Gemengd Nieuws. Toen eene 2-riems giek, bemand door leden van de Dordrechtsche Roei- en Zeil- vereeniging, de Yoorstraatshaven te Dordrecht uit kwam, voer, waarschijnlijk door eene verkeerde manoeuvre van den stuurman, het ranke vaartuig tegen eene aan het Groothoofd liggende stoomboot, en sloeg om, ten gevolge waarvan de drie opvarenden in de rivier vielen. Gelukkig konden allen zich door zwemmen boven water houden, totdat een hunner met eene roeiboot en de beide anderen door het personeel der stoomboot gered werden. De omgeslagen giek werd later opgevischt. Te Londen woont eene allerliefste en innig trouwe vrcuw, mrs. Hobard, 22 jaar, mooi en met alle goede eigenschappen begaafd. Haar eenig gebrek is misschien haar al te groote liefde voor haren echtgenoot, eigenlijk ook al eene goede eigenschap, maar lastig voor het slachtoffer. Hobard heeft zijne vrouw uit een klein dorpje gehaald, en deze, onder het voorwendsel dat zij in hare jeugd niets gezien- en niets genoten heeft, staat er op, dat haar man haar overal meeneemt. In zaken of genoegen, overal volgt hem de verkleefde echt- genoote. Eenige maanden geleden kwam de man op een lumineus idéé; hjj zeide tot zijne vrouw: „Beste vrouw, ik moet heden naar eene begrafenis." Nu moest de vrouw wel, hoezeer ook tegen haar zin, thuis blijven en de heer Hobard ging alleen uit. Verwonderlijk was het daarna te zien hoe de vrienden van den heer Hobard, de een na den ander, overleden, meest allen vrienden, wier namen mrs. Hobard voor het eerst hoorde en waarvan nooit eene bekendmaking verscheen. Altoos moest Hobard uit begraven. Eens, de vierde maal in ééne week, ging Hobard weer uit: „Kind, er is een vriend van mjj gestor ven." „Alweer een? "Wie was dat? Hoe heette hjj?" Er was dien morgen juist eene matinéein een der groote schouwburgen en Hobard zeide: „Hjj heet William Shakespeare en is dramatisch dichter." Mrs. Hobard zocht haar fortuin en ging visites maken. Bij eene buurvrouw gekomen, vertelde zjj van haar man en hoe hij zjjn vriend Shakespeare was gaan begraven. De dames lachten en deelden haar mede, dat hjj dit voor driehonderd jaar ook reeds had kunnen doen. Mrs. Hobard was woedend. Zjj diende een eisch tot scheiding in. De rechter gaf de volgende uitspraak, vol Salo- monische wjjsheid: „Mrs. Hobard heeft geljjk. Haar man heeft schan delijk gehandeld en haar beleedigd door zjjn bedrog. Een man heeft geen voorwendsel noodig wanneer hjj voor zjjn genoegen wil uitgaan en haar thuis wil latenkjj neemt dan zjjn hoed en verlaat het huis. Zich door eene vrouw te laten bang maken, is lafheid." Door de ontvangen les beschaamd, reikte mrs. Hobard haar man de hand. „Wanneer ge weder uit wilt gaan, zal ik zoolang Shakespeare lezen!" zeide zjj met neergeslagen oogen. (D. v. N.) De vrouw van Lombardi teGenève, die, door huiselijk leed waanzinnig geworden, hare 4 kinderen in hun slaap doodde, is vrijgesproken. Niet minder dan 15 doctoren waren uitgenoodigd hun gevoelen te doen kennen aangaande de vraag, of de ongelukkige werkelijk krankzinnig was. De heeren werden het niet eens, maar de jury hakte den knoop door. Probaat middel. Een jongen van 12 jaren te Soultz, dep. Haut-Rhin, vond de school vervelend, en wel zóó vervelend dat hjj zich met een tafelmes drie steken in den hals toebracht, om maar niet naar school te gaan. Hij bezweek aan zjjne wonden. Te Stapney werden 2 personen ge dood en velen gewond door het springen van een stoomketel. In 188 5 werden 858 1 ij ken in de Morque te Parjjs gebracht. Daarvan werden 605 herkend. Er zijn in Frankrijk nog 704 vete ranen van Napoleon I, die elk 250 franken 's jaars ontvangen. Toussaint, de man die den heer Tabak te Londen eene gevaarlijke wonde aan het hoofd toebracht, na voor ongeveer f 10,000 aan diamanten te hebben gestolen, is veroordeeld tot 15 jaren tuchthuisstraf. Men heeft zjjn medeplichtige, die te gelijk met hem het hazenpad koos, met kunnen opsporen. De dienstmaagd van Tabak, die Tous saint op straat was nagesneld tot een politie agent hem arresteerde, werd door den rechter geprezen om