8676. Vrijdag X Juni. liet ma, J <§eze gdurant wordt dagelijks, met uitzondering van fpn- en feestdagen, uitgegeven. *8, de De Zomerdienst Leiden, 31 Mei. 'enilleton. fWEE JONGE BOEREN. A°. 1888. Hotel over. ïnfiji I 1 vet. I en oi LEIDSCH DAGBLAD. PSIJ9 DEZER COURANT: I L«id«n p« 8 1.10. per poet-1.40. iderttjl* Hommer*.0.06. PRIJS DER ADVERTENTIES: vm 1—6 regel* 1.05. Iedere regel moer 0.1T{. Qrooter* lettere neer pleetemimte. Teer het is- eeeeeeren buiten de eted wordt 0.10 berekend 1 13. dea Jdg Hollandsche IJzeren-Spoor- ■naatschappij, van de Rijnspoor Verschillende trams, zal morgen- Id onzen abonné's bij het Dagblad Ben aangeboden. )p karton geplakte exemplaren, t'd om op te hangen, zijn reeds en in den loop van den dag ons Bareel verkrijgbaar ad 15 exemplaren, op stevig papier kt, voor de portefeuille ad 10 liiileleele Kennisgevi ugen. r.st Bnrgemeester der gemeente Leiden brengt ter kennis dat op heden aan den ontvanger itc Belastingen alhier zijn ter hand gesteld )letoiro kohieren wegens de personeele belas- In 1 suppletoir kohier wegens het patentrecht, den dienst 1887/88, en executoir verklaard iten Mei 11., en herinnert voorts de belanghcbben- hunne verplichting om hunnen aanslag op de Wet bepaalden voet te voldoen. Leiden, Do Burgemeester voornoemd, Mei 1888. DE KANTER. HeiDnnamiddag kwamen in de Trouwzaal het Raadhuis alhier eenige Loidsclie werk- rers te zamen, naar aanleiding oener tot gfi'iohto uitnoodiging vanwege do Kamer n Xüophandol en Fabrieken. hoeren W. Spaklor, W. J. Goertsema Ajnr. A. F. Van Leyden, hoofdbestuurders Hen Nederlandschon Werkgeversbond, had- ■zich nameljjk bereid verklaard hier ter ede eene bespreking te houden over het B en den werkkring van dien bond. Na een woord van inleiding door den heer Jj Leembruggen als voorzitter, die het 1, dat de Bond zich voorstelt, schoon loemdo en den besten uitslag toewenschte, telde de eerste der drie genoemde Amstor- BOsche heeren dat doel nader uiteen, dat lierin bestaat om den werkgevers do gelo- Dnheiil aan te bieden huDne oud gewor- en knechts een pensioen te verzekeren. Wel doen enkele patroons dit reeds, doch or algemeene medewerking tot stichting van I fonds, met afdeolingen in het geheele ind, zal dat voor hen minder bezwaarlijk of •baar worden gemaakt. Voor het te vormen Is zullen zoowel patroons als werklieden en bijdragen. 'an verschillende zijden werd betwijfeld iet beoogde doel wel zal bereikt worden. Men zal niet alleen afstuiten op enkele werk gevers, wegens finantiëele omstandigheid, maar ook. op onwillige werkliedon, die wel in eon begrafenisfonds gaan, maar voor een te verwerven pensioen niet willen afzonderen. De ondervinding heeft dit maar al te vaak geleerd. Alleen bjj invoering van eene staatswet, evenals in Duitschland, doch mot toekenning van een hooger pensioen dan daar, werd heil van de zaak verwacht. Ook werd de bepaalde 60-jarige leeftijd niet in alle opzichten juist goacht, in verband met den verschillenden aard der fabrieken zei vod. Van andere zjjdo werd toegegeven dat er werkelijk veel onwillige werklieden zijn, doch wanneer hun de verplichting door alle patroons, die tot den Bond toetraden, werd opgelegd om in do ponsioen-vereeniging b(j te dragen, dan zou er al voel verbetering te wachten zijn. Dat er reeds velen aan hun ouden dag denken, bewijst de deelneming in hot sedert eenige jaren bestaande Nederlandsche Werk liedenpensioenfonds, waaromtrent prof. Greven eenige mededeelingen