In de Lange Rarrestraat, No. 12, te Brussel, in de ververy van den heer Leroy, heeft Donderdag eene treurige gebeurtenis plaats gehad. Het 4-jarig dochtertje van den verver, de kleine Helena, was op de tweede verdieping van het|werk- huis aan het babbelen met een werkman, Louis Hanssen genaamd. Een oogenblik moest deze laatste naar beneden gaan om water te halen en de kleine, alleen zijnde, begon aan de kraan van het naphtha-vat te draaien. Het gevaarlijke vocht liep door het vertrek, de trappen af tot in de benedenplaats, waar de stoom machine staat. De naphtha kwam met het vuur in aanraking en eene verschrikkelijke ontploffing had plaats. Een oogenblik heerschte er een licht te begrij pen schrik. Iedereen zocht zich zeiven te redden, maar de patroon riep eensklaps uit: „Mjjn dochter tje, mijne Helena is nog boven!" Maar niemand hoorde dien alarmkreet en de ongelukkige vader poogde zelf het brandende ge bouw binnen te dringen, maar de buren beletten het hem. Op dit oogenblik zag men den werkman Louis aan het venster der bovenverdieping verschijnen. Langs een buis liet hy zich afzakken en kwam weenend en bevend op de binnenplaats terecht. „En het kind?" vroeg men hem. „Het kind is dood!" zeide hy met verstikte stem. „Zoodra ik zag dat de naphtha van de trap pen dreef, dacht ik wel dat de kleine eene onvoor zichtigheid had begaan en ik snelde naar boven. Helena lag reeds op den vloer uitgestrekt, ik greep haar by de kleederen om met haar naar beneden te vluchten, toen de ontploffing plaats had. Het plafond en het dak stortten rondom ons neer, de rook verblindde my en ik vond zelfs de trap niet meer. Toen verloor ik myne zinnen, ik liet het kind vallen om het venster open te rukken, en zoo liet ik mij naar beneden vallen. Dat ik het kind niet gered heb, is myne schuld niet; ik was zinneloos." En de arme jongen klaagde en weende om er medelijden mee te hebben. Intusschen had de brand zich steeds verder uit gebreid en bedreigde zelfs de naburige huizen. Do pompiers snelden toe met hun materieel. Maar de plaats der ramp, rondom tusschen de huizen gelegen, was moeilijk te naderen en er waren bovenmenschelijke pogingen noodig om het vuur te bestryden. Op redding der kleine Helena was geen hoop meer. Overigens, het moest reeds te laat zy'n. De moeder was in onmacht gevallen, men moest haar in een naburig huis dragen; de vader liep in stomme smart heen en weer en de grootmoeder, wier lieveling de kleine Helena was, vervulde het huis met hare klachten. Toen de brand gebluscht was en men het huis binnendrong, vond men niets dan een geheel ver koold lykje. Het geheele huis is vernield. Eene Nieuw-Yorksche dame, mrs. Harkott, hee'ft den verantwoordelijken redacteur van de „New-York Herald" voor den rechter gedaagd, omdat deze haar„eene ryke en liefdadige dame" had geneemd. Mrs. H. heeft toch heel veel last gpliad van het welwillend oordeel van den redacteur. Zij zegt dat zij in den tyd van een jaar 6000 brieven heeft ontvangen met verzoeken om •steun en 14,000 menschen hebben haar persoonlijk met een bezoek - vereerd, om dezelfde reden; in 't geheel beloopen de sommen, die men van haar vroeg, dikwijls al te dringend, 30 millioen dollars. „Er ontbreekt slechts aan," schrijft mrs. H., „dat er eenige dieven zyn gekomen, om mij in den nacht te overvallen en het vermogen te stelen, dat mijn heer de redacteur mij heeft toegedicht." Te Barnal in Frankrijk moet zekere Jean Faure zijn broeder Claude hebben vermoord, het lijk in stukken hebben gesneden en daarna ge kookt. De beenderen werden, fijn gehakt, onder een hoop steenen gevonden. De moordenaar is gearres teerd met zijne vrouw en twee medeplichtigen. Landelijke na'ieveteit. - Boer tot den instrumentmaker: „Hebt u ook zoo'n barremeter voor me of hoe heet zoo'n ding, waar je het weer op ziet?" Instrumentmaker: „Hier heb ik een heel goede voor zes gulden." Boer: „De prijs komt er niet op aan, als hy maar goed is maar nou mot je me nog zeggen hoe ik doen moet als ik het wil laten regenen." 