Gemengd Nieuws.
De heer O. Lamborg, de humoris
tische klavier-virtuoos, die reeds in verschillende
steden, o. a. onlangs te Amsterdam in Odéon, zoo
vele lauweren oogstte door zyn meesterlik spel,
zal a. s. Woensdag een concert geven in deStads-
zaal (bovenzaal).
Deze kunstenaar, zoover wy weten eenig in z(jn
genre, heeft de gave, door zyne voordracht, de
toehoorders te doen schudden van het lachen,
zoodat hy, die niet muzikaal is (maar wjj gelooven
dat zoodanigen te Leiden niet gevonden worden)
toch zich niet beklagen zal, als hy de uitvoering
heeft bijgewoond.
De heer Lamborg heeft namelijk zich ten taak
gesteld, lieden die voor de kunst niets beteekenen
en toch zich verbeelden genieën te zyn, te paro-
dioeren en dat doet hij op zulke wijze dat men
den voorgestelden persoon meent te zien. Wij be
hoeven niet te zeggen dat er' meesterschap over
het instrument on diepgaande studie toe behoort,
zoowel meesterstukken te vertolken, als zulke
„humoresken" ten beste te geven.
Onder meer is b. v. de voordracht van den
„dilettant" eene creatie die weinigen den heer
Lamborg zullen nadoen.
Wij kunnen niet anders, dan Leidens ingezetenen
aansporen, kennis met dezen veelzijdigen kunste
naar te maken en wy durven voorzeggen dat nie
mand onvoldaan naar huis zal gaan; noch de
muziekkenner, noch de leek.
Ook Batavia, kanerzichopberoe
men een gasquaestie er op na te houden! Volgens
het „Bataviaasch Nieuwsblad" toch klagen de be
woners en dit is waarlijk niet te verwonderen
dat zij per kubieken meter 28 cents moeten be
talen 1 De voornaamste reden, waarom gas wordt
gebruikt, ligt aan de slechte inrichting der petro
leumlampen; men schijnt naar Indië niet de beste
soorten gezonden te hebben en ware het tegen
overgestelde het geval, dan zouden velen tot petro
leum terugkeeren.
Te Amsterdam bedankt men voor het gas en
neemt men electrisch licht, te Batavia zal wellicht
de petroleum weer spoedig een hoofdrol spelen
Het plan bestaat om op het graf van
Cornelis Dito, dezer dagen te Nieuwediep overleden,
een eenvoudig monument te plaatsen; dat de m'ensch
lievende daden van den „held in stormgovaar" in
herinnering zal doen blijven.
Te Wildervank is het logement van
den heer Germain, met den inboedel verbrandalles
was tegen brandschade verzekerd.
Eene gasontploffing heeft aan twee
kinderen te Londen het leven gekost, terwijl vier
personen ernstig gewond werden. Eene weduwe
zat in hare keuken en bemerkte dat het vuur van
haar haard een stroom van gas aanstak, die uit
den grond ontsnapte. Zy begon het vuur te dooven.
toen plotseling eene kleine ontploffing plaats had.
De vrouw liep hierop haastig het huis uit. Spoedig
daarop had eene tweede zeer hevige ontploffing
plaats. De geheele voorgevel van het huis stortte
in de straat en begroef een aantal menschen en
kinderen. Toen het puin opgeruimd was, 'vond men
twee kinderen van 3 jaar dood, terwijl 2 kinderen
en 2 personen zeer ernstig gewond waren.
Een vreeselyk ongeluk is te Calais
gebeurd. Een veertigjarig werkman was bezig zak
ken steenkolen op een wagen te laden, toen een
rad der stoommachine, dat boven zyn hoofd werkte,
den cachenez, welken de ongelukkige om den hals
droeg, greep en hem met ijzingwekkende snelheid
rondslingerde. Ofschoon de machine spoedig tot staan
gebracht werd, was de man letterlijk verbrijzeld.
In het noorden van Italië komen
nog telkens gevallen van cholera voor. In de nabij
heid van Padua zijn tot dusver elf ziekte- en zeven
sterfgevallen voorgekomen.
Een afschuw elijke moord is te Bou
logne gepleegd. Een jonge man kreeg twist met
zijn vader en sloeg hem onverwacht met een bijl
op h*et hoofd, zoodat de man op de plaats dood
bleef. De vrouw en de twee dochters van den ver
moorde waren aanwezig, doch de moordenaar
dreigde haar eveneens te zullen ombrengen, als zjj
hem verrieden. Hij wierp toen het lijk in de rivier.
Later werd dit opgevischt en begraven. De wonde
aan het hoofd scheen niet verdacht, omdat de man
bljjkbaar een ongeluk had gekregen. Eenigen tijd
daarna kreeg toch de justitie vermoeden. Het ljjk
werd opgegraven en de moordenaar gevat, die zeer
spoedig een volledige bekentenis aflegde.
