Ëene liei'dadïgheids-YOorsiclliitg. Gehoor gevende aan de welwillende uitnoodiging ons door de Onderofficiers-Tooneelvereeniging gedaan, mochten wy gisteravond de opvoering bijwonen van een drietal blijspelen, gegeven ten voordeele der Vereeniging van gepensionneerde onderofficieren en minderen van het Nederlandsche leger. Het is natuurlijk dat wij hier niet dezelfde eischen als gewoonlijk kunnen en mogen stellen, dat de critiek hier niet zich mag wapenen met hare scherpste pen, dat zij niet alle gebreken, elke tekortkoming, elk vlekje aan de kaak behoeft te stellenmaar evenmin voelen wij ons gedwongen slechts te prijzen en te loven, slechts lieftallige knikjes en wenkjes uit te deelen. Wy zullen geen roede zwaaien, maar ook geen honing smeren, overtuigd dat dit laatste onzen wakkoren Marszonon niet welgevallig kan zyn, dat deze uiting van medelijden meer pijn dan vreugd zou veroorzaken. Do „Barbier-Brugwachter" viel in het water. Noch het stuk zelf, noch het spel kon ons bekoren. Do scherts was te zouteloos; het aardige, het geestige te laag by don grond; dat zwart verven van eon persoon, dat onbewust metamorphoseeren van een Europeaan in een neger is een klucht, welke in het een of andor paardenspel te huis behoort, maar niet voor het voetlicht; het tooneel wil geëerd, niet geëncanailleerd worden. Ook het spel liet veel te wensclien ovor. Bijna allen waren nog in de hoogste mate lijdende aan do debutanten-koortsbyna allen spraken niet, maar rolden hunne woorden; het sterkst was dit hot geval met „Prop, oom van Kees," zooals deze op het affiche vermeld stond. Deze vergenoegde zich met oenvoudig zyne geheele rol weer te geven op dezelfde wyze als een schooljongen zyne les opzegt. Vandaar dan ook dat zjjne woorden: „toen heb ik myn eenigen beminden broeder verloren," denzelfden toon hadden alsof hy wilde vorklaren„toen hob ik myn sigarenkoker laten liggen." Het verheugt ons echter toch nog een woord van hulde te kunnen brengen en wel aan den matroos. Deze speelde met veel vuur, veel vlugheid en tevens zeer beschaafd. Oneindig beter voldeed het „Twee vreemdelingen in de stad," eene nabootsing van Labiche's geostige schepping, bjj ons herhaalde malon ten tooneel o gevoerd onder den titel van „Tooneelstudiën." Hier was werkelijke boert, hier was werkelijke humor aanwezig en ook het spel was ditmaal voel beter. Pelshaak had inderdaad zeer goede oogenblikken in de tweede act.e gaf hy zelfs veel meer dan wij van dilettanten gewoon zyn; vooral zyne woede tegenover den dooven notaris was zeer goed go- schetst; oen weinig minder vlugheid en beweeglijk heid echter hadde den zestigjarigen man niet ge schaad. Ook de beide studeerende neven waren in hunne travestirollen volkomen op hunne plaats; gaf de een ons den marchand-tailleur met den Fran- schen geur, met de Gallische levendigheid weer, in den dooven notaris bewonderden wy den diepen ernst, de eerbiedwaardige kalmte. .A-ls knecht beviel ons die van Pelshaak het best hij was een uitstekende nieuwsgierige niais. Bram had zijne „aparts" een weinig minder luid ten beste kunnen geven. Zóó was het onnatuurlijk, dat zyne mededeelingon aan het publiek, niet door zyne medespelers werdon gehoord. Als pièce do résistanco was het laatste, stuk „Het kind van den Huize" uitnemend geschikt. Geestig, verrijkt met de door het publiek zoo zeer geliefde coupletten en daarbij mot veel entrain en brio weergogeven, kon het wel niet anders dan talrijke welgemeende toejuichingen uitlokken. Wat het spel aangaat, aan het geheele viertal onze warme hulde allen wedijverden in vrijheid, losheid en bravoure; thans was het duidelijk dat het succes in het vorige stuk behaald op het oogenblik alle mogelijke vroes had verdreven, thans gaven zjj zich zeiven weer in al hun kracht. Alleen de zang had beter geac centueerd kunnen zijn; met uitzondering van die van Flageolle waren de coupletten niet verstaanbaar. Gedurende de pauzes vergastte ons het strijk orkest van hot 4de regiment infanterie op eenige goed geslaagde nummers, waaronder eene compositie van onzen wakkeren directeur, den heer J. G. H. Man 11, met soli voor verschillende instrumenten. Genoegen deed het ons, aan het eind van dit verskig de woorden door den president by den aanvang der uitvoering gesproken te kunnen her halen: eene belangt yke som zal in de kas der Ver - eeniging, voor wie deze avond ten beste gegeven is, gestort kunnen worden. Do zaal was stampvol. Leiden, 4 Maart 1887. Mr. L. H. Gemengd Nieuws» By oen der alom bekende weegtoe stellen had een jongen post gevat, schijnbaar met het doel om zich te wegen, daar hy nu en dan al eens plaats had genomen op het platformdoch daar hem de noodige centen ontbraken, bleef na tuurlyk alles zonder gevolg. Nog steeds met vergeefsche pogingen bezig zynde, naderde er een boer, die de vreemdsoortige machine wantrouwend bleef staan aankyken en aan den jon gen vroeg: „Woar is dat ding veur, zeg?" „Als je daar op gaat staan," was het antwoord, „en drie centen in die sleuf geworpen worden, dan wyst je die wyzer precies aan, hoe zwaar je bentl" De boer haalde het kopergeld te voorschyn, stapto op en trachtte, zich niet goed thuis gevoelende, de centen te storten. „Neen," zei de jongen, „als jy ze in je handen houdt, dan weeg je natuurlyk zwaarder, dan je bent! Geef my ze maar, en hou jy je dan goed vast; dat is veel sekuurder!" Terwyl de man het toestel omhelsde, als ware het zyn liefste, wierp de deugniet één voor één de centen daarin, doch by den eersten telde hy reeds twee, by den tweeden drie en hield toen den derden slinks achterwege. „125 kilo of 250 pond weeg je!" riep hy uit. De wyzer was natuurlyk, wegens onvoldoende storting, blyven staan, zooals gewoonlijk. „Neen," zoide de boer: „dat gaat niet op! Het ding is niet omgedraaid!" „Dan ben je zeker te zwaar voor die drie centen, zei zijn raadsman; „geef er dan nog maar eens drie, dan zal 't wel lukken!" De goedgeloovige voldeed hieraan, en toen do snuiter opnieuw den eersten daarvan er had in geworpen, was het drietal, met de vorige, com pleet, zoodat de wijzer in beweging kwam en 85 kilo aanwees. Met den achtergehouden cent, van de eerste maal en de twee overblijvende van den tweeden keer, had hy er nu ook drie en besteedde die, toen de boer was afgestapt, voor hetzelfde doel. In ééns wees toen de wyzer 42 kilo aan, waarop de guit den ander toevoegde: „Zie je wel, baas, hoe lichter je bent, des te beter gaat ie!" (II. C.) De opbrengst van het te Rotterdam gegeven Caecilia-concert ten behoeve van de kos- telooze spijsverschaffing aan behooftige schoolkin deren van den heer Koene, is 556 gulden. Uit Rotterdam sehryft men aan hot „Hbl.": Eenige dagen geleden slokte te Rotterdam een varken eenige papieren van waarde, waaronder een bankbiljet van ƒ100 op, die aan zyn baas toe behoorden. Gelukkig kon men nog een stukje van het biljet uit den bek van het vraatzuchtige dier trekken, waardoor nog een gedeelte der nummers zichtbaar bleef. De Bank heeft, zegt men, besloten de waarde van het bankbiljet aan den eigenaar terug te geven. Donder dag-avond ontstond er te Moppel een hevige brand in de schuur van den molkboer Mandon. Het vuur sloeg spoedig over naar de werkplaats van den timmerman J. Hesso- lingen. Beide gebouwen zyn geheel afgebrand. Met groote moeite heeft men alleen het vee gered. Alles was verzekerd. De mazelen-epidemie is thans in de Weesinrichting te Neerbosch geweken; de wees huizen zyn geheel ontsmet verklaard. EtAne arbeiderswoning te BI ya (Fr.) is dooi'-, onvporziclitigheid bij het bewerken van vlas in de nabijheid van eene kachel, met alles wat er in was, door brand vernield. Met moeite zyn de kinderen gered. Een paar der bewoners bekwamen brandwonden. Te Krakeql, gem. Ho o ge veen, zyn twee huizen met dpn inboedel verbrand. Niets was tegen brandschade verzekerd. Vechtpartijen 'tusschen de lotelin- gen uit Heinenoord Van Klaaswaal hebben zich ernstiger toegedragen daV men aanvankelijk meende. Als wapens werden gebruikt latten met spijkers, die van de schuttingen wierden afgebroken, terwijl een man zoo toegetakeld is, dat men voor zyn leven vreest. Eene vreeselyke misdaad is te Pa rijs in een prachtig hotel op den hoek der Rue Bergère gepleegd. De zoon van den concierge, die bij de bedienden woonde,sloop, terwyl de anderon aan tafel zaten, naar de 'woning van den koetsier, wiens oude, zwakke vrou^v hij worgde, om hare bezittingen machtig te worden. Hij kon slecht? enkele waardelooze zaken medenemen, daar hot geld van den koetsier op eene verborgen plaats was gelegd. Daarna ontvluchtte hy en schreef