N°. 8244.
A0. 1887.
Bit Mier beslaat uit Twee Bladen.
<gezs jouraat wordt dagelijks, met uitzondering
van gon- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 3 Januari.
33in.@cIao- 4, Januari.
LEIDSCH
DAGBLAD
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden1.10.
Franco per post1.40.
Afzenderlijke Nommere.0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Van 16 regels f 1.05. Iedere regel meer 0.17 j.
Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incas-
seeren buiten de stad wordt f 0.10 berekend.
OlUciëele Kennibgeringen.
Burgemeester en Wethouders van Leiden;
Herzien de openbare kennisgeving omtrent de verplichting
tot het doen van aangifte voor de Nationale Militie, in de
maand Januari 1887, voor hen die op den lsten Januari
van dit jaar hun 19de jaar zijn ingetreden, en alzoo de
personen, geboren in het jaar 1868alsmede voor hen, die
eerst na het intreden van hun 19de jaar, doch vóór het
volbrengen van hun 20ste, ingezetenen zijn geworden;
Brengen ter algemeene kennis:
dat tot deze inschrijving zitting wordt gehouden op het
Baadhuis, van des voormiddags 10 tot des namiddags 3 uren,
op Maandag 10 Jan. voor de bewoners van de wijken 1, 2 en 3,
Dinsdag 11 4 en 5,
Woensdag 12 wijk 6,
Donderdag 13 7,
Vrijdag 14 „de wijken 8 en 9 of
de buitenwijk,
en dat de geboorte-akten, die de belanghebbenden bij de
inschrijving, Onder opgave der woonplaats van den inge
schrevene, behooren over te leggen, dagelijks, de Zondag
uitgezonderd, zijn te verkrijgen ter Secretarie dezer gemeente
(afdeoling Burgerlijke Stand), van des voormiddags 9 tot
des namiddags 3 uren, wanneer tevens voor hen, die hier
niet zijn gebo'ren, aanvrage ter verkrijging dier akten kan
worden gedaan;
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, DE KANTER, Burgemeester.
3 Jan. 1887. E. KIST, Secretaris.
Het vijf-en-twintigjarig bestaan der Leidsche
Kweekschool voor onderwijzers en onderwijzeressen
werd dezer dagen op zeer eigenaardige en eenvou
dige wijze herdacht. Op den morgen van den lsten
Januari vereenigde zich eene commissie van oud
leerlingen ten huize van den directeur, den heer
J. A. Van Dijk, om hem, bij monde van den heer
W. F. Oostveen, namens een zestigtal hunner, geluk
te wenschen met den heuglijken dag en de hoop
uit te spreken dat de school nog tal van jaren
onder zijne gewaardeerde leiding moge bloeien en
rijke vruchten moge afwerpeu voor het onderwijs,
dat hun allen lief en dierbaar is. Hij bood daarbij
den heer Van Dijk een klein offer van dankbaar
heid aan, door de oud-leerlingen voor deze gelegen
heid bijeengebracht ten behoeve van het Onder
steuningsfonds van het Nederlandsch Onderwijzers-
Genootschap. „Wij hadden'", zeide spreker, „aan
het feest gaarne een meer openlijk karakter gegeven.
Verschillende omstandigheden hebben de uitvoering
van dat plan belet. Maar ik kan u de verzekering
geven, dat zij, door wie deze bijdragen zyn bijeen
gebracht, het op hoogen prijs stellen althans op
deze wijze te kunnen toonen, hoezeer zij zich aan
de Leidsche Kweekschool en haren wakkeren
directeur verplicht gevoelen."
De heer Van Dyk betuigde daarop zijne groote
ingenomenheid met de wijze, waarop de oud-leer
lingen van hunne belangstelling deden blijken. Hjj
achtte deze wijze van feestviering in volkomen
overeenstemming met den geest der school, welke
steeds in allen eenvoud haren weg was gegaan en
getracht had te doen wat zij naar de mate van hare
krachten voor de verbetering en den bloei van het
onderwijs had kunnen doen. Gaarne nam hy de taak
op zich, het byeengebrachte aan het bestuur van het
Ondersteuningsfonds te doen toekomen en verzocht
voor zich de vryheid daarby ook van zijn kant iets te
mogen voegen, want niet minder dan de oud-leer
lingen gevoelde hy groote dankbaarheid voor het
geen hy als hoofd der Kweekschool had mogen
doen en voor den zegen, de belangstelling en de
waardeering, die hij in het afgeloopen tydperk had
mogen ondervinden. Hy verzocht de commissie zyn
warmen dank over te brengen aan allen, in wier
naam zy was opgetreden, en sprak den wensch
uit, dat het hun nog lang mocht gegeven worden
aan de bevordering en den bloei van ons onderwas
hunne krachten te wyden.
