Dit nummer bestaat uit Drie Bladen
N°. 7949.
*s2SilU»
A0. 1886.
Belastingen.
fêeze iQcurzat wordt degelijks, mei uitzondering
Leiden, 16 Januari.
3£a.ara«I»ö;
■v 'C, .A
V V -- - vV VV
.-.'-v -v
I
y&fa \isTbf
cy- -A
c-V -
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maandenDO.
Frr.nco per post1-40.
Afzonderlijke Nommersn °-Cj-
Odcicele lieanissevijig.-en.
Burgemeester en Wethouders van Leidon roepen bij deze
op alle leveranciers, werkbazen enz., welke over het afge-
loopen jaar 188i> ten laste der gemeente eenige vordering
hebben, om hunne rekeningen ten spoedigste, uiterlijk
vóó-nlt0. Januari e k., ter Gemeente-Secretarie (afdeeling
Financiën) in te leveren.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, DE KANTER, Burgemeester.
5 Jan. 1886. E. KIST, Secretarie.
Burgemeester en Wethouders van Leiden brengen ter
kennis van belanghebbenden, dat ingevolge art. 2 der
Verordening, regelende de invordering der plaatselijke
belasting op de honden, ieder houder van een of meer
honden, die aan die belasting onderhevig zijn, verplicht is,
daarvan jaarlijks vóór of op den 31sten Januari bij den
Gemeente-Ontvanger aangifte te doen, door inlevering van
een behoorlijk ingevuld en door den aangever onderteekend
biljet en dat bedoelde inschrijvingsbiljetten voor het dienst
jaar 1886 kostoloos ten kantore van den Gemeente-Ont
vanger verkrijgbaar zijn.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, DE KANTER, Burgemeester.
5 Jan. 1886. E. KIST, Secretaris.
De toestand onzer Staats-geldmiddelen is eens door
een voormalig Minister, wiens overlijden we kort
geleden te betreuren hadden, zorg-eischend genoemd.
Bij eene andere gelegenheid heeft dezelfde Staats
man een programma van finantiëele hervormingen
ontwikkeld, dat als een schitterend vuurwerk plot
seling voor de oogen onzer volksvertegenwoordigers
verscheen en velen hunner van verbazing verstom
men althans het stilzwijgen bewaren deed. Slechts
één onzer Afgevaardigden bewees in dat gedenk
waardig oogenblik, dat voor hem althans het tijdperk
dor illusiën, wat betreft de verbetering van ons
belastingwezen, afgesloten is, en van zijne lippen
vloeide het historisch geworden woord:
„Van dat alles komt toch niets!"
De geachte spreker uit Hoorn heeft goed gepro
feteerd, helaas! Noch de Minister Van Lijnden, die
toon met zoo grootsche plannen was vervuld, noch
een zijner opvolgers aan het Departement van
Financiën, heeft iets kunnen tot stand brengen
wat maar eenigermate aan belasting-hervorming
kan doen denken. De stroom der politiek heeft zijn
loop voortgezet, nu eens tragelijk vloeiende, dan
weer een weinig kabbelende, alsof er inderdaad
wat beweging in de lucht zat of komen zou, maar
het huikje der Sr.aats-financiën is blijven liggen
waar het lag. De „zorg-eischendheid"-heeft voorals
nog geen plaats gomaakt voor een toestand, welke
onzen regeerders veroorlooft met volle handen te
scheppen in eene schatkist, onuitputtelijk als de
beurs van Fortunatus. Het negatieve begrip „schat
kist" is er niet minder beeldsprakig op geworden.
Toch is er een weinig verandering gekomende
cijfers van inkomsten en uitgaven schijnen, nu
men met de eerste wat harder gestookt en met
de laatste geremd heeft, ook eene uitdrukking,
geachte lezers, aan onze parlementaire geschiedenis
ontleend I niet zoo ijselijk ver meer van elkander
te staan. Zeker verblijdend voor de Regeering, die
terugdeinst voor de uitvoering van groote plannen,
In nu door allerlei kleine middelen wil trachten,
:ot sluitende begrootingen te geraken; daarbjj te
ijemoet gekomen door de Tweede Kamer, wier
pozuinfeingsvlagen niet steeds rekening houden
net den eisch, dat onze openbare inrichtingen, om
tan hare bestemming te beantwoorden, den gelde-
ijkon steun van den Staat noodig hebben.