aan d9 meesteres van zyn vader een brief, met verzoek dien toch niet weg to jagen. Door het lezen van romans moet hy in een voortdurend opgewonden toestand verkeerd hebben. Een dubbele zelfmoord werd voi, eenige dagen door twee verliefden te Berlyn be proefd. Laat in den avond meldden zich aan een hotel een heer en eene dame aan, voorgevende zoo juist aangekomen te zijn en voornemens den vol genden morgen te willen vertrekken. Yroeg in dej volgenden morgen hoorde het kamermeisje in d» kamer een aanhoudend steunen, zy klopte maai kreeg geen gehoor. Daarop ging zy naar binnen, Een ontzettend schouwspel deed zich voor. De beidt gasten lagen badend in hun bloed te bod, nog slechts even en onregelmatig ademhalend. Onmid dellyk werd geneeskundige hulp ontboden. De doktor vond hen met doorgesneden pols en mocht er it slagen nog gedurende een uur het bewustzijn terug te brengen. Uit een ingesteld onderzoek bleek da* beiden gehuwde lieden waren dat de vreos voor ontdekking eener door hen begane misdaad het tot deze daad gebracht had. KOLONIËN. BATAVIA, 27 29 Januari. (Nederlandsche Mail). Luidens geruchten zal de heer De Bruin in April als lid van do Algemeene Rekenkamer optredonin plaats van den heer Diephuizen. Als tydelyk lid zyn voorgedragen do majoor- intendant Bedier De Prairie en Van den Bussche, benevens de majoor-magazynmeester der artillerie Mathjjssenf - Wij vernemen dat do overste Schmilau eerst daags zyne overplaatsing van de Vorstenlanden naar Atjeh verwacht; hy zou dan ruilen met zyn col lega Vetter. (Java-Bode.) Door den gouverneur van Celebes en onder, hoorigheden is toegevoegd aan den adsistent-resident der Noorderdistricten de adspirant-controleur A. Van Wetering. Boor den gouvenieur-goneraal van Ned.-Indiö zijn dt volgende beschikkingen genomen Civiel Departement. Verleend; Een 2-jarig verlof n. Europa, w. ziekte, aan don auditeur-militair bij den krijgs raad te Willem I (Semarang) ar. H. G. Van Lawick. Benoemd: Tot auditeur-militair bij den Krijgsraad tl Willem I, dc 1ste substituut-griffier bij het Hoog-Gcreelits- hof van Ned.-Indië mr. A. J. Andrée Wilten9. B(j dc in: en uitvoerrechten en accijnzen: lot adjunct- contr. to Batavia, W. F. Klusman; tot adjunct-inspecteur, Th. I. A. Van Loontot contr. te Cheribon, M. Kuipen; tot adjunct-contr. te Soorabaia, J. A. Oudorp Kortcbrant; tot tijdelijk verificateur Gde kl. H. Kater en I. F. G. Dc Selieemaker; met ingang van 1 Maart 1887tot adjunct- insp. E. I. Towusend; tot adjunct-contr. te Samarang, A.K, J. Kaffer; tot ambtenaar de commies ter controle te Ba! avit G. L. Hanibals; tot commies ter controle te Batavia L. Y. De Souza tot ambtenaar, do tijdelijke verificateurs 5de tl, W. F. E. Jansen en Th. A. De Ruyter en dc hoofdopziener J. H. I'. Houtamtot tijdelijke verif. ödo kl. G. Tb. Kulcn- börmer en E. A. Beep. Machtiging verleond: Tot- uitreiking aan J. J. Pigeaud, van eene akte van toelatiüg tot uitoefening der genees- heel- ea verloskundige praktijk in Nederlandsch-Indië. Departement van Oorlog. Verleend: Een 2-jarig vcrlo: n. Europa: v.*. ziekte, aan den kapt.-kwartiermeester bij de mil. adm. E. G. Le Bütte; wegens 15 jaren onafgebroken dienst in Ned.-Indit;, aan den kapt. der inf. E. W. BiscboS Van Heemskerk en aan den lsten luit. der inf. L. P. Van Mourik. Vertrokken passagiers per stoomschip Conrad," van Batavia naar Nederland. H. T. Kothe, mr. H. G. Van Lawiek, echtgenoote cn kindereD, luit. ter zee lsto kl. H. V. E. Hazenberg, off. vsn adm. 2de kl. J. Bennebroek Houten, H. A. Lastdrager, C.A. Van Drongelen, luit. ter zee 2de kl. A. E. Zimmerman. H. A. P. Ravenswaay en echtgenoote, hoofdonderwijzer J. Ver- henl, gep. kapt. der inf. M. E. F. Mechelen en echtgenoote, J. O. F. Broekmeijer, Zr. Ms. troepen en schepe'ingcn. ALP1I@V§E. Personen: Juffrouw Guichard Mevr. Cath. Beersmans. Montaiglinde Hr. D. Haspels. OctaveHenri De Vries, RaymondeMevr. BurlageVorwoeit AdriennoJongej. Marie Spoor. Dieudonnéde Hr. Poolman. RemyKeer wolf. De Militaire Willemsorde. Personen: Van Balen, oud-militair de Hr. Rosier Faassen. Frans, zijn kind. Poolman. Willem, zijn kind F. Tartaud. Betje, vrouw van Frans Mevr. Faassen-Van Velzen, Karei, zoontje van Frans Mej. Anne Beukers.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1887 | | pagina 10