-1
vervolgens ook in gezegden van zeor ver
dacht allooi, in dubbelzinnigheden, welke den
toets van den beschaafden humor niet konden
doorstaan.
Daarby had de schrijver het niet eens der
moeite waard geacht zyn stuk een einde to
geven. Het onder curateele gestelde vrouwtje
heeft geen oogenblik hare waanzinnige ver
kwisting laten varen, heeft nooit opgehouden
de weelderige levenswijze van voorheen op
denzelfden voet voort te zetten, zich elke
week eene japon, drie hoeden in veertien dagen,
bouquetjes van tien gulden te verschaffen, den
zomer door te brengen te Spa en, desniette
genstaande dat alles, verzoent de echtgenoot
zich weder met het verkwistende vrouwtje en
wordt de curateele opgeheven. Dat alles der
halve sans rime ni ralson.
De vertaling liet wederom zeer veel te
wenschon ovor. Iemand te laten opschrij
ven of voor de rechtbank te steken zijn
uitdrukkingen, onze taal ten eenenmale vreemd.
De verschillende acteurs en actrices speelden
met een gloed en eene opgewektheid een beter
stuk waardig.
De rol van den onderdanigen curator was
in handen van onzen geestigen Rosier Faassen
en kwam dientengevolge volkomen tot haar
recht; het lieftallige coquette vrouwtje werd
natuurlijk door mej. Vink geschetst en even
natuurlijk mag het heeten dat zij ook thans
talrijke bijvalsbetuigingen inoogstte. De heer
Poolman leverde ons eene kostelijke type van
een vieux roué, en de heer Van Eysden was
een goede karrikatuur van den interviewer.
De heer De Vries hadden wij gaarne iets
opgewekter gezien. Wy kunnen niet begrijpen
welke reden die acteur gehad heeft om aan
die leelyke kappersjongenspruik, die giste
ren zijn hoofd ontsierde, de voorkeur te geven
boven zijn eigen weelderig haar. Een ander
maal vervo hy dat ding groen, blauw of pimpel
paars, dan is het, zoe mogelijk, nog afschuwe
lijker.
Ook de anderen, de dames Eaassen en
Coelingh-Vorderman, de heeren Tartaud enJ.
Haspels verdienen hulde voor hetgeen zy van
hunne respectievelijke rollen hebben gemaakt.
Het spel stond derhalve wel in omgekeerde
verhouding met het stuk. Mr. L. H.
Gromengil Nicu w m.
Hedenmorgen werden twee der
compagnieën van het 4de bataljon por tram
van hier naar Noordwyk vervoerd, tot het
houden van eenige schietoefeningen aldaar.
Na te Noordwjjk-Binnen de noodige rust te
hebben genoten, werd er naar het garnizoen
alhier teruggemarcbeerd in dezelfde tenue
als voor de oorlogsmarschen was voorge
schreven.
Naar men verneemt, verdient
ook hier de wijze, waarop de patronen in
tasschen vóór den koppel bevestigd gebor
gen worden, verre de voorkeur.
Men schrijft onsuitR(jnsburg,
dd. 22 Nov.Een knaap, J. C. S., wonende
onder Oegstgeest, had gisteravond de onvoor
zichtigheid op den achtersten wagen te sprin
gen van de Noordwyksche stoomtram, die om
4.45 uur van Rijnsburg vertrekt. Na een eind-
weegs meegereden te hebben, wilde hy al
springende het voertuig verlaten, doch had
daarby het ongeluk zóó terecht te komen,
dat zijn been gebroken is, en hy alzoo door
omstanders huiswaarts moest gebracht wor
den. Een waarschuwend voorbeeld voor alle
liefhebbers van dergolyko gymnastiekoefe
ningen
Een hoor, die te 's-Hage in be
schonken toestand en in het bezit van f 80
in den nacht van Zaterdag op Zondag jl. een
rytoertje ging maken in een der voertuigen,
die des nachts langs het Plein en omgeving
kruisen, kwam denzelfden nacht by de politie
aangifto doen dat hem voormeld bedrag ont
stolen was.
Hy kon zich herinneren dat tydens den rit
emand by hem in het rytuig was gekomen,
doch kon overigens geene andero inlichtingen
verstrekken dan dat hy ook een bezoek ge
bracht had in een slecht befaamd huis.
De Haagse li e rechtbank deed
gisteren uitspraak in de volgende zaken
Het jongmensch, dat terechtstond wegens
oplichting, door zich, Onder opgave van den
valschen naam „Jhr. Van Schermbeek", gelden
te hebben doen afgeven, werd veroordeeld
tot 9 maanden gevangenisstraf, terwyl 6 weken
iri mindering werden gebracht wegens reeds
ondergaan voorarrest.
