Proces in zake Jeanne larie Lorotte.
Vervolg.)
De heer De Haas vervolgde zijne pleitrede aldus
Het Hof lette op besch.'s voorbereiding tot zelfmoord,
die uit alles blijkt, die niet gesimileerd is. Wat ging er
om in het hoofd van die vrouw toen zjj het feit
pleegde? Het feit wat zij deed is niet een plus,
maar een summum voor de toerekenbaarheid. Het
eeuwig raadselachtige vrouwenhart klopte van de
meest tegenstrijdige gevoelens die haar geëxalteer-
den toestand ten toppunt voerden en tot de daad
brachten.
Pleiter is overtuigd dat de maatschappij geen
schade zal lijden door aanneming der ontoereken
baarheid en hij vertrouwt dat het Hof daartoe zal
besluiten.
Hjj komt nu nog even tot de qualificatie van de
daad. Indien er is een doodslag, waarbij de ontoe
rekenbaarheid niet geheel wordt uitgesloten, is er
dan premeditatie? Premeditatie onderstelt dat de
dader handelt in koelen bloede, dat hij de daad
overweegt, na rijp beraad verricht, berodonoort,
dat hij de misdaad wil en zonder invloed van passie
haar vervult. Maar bjj deze besch. kan van geen
premeditatie sprake zijn.
Mevr. Clovis Hugues werd vrijgesproken, ofschoon
zij zich over haar daad verheugde. En zou men
dan deze vrouw veroordeelen wegens premeditatie,
zjj, een beschaafd en godsdienstig wezen, een rede
lijk denkend wezen, die alles wat zjj deed beschreef,
nauwkeurig en juist? Zjj is geen tooneelspeelster
zjj pleegde het feit zonder voordacht, onder den
drang van haar onbewuste gevoelens.
De beweerde premeditatie is niet bewezen. Zij
moet in rechten bewezen worden, niet door de zelf
bekentenis van besch., die het zelf niet kan be
oordeelen. Er is geen bekentenis in den zin der
wet en als ze er mocht zjjn, dan is ze door niets
bevonden. De daad is geschied niet met de dolk,
maar met eene revolver, een wapen dat de besch.
bjj zich droeg, een zoo kinderachtig wapen dat de
deskundige, die het schoonmaakte, hem verzekerde
dat hij het gerust geladen op hem mocht afvuren.
En met zulk een wapen zou men voornemen een
moord te doen? Neen, onder die omstandigheid past
de Nederlandsche rechter niet het verdict van
assasinat op deze vrouw toe.
Maar mocht de rechter al deze stellingen ver
werpen en een veroordeeling uitspreken, dan zou
pleiter het geheel onnoodig achten verzachtende
omstandigheden te pleiten voor dit Hof. Toen
besch. de daad verrichtte was zij pas 20 jaar. En
vóór dien tjjd heeft zjj voortdurend geworsteld met
het leven. Ouderloos, aan zich zelf overgelaten,
wijdt zij zich aan de kunst, wordt zij verleid door
een man, die door zjjn leeftjjd haar ontzag inboe
zemde, en gevoerd in een poel van ellende, waaruit
zjj een uitweg meent te vinden in het volgen van
den man, die haar ten slotte meedoogenloos ver
stoot. Pleiter zou meenen het Hof te beleedigen
als hjj onder die omstandigheden verzachtende om
standigheden pleitte en wees op de verleiding waar
aan dat meisje blootstond, op de beleedigingen die
zjj veertien dagen moest verduren.
Mocht z\) veroordeeld worden, dan zeker zal de
uiterste grens van verzachting worden aangenomen.
