I
de heer Bleckmann echter om halftwaalf goed en
wol voor het badhuis aan.
De heer F. Domela Nieuwen huis, aan
wien door Z. M. den Koning kwijtschelding van
zijn verderen straftijd is verleend, werd gisteravond
uit de celgevangenis te Utrecht ontslagen en is in
zijne woonplaats, Den Haag, teruggekeerd. Nog
denzelfden avond begaf hjj zich van zijne woning
naar het lokaal „'Walhalla", alwaar zijne onver
wachte verschijning te midden van zijne partjjge-
nooten groote verrassing teweegbracht. Men juichte
hem toe, maar de heer Nieuwenhuis drong er op
aan dat zijn terugkeer niet tot luidruchtig betoon
aanleiding zou geven, aan welk verlangen voldaan
werd. Kort daarna keerde de heer Nieuwenhuis
weer huiswaarts.
Zijne invrijheidstelling had gisteren tegen den
avond plaats. De heer Croll ontving daarvan tele
grafisch bericht en haalde zijn vriend en partijge
noot van het spoor af. Alles geschiedde met de
meeste geheimhouding. De in vrijheid gestelde zag
3T gezond uit, maar was moeieljjk herkenbaar,
zelfs voor zjjne verwanten, daar baard en hoofdhaar
afgesneden waren.
De luchtreiziger L'Hoste zal aanst.
Dinsdag andermaal van „Seinpost" te Scheveningen
opstijgen.
Door den hevigen wind woei gister-
morgen een der zware ijpen, staande aan de Ge
dempte Oude Gracht bij het Verwulft te Haarlem,
om en streek over de geheele breedte van de straat
neder, zonder evenwel aan de tegenoverliggende
huizen schade toe te brengen.
Door een rukwind werd ook op den Zwartenweg
vóór het Gebouw van K. en W. te 's-Hage een
boom omgeworpen. De stam kwam in en over de
gracht te liggen.
Een sigarenwinkelier in de Hoog
straat te Amsterdam exposeerde voor het raam
een bord, waarop duizend dubbeltjes. Gisternacht
is do plank met dubbeltjes gestolen. De politie heeft
reeds den dader of een der daders gearresteerd op
de Nieuwmarkt.
Eene woning, bewoond door den
arbeider De Groot, te Westerlee, en eene weduwe
met 2 nog jeugdige kinderen, is geheel verbrand.
Met moeite werden de kinderen uit het brandende
gebouw gered.
In Oldenburg zijn vele veeboeren,
ten gevolge van de voortdurende daling van het
veo, er toe overgegaan om zelf te slachten en dan
voor de consumptie aan te bieden. Zjj doen dat, nabij
do stad Oldenburg, niet ieder voor eigen rekening,
waardoor men in concurrentie elkander zou bena-
deelen, maar coöperatief, waardoor zij den slach
ters geene geringe mododinging aandoen. Alzoo ver
koopt deze vereeniging best vleesch tot 40 a 60 pet.
lager prijzen dan de slachters en maakt ze nog zeer
goede zaken. Eens per maand wordt met do leve
rende boeren afrekening gehouden door het kantoor
der vereeniging, die uit de leveranciers zeiven be
staat. NR. C.)
Omtrent de ziekte onder desoldaten
te Middelburg meldt de „M. C.": Naar wjj vernemen,
werden niet alleen personen aangetast, die Maandag
soep gebruikten, maar ook militairen, die daarvan
niet aten, terwijl onder degenen, die niet ongesteld
geworden zijn, er velen voorkomen, die wel soep en
vleesch gebruikt hebben.
Het getal zieke militairen is reeds tot over de
200 geklommen, en steeds nog doen zich nieuwe
gevallen voor.
Op eene Zaterdag-avond door de
afdeeling Groningen van den bond voor algemeen
kies- en stemrecht gehouden volksvergadering, be
handelden Tomassini, Groeneveld en Olthoff voor
eene stampvolle zaal de candidatuur van F. Domela
Nieuwenhuis voor de Tweede Kamer. Na stemming
bleek, dat al de aanwezigen zich met die candidatuur
vereenigden. Het bestuur deelde daarop mede, F.
Domela Nieuwenhuis telegrafisch met dezen uitslag
in kennis te willen stellen en tevens per telegram
den minister van justitie te willen verzoeken don
candidaat eenige dagen in vrijheid te stellen, opdat
hjj zijne candidatuur voor de Groninger kiezers zou
kunnen verdedigen. De aanwezigen juichten deze
mededeelingen luide toe.
Te Diever is een man in een put,
welken hjj wilde schoonmaken, gestikt. Pogingen
om hem van den dood te redden zjjn vruchteloos
gebleven.
Te midden der feestelijk heden, ter
gelegenheid van den Prinsesjesdag, ontstond gis
ternamiddag om drie uren te Breda een geweldige
brand in het midden der stad, bjj den hovenier
A. Foskens, in de Kleine Molenstraat. Huis, stal
en schuur werden geheel in de asch gelegd, doch,
behalve een paard werd het vee gered. Huis en
inboedel waren verzekerd.