deed. Het werd daarentegen van andere zijde boter geacht dat deze zaak niet van den Staat uitging, maar op particulier initiatief tot stand kwam. De wot in Duitschland is een dwang, waartoe men hier niet dan noode meet overgaan. Ten einde het den werklieden, ge makkelijker te maken om bij te dragen, zouden de afdeolingen met hen in overleg kunnon treden. Tevens zou de leeftijd van pensionneering in sommige gevallen ook op minder dan 50 jaren gesteld kunnen worden. Hoo jonger een arbeider echter begint deel te nemen, hoe geringer de bijdrage voor hem is, en hoe voordoeliger de zaak zelve, ook voor den patroon. Toegegeven word dat door dezen Bond 6n op werkgever èn op arbeider dwang werd uitgeoefend, want de werkgever zou alsdan verplicht zijn alleen werklieden aan te nemen, die voor hun pensioen bijdragen. Dit word echter een dwang ten goede genoemd. Bovendien bleek dat bjj overgang eener zaak van de oone hand in de andere, als is de nieuwe eigenaar geen lid van den Werkgeversbond, die dus niet in het pensioen voor zjjne knechts meebetaalt, die arbeiders toch een recht blijven behouden in evenredigheid van hetgeen zij reeds haddon bijgedragon. Vooral voor werklieden, die door omstandig heden, ook buiten hun wil, meermalen van patroon moeten verandeien, kan deze instellin nuttig werkenwant telkens als een arbeider werkzaam komt bjj eon patroon, die tevens lid van genoemden Fond is, kan hij eveneens als die patroon blijven bijdragen, zijne aan spraak op pensioen blijven behouden. Die soort knechts zijn er thans gewoonlijk als zij oud geworden zijn het ongelukkigst aan toe. Nochtans bleven velen der aanwezigen de zaak onuitvoerbaar achten, tenzij ze door den Staat verplichtend werd gesteld. Niet alleen dat men op de tegenwerking der arbeiders zal stuiten om b. v. een derde bij te dragen, tegen t .veedorden door do patroons, maar ook zullen do kosten voor sommigen dor laatsten in den tegenwoordigen gang van zaken véél te be zwarend zjjn, om tot den voorgestelden maat regel over te gaan, vooral voor zaken met een zeer uitgebreid personool. Voor de Leidsche Katoen maatschappij o. a. zouden de uit gaven op ongeveer f 8000 por jaar te staan komenzeker geene kleinigheid. Goede, vaste werklieden worden ook goed betaald; zjj hebben hot nog zoo kwaad niet en op hun ouden dag worden zij niet aan den dijk gezet of geheel aan hun lot overgelaten, zeide een ander, die eveneens alleen lieil in de zaak zag als ze Wet was. Nu vreesde hjj dat de op to richten Werkgeversbond niet anders zal doen dan de tegenwoordige beweging van werkstakingen in do hand werken. Deze spreker kwam tot de conclusie dat bij slot van rekening alléén de werkgever do promie zal betalen, en niet do workman. Den drie Amsterdamschon heeren voor hunne inlichtingen dank gezegd hebbende, sprak de heer Leembruggen de verwachting uit dat hier ter stede, evenals te Amsterdam, Gro ningen, Steenwijk, Assen en elders, spoedig eene afdeeling zal gevormd zijn. Het komt slechts aan op een goeden wil. Hjj stelde voor, thans nog geen besluit te nomen, maar eerst over 14 dagen, op eene nieuwe samen komst, spijkers met koppen te slaan, en inmiddels vrienden en kennissen mede tot deel neming aan te spreken. Op voorstel van een der aanwezigen zullen dan ook de kleinere werkbazen, zooals timmer lieden, metselaars dnz., worden verzocht tegen woordig te zjjn; want dezen mogen in den schakel niot ontbreken. Er werd echter opgemerkt dat onkelen reeds