De gevangene, die in de strafgevangenis
te Scheveningen den bewaarder met eene yzeren
liniaal sloeg, werd tot 2 maanden gevangenis
straf veroordeeld.
Eindelyk werd een Haagsche lystenmaker,
die eene kopie van eene schildery door over
gieting met een bytond vocht had vernield,
verwezen in eene geldboete van f 100.
Een huzaar, dienende als re
monte-rijder by do veldartillerie te 's-Hage,
heeft Zondag-avond in de Gortstraat twee
slagersknechts met zyne sabel gruweiyk ver
minkt.
Den een werd de wang gespleten en een
stuk van het oor afgeslagenterwyi de andere
eene kloof in den schedel bekwam.
De dader werd op een privaat in een ver-
vorschingshuis in hechtenis genomen.
Voor de Haagsche rechtbank
stond gisteren terecht een oude bekende der
justitie, v. W. genaamd, verdacht van de be
kende inklimmingen in twee woningen in het
lange Voorhout te 's-Gravenhage, in den nacht
van 8 op 9 October 11. Ondanks dat alle ge
stolen voorwerpen in beklaagde's bezit werden
gevonden, ontkende hy hardnekkig, bewe
rende den bewusten nacht op straat te hebben
doorgebracht en de goederen gedeeltelyk ge
kocht, deels reeds vóór den .diefstal in bezit
gehad te hebben.
Het Openbaar Ministerie vorderde 5 jaren
gevangenisstraf; de verdediger, graaf Van der
Duyn, vroeg vryspraak. Uitspraak 28 No
vember a. s.
Een werkman te Haarlem is in
eene tappery aan de Lange Heerenvest, by
het overmatig gebruik van sterken drank,
gestikt.
De rechtbank te Amsterdam
deed heden uitspraak in de zaak tegen mr.
K. E. Dumoulin, advocaat aldaar. Zy achtte
de hem ten laste gelegde feiten, zynde ver
duistering, wettig en overtuigend bewezen,
alsmede beklaagdes schuld daarvan, on ver
oordeelde hem tot eene gevangenisstraf van
1 jaar, met vervallenverklaring, voor den tyd
van 5 jaren, van zyn recht om te kiezen of
gekozen te mogen worden, of om te zyn
raadsman, gerochteiyk bewindvoerder, curator,
voogd enz.
"VVat de door mr. Z. Van den Berg ge
stelde civiele akte betreft, zy werd, als zijnde
f 2000 en dus het wetteiyk bedrag van f 150
overschrydende, niet ontvankolyk verklaard.
Den 13den November jl. hoeft
te Amsterdam hare woning verlaten een 18-
jarig meisje, gestalte klein, voorhoofd hoog,
haar donkerblond, van achteren kort, op het
voorhoofd z. g. ponny, oogon blauw, neus
gewoon, kin spits, tanden gaaf, kleur gezond,
gekleed met korten mantel van zwart pluche
met grys bont omboord, hoed vermoedelijk
met rood fluweel of roode veer opgemaakt,
gryzon rok en lederen bottines.
Zy is dien dag het laatst des middags te 3
uren aan den IJ-kant aldaar gezien.
De hoofdcommissaris van politie aldaar
verzoekt inlichting omtrent dat meisje en
bericht.
Gisternacht heeft zich een in de
Doklaan to Amsterdam op post staand schild
wacht doodgeschoten. Zyn schakot werd in de
Diergaarde gevonden.
Do burgemeester van Amster
dam heeft besloten het sluitingsuur voor
koffiehuizen, bierhuizen, tapperyen, enz., die
vergunning hebben, na middernacht open te
biyven, met 1 Dec. a. s. te stellen op 1 uur
na middernacht.
Te Nymegen it een meisje, om
streeks vyf jaren oud, op het erf van een in aan
bouw zynd huis in een diepe kuil, gevuld mot ge-
bluschte Luiksche kalk, gevallen. Zy was reeds
gezonken toen do jongeheer Koolemans Bey-
nen gekleed in don kuil sprong en het kind
van een vroeselyken dood rodde. Het kleine
meisje en de negenjarige held werden on-
middellyk met olie ingesmeerd om de bytende
pynen aan de verkregen wonden te stillen en
toen huiswaarts geleid.
Gistermorgen te ongeveer half-
zeven is te Dordrecht een onbekend mans
persoon, by het aan boord gaan op de Slie-
drechtsche boot, misgestapt en verdronken.
Telegrammen, te Nieuw-Yoi
uit Panama ontvangen, verzekeren dat he.
werk aan het kanaal stilstaat.
De vermaarde menagerie van
Bamum is in Connecticut eene prooi der
vlammen geworden. Vermoedelijk is de brand
aangestoken. Vele dieren zyn omgekomen, o. a.
de heiligo witte olifant van Siarn. Tallooze
olifanten, tygers en leeuwen braken los en
verspreidden grooten schrik'in den omtrek. De
schade wordt op twee honderd duizend dollar
begroot.