Niemand meer dan zjj verdient zulks. Men vergete
ook dat deze besch. is eene vreemdelinge. Stond
zjj in haar land of een aangrenzend land terecht,
zij zou ongetwijfeld worden vrijgesproken. Zijn
wij dan zooveel beschaafder, zooveel knapper in
het strafrecht om haar te veroordeelen? Neen,
alles lost zich op in eene andere opvatting
door den rechter hier te lande van de intention
criminelle. Want eene vrouw die haar hand op
heft om zich te wreken tegenover den man die
haar tot zich nam en verstiet, is, zoolang de wet
geen ander middel haar toekent, geen verstooteno,
geen zedelijk gevallene. Vooral zjj niet, de besch.,
die zich zelve trachtte op te heffen en door den ver-
slagene zoo werd verlaten. Treurig heeft Sakurada
woord gehouden aan dit Vlaamsche werkmanskind,
dat eenige maanden de gastvrijheid op Nederlandschen
bodem genoot. Pleiter heeft een anderen indruk van
hetgeen menscheljjke gerechtigheid beteekent. Hjj
verwacht van den Nederlandschen rechter niet dat
hij eene beslissing zal nemen waardoor sa vie sera
brisée. Daarvoor is dat leven nog te veel waard,
te heilig. Bij wandaden als deze vrouw pleegde is
het delict geen individueel delict, maar wordt de
Gesammtheit, de vrouw, getroffen. Wjj leven in een
tijd dat de Nederl. vrouw voor haar geschonden rech
ten optreedt. Wellicht is deze daad een vingerwij
zing voor hetgeen we doen moeten om het geschokt
gevoel der vrouw te doen eerbiedigen.
Pleiter is aan 't einde van zjjn taak. Moge gij,
Jeanne Lorette, zegt hjj, als gjj straks binnen de
eenzame muren der gevangenis zjjt teruggekeerd,
troosteloos, zonder vrienden of maagden, in een
vreemd land, neem dan met u mede de hoop dat
gjj u bevindt voor Nederl. rechters, mannen van
recht, 'maar ook van gemoed. Er zjjn twee soorten
van arresten. Een die waarde heeft voor de recht-
annalen. Een ander gegeven onder bepaalde tijds
omstandigheden en met het oog op omstandigheden
waarin belangrijke vraagstukken van waarheid en
recht ter sprake komen. Er zijn arresten die men
vergeet. Er zijn andere waarvan landgenoot en
vreemdeling gewaagt, waarop de tijdgenoot roem
en eer draagt. Zoodanig arrest verwacht ik van u
voor deze beschuldigde.
(Het pleidooi van mr. Haas, met veel zeggings
kracht en vaak met gloed en aandoenlijk voorge
dragen, maakte veel indruk. De besch. hoorde het
aandachtig aan, vaak hare tranen afwisschende.
Te ongovoor 4 uren was het pleidooi afgeloopen.)
Hierna volgen re- en dupliek.
De Proc.-Gen. jhr. mr. Van den Bergh repliceerende,
wijst er op dat wel uit Mechelen, maar niet uit
Molenbeek St.-Jean gunstige attesten zjjn overge
legd. Hij komt er tegen op dat de verdediging
Sakurada, die zich niet kan verdedigen, bezwaart
om zjjn cliente in de hoogte te steken, al acht hij
het een fout, dat de verslagene zich in een vi-
cieuzen kring bewoog. Hjj ontkent dat Sakurada een
trouwbelofte heeft gedaan; veeleer kan uit het
slechte Fransch van Sakurada worden opgemaakt
dat hjj besch. aan een ander wilde huwen. Verge
lijkingen met buitenlandsche rechtspraak gaan niet
op. Armand Peltzer, in België ter dood veroordeeld,
zou hier door geen procureur-generaal ten crimi-
neele zjjn vervolgd en wat de zaak van mevr.
Clovis Hugues betreft, waar zjjn hier de insulteS
waaraan die vrouw heeft blootgestaan?
Mr. Haas dupliceert. Hjj houdt vol, dat er eene
trouwbelofte aan besch. is gegeven en zjjn heilige
overtuiging is dat een vergrijp als de verslagene
tegen deze besch. pleegde, haar zjjn woord te geven
en het te breken, hem maakte tot een plus misé-
rable quélle.