13 XI X rT ENLAND. Fraakrijb. Gedurende de afgeloopen maand Augustus heb ben de indirecte belastingen 293,675 fr. minder op gebracht dan de raming, maar 1,973,300 fr. moer dan verleden jaar gedurende dezelfde maand. Naar men in de „Temps" leest, is uit hot door den naar Belfort gezonden ordonnans-officier ingestelde onderzoek gebleken dat de feiten, tegen den wegens verspieding aangehouden Saksischen kolonel ingebracht, den bevelvoerenden generaal Reiser onvoldoende waren voorgekomen tot staving van die verdenking. De generaal beval hem op vrye voeten te stellen, zonder deswege den corps commandant of den minister van oorlog te raad plegen. De minister echter, vervolgt de „Temps", is op grond van de wet tegen spionnage van mee ning dat de militaire autoriteit niet bevoegd was om in eene zaak als deze te beslissen, en dat men den aangehouden officier aan de gendarmerie had moeten overleveren, te meer omdat hij een afge sloten terrein der vesting had betreden. Derhalve zal een disciplinair onderzoek naar de handelingen van generaal Reiser worden ingesteld en alle commandanten van versterkte plaatsen nadrukkelijk worden aangeschreven, de wet op de spionnage voortaan stiptelyk uit te voeren. De „Figaro" zegt dat het kasteel van den hertog van Aumale te Chantilly voor den ty'd van vyftien jaren gehuurd is door den heer en mevr. Burdett Coutts. Voor het „Institut Pasteur" is tot hiertoe 1,408,000 fr. ingeschreven. Groot-BrltannlA De heer Gladstone wordt den 16den September uit Beieren te Londen terugverwacht. De Ieren hopen dat hy nog vroeg genoeg zal komen om aan de behandeling van Pamell's voorstel betreffende Ierland deel te nemen. Vermoedelijk echter zal Gladstone dit ontwerp niet steunen, want bjj de beraadslaging over de troonrede verklaarde hjj zich tegen Pamell's amendement op het adres, en het wetsontwerp is, naar men beweert, niets anders dan hetzelfde amendement in anderen vorm. In een officieel „communiqué" wordt ten stelligste het gerucht tegengesproken, dat de be noeming van White tot ambassadeur te Ronstan- tinopel aan de Porte voorgesteld, maar door deze afgekeurd is. De Iersche party in het Parlement gaf een diner aan haar vice-president Justin Mc. Carthy, die weldra voor vyf maanden naar Amerika gaal. Ongeveer 55 Iersche leden waren opgekomen Parnell liet zich zeer hoopvol uit over de vooruit zichten van de Iersche zaak. De hertog en de hertogin van Connaught zyn verleden Woensdag naar Indië vertrokken. De prins van Wales deed hun tot Dover uitgeleide. De burgemeoster van Brussel, de heer Buis, en de ex-minister van financiën Graux zyn naar Madrid vertrokken en zullen Marokko bezoeken. Men zegt dat te Luik eene groote manifestatie van socialisten zal worden gehouden50,000 werk lieden zouden daaraan deelnemen. Boalond. De vorst van Bulgarije was de geliefkoosde neef van keizerin Marie, de moeder van den tegonwoor- digen czaar. Zy liet hem in haar testament 2 millioen roebels na, maar de vorst wilde dat kapitaal niet aanvaarden en vergenoegde zich met de rente. Thans zegt men dat hy het kapitaal zal opeischen. De groote manoeuvres in de Rrim zullen toch doorgaan. Reeds zyn 20,000 man naar Odessa ver trokken. Xjiiïtra i'ijö. Het vertrek van vorst Alexander uit zyn land moet eene reeks van aandoenlyke tafereelen hebben opgeleverd: het afscheid van zijne officieren, die alleen door '3 vorsten uiterste overredingskracht be vlogen konden worden om hem te laten gaan; de ovatiën, die hem in allerlei plaatsen op zyne reis van Sofia naar Turn-Severin gebracht werden. Vooral te Widdin, de vesting, die zich verleden jaar zoo dapper tegen de Serviërs verdedigde, waren de ont vangst en het afscheid roerend. By het naderen der boot, die den vorst aan boord had, was de ge heele bevolking aan den oever der rivier samenge stroomd; het garnizoon stond bij de landingsplaats geschaard en het salvo der kanonnen paarde zich aan de onophoudelijke „hoezees" uit duizenden monden. De vorst ging aan wal en kon zich slechts met moeite een weg banen door de hem omrin gende en jammerende menigte naar het balkon der prefectuur, van waar hy het volk toesprak. Nog mooielyker