- Op de door de afdeeling Leiden en omstreken
van de Maatschappü tot Bevordering der Bouwkunst
uitgeschreven prysvraag„Het maken van een kader
voor bouwkundige bekroningen", zyn vyf antwoorden
ingekomen, onder de volgende motto's; lo. „Oefe
ning", 2o. „In duizend vreezen", 3o. „Sqraffito",
4o. „Vitruvius" en 5o. een Passer (geteekend).
Den uitslag der booordeeling, welke waarschyniyk
Woensdag of Donderdag zal plaats hebben, hopen
wy zoo spoedig mogeiyk te kunnen mededeelen.
Z. M. heeft den hoogleeraar dr. S. S. Rosen-
stein alhier benoemd tot ridder in de orde van den
Nederlandschen Leeuw.
Door den minister van waterstaat, handel en
ny'verheid is bepaald dat de commies 4de kl. F.
F. M. Henrar zyne functiën zal uitoefenen ten post
kantore te Leiden.
By de heden gehouden openbare verkooping
van cokes in partyen van 100, 50, 10 en 5
hectoliters, waren de hoogste pryzen f 35, 18,
/"4 en f 1.85; de laagste f 35, 18, 3.70 enf 1.85.
De Koning en de Koningin verschenen Zaterdag
namiddag te 1 uur op de gebruikelyke receptie,
die Nieuwjaarsdag ten Hove wordt gehouden.
In de zaal van ontvangst stonden geschaard de
dames van het paleis, de groot-officieren van het
Huis des Konings, de adjudanten-generaal, de opper-,
hoofd- en verdere officieren by Zr. Ms. militaire
hofhouding, de Kamerheeren, de president van de
Tweede Kamer, de vice-president van den Raad van
State, de ministers, hoofden der departementen, de
directeur van het Kabinet des Konings, de secre
taris des Konings voor de zaken van het Groot
hertogdom Luxemburg, de hofpredikers enz.
Yoor deze gelegenheid was het dragen van gala
kostuum of groot uniform voorgeschreven.
Tydens de Koning in de audiëntiezaal toefde was
hy met verschillende hooge ambtenaren van het Hof
in gesprek en onderhield H. M. de Koningin, aan
wier zyde het Prinsesje ging, zich met de dames.
Z. M. recipieerde in de marine-uniform en de
Koningin droeg een kleed van donker satyn.
Op oudejaarsavond was de Koningin te 's-Hage
by de dankzegging in de Duitsch-Evangelische Kerk
door ds. Blech, tegenwoordig.
Naar men verneemt, wordt de heer Ypey,
thans werkzaam aan het consulaat-generaal der
Nederlanden te Marseille, op zyn verzoek, binnen
kort werkzaam gesteld aan Neerlands consulaat-
generaal in Perzië, met den persoonlijken rang van
kanselier-tolk.
Men meldt aan het „Hbl." uit 's-Gravenhage
d.d. 31 Dec.De Koning gevoelde zich in den
nacht volgende op zyn terugkeer in de residentie
licht ongesteld, zoodat te 3 uren Zr. Ms. lijfarts
werd ontboden. Gisteren was Z. M. echter reeds
hersteld en ook heden bevond hij zich wel. Ge
ruchten alsof de Koning in den afgeloopen nacht
ongesteld is geworden, zyn onjuist.
De gepensiormeerde luitenant-generaal C. P.
Schimpf, wiens overlijden gemeld werd, had een
schoon militair verleden en eene eervolle loopbaan
in den Staatsdienst achter zich.
In het jaar 1812 geboren in het kamp van St.-
Omer in Frankrijk, scheen de plaats zijner geboorte
hem als 't ware te wyzen op de bestemming, die
hij zich in de toekomst koos, te weten de militaire.
In het jaar 1830 tot 2den luitenant benoemd,
werd hy in 1836 overgeplaatst bij het Indische
leger. By de overzeesche wapenmacht nam hy,
steeds opklimmende in rang, deel aan verschillende
militaire expeditiën.
