Zaterdag 525 April. N°. 7724. A". 1885. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Tweede Blad LEIDSCH DA (jBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Y#or Leiden per 3 maanden1.16. France per post1.40. Afzonderlijke Nommers.0.05. PRIJS DER ADTERTENTIEN Van 16 regels 1.05. Iedere regel meer 0.174- Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incaute- ren bniten de stad wordt 0.10 berekend. Gemengd Nieuws. Nadat de rechtbank te 's-Hage gis- teren vrjjspraak gegeven had in de verleden week behandelde vervolging ter zake van het houden van een beleenhuis, alhier, werd in dezelfde zitting eene vrij gelijksoortige aanklacht aangebracht tegen den houder van een huis van verkoop met recht van wederinkoop, G., wonende in de Twentstraat aldaar. In het getuigenverhoor werd geconstateerd, dat bekl. beleening van voorwerpen altijd weigerde; de inrichting van zijn huis niet of weinig verschilde met de bank van leening en sommigen wegens de meerdere nabijheid van hunne woningen naar bekl.'s kantoor gingen. De subst.officier mr. Pape hield de in de vorige zaak ontwikkelde meeniog staande, dat de verkoop der goederen gelijkstond aan beleenen, de weder inkoop aan aflossing, dat geen onderscheid bestond tusschen de bank van leening en bekl.'s huis en slechts een gesimuleerde koop en verkoop plaats vond. Mitsdien eischte hij schuldigverklaring aan het houden van een beleenhuis zonder wettige vergun ning en veroordeeling van bekl. tot 15 dagen celstraf en f 50 boete. Uitspraak 30 April. „Het Vaderland" vermeldt nog in haar verslag van het proces der Leidsche gift- mengster het volgende feit: Waar elk ander een bard woord, misschien een klap of schop zou hebben gegeven, nam vrouw Van der Linden terstond haar toevlucht tot vergift. Het sterkste bewijs hiervoor leverde zij nog in de gevangenis hier ter stede. Zjj bewoonde er een cel in gemeenschap met enkele andere vrouwen, waar onder er eene was, die weldra haar vrijheid zou herkrijgen, en die in een spotlustige bui tot haar medegevangenen zei„Die Frankhuizen moet wel eeu goede vent zijnals ik vrij ben en Mie ver oordeeld wordt, ga ik zijn huishonden in orde honden." De beschuldigde zweeg daarop. Doch des anderdaags had zjj zich meester weten te maken van een stukje spiegelglas; zij krabde er de kwik af en wist dat in de koffie van haar „mede-min nares" te werpen. Het werdt ontdekt en vrouw Van der Linden beweerde nu dat haar doel zou zijn geweest zichzelf van het leven te berooveD. Uit alles blijkt met hoe groote lichtvaardigheid de beschuldigde vergift aanwendde. Zekere J. v. d. R.j 1. Zondag voor zijn pleizier in Haarlemmermeer, is 's avonds naar huis gaande, met paard en rijtuig te water geraakt. Na een ander tuig geleend te hebben heeft hij zijnen weg vervolgd. Den volgenden dag, het tuig wil lende terug brengeD, kon hij zich maar niet her inneren waar hij te water was geraakt, en van wie hij het tuig had geleend. Eindelijk werd het hem door anderen meegedeeld, waarna hij zijne zuster ging halen, die hij den vorigen dag in de steek had gelaten. Een bruid en bruidegom reden j 1. Woensdag naar het Raadhuis te Haarlemmermeer om hun huwelijk te laten sluiten; het paard strui kelde zoodat het rijtuig omviel. Gelukkig bekwam echter niemand letsel en was niets gebroken, zoo dat zij hun weg konden vervolgen. Uit het Westland wordt geschreven: Ofschoon de uien flink te velde staan, verlangen zij echter zeer naar regen. In lossen, drogen grond gepoot, raakt de aarde den knol nu niet innig ge noeg, zoodat deze zijn voedsel moeieljjk tot zich kan trekken. Ëovendien neemt die moeieljjkheid