Het oproer te Luik. Reeds sinds
verschoidene dagen, aldus leest men in „Le Courier
de la Meuse," had de groep anarchisten van
Luik een groote meeting op Woensdag-avond be
legd in de zaal van het '„Café National," place
Delcour, alwaar zij den vijftienden herinneringsdag
van de Commune van Parijs wilde vieren. Alle
werklieden waren daar tegen zeven uren bijeenge
roepen. De politie had alle volksverzamelingen op
straat verboden.
Terwijl de gendarmerie en de troepen, die ver
nomen hadden dat er oploopen voorkwamen op de
place Delcour, zich door de straat de Pitteurs daar
heen begaven, trokken ongeveer vier- a vijfhonderd
belhamels over den pont des Arches, waar zich
geen gendarmes noch schutters bevonden, en dron
gen van dien kant de stad in, die geheel van
troepen ontbloot was.
Toen werden op de openbare pleinen en in de
voornaamste straten tooneelen van geweld aange
richt, zooals de oudste bewoners van de stad zich
niet meer kunnen herinneren. Alle spiegelglazen
in de groote café's, in het midden van de stad,
werden ingeworpen. Die benden, voor het grootste
gedoelte uit straatjongens bestaande, die, men weet
niet hoe, in het bezit waren van steenen en plan
ken, begonnen bij het Café-Charlemagne, place
Saint-Lambert. In het Café-Continental, place
Verte, bleef geen glas heelditzelfde gescheidde
met nog twee andere koffiehuizen op de place du
Théatre.
Alles verbrijzelende, trok het volk door de
straat du Pont d'Ile, door de straat de la Cathé-
drale naar de straat du Pont d'Avroy. Magazijnen
en koffiehuizen moesten het overal ontgelden.
Daarna verdeelden zich de oproerlingen. Sommigen
trokken door de straat St.-Gilles en anderen
volgden den boulevard, overal de glazen verbrij
zelende.
Dit alles geschiedde met eene buitengewone snel
heid. Waar de bende kwam, waren in een oogen-
blik alle glazen ingeworpen.
Alle café's en magazijnen in het centrum der
stad sloten oogenblikkelyk. Alleen het café de la
Renaissance bleef open. De tijding van deze verre
gaande balddadigheden verspreidde zich in den
schouwburg, alwaar een ware paniek ontstond. Een
groot aantal personen verlieten de zaal.
Verschillende gendarmes en chasseurs-éclaireurs
werden zwaar gewond en in La Permanence bin
nengebracht, alwaar een aantal geneesheeren de
gekwetsten met de meeste zorg verpleegden.
De garde Martial van de chasseurs-éclaireurs
heeft op de place Delcour de roode vlag veroverd.
De burgemeester heeft gisteren eene proclamatie
uitgevaardigd, waarin hy hulde brengt aan den
moed en de activiteit van politie, gendarmerie en
schutterij, en mededeelt dat elke nieuwe poging tot
oproer onmiddellijk streng en met kracht zal worden
tegengegaan.
3o. dat zelfs minderjarigen of kinderen deel er
aan namen, iets dat bepaald in strijd is mot het
Burgerlijk Wetboek, als kunnende minderjarigen
geen verbintenissen aangaan, terwijl
4o. gevraagd is, of het stembureel zeker weet.
of al de gestemd hebbenden, wel gedoopt waren.
Hieromtrent is geen bepaalde zekerheid.
Met opneming dezer zult u verplichten,
Een vriend van Recht en Waarheid.
Woubrugge, 15 Maart 1886.
Het „Nieuws van den Dag" van 11 Maart 1886,
eerste blad, bevat een stukje, dat de „Nieuwe
Rotterdamsche Courant" ook den volke verkondigd
heeft. Misschien doet het verhaal, als naar gewoonte,
de ronde door alle Nederlandsche couranten. Het is
de geschiedenis van een timmerman, die voor een
fabrikant te Eindhoven een werk volgens overeen
komst heeft afgeleverd. De timmerman ontvangt
botaling, geeft kwijting en verzuimt daarbij de
zegelwet. De fabrikant gebruikt dit verzuim van
den timmerman, tot zijn eigen voordeel en dwingt
dén timmerman tot afkoop van het gevaar van
vervolging, wegens overtreding van de zegelwet.
De timmerman laat zich van zijn zuur verdiende
penningen een deel afdwingen.
Hetzelfde blad van den 17den Maart 1886 doet
in zyn 2de blad een ander, byna ongelooflijk ver
haal. Het komt hierop neer: Zekere heer G. ver
dreef 's avonds van den 9den Maart 1886, eene
familie, man, vrouw en acht kinderen, uit een
perceel op de Houtmanskade te Amsterdam. De
kinderen werden de deur uitgedragen in de barre
koude. Om deze onmenschelyke daad te kunnen
volvoeren, heeft G., gesteund door zyn advocaat,
zich den bijstand van politie-agenten weten te
verschaffen, die zich „in naam des Konings" de
deur van genoemd perceel lieten openen. Zyn er
politie-agenten, dom genoeg om zulke bevelen, door
onbevoegden gegeven, te gehoorzamen? Wat moeten
die menschen onbekwaam zynMaar hoe heeft men
te bestempelen de daden van dien zekeren G. en
van zijn advocaat?