haar moedig gedrag en ontving 10 pd. st. belooning. Te Chemnitz zjjn een aantal perso nen ziek geworden na het gebruiken van vleesch, dat na onderzoek bevonden werd gekleurd te zjjn met arsenikhoudende aniline. In de omstreken van Krakau werden voor eenige dagen acht personen, die op verschil lende plaatsen onder boomen eene schuilplaats had den gezocht, tjjdens een onweder door den bliksem getroffen. Vier hunner bleven op de plaats dood. Te Triëst is eene danseres, om hare schoonheid beroemd, Catherine Giusta, op de trap van de Kapucyner-kerk geworgd door haren minnaar, zekeren Weiss, met wien zjj twist had gehad. Weiss is gearresteerd. Welk een invloed de toiletten op de gewichtigste besluiten der jeugdige schoonen kun nen uitoefenen, bewjjst een gesprek, dat een be richtgever van een Duitsch blad afluisterde: Emma: „Wat denkt gjj, lieve zus, dat beter bij mijne gelaatskleur komt, donkergroen of donker blauw Zus„Ik denk donkergroen." Emma: „Dan zal ik maar liever den kapitein van de jagers nemen, dan dien van de artillerie!" Leiden, 5 Juni. Heden aangevoerd: Tarwe 5 hec toliter. Wintertarwe 6.80 a 7.20 Zomertarwe 6.— a 6.70. Rogge 6 H. L. Winterrogge ƒ5.50 a ƒ5.70. Zomer- rogge 5.a 5.40. Gerst 5 H. L. Zomergerst 3.60 a 4.50 Chevalier-gerst 3.80 a 4.60. Haver 5 H. L. Zware Haver 3.80 a 4.20. Lichte Haver 3.- a 3.70. Duivenboonen 1 hectol. 6.50 a 7.10. Paar- denboonen 1 hectol. 6.30 a 6.50. Boter: 12390 kg. Grasboter, 1ste qualit. 1/., vat 40. a 54; Scheiboter 2de qualit. 1/t vat a Grasboter 1ste qualit. per kilogr. 1.a 1.35—; Schei- boter 2de qualit. per kilogr. a Lange Zwarte Turf 7000 dubb. hectol., 0.21 a 0.24. ITS O KZONDEN. Geachte Redacteur, Mjjn naam leeft, zooals eene advertentie in uw blad van gisteren mij leerde, voort onder de zonen van mjjn vroeger vaderland. Ik behoef u wel niet te zeggen, dat de staatkundige geschillen, die hen verdoelen, sedert meer dan 1/2 eeuw mjj vreemd gebleven zjjn, zoodat ik waarlijk niet weet of ik mij verblijden moet wegens de candidatuur voor de Tweede Kamer van iemand, die gesproten is uit het geslacht, welks naam ik (volgens den wehvil- lenden inzender) vereeuwigd heb. Onverflauwd is daarentegen mijne belangstelling in onze moedertaal gebleven; zoolang haar heiligdom in eere wordt gehouden, loopt het volksbestaan der Bataven geen gevaar. Het deed mij dus goed, te lezen dat „wel sprekendheid" en „fijne stjjl" het deel gebleven zjjn ook van „het latere geslacht", en dat mjjn naam genoot in zjjne voordrachten en opstellen zijnen tijdgenooten een goed voorbeeld geeft. Intusschen moet mjj eene vraag uit de pen naar aanleiding van de wjjze, waarop de mjj onbekende schrijver in uw blad zich uitdrukt. Is onze taal, sedert ik de oevers van den Benedén-Rjjn verliet, te haren nadeele veranderd of ben ik haar geheel vergeten? De heer Wichers, die, als ik het wel begrjjp, eene academische opleiding heeft genoten, gebruikt voortdurend woorden en uitdrukkingen, die men in mjjnen tijd slechts in de briefwisseling van dienstboden aantrof. De „tak van bedrjjf', waaraan mjjn naamgenoot zich wijdt, oefent invloed uit, zoo lees ik, niet alleen op de prjjzen van land en vee, maar ook op de welvaart van het gansche volk; ik zie hem als eenen „bespot - tene" aangewezen. "Wat beteekent dit alles? Dan lees ik „dat Rinkes Borger gesproten was uit een geslacht welks naam vereeuwigd werd door den nooit volprezen dichter.en die.... had over gedragen." "Wat is dat voor een zinsbouw? Tal van uitdrukkingen, die men in onzen tijd zinloos noemde, troffen nog mjjne aandachtik wil u daarmede niet vermoeien. Het slot is mjj echter geheel duister gebleven„zoowel boer als burger zouden dit begrijpen en niets liever doen dan naast een man als G. v. L. S. zjjne stem ook uit brengen op J. Rinkes Borger." Wellicht is mijne onbekendheid met de moderne wijze van stemmen oorzaak van een misverstand, dat Gjj mjj dan wel licht wilt helpen wegnemen. Waarom moeten boer en burger „naast eenen man", wie hjj dan ook zij, stemmen? En waarom brengen zij niet hunne stem, maar de z ij n e (als ik goed zie, die van den Graaf v. L. S.) uit? Mochten deze vragen u, M. d. R., en uwen tjjdgenooten belachelijk 'voorkomen, wil dan de zaak onder ons houden en immers zoo lang reeds niet meer in uw mil verkeer, privatim terechtwijzen. Zjjn er evenwel ook onder het „latere; nog zulken, die onzin onverstaanbaar noemen I gun mjj dan dat ik hun, die hierover anders den en allereerst den schrijver der advertentie, jn blad de woorden van onzen Bilderdjjk herinri „Bataven! kent uw spraak en heel haarovervlA Hoogachtend, 2 Juni 1886. E. A. Boneg Zooals bij elke spiritistische séance rekentl bij deze, Mijnheer de Redacteur! de onbek snaak, die als medium den geest van prof. Bol heet te kunnen oproepen, op een groote matd lichtgeloovigheid bij het publiek. Immers het verschijnen van dien geest i worden afgeleid uit eenige aanmerkingen groote breedsprakigheid gemaakt, op een stl dat in een kort bestek veel moest bevattflJ daardoor natuurlijk iets gedrongens kreeg; het uit de pen was gevloeid, liet ik het zondenJ correctie afdrukken, vertrouwende op de wj lendheid van den lezer. De zinbouw zinsbouw is een zinsverbjjstt van het medium zou zeker ongewraakt zmj bleven, als de zetter had kunnen goedvinden] woordje en, weg te laten na de woorden „Odi den Rijn," en als hjj verder geen ne had voegd aan „den bespotte" en geen n aan a in den slotzin wat zoowel boer als burger j begrijpen", dan ware wellicht aan prof. Borgej vernedering bespaard om vertoond te worda] den geest van een njjdigen proevencorrector, zjjn kalmte verliest en scheldend afdaalt tot uitdi kingen als: onzin, zinloos en dienstbodengm Dat een geest, die zich als Borger voordoet! boos wordt, maakt de zaak van zeer verdj allooi, maar ik troost mjj met de gedachte, werkelijke geest van Borger, vrjj van mugl zifterij, nog voortleeft bjj het nageslacht in persoon van den tegenwoordigen candidaat vooi lidmaatschap der 2de Kamer, den heer J. Borger. Vreezende echter dat een verdere aanbevJ van dezen levenden geest, mjj opnieuw op da koj van een plaatsing als advertentie zou te i komen, neem ik hiermede voorgoed afscheid| het medium en zjjne geesten. Onder dankzegging voor de mjj verleende pl^ ruimte, Leiden, Achtend, 4 Juni 1886. Mr. P. A. Van Buttingha Wich) LICHTSTERKTE. Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabr\ WEEK van 23 tot 29 Mei 1886. Datum. Uur. Aantal. Gemiddelde E StandkaarS 23 Mei 7.30 8.— 7 18.1 24 7.45 8.30 7 18.- 25 7.45 8.30 8 17.3 26 7.45 8.30 8 17.3 27 7.45 8.30 7 18.1 28 7.45 8.30 8 18.-1 29 7.45 8.30 8 17.7 331ste STAATSLOTERIJ. No. 1466, 8814, II102, 11640, 20195 f I00°' 400. No. 13286 200. No. 8251, 9872, 10638, I III22, 11152, 17604, 19605 100. Prijzen ran f 10. 12108 *52 2724 54*8 7983 *93 2725 5435 8078 208 2764 548* 8*44 283 2832 5523 8*94 352 2859 5749 8259 357 2879 5750 8333 708 2892 5756 8342 709 3069 577* 8460 750 336I 6122 8490 782 3416 6151 8510 857 3557 6235 8621 866 3646 6260 8653 927 3707 643* 8674 963 3944 6454 8686 1292 4084 6493 8748 *399 4*38 6570 8788 *5*3 4304 6816 8850 1653 4396 6929 8865 1711 4399 7018 8937 1781 44*2 7*64 8943 1904 4659 7*99 8986 1996 4922 7572 9029 2052 4934 7660 9*47 2063 5*04 77*3 94*9 2131 5107 7760 9464 2226 5201 7863 9529 23*6 5244 7891 9739 2611 53*3 79*8 9765 2652 5373 7953 9776 9815 9962 10137 10219 10224 10293 10382 10473 10563 10616 10633 10733 10742 10S75 10974 11099 11106 11124 ***39 11592 11606 11779 11893 11931 11932 11958 11978 12054 12067 12229 12566 12642 12783 12794 12914 13008 13106 «3305 133*8 13347 13349 13366 *3557 13620 13638 13656 13657 13696 I37I9 13912 13921 *3934 I4I43 14183 14176 14328 14423 14446 14522 14576 14607 14628 14790 14791 14864 15016 15087 15166 15176 15197 15252 15300 *53*4 *5369 15400 15401 15408 *5454 15483 15522 15673 15704 15746 15790 15800 15801 15846 li 16496 IS 16502 li 16612 li 16735 'I 16841 li 16851 170441 17237 'I 17265 Ij *74*7 17473 >i 17500 I *7559 17600 i 17710 17723 17726 17826 i 18037 18159 18256 18265 18320 i 18470 1S523 1S544 1S6SS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1886 | | pagina 2