met eiken dag dat de droogte voortduurt in afmeting toe, waardoor gevaar voor mislukking van den oogst ontstaat. Q ver den stand der aardappelen valt niet te klagen „Ze staan goed op de rij!" De aalbesBenboompjes hebben veel hinder van een insect, hier bekend onder den naam van „spruiteneter." De weilanden hebben een roodachtig aanzien, ten gevolge van het gemis aan vocht. Een paar dagen regen zou niet alleen eene geheele verandering, maar ook den dood van den schadelijken „spruiteneter" te weeg brengen. Als eene bijzonderheid deelen wij mede dat, volgens eene advertentie in het „N. v. d. D." van heden, twee zusters op denzelfden dag hnnne 50-jarige echtvereeniging vieren. Het merk waardigste is dat zij tevens tweeling-znsters zijn. Yan Dinsdag-morgen tot gister- middag is te Amsterdam een drama afgespeeld. Het tooneel was de O. Z. Achterburgwalde hoofd persoon van het stuk een hondje. Doch niet alleen de hoofdpersoon, tevens nagenoeg de eenige acteur. De toeschouwers evenwel zijn niet lijdelijk gebleven. Reeds is het eerste bedrijf, toen het diertje te water raakte en door geluid en actie de aandacht der voorbijgangers trok, stelde dezen poging tot redding in het werkmen mocht er niet in slagen. Het diertje nam daarop zijne toevlucht in een riool, en verteerde door de stem het gemoed van alle, vooral vrouwelijke, voorbijgangers. Het drama duurde lang en dreigde zeer tragisch te eindigen, toen gisteren, als doi ex machina, twee brandweermannen opdaagden, en zich met een schuit naar het beklagenswaardige dier begaven. Door hun hulp werd het gered de toeschouwers klapten in de handen en riepen hoera! En in triomf bracht men den jeugdigen tooneelspeler, die het 52 uren in een tragischen toestand nithield, naar zijn hotel - het hoofdbureel van politie. Aan den Grachtswal te Leeuwarden wierp eene oude vrouw vuil stroo in het openbaar vaarwater; een schippersknecht die daar in de buurt was, riep: „politie, maak proces-verbaal", waarop de vrouw, die eene politie-overtreding beging, zoo hevig verschrikte, dat zij ineenzakte en eenige oogen- blikken later overleed. Te Maastricht had gisteren eene begrafenis in twee bedrijven plaats. Een rijtuigver huurder had aangenomen twee lijken, dat van een katholiek en een protestant, grafwaarts te vervoe ren. Daar hij echter niet tijdig van de eene be grafenis kon terug zijn, had hij de lijkkoets met kist, na die van de kerk te hebben afgehaald, in een koetshuis nedergezet, om middelerwijl het andere lijk met de Protestantsche lijkkoets grafwaarts te brengen. Het oponthoud van twee uren lokte niet weinig verontwaardiging uit. Nog steeds hebben de Parjjsche bla- den den mond vol over de moord in de Rne de Sine. Woensdag heeft Marchandon zijne misdaad bekend Men heeft hem dien dag met verschillende personen geconfronteerd, ook met de bij hem wonende vrouw Jeanne Blin. Deze verweet hem de moord en vooral hare verwijten schenen hem te treffen, zoodat hij eindelijk, geheel mat, op de knieën viel en riep, zjjn gelaat in de handen verbergende: „Genade! Ik zal alles bekennen; maar laat mij toch met rust. Na deze voorloopige bekentenis werd het verhoor opgeheven. Dea volgenden morgen echter toen hij weer uit gerust was, nam hij weer dezelfde spottende hou ding aan als gedurende de vorige dagen. Alle schuld werpt hij weer op den gefungeerden medeplichtige. Zooals wij hierboven reeds zeiden alleen Jeanne Blin heeft eenige macht over hem. Toen een der rechters een portret van mevr. Cornet (de ver moorde) voor Marchandon hield, sloot deze de oogen. Jeanne loopt daarop naar hem toe, met het portret in de eene