V e spraken van kleine middelen.
En •waarlijk, terwyl het nog altijd niet gelukt is f
nze belastingen meer te doen beantwoorden aan i
cn staathuishoudkundigen regel, dat elk in de
VCLïI f.?* t Vri r-
ei-, UMgfrgS.' W-k.
kosten van de Staatsgemeenschap moet bijdragen
naar vermogen, een regel, welke by ons zóó
wordt toegepast dat de middenstand naar even
redigheid het meest, de gegoede klasse het minst
betaalt, terwijl de minvermogende zoowat tusschen-
beiden staat, blyft de Regeerig af en toe de ver
tegenwoordiging bezighouden met kleine ontwerpjes,
ten doel hebbende den emmer, door te korten ge
ledigd, droppelsgewyze weer te vullen. De opcentjes-
politiek verkrijgt in den laatsten tyd eene belang
rijke beteekenis.
Het moet gezegd worden, de verschillende maat
schappelijke standen hebben elk hun beurt gehad.
Terwijl de wijziging van het zegelrecht hen koud
laat, die nooit een effect gezien hebben, en de uit
breiding van het successie-recht hun weinig belang
stelling kan inboezemen, die evenveel kans van
erven hebben als om keizer van China te worden,
hebben de opcentjes op het personeel vooral den
zwaar belasten middenstand onaangenaam verrast
en vermeerdert de verhoogde jenever-accijns het
deficit in de beurzen van de vereerders van Schiedam.
Zelfs is er by de thans aanhangig gemaakte
ontwerpen één, dat den schijn heeft als zou de
mindere stand er zeer door worden bevoordeeld.
Niets meer en niets minder dan intrekking van de
laagste klassen van het patentrecht!
Toch lijkt dat meer dan het is, hetgeen niet
belet dat wij dat ontwerp, mits het zich maar niet
komt aanmelden onder den pompeusen titel van
„belasting-hervorming", met dankbaarheid aan
vaarden. Die kleine patentjes loopen dikwijls slechs
over zeker aantal stuivers, en het is niet altijd
gemakkelijk ze binnen te krijgen: waar niet is,
de rest weet ieder, en tot inlegering van een sol
daat en verkoop by executie van de schamele
meubeltjes gaat de fiscus in dat geval liever niet
over. De administratie bezorgt zich dus, door de
voorgestelde vrijlating, heel wat drukteminder.
Kwam er nu niets meer by, we zouden alweer,
in afwachting der groote dingen der toekomst, met
do kleine van het heden vrede hebben. Maar helaas,
de Regeering streelt met de ééne, en slaat met
de andere hand.
Met dat laatste bedoelen we de voorgedragen
wyziging van het tarief van invoerrechten, en wel
voornamelijk de verhooging van het recht op
petroleum van 55 cents op een gulden per 100
kilogram, dat is van een halven cent op een heelen
cent per liter.
Vraagt men, of dat zoo verschrikkeiyk is? Och
neen, verschrikkelyke dingen hebben we van deze
bezadigde Regeering niet te verwachten. Maar als
men nagaat, wie die halve centjes zullen moeten
betalen, dan springt terstond het onbillijke dezer
heffing in het oog. In plaatsen waar gasfabrieken
zyn alleen de kleine burger en de mindere man,
en bij het veelvuldig gebruik dat van petroleum
wordt gemaakt, wordt dat gemakkeiyk eene extra
belasting van f 1.50 tot f 10 per jaar.-In andere
gemeenten betalen wel allen mede, doch niemand
zal beweren dat het petroleum-gebruik der inge
zetenen in rechte evenredigheid staat tot de mate
hunner gegoedheid.
Er is dus alle reden, om de intrekking of ver
werping van dat gedeelte der tariefswijziging te
wenschen en dus niet te verlangen naar de bate
van 3 ton, welke de Minister uit deze halve centjes
wil trachten samen te brengen.
En wat zullen we van het overige gedeelte des
voorstels zeggen?
De verhooging van het invoerrecht op zuidvruch
ten, als daar zijn sinaasappelen en vijgen, citroenen
en krenten, komt ons wel wat krenterig voor,
maar heeft oins nog geen enkelen slapeloozen nacht
bezorgd. Heffing van invoerrecht op de thee brengt
ongetwijfeld meer nadeel toe aan den handel dan
PRIJS DER AD VERTENTIEN
Van 1regels ƒ1.05. Iedere regel rarer f 0.