Zyn dit inderdaad verhalen van werkelijke ge
beurtenissen, dan hebben de couranten zeer ge
brekkig werk verricht, door niet te verkondigen
de namen voluit van den fabrikant te Eindhoven,
van den heer G. en van diens advocaatdie lieden ver
dienen dan aan de publieke verachting prijs gegeven
te worden. Zyn het vertelsels, uit de lucht gegrepen,
of uit onzekere bronnen opgeweld, dan hebben de
couranten groot ongelijk door zulke, den mensch
onteerende dingen, als een soort amusement op te
disschen. D. H.
INGEZONDEN.
Heer Opsteller,
In het Leidsch Dagblad van heden Maandag No.
7997, ontwaarden wy een ingezonden stuk van
den Consulent H. J. Yan Nouhuys H.Gz. te Ouds-
lioorn, over de stemming te Woubrugge, als ver
volg op een bericht van 11 dezer. ZEd. zegt dat
de uitkomst zal leeren of het ingeleverde
protest iets baten zal. Laat ZEd. hierover gerust
wezen; dit is de zaak der protesterenden,
die natuurlijk even als de Consulent en zyn stem
bureel, een rechtskundig advies hebben in
gewonnen. Dat 2 leden, die geteekend hadden op
het protest, nog bovendien gestemd zouden hebben,
is geen bezwaar; dit heeft b. v. by eene raads
verkiezing ook meermalen plaats gehad. Men kan
stepimen en toch protest tegen de stem
ming aanteekenen. (Zie de werken van Van
der Helm, Hartman, Cremers en meer anderen).
Dat men zich afscheiden kan van de Ned.-Herv.
Kerk was ook te Woubrugge reeds jaren
bekend.
Verder is behalve opgemeld protest, nog
een tweede protest van den volgenden inhoud
aan het stembureel of aan den voorzitter ds. Van
Nouhuys, per aangeteekenden brief gezon
den, luidende:
lo. dat op 3 Maart een onder curatele zijnd
lidmaat gestemd heeft
2o. dat door bedeelden is deel genomen aan die
stemming en wel door hen die vanwege het Ned.-
Herv. Armbestuur aldaar bedeeld worden;
Mijnheer de Redacteur,
In uw veelgelezen blad van 11 Maart las ik
dat in de Singelsloot by de voormalige Koepoort
een cavaleriepaard te water is geraakt, en dat het
dier na veel moeite gelukkig op het droge is ge
bracht geworden.
Ik betreur het dat het nuttige dier der schep
ping in zoo een natte positie is geweest, en vooral
met deze strenge koude.
Maar, M. de R., hoe is het afgeloopen met den
ruiter? Heeft die in 't geheel geen letsel bekomen,
ja, zelfs geen nat pak?
Of denkt de inzender van het stukje ook, zooals
er zoovelen zijn: het is beter dat het paard er
goed af komt dan de ruiter, want voor eenige
guldens is er een andere man, maar een paard
kost honderden.
U dankzeggende voor de plaatsing, teeken ik
my achtend,
Een oud-Brigadier der Huzaren.
[De op- of aanmerking van den inzender is niet
juist, om de eenvoudige reden dat er geen ruiter
op het paard zat. De gevolgtrekking is dus ook geheel
ongegrond. Red.)
Programma's van muziekuitvoeringen.
Sads-Gelioorzaal. Zondag 21 Maart, te 8 uren, groot
Volks-Concert, door het volledig Strijkorkest 4de reg. tof.
(34 personen) onder leiding van den heer J. G. H. Maan-
Eerste afdeeling: No. 1. Klokkenmarsch uit het Ballet „Do
Droom van den Klokkenluider," J. G. H. Mann; 2. Ouver
ture voor het zangspel „Preciosa," C. M. Von Weber; 3.
„Boccacio-Walzer," F. Suppé; 4. „Souvenir de Bellini,'
Fantaisie brillante, voor Viool, voor te dragen door den
heer S. Prinsenberg, J. Artót; 5. „Muzikalische Tauscbun-
gen," Potpourri, Schreiner. Tweede afdeeling: No-
Ouverture voor de Opéra „Martha," Fr. Flotow; 7. <n
„Variatiën op het Oostenrijksch Volkslied," J. Haydn; h-
„Serenade des Mandolines," Desormes, (beiden alleen voor
Strijkinstrumenten); 8. „Cleopatre," Fantaisie-Polka voor
Piston, Solo, voor te dragen door den heer J. C. v. d. Berg,
Damaré; 9. Fantaisie op motieven uit de Operette „der
Bettelstudent," (met Solo's voor Viool, Violoncel en Piston)
C. Millöcker; 10. „Leichtes Blut," Galop, J. Strauss.