voor heden waren uitgenoodigd, doch niet verschenen. Do minister van binnenlandsche zaken heeft goedgevonden: lo. te bepalen dat het eind-examen der gymnasia met zesjarigen I cursus zal worden afgenomen op de hieronder voor elk gymnasium vermelde dagen; 2o. de volgende gecommitteerden aan te wijzen, te wier overstaan bedoelde examens zullen wor den afgenomen, te wetena. bij de eind examens der gymnasia te 's Gravenhage (te houden op 15, 16, 18 en 19 Juni), Botterdam (te houden op 20, 21, 22, 23 en 25 Juni) en Leiden (te houden op 26, 27, 28, 29 en 30 Juni): dr. A. Kuenen, hoogleoraar aan de Rijksuniversiteit te Leiden, mr. W. H. Do Beaufort, lid van de Tweede Kamer der Staten Generaal (voor 's-Gravenhage en Rot terdam), dr. J. H. Gallée, hoogleeraar aan do Rijksuniversiteit te Utrecht (voor Leiden) en dr. H. G. Van de Sande Bakhuyzen, hoog leeraar aan de Rijksuniversiteit te Leiden. In de commission te Haarlem, Delft en Dordrecht zal zitting hebben dr. J. Van Leeu wen Jr.; in de commission te Utrecht, Amers foort en Middelburg dr. H. A. Lorentz; inde commissiën te Dootichem, 's-Bosch en Maas tricht dr. D. Bierens De Haan en dr. P. L. Muller; in de commissiën te Zutfen, Arnhem en Gorkum, dr. P. Van Geer, allen te Leiden. Van den „Nederlandschon Weerbaarheids- bond" is gekozen tot voorzitter mr. A. J. Jochems, van 's-Hage; tot ondervoorzitter de heer L. G. P. Max, van 's-Bosch; tot secre taris jhr. A. Roëll, van Leiden; tot penning meester de heer G. H. J. De Lange, van Gouda. Volgens het „Weekblad voor incourante Fondsen" van Broekman Honders, zijn in de week, eindigende 29 dezer, verhandeld o. a. de volgende fondsen: aandoelen Deli Maat schappij 860 a 865 pet.; aandeelen Deli - Batavia Maatschappij, te Batavia (1875) tot 41-5 pet.aandeelen Deli Batavia Maatschap pij, te Batavia (1887) tot 305 a 310 pet.aand. Leidon Woerden-Spoorweg tot 745/8 pet. Er bestaat gelegenheid tot verzending der correspondentie naar Noord-Amerika, door middel van het stoomschip „Rotterdam", van Rotterdam vertrokkende. Ton postkantore al hier moeten de brieven enz. uiterlijk Vrijdag avond om 10.15 bezorgd zjjn. De wijze van verzending behoort op het adres vermeld te worden. De kapitein J. Van der Meer, van het' 5de bat. 4do rog. inf. te Gouda, wordt van 20 tot 25 Aug. gedetacheerd in het artillerie- kamp te Oldebroek. Het stoomschip „Gelderland", van Rot terdam naar Java, arriveerde 30 Mei te Mar seille; do „P. Caland", van Rotterdam naar Nieuw York, passeerde 31 Mei Dover; de „Prins Frederik", van Batavia naar Amster-' dam, is 30 Mei 's avonds te Gibraltar binnen- SCHETS van A. J. RANK. Bermen Van Wel had zeer goed opgemerkt i grimmig de tronies waren van den oudon jongen Van Neven en hot was niet te Irwonderen d it hij aan het jonge paar dacht, P thans in het volle gevool van geluk ten ptnv reed en dat hjj zoo innig lief had. Ja, gedachten hadden zich in hem zóó ver- [enigvuldigd, dat het hartelijke en humane lord van don predikant hem maar weinig prtroosting aanbracht. Tijdens de heen- en Peerroize sprak h(j er echter niet van en fei door woord noch blik vermoeden wat er zijne ziel omging. Maar het verwondert niet dat wjj hem tegen den avond ont- jrirton in gezelschap der jonggehuwden, met bij eene wandeling om „Bouwlust" paakte. Wij willen hen even beluisteren. 