Te Menaldum waren een leidekker
en een timmermansknecht n:et eene herstelling
bezig aan het kerkgebouw. De ladder, waarop de
knecht stond, kantelde, en door den schrik viel ook
de leidekker naar beneden. Deze was onmiddellijk
dood. De ander was geheel bewusteloos, maar is
nog niet bezweken. De overledene was vader van
vier kinderen.
Volgens „Veritas" z jj n in Juli ver-
ongolukt 65 zeilschepen en 14 stoomschepen, waar
onder geen Nederlandsche.
Op den boulevard Barbes, te Par ij s,
vond men zekeren Vautrey, brullende van pyn,
zich over de straat wentelen. Bij onderzoek blook
dat hjj van eene bank was opgesprongen en eens
klaps uitgeroepen had„Ik heb er genoeg van, ik
ga mjjne pijp inslikken", en het woord bjj de daad
voegende, nam hij de pjjp uit zjjn mond, brak
deze in stukken en slikte alles met één slok naar
binnen, mitsgaders de brandende tabak, welke er
in zat.
Daar dit onbegrijpelijk geval ernstige gevolgen
kon hebben, werd de pijpslikker naar een zieken
huis vervoerd.
Een 50-jarig oud-soldaat te New
castle werd Zaterdag-morgen onthalsd in zjjne
kamer gevondenbij 't ljjk lag een scheermes. Bij
verder onderzoek bevond men dat zijne hospita op
haar bed zieltogend lag, gevolg van vergif, dat zjj
zichzelve of dat men haar had toegediend. Zjj stierf,
alvorens eenige opheldering omtrent beide moorden
te kunnen geven.
Te Dove Holes zjjn zes personen
door den bliksem getroffenéén bleef op de plaats
dood, de vijf anderen verkeeren in levensgevaar.
lïe terechtstelling van Pranzini.
Gisteren in den vroegen morgen werd op do
Place de la Roquette te Parjjs de doodstraf aan
Pranzini voltrokken, aangezien president Grévy het
doodvonnis had onderteekend.
De procureur-generaal nl. ontving Dinsdag-namid
dag halfvijf, het bevel om toebereidselen te maken tot
Pranzini's onthoofding, op "Woensdag ochtend, welk
bevel zich als een loopend vuur door geheel Parjjs
verspreidde. Langzamerhand begon men dan ook post
te vatten op het Roquette-plein, zoodat dit te één
uur 's nachts zwart zag van toeschouwers. De
houding der menigte kon goed genoemd worden,
dank zjj de arrestatién, de vorige nachten gedaan.
De strengste bevelen waren gegeven omtrent de
toelating van personen, liefst zoo weinig mogelijk,
in de afgesloten ruimte, te midden van welke het
schavot moest verrijzen. Ongeveer vijfhonderd men
sehen verkregen daar eene plaats.
Te 3 u. daarop deed het geratel van rijtuigen zich
hoorende fourgons, (disselwagens) elk met één
paard bespannen, kwamen op het plein, nu stapvoets
rijdende, terwijl eenige politie-mannen de paarden
bjj de teugels hielden. Eén der rijtuigen bevatte
het benoodigde voor de voltrokking van het vonnis,
het andere was bestemd om de overblijfselen op
te nemen van den onthoofde.
De werklieden begonnen thans met het schavot
op te richten, onder leiding van den heer Deibier,
opzichter over de werken, die in het zwart ge
kleed was, terwijl uit zijne jas een gouden ketting
te voorschijn kwam met charivari. Kalm was zijn
uiterlijk en daar het begon to regenen, zette hjj
heel leuk eene paraplu op.
Tegen halfvjjf in den morgen was men mot het
schavot gereed, waarna de heer Deibier en zjjne hel
pers van kleeding veranderden, maar toch in het
zwart bleven.
Pranzini was tegen tien uren 's avonds zeer op zijn
gemakgaan slapon, niet vermoedende dat zijn einde
zóó nabjj was. Acht en veertig dagen waren nu ver-
loopen sedert de uitspraak van het hof. Te ruim
4 uren 's nachts traden de procureur der Republiek en
de griffier van het hooggerechtshof de gevangenis
binnen, gevolgd door den beul.
De heer Athalin, rechter van instructie, wachtte
in de kamer van den directeur der Roquette, gereed
om verdere bekentenissen uit den mond des ver
oordeelden te vernomen: deze sliep vast en moest
dus gewekt worden, waarop de directeur der ge
vangenis, na hom medegedeeld te hebben dat hem
geene gratie verleend was, tot hem zeide: Pran
zini, steeds waart gij met moed bezield; thans is
het oogenblik daar om dien nogmaals te toonen!"
De aangesprokene antwoordde: „Ja, mijnheer!"
er bijvoegende: „Men hoeft mjj niet vergund mjjne
moeder te mogen zien. Dat alleen vraag ik nu, want
ik weet dat ik onschuldig zal sterven."