Als officier onderscheidde Schimpf zich in den
oorlog met Bali, ter zake waarvan hy met de Mili
taire Willemsorde beloond werd.
Yan zijn krijgskundige talenten werd door het
legerbestuur partij getrokken. Nauwelijks had hij
den hoofdofficiersrang verworven of Schimpf werd
geroepen tot de gewichtige betrekking van chef van
den general en staf van het koloniale leger.
In 1855 toog hy naar West-Indië en bekleeddo
in deze kolonie gedurende vier achtereenvolgende
jaren de betrekking van gouverneur van Suriname.
De Koning koos zich den landvoogd tydens zyn
bestuur, als blyk van vereering, tot zijnen adjudant
in buitengewonen dienst en schonk den gouverneur
by zyn aftreden het commandeurskruis van den
Nederlandschen Leeuw.
Na in Indië te zyn teruggekeerd trad generaal
Schimpf in 1862 op als legercommandant.
In Juli 1875 werd de krijgsoverste ter zake van
langdurigen dienst gepensionneerd.
Als een zeldzaam voorbeeld van langdurige
en trouwe dienstvervulling deelt men uit Aarlan-
derveen mede, dat de heer B. Ziegelaar van 1827
tot 1887, dus 60 jaren, onafgebroken, eerst by
wijlen den heer C. Van der Lee en daarna by diens
zoon, den heer J. A. Van der Lee aldaar, als
notarisklerk is werkzaam geweest en nog met
onverflauwden ijver zijne taak verricht.
Het stoomschip „Zaandam", van Amsterdam
naarNieuw-York, passeerde 2 Jan. Doverde „Prinses
Amalia" vertrok 1 Jan. van Batavia naar Amster
dam; de „Prinses Marie", van Amsterdam naar
Batavia, passeerde 31 Dec. Perim; de „Prinses
Wilhelmina", van Batavia naar Amsterdam, pas
seerde 1 Jan. St.-Vincent; do „Zuid-Holland", van
Rotterdam naar Java, vertrok 31 Dec. van Suez;
de „Voorwaarts," van Amsterdam naar Batavia,
passeerde 2 Jan. Kaap Roccade „Schiedam" ver
trok 1 Jan. van Nieuw-York naar Amsterdam.
Een zilveren feest.
Gisteren, Zondag 2 Januari, was het 25 jaren
geleden sedert de heer A. Van der Harst zyne
betrekking als hoofd der openbare school 3de kl.
No. 1 aanvaardde. Dat die dag niet onopgemerkt
zou voorbijgaan, stond by velen sinds geruimen
tyd reeds vast.
Des middags vereenigden zich een groot aantal
onderwyzers, onderwijzeressen, vrienden en belang
stellenden in het Nutsgebouw, waar de geachte
jubilaris, omringd door zyne kinderen en eenige
familieleden, receptie hield.
Het eerst werd de heer Van der Harst begroet door
den voorzitter der Plaatselijke Schoolcommissie, prof.
D. Bierens De Haan, die hem dank betuigde voor
den yver, in de vervulling zyner betrekking steeds
aan den dag gelegd.
Daarna voerde de heer J. A. Van Djjk het woord
namens een groot aantal onderwyzers, om den
ambtgenoot geluk te wenschen met dezen dag,
waarop hij met welgevallen mag terugzien op een
lang tydperk, gewijd aan het onderwijs, aan dien
aangenamen arbeid, welke meer nog dan eenige
andere, een beter dan stoffelijk loon met zich
brengt. Nog langen tyd, hoopte spr., zou de
heer Van der Harst zyne taak mogen voortzetten.
Tot het meten van dien tijd werd hem eene fraaie
bronzen pendule met kannen aangeboden, vergezeld
van een album, smaakvol gecalligrapheerd en ge
bonden, bevattende de namen van hen, die tot dit
geschenk hadden bijgedragen.
Diep getroffen dankte de heer Van der Harst
voor de blijken van sympathie, die hem ten deel
vielen en die hy hoopte zich by toeneming waardig
te maken.
Nog werden den jubilaris hartelijke woorden van
gelukwensching toegesproken door den heer H. J.
Bool, wethouder van onderwysdoor den oud-school
opziener prof. M. J. De Goeje, onder wiens toezicht
de heer Van der Harst een groot deel van zyn
gewaardeerden arbeid heeft verricht; door den
arrondissements-schoolopziener, dr. J. F. Houwing
door den heer W. Vruggink, namens de commissie