op 16 mil-
lioen gulden te behouden, behoudens vergroo
ting by de wet;
2o. om haar gelegenheid te geven gelden
in deposito te geven;
3o. om het aantal directeuren mot 2 te
verminderen
lo. om de geheele directie der Bank tel
kens voor 5 jaren te doen benoemen door
den Koning;
5o. om den Koninklykon commissaris door
dor. St«at te doen bezoldigen
6o. om de winstverdeeling tusschen den
Staat en de Bank te stellen ieder op de helft
7o. om te bepalen dat geen directeur of
agent on evenmin de Regeerings-commissaris
aandeelen van de Bank mogen hebben
8o. om te bepalen dat de namen der aan
deelhouders, en het aantal stemmen, dat ieder
kan uitbrengen, eene maand vóór de jaarlyk
sche vergadering in de Staatscourant worde
bekend gemaakt; en
9o. aan den Staat het recht te geven by
het eindigen van het octrooi van de Bank
over te nemen gedisconteerde en nog niet
vervallen wissels enz., in onderpand gegeven
effecten, goederen, munt, enz. en de gebou
wen der Bank, hetzy tegen balanswaarde of
tegen taxatie.
De heer Bahlmann heeft voorgesteldlo.
do geheele directie door den Koning te doen
benoemen telkens voor 5 jaren en jaarlyks
een der directeuren te doen aftreden, doch op
nieuw benoembaar te doen verklaren;
2o. den Kopinkiyken commissaris recht te
geven ook de vergaderingon der directie by te
wonen om' te adviseeren en hem de goedkeu
ring te verleenen aan de vaststelling van de
balans en de winst- en verliesrekening, met
beroep van zyne uitspraak op don minister
van financiën.
Door den heer A. Van Dedom is een amen
dement voorgesteld om den Staat de bevoegd
heid te geven de Nederlandsche Bank wette-
lyk te verplichten al het haar te koop aan
geboden wordende muntmetaal, waarvan de
vermunting by de wet aan ieder zal zyn vry-
gelaten, tegen muntprys te koopen.
Het doel dezer wyziging is om te voorko
men dat hooger waarde aan de munt kan wor
den toegekend dan de waarde van het metaal
vermeerderd met de kosten der vermunting.
Het „Vad." verneemt dat de toestand
van den heer O. T. Bosgra, lid der Tweede
Kamer voor Bergum, eene zeer gunstige ver
andering heeft ondergaan.
Tot aanwerving van kolonialen en tot
detacheering van militairen by het leger In
Oost-Indië, zyn gedurende de eerste helft van
dit jaar 259,697 aan handgelden uitbetaald,
en wel gedurende het lste kwartaal 141,502
en gedurende het 2de kwartaal ƒ118,195 en
voor de landmacht in Suriname in het lste
en 2de kwartaal telkens 300.
Aan het departement van marino werd
gisteren aanbesteed de levering van: lo. 144,000
Kg. jarige witte tarwe en 2o. 93,000 Kg.
jarige roods tarwe. Minste inschrijvers: voor
de witto tarwo do heer M. De Gier te Gor-
kum, voor 8.90 pér 100 Kg., en voor de
roode tarwe de heor H. H. Van "Waveren te
Hillegom, voor 8.64 '/2 per 100 Kg.
Het stoomschip „Zeeland," van Batavia
naar Rotterdam, arriveerde 19 Juli te Mar
seille; de „Amsterdam" is 19 Juli van Rot
terdam te Nieuw-York aangekomende „Schie
dam", van Nieuw-York naar Amsterdam,
passeerde 19 Juli Scilly; de „Soenda," van
Amsterdam naar Batavia, vertrok van Marseille
19 Juli.
Z. M. heeft den heer C. Von Kwiatkowski
erkend en toegelaten als consul-generaal van
Oostonryk-Hongarye te Amsterdamaan
vrouwe J. G. W. Van de Poll, weduwe van
den eersten luitenant der infanterie D. L.
Jonquière, laatstelyk gedetacheerd by het leger
in Nederl.-Indië, een pensioen toegekend van
450 's jaars.