De aanvaring van de „Schollen."
Volgens by de directie van do Nod. Amerik.
Stoomvaart-Maatschappij ingekomen bericht
uit Dover, zyn by do schouwing der aange
brachte lyker. van het stoomschip „W. A.
Scholten", de navolgende herkend:
Kajuitspassagiers: Otto Bauer, M. Frings,
en Blanktusschendekspassagiers: Boyosdisch,
Pietro, Francisco, Carlo Cherasco en Carolina
Schatzenschneider.
Equipagehofmeesteres Jenny Christink en
2de hofmeester Nicolaas De Witvoorts zouden
nog elf ïyken te Deal geland zyn, waarvan
de schouwing nog plaats moest hebben.
Volgens de laatste berichten uit Londen is
het ongeluk, waardoor de „Scholten" verging,
aldus geschied:
De „Scholten" had juist gestopt wegens
den mist, toen de lucht plotseling een kloin
beetje ophelderde. De kapitein wilde toen
de reis voortzetten, maar juist op dit oogen
blik kreeg hy de „Rosa Mary" in het ge
zicht. De lichten van de „Rosa Mary" waren
zóó gesteld, alsof het schip voor anker lag,
maar integendeel kwam het in volle vaart
aanzetten. Op do „Scholten" meende men dus
dat do „Rosa Mary" stil lag, en zoo ge
schiedde de botsing. Do „Scholton" kreeg
onmiddellyk een lek, groot genoeg dat een
rytuig er door kon en begon onmiddellyk
te zinken.
Het gedrag van den kapitein der „Rosa
Mary", die de reis voortzette als ware er
niets gebeurd, wordt algemeen afgekeurd.
Ongetwyfeld had de boot, ofschoon zelve ook
zwaar beschadigd, nog menigeen der schip
breukelingen kunnen redden.
De geredde passagiers vertellen, dat tot de
verongelukten behooren 18 vrouwen en 10
kinderen, en pryzen zonder uitzondering het
gedrag van kapitein Taat, die met zyn eorsten
officier omkwam.
Een der passagiers verhaalt, dat op het
oogenblik der botsing twee Nederlandsche
dames in haar hutten sliepen. Hy ging naar
beneden, ton eindo haar te wekken, maar in
hunno verwarring weigerdon zy op te staan
en verdronken beiden.
De schipbreukelingen vonden een onder
komen te Dover, waar zy door den Neder-
landschen consul, den heer Schott, liefderyk
werden verpleegd. Zy zullen allen naar Rot
terdam terugkeeren, ten eindo van daar
Woensdag a. s. naar Nieuw-York, de plaats
hunner bestemming, te vertrekken.
Sedert de botsing tusschen de Duitsche oor
logsschepen „Grosser Kiirfurst" en „König
Wilhelm" in 1878, waarby 280 matrozen het
leven verloren, is in de nabyheid van Dover
zulk een ramp niet voorgevallen.
Volgens nader ingekomen bericht van een
passagier van het ss. „W. A. Scholten" deelt
de Nederlandsch-Amerikaansche Stoomv.-Mty.
ons nog het volgende mede
Ik zal hiermede een kort verslag van het
gebeurde geven voor zoover dit myne eigene
ondervinding en indrukken, die ik van het
gebeurde gekregen heb, betreft.
Do aanvaring had plaats om circa halfelf,
wy waren eenige oogenblikken te voren ten
anker geweest en stoomden nu half speed.
De schok was zoo licht dat ik niet aan
eenig oogenblikkelyk gevaar heb gedacht. Ik
verliet de rookkamer en begaf my met den
dokter, welken ik op het achterdek vond,
naar voren om de] steerage-passagiers gerust
te stellen.
Op dit oogenblik werd van de brug het
commando gegeven, om de booten naar bui
ten te brengen en gereed te houden. Reeds
was van te voren naar de machinekamer
gotolografeerd om te stoppen en onmiddellyk
daarop om zacht aan vooruit te stoomen,
welko order door den roeper werd bevestigd
mot byvoeging van zoo zacht als mogeiyk.
Ik meende uit de rookkamer gekomen een
schip te zien aan bakboordzyde, hetwelk lang
zaam achter ons verdween.
Met den dokter begaf ik my in de stee-
rage, waar ik alles in de grootste opschud
ding vond.
Het water stroomde echter nog niet in het
tusschendekhet gat door de vreemde boot
gemaakt, was echter door de bunks, waardoor
er twee compartimenten ingedrukt waren,
zoodanig bedekt, dat er van binnen niets
nauwkeurig was waar te nemen.