3Wel Hans", vroeg Hermen, „wat dacht vrel toen Frank met al zjjno versierde logons ons vanmiddag tegenkwam?" „Och, vader", zei Hans, „ik had zóó het oog op Aaltje, dat ik van heel dat gerjj eigenlijk niets gezien heb." Aaltje werd rood, maar lachte en Hermen lachte ook. „Ja, jongen", hervatte Hermen, „dat kan best waar wezen. Mjj heugt het ook zeer goed dat ik voor niets of niemand oogen had dan voor mijne bruid. Maar toen die bruid mijne vrouw geworden was, vorminderde onze liefde wel niet, maar ze veranderde toch van natuur. Zjj zoowel als ik begreep dat we nu handen uit de mouwen moesten steken en samen 's levens lasten moesten dragen met dezelfde liefde als waarmode wjj 's levens lusten hadden aanvaard. Maar nu is er voor u iets, dat mjj bezwaard en waarover ik, vóór ik naar huis rijd, met u spreken moet." Hans en Aaltje keken elkander verwonderd aan. Vader Hermen, anders zoo vrooljjk en opgeruimd, was droefgeestig en blijkbaar in gedachten verzonken. Nooit had men hem zóó hooren spreken. Wat was er, dat hem zoo pijnlijk aandeed? Ze waren reeds een goed eind opgewandeld en nog sprak hjj niet verder, maar de jongelui konden dat niet langer uitstaan en vroegen bijna gelijktijdig „maar vader, wat is er dan toch?" „Ja, kinderen", sprak h(j, „ge zult het misschien kinderachtig vinden, maar ik zie sommige dingen donker in. Denkt niet dat de ouderdom mjj zwaartillend maakt, maar weest overtuigd dat mijne levenservaring mjj met open oog de dingen aanschouwen doet. „Maar, vader".wilden beiden hem in de rede vallen. maar hjj wenkte met de hand en ging op kalmen toon voort: „Toen wjj hedenmiddag de Van Nevens tegenkwamen, heeft Gerrit noch Frank onze groeten be antwoord. Integendeel, de oude hief dreigend de zweep in de hoogte en de jonge verschoot van kleur en zag er zoo grimmig uit als een beer. Ik had gehoopt dat het huweljjk van Frank de veete tusschen ons zou hebben doen vergeten, maar het tegendeel bljjkt waar. Ze zjjn rjjk, trotsch en, naar ik vrees, ook wraakgierig. Ze zijn uwe naaste buren. Ze zullen u plagen, tegenwerken, op alle manieren beleedigon en, waar het mogeljjk is, bena- deelon. Hot zal u, Hans, raoeiljjk vallen dat alles te zien en te verdragen. Onder uwe broeders en behuwdbroeders zjjn er, dio nog al driftig zijn uitgevallen en driftige lieden zjjn niet altjjd de besto raadslui. Ze zullen, bjj het vernomen der plagerijen, u het hoofd misschien warmmake.n met hun „ik zou dit, ik zou dat" enz., maar ik bid u, luistert niet naar hen. Als ge raad noodig hebt, gaat naar uw vader of komt tot mjj. Laat u niet verlokken tot weerwraak en neemt de zaken kalm op. Denk aan koning Rehabeam, mjjn jongen, wiens rjjk verscheurd werd, toen hjj den raad der ouden in den wind sloeg. En gjj, lieve Aaltje, wees voor uw man een wjjze Abigael en bezwper de stormen, welke in zjjn gemoed mochten opkomen. Zóó alleen is het mogeljjk overwinnaar te worden in do worsteling, welke ik voorzie. En nu ik zoo mjjn gemoed ontlast heb, heb ik aan do be hoefte mjjns harten voldaan en hen ik geruster. Weet, dat niemand u meer genegen kan wezen dan ik. Komt, laat ons terugkeeren, we zjjn een heel eind afgedwaald, en laat ons'dei* familie een vrooljjk aangezicht toonen. Met Gods hulp en bjj goeden wil, kan alles wel licht nog beter terechtkomen dan wjj nu wel denken." De oude man was aangedaan. Ten slotte zeide hjj„ik vraag van u beiden geene belofte, maar ik hoop dat deze gezegende Meiavond u nimmer uit het geheugen zal gaarr.' Dan ben ik zeker dat God uwen' weg voorspbedig zal maken." (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1888 | | pagina 1