Dewjjl men hem tegelijkertijd kleedde, zei hjj
„ik dank u!" Toen men hem vroeg of by alleen
wilde zijn met den aalmoezenier, antwoordde lijj:
„Neen, bedankt; laat hy zyn plicht doen, ik zal
den my'nen vervullen." Men zeide hem daarna op te
staan, waarop hy aanmerkto dat hy geene pogingen
zou aanwenden om den dood te ontgaan. In de
kleedkamer liep hy driftig op en neder en toen de
beul hem bond, zeide liy„Ik vroeg één ding een
uitstel van dertig dagen. God is groot! Ik acht my
gelukkig te mogen sterven; ik doe dat liever dan
gratie te ontvangen en naar de galeien gezonden
te worden." Nu richtte hy zich tot den heer Taylor,
zeggende„Kom, mynheer Taylor, verstop je maar
niet; gy hebt getuigen in mijne zaak gehaald, die
niet valsch waren. Vervloekt hy, die.Verder
kwam hy niet. Toen riep hy nogmaals op kalmen
toon uit„Ik sterf onschuldigDat God met my zy
Te vyf uren 's morgens verscheen Pranzini op het
plein, vastgehouden door beulsknechten en vergezeld
door den aalmoezenier. Op verzoek werd hy losge
laten en trad hy nu langzaam voort met een glimlach
op de lippen en de menigte overziende. Ook het
schavot bekeek hy nauwlettend. Op het oogenblik,
waarop de beulsknechten hem tot knielen noopten,
keek hy plotseling naar do zyde des aalmoezeniers,
die hom het crusifix toereikte, waarop hy vurig
de lippen drukte.
Daarop knielde hy neder en een oogenblik daarna
was hy niet meer. Zjjne overblijfselen werden
in de fourgon gelegd, welke in draf het plein ver
liet en koers zette naar het kerkhof van Ivry. De
monschonmassa, op behoorlijken afstand gebleven,
verwijderde zich in de beste orde en de algemeene
indruk was, dat Pranzini zich moedig had gehouden.
Mejuffrouw Sabattier was te zes uren des avonds I
gewaarschuwd dat hot doodvonnis zou voltrokken
worden en eene liarer vriendinnen was haar gezel
schap gaan houden om haar te troosten. Mej. Sabat
tier was als wanhopend en snikte, hoewel zy haar
best deed kalm te blijven.
Zy wonschte alleen te blyven en riep tel
kens „Henri, Henri, alles is nu gedaan. Zy gaan hem
dooden, don bosten jongen, zoo voorkomend en
vriendelijk!" Zy voegde er nog bjj dat zjj hom niet
in staat achtte tot zulk eene misdaad en liad ook
niet gedacht dat hjj werkeljjk zou onthoofd worden.
Daarna jammerde zjj„O, Henri, vergeving, men
heeft my bedrogen!" Toen wilde zy volstrekt alleen
blyven.
Nadat het ljjk van Pranzini op het kerkhof
was aangekomen, werd eene soort van lijkdienst
gehouden. Daarna werd het lyk op de geneeskundige
school geopereerd en de schedel onderzocht, uit
wolk onderzoek bleek dat Pranzini zeer goed zjn
verstand heeft gehad en wist, wat hjj deed.
Nader wordt nog gemeld dat, op het vernemen
der tijding dat het doodvonnis zou worden vol
trokken, de nieuwsgierigheid zóó groot was dat
zelfs de hooge standen van alle zjjden toestroom
den en alle vensters op het plein waren verhuurd.
Eene dame logeerde met hare kamenier reeds acht
dagen in een der logementen en betaalde voor een
klein kamertje 150 fr. per dag.
Pranzini had gedurende de laatste twee dagen
drie brieven geschreven: een aan den president
der Republiek, waarin hy om uitstel verzocht, een
tweede aan de pers, waarin hjj zjjne onschuld be
pleit en de derde is eene soort van memorie,
welke hjj bestemd heeft voor het archief der ge
vangenis.
Toen de treurige stoet de gevangenis verliet,
liep Pranzini alleen en besteeg met vasten tred het
schavot. Hy staarde langen tijd op de menigte en
vroeg toen aan den geestelijke om het kruis. Nadat
hij dat gekust had, werd hjj door de helpers van
den beul met het hoofd op het kussenblok gelegd.
Op het plein was het angstwekkend stil. Men
hoorde een doffen slag en eene rilling ging door
de menigte; dat was de houten kraag, welke zich
sloot. Daarop drukte de beul op het knopje, dat het
mes in beweging brengt ende gerechtigheid
had haar werk volbracht. Vóór men hersteld was
van de aandoening, waren hoofd en romp reeds ir
de mand verdwenen.
De geheele terechtstelling had slechts 12 minutenw
geduurd. Eén der agenten viel op 't oogenblik, dat»
het mes ging dalen, in onmacht.
Een uur later werden de bewoners van den boule-M