Mathesis Scientiarum Genitrix. Aan boord van het jacht van de h e e- ren Clignett, liggende in het IJ voor Amsterdam, bij de zwemsohool van den heer Heemstede Obelt, heeft gisternaoht een brntale diefstal plaats gehad. De kajoitsdenren en alle kasten zijn opengebroken. Van de aanwezige levensmiddelen en wijn is een groot gedeelte blijkbaar ter plaatse gebruikt, en van den eigenaar is gestolen een dnffelsche jekker met vergalde knoopen eenige koperen voorwerpen, waaronder een kaartenkoker, lepels, vorken, messen, een eliepak en eene hoeveelheid sigaren. De daders zijn onbekend. Eergisteravond, kort vóór het ver trek van den sneltrein van 10 n. 35 m. van Dor- dreoht naar Rotterdam, was de lampenist op een personen-rijtnig geklommen om het licht te ont steken, toen het sein tot afrjjden werd gegeven, zoodat de man in doodelijken angst de reis boven op den wagen moest medemaken tot een der tns- sohen-Btations, waaraan per telegraaf kennis was gegeven den trein te doen stoppen. De „Zutph. Crt." bevat het volgende: De Plaatselijke Commissie van toezicht op het lager onderwijs te Zatfen maakt bekend, dat dr. W. Cleans, onderwijzer aan school A., van burgemees ter en wethouders eene ernstige berisping heeft ontvangen wegens de beleediging, haar 23 April jl. in den persoon van haren secretaris aangedaan. BUITENLAND. Duits «lila ml. De nieuwe gedachtenwisseling tnsschen Engeland on Rusland over Herat heeft te Berlijn geen ver andering gebracht in de vredelievende vooruitzichten, omdat men zich overtuigd houdt dat Engeland ook hierin zal toegeven. Öroot-Rri tumiië. De kabinetsraad duurde Zaterdag verscheidene uren. In den namiddag ontving de Admiraliteit bevel tot het intrekken van de schikkingen voor het vervoer van 2000 man Engelsche troepen naar ïndië. Hun vertrek was op 14 dezer bepaald. Haar men verneemt zjjn Zaterdag-morgen te Londen belangrijke depeches uit St.-Petersburg ont vangen, welke op het gebeurde te Pendjeh betrek king hebben. Lord Granville ontving iets later eene mededeeling van den heer Von Staal over het plan dor scheidsrechterlijke uitspraak. Het gerucht is in omloop dat, ofschoon de Russische regeering, wat bedoeld plan betreft, zich niet heeft teruggetrokken, toch eenig oponthoud waarschijnlijk is, voordat het in de bijzonderheden aan een scheidsrechter kan onderworpen worden. Fehmi-pacha, met gevolg, is Zaterdag-avond naar Parijs vertrokken. De Pruisische Landdag werd Zaterdag-avond to halfacht, in eene gemeenschappelijke zitting van boide huizen, door den minister Puttkamer, in naam dos konings, gesloten. Het gerucht loopt, dat Osman Digma met eenige zijner aanhangers te Berber en den Emir van die plaats naar Khartoem is gegaan, ten einde troepen te vragen om de Engelschen bij Soeakim aan te tasten. De hertog van Connaught heeft een verlof voor twee maanden gekregen. XtuBlaud. Het gerucht dat Gladstone voornemens is af te treden, is ook in St.-Petersburg verspreid en wekte daar onrast. Van de beBte zjjde wordt verzekerd dat het gerucht ongegrond is, en dat het uitzicht op behoud van den vrede voortduurt, zoodat het zelfs niet meer voor waarschijnlijk wordt gehouden dat een scheidsrechter over de zaak van Komaroff zal worden benoemd. Er zijn ongunstige gerachten in omloop nopens de onderhandelingen over de Afghaansche grenzen. Het heet dat de tekst van Kuslaud's antwoord op Engelaud's voorstellen van arbitrage geenszins over eenkomst met het résumé, per telegraaf ontvangen. Rusland moet stellig weigeren om bij tractaat zich te verbinden, dat het nimmer Herat zal bezetten, hetgeen Engeland eischt. Telegrammen. KEULEN, 11 Mei. De componist Ferdinand Hiller is gisteren overleden. LONDEN, 11 Mei. (fl.) De ochteabladen bevesti gen, dat de geruchten betreffende het aftreden van lord Dufforin, onderkoning van Indië, ongegrond zijn. De „TiraoB" meldt uit Konstantinopel, dat de ver dedigingswerken van de Dardanellen ijverig worden voortgozet. NIEUW-YORK, 11 Mei. Het Belgische stoomschip „Helvetia," behoorend aan de White Cross Line, is Zaterdag-namiddag bij Scatterie, eon eiland bij Kaap- Breton, door het ijs verpletterd en gezonken. De bemanning is gered door het stoomschip „Arcadian", die de „Helvetia" heeft opgesleept. Dit laatste