was do terugkeer naar boord. Het scheen seint de berichtgever der „Röln. Zei- tung" van den 9den uit Orsova, welke bericht gever don vorst op zyn terugtocht uit Sofia verge zeld heeft - „het scheen een tydlang alsof het volk den vorst met geweld wilde terughouden. Maar zyne woorden misten hun doel niet, en zoo kon hij het jacht bereiken, dat onder nieuwe arttillerie- salvo's den oever verliet, om onder de levendigste betuigingen van burgers en soldaten, die niet anders dan hartbrekend genoemd moeten worden, de reis voort te zetten. Wie dat treffend tooneel van een aan zijn volk ontscheurden vorst gezien heeft, dien zal het onuitwischbaar in het hart gegrift blyven; de stemming, die aan boord heerschte, is niet te beschryven." De ministers en officieren, die den vorst tot Turn- Severin, dus buiten de grenzen van Bulgarye ver gezelden, om aan de bevolking te toonen, dat hij met alle eerbetoon het land verliet, deden hem tot aan het spoorstation uitgeleide. Ook aan den Rumeen- schen oever stonden ontelbare menschen, di6 het jacht met doeken toewuifden en met muziek be groetten. De bovenvermelde berichtgever van het Reulsche blad verzekert, dat vorst Alexander reeds te Lem- berg het besluit genomen had om afstand van den troon te doen en alleen tydelyk naar Sofia terug te keeren, ten einde niet als een vluchteling zyn land te verlaten, maar in allen vorm en eerst na daar de orde hersteld en de samenzweerders bestraft te hebben. Het onderzoek der laatste dagen moet aan het licht gebracht hebben, dat behalve de eigenlijke samenzweerders zeer vele personen van den voorgenomen aanslag kennis droegen zonder daarvan iets te verradenzelfs hooggeplaatste per sonen als de minister van oorlog Nikiforoff, die ziek heette en alles aan zyn adjunct Benderoff overliet, den kapitein, die, naar men weet, eene hoofdrol bij den aanslag speelde. Aangekomen badgasten te Katwijk aan Zee. Groot Badhotel: Baronnesse Stoet Van Zwa nenburg, freule Sloet Van Zwanenburg, dr. E. Liese gang en fam., 9 pers., mevr. wed. H. Overlack, 2 kind, en bonne, mevr. Brantsma, kind en bonne, fraul. J. Cordes, frau Mahlstein, mevr. Asch Van Wyck en kind, mevr. Abbink geb. baronnesse Van Voorst tot Voorst, fraul. A. Volmer, mej. C. Leem- brugge, baron Moritz de Villebois, frau Marquisin de Villebois, J. Grasreiner, frau Agnes Friedlander, mej. E. Domela Nieuwenhuis, G. S. Bryson en D. Stowar. Hotel Levedag: Mej. De Fremery, P. Wills and wife en C. Stamm. By C. Rruyt: Mej. M. C. Strumphler, mej E. Verwoert, fam. Van Wyck, 5 pers. en mej. A. Van Rlaveren. By de wed. H. Van der Plas: Mej. E. J. Pelkman, mej. M. C. M. Vis, mej. M. J. N. Vis en dienstbode. By L. De Best: mevr. S. Playne, mej. C. E. Playne en mej. A. M. Playne. LICHTSTERKTE. Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek. WEER van 29 Aug. tot 4 Sept. 1886. Datum. Uur. Aantal. Gemiddelde Eng. Standkaarsen. 29 Augustus. 7._ 7.30 7 17.7 30 7.15 8.15 7 18.- 31 7.15 8.15 8 17.6 1 September. 7.15 8.15 8 18.3 2 7.15 8.15 8 17.5 3 l 7.15 8.15 8 18.5 4 7.15 8.15 8 17.6 Leiden, 11 September. Heden aangevoerdTarwe 4 hec toliter. Wintertarwe f 7.40 a f 7.80 Zomertarwe f 6.80 a f 7.30. Kogge 4 H. L. Winteirogge f5.90 a f 6.20. Zomer- rogge f 5.30 a f 5.80. Gerat 3 H. L. Zomergerst f 3.80 a f 3.90 Chevalier-gerat f 4.20 a f 4.60. Haver 4 H. L. Zware Haver f 3.80 a f 4.20. Lichte Haver f 3.20 a f 3.60. Duivenboonen 1 hectol. f 7.— a f 8.Paar- denboonen 1 hectol. f 6.a f 6.50. Boter: 7570 kg. Gra8boter, late qnalit. l/.k vat f 42. a f 58 Scheiboter 2de qnalit. 1/^ vat f a f Graaboter late qualit. per kilogr. f 1.05 a f 1.45Schei- boter 2de qualit. per kilogr. f a f Lange Zwarte Turf 17000 dubb. hectol.. f 0.22 a f 0.25. Schiedam, 10 September. Moutwijn per vat f 6.75; Je never f 11.25 a 11.75; Amsterdamache proef f 12.50 a 13. Alkmaar, 10 September. Iiaaa. Aangevoerd 629 atapela, wegende 161,990 KG., Kleine f 29.Commissie f 23.50, Middelbare f 24. Hoorn, 10 September. Aangevoerd 481 schapen van f 23 tot f 30.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1886 | | pagina 2