IJlt de Tweede Hamer.
By de voortgezette algemeens beschouwin
gen over het wetsontwerp tot verlenging van
het octrooi der Nederlandsche Bank, wees de
heer Van Houten er op, dat de vervolgingen,
door de vorige Regeering ingesteld tegen de
sociaal-democraten, het zeer moeielyk maken
met aen leider der soc.-democraten, thans in
deze vergadering, te disputeeren. Over het
algemeen ergert spreker zich aan de wyze,
waarop de heer Domela Nieuwenhuis zyne
denkbeelden uiteenzet omtrent zaken, waar
over spreker het anders met hem eens is.
Spreker erkent dat in 1863 ten aanzien van
de Bank eene fout is begaan, waardoor veel
voor den Staat verloren ging, doch die fout
is hersteld, en zelfs al ware dit niet gedaan,
dan nog kwam het hier niet te pas te spreken
van roof of diefstal. De werkzaamheden van
de Bank zyn niet te bestempelen met den
naam van roof. Door activiteit van de Bank
is de nationale productie in hooge mate toe
genomen, en hebben ook de aandeelhouders
zóóveel verdiend, hetgeen spreker betreurt;
dan nog zegt hy, dat mannen, die door hunne
activiteit de nationale productie zoozeer deden
toenemen en hier heeft hy speciaal den heer
Mees op het oog waard zyn goed beloond
te worden voor de diensten, den lande be
wezen. Wat de Staatsbank betreft, gaat spreker
gedeeltelyk met de inzichten van den heer
Rutgers mede, maar wy hebben de keuze
niet aan ons en staan voor bestaande feiten.
Wy zouden eene proef moeten nemen, maar
eene proef nemen is gevaariyk en men loopt
kans dat het geheele oconomische leven met
ondergang wordt bedreigd. Eene proefneming
zou bovendien ons krediet meer kunnen be-
nadoelen dan wy by de .proef zouden win
nen. De afgevaardigde uit Schoterland heeft
gezegd dat de aandeelhouders 10 pet. zullen
verdienen
De heer Domela Nieuwenhuis: Nooit!
De heer Van Houten: Maar ik kan niet
tot dat winstcyfer komen. Spreker zou de
verantwoordelykheid voor het vestigen van
eene Staatsbank niet op zich willen nemen;
iets anders ware overneming van de Neder
landsche Bank, doch indien men er dan de
kennis niet by kan overnemen, zou het nog
eene gewaagde onderneming zyn. Behalve ken
nis en kapitaal, heeft de Ned. Bank nog een
i groot voordeel: een zeer groot vertrouwen.
Proefneming met eene Staatsbank, zonder over
neming van de Nederl. Bank, blyft spreker
dus eene zeer gewaagde proef noemen. Let
I men op de politieke zyde van het vraagstuk,
1) Naar het Duitsch van
T. VON KAP F F - E9SEXTHE.
Hy trouwenNiemand dacht daaraanNie
mand zou het ooit voor mogelyk gehouden
hebben. Niemand sprak er ooit van, want men
kon zich niet voorstellen dat deze wonder-
ïyke snaak toch een mensch was.
Zeer dikwyls dragen zonderlinge menschen
ook zonderlinge namen, maar onze held droeg
den eenvoudigon, alledaagschen naam van
Schuster. Karei Schuster gaf teekenonderwys
aan de openbare ambachtsschool. De onschuld
van dit vak van onderwys was oorzaak dat
de man zijn post behield; hy had nu geene
gelegenheid zyne revolutionnaire beginselen
aan zyne leerlingen te verkondigen, want Karei
Schuster was de tegenspraak, de oppositie in
eigen persoonhy vond alles „onzin" wat
andbre menschen eerbiedigden, vereerden of
oogluikend toelieten. „Onzin" was in zyn oog
de hedendaagsche Staat, evenals alle gods
dienst, „onzin" de verdeeling in klassen,
„onzin" de nieuwe literatuur, „onzin" onze
kleederdracht, onze zeden de stoommachine
evengoed als het mechaniek van een manchet
knoop of van de sluiting eener das, de
electriciteit evengoed als de nieuwste sluiting
der handschoenen. Hy redeneerde over alles
en trachtte te bewijzen dat niets doelmatig
wasnoch de enkele deelen, noch het geheel.