Op het dek teruggekomen begaf ik mjj
naar de plaats waar de „Scholten" was aan
gevaren (eenige meters voor de brug) en vond
dat raiting en het tuig weg waren over een
uitgestrektheid van circa drie meter (deze
waarnemingen zyn echter niet zoo nauw
n kunnen
achterdek.
keurig dat zy als officiéél zouden kunnen
dienon.) Ik begaf my weder naar het achterdek.
Do beide booten aan bak- en stuurboord
juist achter do brug uitgebracht, waren ech
ter nog niet te water en men was bezig met
te trachten de beide achterste booten uit te
brengen.
Ik begaf my daarop naar beneden om myn
overjas aan te trekken en myn ïyfspreserver
aan te doen, daar ik bemerkt had dat wy
snel zonken. De lucht was sedert de aanva
ring en dus ook vóór de aanvaring iets mis
tig, echter niet zoo of wy konden het schyn-
sel van één der lichten (South Sand Head)
zien op don wal.
Boven gekomen vond ik allen jn de grootste
ontsteltenisde matrozen hadden de achterste
booten verlaten en ieder trachtte in de beide
booten, welke uitgebracht waren, te klimmen;
van de brug werd door den kapitein getracht
de orde te herstellen en ik hoorde hem met
de revolver in de hand uitroepen
„Den eerste, welko in de booten gaat, schiet
ik een kogel door den kop."
Intusschen was de bakboordsboot te water
gelaten, ik liep naar die zyde en toen de boot
langs het schip kwam waar ik my bevond, wierp
ik myn jas in de boot en sprong daarop mede
er in. Wy werden door het stoomschip „Ebro"
opgepikt, welk stoomschip zich, nadat het de
vuurpeilen en blauwlichten door ons afgevuurd
had gezien, het wrak tot op 100 Yards naderde,
De andere boot arriveerde eenige oogenblik
ken later en nu werd door ieder, die slechts
zyne zinnen byeen had, getracht de zich in
het water bevindende schipbreukelingen te
redden mot touwen, welke over het schip ge
worpen werden en met de booten gedeeltelyk
met onze manschappen, gedeeltelyk met die
van de Ebro bemand.
Wy bloven vier uren in de nabyheid van
het wrak en worden er in het geheel circa
80 monschen gered.
Ik bemerkte nog de lichten van twee
kleine booten, welke zich in de nabyheid be
vonden en naar alle waarschynlykheid ook
eenige schipbreukelingen zullen gered hebben.
Daarna stoomde de „Ebro" naar Dover-
Door den kapitein en crew van dit Stoom
schip werd alles gedaan om onze lieden aan
droge kleederen te helpen.
Te Dover aangekomen kwamen 'wy met
Hannmout's boot aan wal en maakten toe
bereidselen voor de ontvangst der passagiers,
terwyl de namen der gorodden door den 2den
officier werden opgenomen.
Deze werden in het Seamanshouse opge
nomen, van kleederen voorzien en voor zoover
er plaats voor alle in hot Homo was door
den secretaris, elders ingekwartierd. Behalve
twee lyken, welke door het stoomschip Ebro
werden aangebracht, werden gisteren nog
achttien lyken door visschersbooten geland.
Wy nomen aan dat dit stoomschip volgens
de gegevens die wy hebbon, na geankerd te
zyn geweest, onder stoom was toen het met
ons in aanvaring kwam en door nalatigheid
de zylantarens niet had ontstoken.
Hedenmorgon is het lyk van den eersten
stuurman van de „W. A. Scholten" per Har-
wichboot te Rotterdam aangekomen.
Er was eene groote menigte belangstellen
den en nieuavsgierigen by tegen avoordig.
Als eene byzonderheid wordt nog mede-
gedeold, dat Zaterdag eenigé passagiers, die
met de „Scholten" de reis zouden maken,
te laat te Rotterdam aankwamen, zoodat het
stoomschip reeds vertrokken was. Zy tracht
ten met een kloin stoombootje de „Scholten"
nog in te halen, doch deze was reeds uit
den Rotterdamschen Waterweg, zoodat de
reizigers wodor naar Rotterdam moesten
terugstoomen.
BUITENLAND.
Fi-ankrijk.
De Kamer heeft gisteren met 381 tegen
173 stemmen de urgentverklariug van het
voorstel-Golibois, tot herziening der Grondwet,
geweigerd.
Duitgchland.
Een bulletin uit San-Remo, i. d. 19 dezer,
aangaande den toestand van den kroonprins,
luidde aldusNadat de oedematische zwelling
van het strottenhoofd reeds in de vorige week
aanmerkelyk was geslonken, heeft zjj zich
in den loop dezer week weder geheel gevormd,
hetgeen vooral bleek uit de bruinroode uit
werpselen, welke na den 15den tevoorschijn
kwamen. Daarop kon tot de effening (Abfla-
chung) van het nieuwe gezwel aan de linkerhelft
van het strottenhoofd en tevens tot de ver-