schip had geen passagiers, het zonk in diep water. De lading wordt op 400,000 dollarB gesohat. LEIDEN, 11 Mei. Weerbericht (medegedeeld door het Kon. Ned. Met. Instituut). Verwachting: noordwestelijke wind. De terechtzitting van de rechtbank te 's-Hage heden gehouden, bracht in de herinnering terug dien ouden tjjd in het schoolwezen toen de boven- of ondermeester de plak gebruikte als wapen om onder de klasse orde en tucht te bewaren. De dagen, dat de onderwjjzer van dat middel, hetzij in natnra of in den vorm van hand of vuist, op de school gebruik maakt om zijn gezag onder de scholieren te doen eerbiedigen, mogen op bijna alle inrichtin gen van onderwijs, van welke soort of inrichting ook, geacht worden tot het verledene te behooren- Toch toonde de zitting van heden, dat de open bare school te Katwijk aan Zee tot voor korten tijd nog daarop eene uitzondering maakte. Het uitdeelen van oorvjjgen of slagen aan de kinderen werd aan die installing in eere gehouden en de hulponder wijzer M. T. V., oud 22 jaren, had zich heden te verantwoorden over de hem ten laste gelegde mishandeling van op 10 Maart jl. in de school aan den 10-jarigen leerling d. V. een slag op het hoofd en een stomp met den vuist in de zijde te hebben toegebracht. Dat kind is, gelijk bekend, den laten April d. a. v. gestorven evenwel, naar luid der verklaring der deskundigen, niet ten gevolge van de ondergane mishandeling, vermits zij het onbewezen achtten dat de dood van den knaap door de slagen veroor zaakt was. Vandaar dat de justitie er zich toe bepaalde den onderwijzer te verwijzen ten correctioneele. Hieruit blijkt, dat de'bijvoeging in een der bladen dat er verwonding was gepleegd ten gevolge waar van het kind overleden is, op eane dwaling berustte. Vader en moeder van den mishandelden scholier werden door de rechtbank gehoord. Zij vertelden, dat hun zoontje den lOden Maart uit school gekomen, gezegd had door den meester geslagen te zjjn. Des avonds ging het kind braken en werd het bedlegerig. Vier dagen later verklaarde de ter btdp geroepen geneesheer dat de toestand van het kind gevaarlijk was. Den laten April werd het kind aan zijne ouders ontnomen. De vader verklaarde nog dat zijn kind zeer gehoorzaam was en den onderwijzer V. een valschen meester noemde, terwijl uit de mededee- lingen van de moeder nog bleek dat aan het jongske, volgens zijn eigen zeggen, de klappen in het aan gezicht en de duw in de zijde waren toegediend enkel •mdat hij zijne pen scheef hield. De wang van den knaap was na het gebeurde vuurrood en de zijde erg gezwollen. De onderwijzer T., die op deu bewusten dag met bekl. in de school samenwerkte, deelde heden aan de rechtbank mede dat hij zijn collega V. het kind een duw op den schouder zag geven, zóó dat het huilde, in atwijking van eene vroegere verklaring dat hij niet gezien had waar de duw aankwam Bepaald ontkende deze getuige dat het gewoonte is om in de school te slaan. Daarna verschenen een resks jongens en meisjes, tusschen 9 en 11 jaren, allen medesoholieren van den overleden knaap. Al deze kinderen constateerden, dat zij den meester hadden zien slaan onder bijvoe ging dat er in de school meermalen klappen werden uitgedeeld, waarin ook hunne ooreu en wangen deelden, zonder echter daarvan hevige pijn te gevoslen. Twee k décharge opgeroepen getuigen meenden dat zij kort voor het gebeurde het jongetje hadden bezig gezien met het dragen van 10 a 12 voet lange planken ten behoeve van zijn vader, die wagenmaker is. Ondervraagd waarom eerst vier dagen na de mishandeling geneeskundige hulp werd verleend, antwoordde een van de ouders dat de geneesheer, die er reeds den tweeden dag was bijgeroepen, geweigerd had te komen en verder met het inroepen van een anderen geneesheer zoo lang mogelijk gedraald werd omdat ziekte in het gezin de brood winning van het hoofd kon benadeelen. De bekl. bekende het kind eenige klappen op het hoofd en een stoot in de zijde te hebben toe gebracht, beweerde zich daartoe door drift te hebben laten leiden, maar toonde over zijn misstap diep beronw. Dit excnn8 voor den daad ontlokte den vice- president Jhr. Laman Trip de opmerking, dat iemand die zjjn drift zoo weinig kan beheersohen als bekl. niet geschikt is