„Verstandig" heette alles wat tegen den
stroom des levens trachtte op te roeien;
alles, waarover men lachte, al het nieuwe,
wat geen byval vond en daardoor niet in de
mode kwam.
Karei Schuster behoorde bygevolg tot de
allereerste beoefenaars van het Volapük en
was een der eerste aanhangers van den wol
apostel Gustaaf Jaeger; alle wereldverbete
raars waren zyne vrienden. Hy was Stuart
Mill uitgezonderd misschien de eenige voor
stander der vrouwenemancipatie, die der vrouw
volstrekt alle rechten wilde toekennen; mis
schien alleen omdat de rest der menschen
deze meening niet toegedaan was. Wel zeker,
de vrouwen mochten alles worden, alles doen
wat zy wildenmen moest er in 's hemels
naam toch eens de proef van nemen! Het
huwelyk was in zijn oog ook „onzin;" maar
de grootste onzin van alles was eene zeer
samengestelde huishouding, welke keurig was
ingericht, en een welvoorziene disch. Men
moest zoo eenvoudig mogelyk leven geen
wit goed dragen maar alles van wol a la
Jaeger, geene tierlantyntjes, geen onnoodige
ballast, geene complimenten geen „onzin!"
Overigens was Schuster een goede kerel;
wel verhiof hy zyne stom als men hem tegen
sprak, maar hy voedde geen wrevel in zyn
gemoed en hy maakte van zyn hart geen
moordkuil. Hy was een klein, bewegelyk man
netje met een energiek en blozend gelaat,
kort geknipt hoofdhaar en baardmen voelde
zich zelfs eenigermate tot hem aangetrokken,
ofschoon men hem algemeen een dwaas noemde.
Van zyne levensmanier kon men zich niet goed
een denkbeeld vormen; hy woonde ergens
buiten de poort, in een der laatste huizen,
ten einde de buitenlucht te genieten. De
groote steden met hare nauwe straten en
hemelhooge huizen noemde hy natuurlyk ook
„onzin."
Ik ontmoette dezen „zonderling" nu en dan
in eene bevriende familie, die zeer behoudend
was en zich vaak ergerde aan de revolution
naire praatjes van Schuster. Maar het waren
goedhartige menschen en zy lieten hem maar
doorslaan als hy op zyn stokpaardje reed;
nu en dan bepaalden zy zich tot een uitroep
vol ontzetting. Do huisvrouw zond echter
altoos har ff halfvolwassen dochters de kamer
uit, als Schuster kwam, omdat deze haar al
te liberaal was. Wanneer hy in tegenwoor
digheid der huismoeder, aan eene wel voorziene
koffietafel begon uit te varen tegen de vrou
wen, het huwelyk en de huiseiykheid, dan
glimlachte zyne gastvrouw en legde hem nog
een heerlyken koek op zyn bord, een koek,
dien zy misschien eigenhandig had gebakken.
My trof deze goedhartigheid altoos diep,
maar toch had zy in den grond gelykmen
moest het immers zoo nauw niet met hem
nemen. Hij verklaarde ronduit geene vrouw
noodig te hebbenhy droeg nooit wit onder
goed en zeide op verachtelyken toon: „Daar
voor zyn vrouwen op de wereld, om zich met
de wasch bezig te houden."
De beide dochters des huizes, twee opge
schoten meisjes, die echte wysneuzen waren,
kwamen nu en dan onder het een of ander
voorwendsel binnen om eens een woordje
van het gesprek op te vangen. Zy waren zeer
benieuwd om te woten waarom mama haar
de kamer uitzond. Zy waren niet weinig
teleurgesteld, toen zy het mannetje hoorden
schimpen op wit ondergoed en op het Weener
gebak, soms ook op den kleinen druk der
couranten, op het luiden der kerkklokken, op
het nieuwe model van een hoed, op de be
dienden in de koffiehuizen, enz. enz.
Wordt vervolgd.)