Groote-'. idlers naar plaatsruimte. Voor het 1:,
8ecn.li i.uii n de stad wordt 0.10 berekend.
17'
voordeel aan de schatkist: hoe vryer de intocht
van koloniale artikelen, zonder dat men te maken
heeft met douane-formaliteiten en al den omslag
daaraan verbonden, hoe beter voor den koopman.
Laat ons ook niet uit het oog verliezen, dat het
is een stap terug in plaats van vooruit: de tyd
moet 'komon, dat alle voortbrengselen van onze
Oost frank en vrij onze havens kunnen binnen
komen.
Tegen de voorgestelde heffing van invoerrecht
op gezaagd hout, duigen enz. bestaan soortgeiyke
bezwaren. Onze houthandel verkeert evenmin in
een bloeienden toestand als eenige andere tak van
negotie, en de tijd, om dien te belemmeren door
fiscale maatregelen, al is de druk als zoodanig
hoogst onbeduidend, is al byzonder slecht gekozen.
Het een en ander geeft ons aanleiding genoeg
om den wensch uit te spreken, dat de Minister
het met zyn plan tot herziening der personeele
belasting er beter zal afbrengen, dan met de jongste
proeve van finantiëel beleid.
In de vergadering van den Gemeenteraad alhier,
op Donderdag 21 Januari a. s., zal o. m. behan
deld worden het voorstel betrekkelyk de levering
van gas aan ingezetenen van omliggende gemeenten.
Door den heer B. Yan der Kaa, oud-elève van het
Blinden-Instituut te Amsterdam, zal op Maandag a. s.,
des namiddags te twee uren, een orgelconcert ge
geven worden in het kerkgebouw der Doopsgezinde
gemeente alhier. Door de uitnemende gaven van
den heer Van der Kaa gevoelen wij ons gedron
gen, dit concert onder de aandacht onzer lezers te
brengen, daar zy in de gelegenheid worden gesteld
om de verdienstelijke wyze, waarop de meester
werken van Bach en andere beroemde meesters
worden weergegeven, te kunnen waardeeren. Yelen
zullen zich er te eerder heenbegeven omdat daar
door een blinde musicus gesteund wordt.
Hedenmiddag ontvingen we per Nederlandsche
mail, via Marseille, de ontbrekende Indische bladen
van 9, 10 en 11 Dec.
De Rynlandsche Stoomtramweg vervoerde in
de maand December 11. tusschen Leiden en Kat-
wijk 18,631 personen, met eene opbrengst van
f 2929.98'/ahet goederenvervoer en diversen bracht
f 276.26 op, totaal f 3206.24'/j. Van 1 Januari
tot en met uit0. December 1885 bedroeg het aantal
vervoerde reizigers 282,334, met eene opbrengst van
f 48,866.57het goederenvervoer en diversen
bracht f 4181.60 op; totaal f 53,048.17, zyndeper
dagkilometer f 16.15.
Gedurende deze week zyn dagelijks in de
Stedelijke Werkinrichting alhier opgenomen van
52 78 volwassen personen en van 12 - 21 kinderen.
De Koning en de Koningin verschenen gister
avond, zooals zij voornemens waren, te 's-Hage
in den Koninklijken Schouwburg, alwaar de vorste
lijke bezoekers de vertooning van het tooneelspel
„Daniël Rochat" tot het einde by woonden. By hun
intrede en vertrek werden HH. MM. door het orkest
met het Wilhelmus begroet en door de aanwezigen
toegejuicht.
Behalve ie hofdames, bestond het gevolg uit:
kolonel Gey Van Pittius, adjudant; H. baron Taets
Van Amerongen, kamerheer, en baron Van Tuyll
Van Serooskerken, ordonnance-officier.
De consul der Nederlanden te Djeddah is
met verlof in de residentie aangekomen.
De Koning heeft, naar het „H. Dagblad" meldt,
gistermiddag eene langdurige conferentie gehad
met den burgemeester van Amsterdam, mr. Van
Tienhoven.
Jhr. H. Hora Siccama heeft, naar hetzelfde blad
bericht, op zijn nader adres in zake de concessie voor
den aanleg van eene haven te Scheveningen, van