hand, terwijl zij met de andere een der oogleden van den moordenaar oplichtte, zeggende: „kijk ongelukkige, dat is je slachtoffer." Marchandon wierp Jeanne van zich af terwijl hij een woest gebrul liet hooren: „Voer mij weg", zeide hij, „ik zal niets meer zeggen." Onder de brieven, waarmede, gelijk men weet, een aantal personen te Marseille en elders om allerlei redenen bedankt hebben voor de bon verleende onderscheidingen voor hnnne verdiensten tijdens de cholera-epidemie van het vorige jaar, is zeker de volgende van een sjouwerman, Sardou ge naamd, niet de minst cnrieuse: „In het bericht der dagbladen betreffende de belooningen voor diensten ten tijde van de cholera- epidemie in 1884 heb ik gelezen, dat eene zilveren medaille is toegekend aan „Sardou, lastdrager." Tot heden heb ik niet kunnen gelooven, dat dit eerebljjk bestemd was voor mjj, om de zeer een voudige reden, dat ik gedurende al den tijd, dat onze arme stad door de epidemie geteisterd werd, buiten woonde en alleen in de stad kwam voor mjjn werk. Maar aangezien blijkens ingewonnen inlich tingen deze belooning wel degelijk mij is toegedacht, weiger ik haar, omdat ik niets gedaan heb om haar te verdienen. Ik houd mij overtuigd, mijnheer de minister! dat gij deze vergissing herstellende, recht zult laten wedervaren aan mijn verlangen om de verdiensten erkend te zien der talrijke, zelfopofferende burgers, die vergeten zijn. - Ontvang, enz. Sardou, kruier." De Berlijnsche bladen hebben de consigne, nooit iets te melden van aanslagen, die op het leven des keizers mochten gepleegd worden, van ongesteldheden, kneuzingen die hij mocht op- loopen door van het paard te vallen of op parket vloeren uit te glijden, en dergelijke ongevallen. Het gevolg van deze geheimzinnigheid is, dat de minste kleinigheid door het gerucht overdreven wordt. On- laDgs was er een spiegelruit in het paleis ingewor pen; iedereen sprak van een moordaanslag en een complot, men vond niets in de bladen en maakte zich zeer ongerust. Uit Nieuw-York wordt bericht dat in het circns Kloseberg, dat te Richmond voorstel- lingen gaf, jongstleden Vrijdag gedurende de voor stelling brand uitbrak. De toegaDgers snelden naar de uitgangen waar een vreeseljjk gedrang ontstond, ongeveer honderd menschen werden doodgedrnkt. Het circus, dat van hout was opgetrokken, brandde tot den grond af; vijftig paarden en onderscheidene zeldzame dieren, waaronder vijf leeuwen, kwamen in de vlammen om. Het gebouw was zeer hoog verzekerd en de schade bedraagt, naar een ingesteld onderzoek leerde, ongeveer zes-honderd-duizend dollars. BUITENLAND. Frankrijk. De betere stemming der na-beurs te Parijs zon, naar men zegt, veroorzaakt zijn door eene aldaar ontvangen depeche, waarin gemeld wordt dat de bemiddeling van keizer Willem tusschen Rusland en Engeland zeker is. De Russische regeering zou geneigd zijn om die bemiddeling aan te nemen, indien Engeland zich, evenals zjj, daarbij eerlijk, openhartig en zonder voorbehoud aansluit. De Fransche regeering moet, met betrekking tot de zaak van de „Bosphore égyptien", besloten hebben om al hare eischen te handhaven en daaraan zelfs door het zenden eener vloot Daar Alexandria kracht bij te zetten. Men meldt verder, dat de forten van Alexandrië door Eogelsche ingenieurs worden versterkt. Groot-Britannië. In het Lagerhuis verklaarde gisteren de heer Gladstone niet voornemens te zijn om de latere correspondentie betreffende de Afghaansche quaestie over te leggen vóór de behandeling van het aan gevraagde krediet op aanstaanden Maandag.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1885 | | pagina 1