om als onderwijzer op te treden. Waar eene zoo volledige bekentsnis als hier was afgelegd achtte hot O. M. waargenomen door den snbs. offic. mr. Pape, de schnld van bekl. aan het toebrengen van hevige slagen volledig bewe zen. Hjj maakte in zijn reqnisitoir tevens gewag van een toeleg om aanvankelijk die schnld over te brengen op den mede-onderwijzer Y. die tijdens het geboorde niet eens les gaf en laakte 't zeer dat bekl. tot die gedaohte had bijgedragen met het doel om er zich zelf buiten te honden. Voor het aannemen van verschoonende omstan digheden vond het O. M. geen termen omdat het wenschelijk was een strenge les te geven in Kat wijk, waar ter schole meer geslagen wordt dan noodzakelijk was en een driftig onderwijzer nog niet de handen naar de kinderen behoeft nit te steken. Het O. M. eisohte schuldigverklaring aan moedwillige verwonding en veroordeeliDg |van M. T. Y. tot jaar celstraf en f 100 boete. Door dezen eisch werd bekl. zoo diep ontroerd dat bij, luid snikkende, op de bank neer zeeg. Zijn verdediging liet hij over aan mr. D. S. Van Emden, advocaat te 's-Hage. Zonder maar in een enkel opzicht de droevige zijde dezer zaak èn voor de ouders èn voor bekl. te willen ontkennen, zelfs het bewijs van het ten laste gelegde gaaf toestemmend, kwam pleiter, daar waar een medisch en juridisch verband tnsschen oorzaak en gevolg ten eenenmale ontbraken, op tegen het aannemen van een zedelijk verband tnsschen de mishandeling en den daarop gevolgden dood. Pleiter betwistte dat de rechtbank zich met iets meer had bezig te honden dan met eene gewone verwonding, hoedanige zoo vaak hier behandeld worden en gewoonlijk niet zwaar worden gestraft, althans niet zoo streng als het O. M. wilde dat deze mishandeling zou geboet worden. Verder merkte hij op, dat toen het kind gestorven is te Katwijk pleuritis heerscheude was, de kwaal als oorzaak van den dood vermeld. Had het O. M. z. i. alle verzachtende redenen geïgnoreerd, bij beschouwde het als zijn taak die in ruime mate aan de rechtbank bekend te maken, weshalve bij wees op de gunstige antecedenten van zijn cliënt, bevestigd door een getuigschrift van tal van ingezetenen van Katwijk met den predikant aan het hoofd, op het gemis van het bewijs der hevigheid van de toegebrachte slagen of stooten; op het voorbeeld van den hoofdonderwijzer gegeven, die blijkens het dossier insgelijks het slaan als tuchtmiddel gebruikteop de zware straf die bekl. door zijne schorsing als onderwijzer en de vernieti ging van zijn toekomst ondergaat en op zijn drif- tigen inborst, waarbij nog komt dat hij de eenige steun en broodwinner is zijner behoeftige moeder. Op al deze gronden vroeg pleiter met vertrouwen eene veel zachtere straf dan het O. M. geëischt had. Op verzoek van den president deelde bekl. ten slotte nog mede, dat hjj zijne opleiding als onder wijzer had genoten bij het hoofd der school Boorsma en dat hij 6 jaren aan die inrichting werkzaam is. De uitspraak is bepaald op 18 Mei. Een persoon die, naar het gerucht liep, ge tuige kon geweest zijn van het verdrinken van den nachtwacht P. werd gister door de politie gehoord, doch schijnt geene inlichtingen te hebben kunnen verstrekken. BUBGE&LIJKE STAND YAN LEIDEN. Eerste huwelijksafkondiging van 10 Mei. G. L. Van Wachem jm. 38 j. en A. E. N. Bakker jd. 30 j. P. J. Schmitz jm. 40 j. en M. A. Bijnsdorp jd. 84 j. C. Van der Heijden jm. 32 j. en M. Kaster» jd. 27 j. L. H. Brijnen jm. 25 j. en W. Verhoog jd. 25 j. J. P. Pegt jm. 28 j. en J. Martijn jd. 24 j. A. C. Voorbiood jm. 24 j. en H. M. Brier jd. 30 j. G. C. Tbjjisen jm. 22 j. en P. J. S. Smolders jd. 26 j. -- J. H. Gluysteen jm. 65 j. en M. J. Van Dooremaalen wed. 62 j. L. J. Van Sonderen jm. 30 j. en E. J. M. Bos jd. 24 j. P. Arnoldus jm. 23 j. en M. Vroom jd. 24 j. L. De Water jm. 23 j. en J. J. De Winter jd. 24 j. H. Van der Leek jm. 29 j. en W. Blans- jaar jd. 25 j. E. M. Sohneider jm. 23 j. en S. M. Ket jd 2$ j. 400ste algemeene vergadering van het Genootschap Mathesis Scientiarum Genitrix. De president prof. H. A. Lorentz bracht verslag uit van den afgeloopen cursus 488485, aan welk ver slag de volgende bijzonderheden zijn ontleend.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1885 | | pagina 2