Tal van Nederlandsche vrouwen zien dan ook
met belangstelling en sympathie naar het vonnis
over deze vrouw. Het briefje dat Lorette schreef
te Rotterdam bewjjst of niets, 5f dat de schrijfster
krankzinnig was. Zjj was te trotsch voor haar
nagedachtenis dat zjj als victime d'amour zou ster
ven voor dien Japannees. Daarom schreef zjj het
briefje. Ten slotte doet pleiter een beroep op den
rechter. "Waar de besch. zeide: „mijn leven is ge
ëindigd," daar roept pleiter de hulp in van de rech
ters om het leven te redden van eene 20-jarige
vrouw, die zoo geleden en gestreden heeft dat de
maatschappij niets meer van haar te eischen heeft.
Van u, mjjne heeren, verwacht ik steun om dat
leven niet te vernietigen, maar dat gij het met den
eed voor God en uw geweten afgelegd zult kunnen
overeenbrengen om deze vrouw dadeljjk of binnen
den kortst mogeljjken tjjd terug te geven aari de
maatschappij, waarvan zjj met haar aanleg nog
wellicht eenmaal een sieraad worden kan
(Levendig en aanhoudend applaudissement op de
tribune, bravo-geroep).
De voorzitter: Er mogen geen teekenen van goed
keuring gegeven worden, zelfs niet na de grootste
welsprekendheid.
Besch., hebt gjj nog iots toe te voegen aan het
geen uw verdediger heeft gesproken?
De beschuldigde: Alleen dit, dat alles wat ik
bedoelde als ik zelf sprak was dat ik niet aan
schouwd worde voor het publiek en de rechters
als eene slechte, maar als eene ongelukkige diep
gevallen vrouw.
De voorzitter. Ik verklaar het onderzoek gesloten.
Het Hof zal uitspraak doen aanst. Donderdag 24
dezer, te 3 uren 's namiddags.
LEIDEN, 19 September.
Weerbericht (medegedeeld door het Kon. Ned.
Met. Instituut). Verwachtingwind van zuid tot west.
Gisteravond om zes uren was weer Zomerzorg
het vereenigingspunt van een 100-tal oud-leerlingen
van het Genootschap „Mathesis Scientiarum Genitrix".
Als laatste nommer van hun programma werd
vermeld de feestmaaltijd. Voor die gelegenheid was
de zaal langs, boven en tusschen de pilaren van
groen voorzien, afgewisseld door eene menigte
ampels terwijl het orkest, waarop de schutterjj-
kapel gezeten was, door rjjk aangebrachte sierplanten
was gemaskeerd, met het oude vaandel ter zjjde.
Aan de daarvoor geplaatste hoofdtafel waren,
naast de feest-commissie, als gasten gezeten de
burgemeester de heer De Laat De Kanter, de oudste
wethouder de heer De Fremery, de heeren H. L.
A. Van Campen en J. C. Rjjk als afstammelingen,
de heeren prof. J. M. Van Bemmelen en dr. E. F.
Van Dissel als gehuwd met afstammelingen van
de oprichters van het Genootschap, welks tegen
woordig bestuur met den directeur, den heer Diks-
hoorn, mede een eereplaats aan tafel was gegeven.
Als voorzitter daarvan fungeerde de heer A. Mon-
tagne Jz. Hjj behield in den aanvang het woord
aan zich. Bjj opvolgende toespraken riep hjj het
welkom toe, sprak hjj den wensch uit dat dit
gedeelte van het feest even goed zou slagen als wat
er in de beide dagen voorafging, wjjdde hjj het
eerste glas aan den 17den September, welke nog
menigmaal moge gevierd worden, al is de gevierde
een oude matrone, doch een matrone voor wie men
eerbied moet hebben, hetgeen spr. in eene weder-
ophaling der geschiedenis van het Genootschap
trachtte aan te toonen, wjjdde hjj het tweede
glas aan den hoogen beschermheer, onzen geëer-
biedigden Koning, die in een telegram aan de oud
leerlingen kennis gaf van zjjne sympathie in hun
feest en voor het Genootschap, dronk hjj het
derde glas op den burgemeester, die met de wet
houders steeds zulk een belangstelling in de nu
feestvierende instelling betoonde en wien op het
harte werd gedrukt hoe het Genootschap méér dan
andere instellingen oude brieven heeft, die moeten
erkend en gehandhaafd worden enz. enz.
Eindelijk was de burgemeester zoo gelukkig het
woord te erlangen, en wel om zjjn dank te betui
gen voor de tot hem gerichte uitnoodiging om
mede te kunnen aanzitten aan dezen disch, gewijd
aan het Genootschap, dat hij door zjjn inrichting
eenig in ons land noemde, dat zoovele nu hier
wonenden en elders verspreiden tot mannen aan
kweekte, op wie het trotsch mag zjjn door de
positie die zij in de maatschappij bekleeden,
niet verkregen door marktgeschreeuw zooals velen
thans aantreffen, maar door arbeiden, flink arbeiden,
waardoor zjj die schreeuwers ten voorbeeld kunnen
strekken. Dat het Genootschap reeds heel vroeg
op uitstekende wjjze was gevormd, bleek vooral
bjj, de invoering der nieuwe wet op het middelbaar
onderwijs, want toen vond men er alles reeds zoo
goed als klaar. Op het voortdurend welzjjn van
zulk een instelling te drinken mocht spr. dan ook
niet nalaten.
Nadat nu weer de heer Montagne op de aan
wezige oprichters-afstammelingen had gedronken
en vervolgens op den heer De Loos, als een dichte,
maar ook goede buur, omdat het Genootschap in
het gebouw der H. B.-S. is gevestigd, bracht laatst
genoemde, na de goede verstandhouding tusschen
beide inrichtingen in herinnering te hebben gebracht,
een dronk uit op den heer J. A. Van Djjk, een
man bekend zoowel met lager als middelbaar onder
wijs en zoowel hier als elders eervol genoemd.
De heer Van Djjk was slechts een eenvoudig
man en hier geen onderwijzer, zoodat hjj den hem
gebrachten lof niet mocht aannemen, maar liever
dronk hjj met den burgemeester op het welzijn
van het Genootschap, en verder op de onderwijzers,
vertegenwoordigd door den directeur den heer Diks-
hoorn, en natuurlijk ook op dezen zelf.
De heer Rjjk bracht hulde aan de bemoeiingen
der commissie van de oud-leerlingen en hun die
het initiatief van dit feest genomen hebben, dat
met schoonen uitslag beloofde bekroond te worden.
[Wegens plaatsgebrek moet het vervolg van dit
verslag tot een volgend nommer blijven liggen.]
De serenade aan het Genootschapsbestuur had
in de stad duizenden personen op de been gebracht.
De inwoners van Leiden hadden ferm gehoor ge
geven aan de uitnoodiging om door het afsteken
van vuurwerk en bengaalsch vuur op punten waar
de stoet voorbjj kwam, van hunne belangstelling
te doen bljjken.
De Koning en de Koningin zjjn met hetPrinsesje
hedennamiddag omstreeks vier uren van het Loo
te 's-Hage in welstand teruggekeerd. Bij de aan
komst aldaar werden ze ontvangen door de gewone
autoriteiten en toegejuicht door een meer dan tal
rijke menigte. Z. M. zag er zeer welwarend uit.
Aan de gisteravond te Amsterdam gehouden
manifestatie voor algemeen stemrecht werd door
5- a 6-duizend personen deelgenomen De optocht,
liep in de beste orde af.