De firmant Jacobson had laatstelijk voor drie ton aandeelen in de Nederlandsche Gas- en Ver warmingmaatschappij, die nog niet verrekend wareD. Door de kracht dezer aandeelen was de overleden firmant Wolff president-commissaris dezer Maat schappij geworden. Door het faillissement van Ja cobson, waarbij een passief van 6 millioen en niet van 600,000 fr. betrokken is, gelijk Zaterdag abn- sievelijk werd gemeld, waren die drie ton verloren. De firmant Polak moet op zijn doode gemak ons land hebben kunnen verlaten, een ze3tal koffers medevoerende. In de laatste veertien dagen moet de brandkast van de Bankvereeniging nog ruim van effecten voorzien zijn geweest, schoon zich gevallen voor deden, waarbij aflevering van stukken werd geweigerd. Overigens berust het verhaal op eene dwaling dat het waarborgkapitaal der Gasmaatschappij zou zijn aangetast. Dit berust bij de firma Lenaertz en Co. alhier en hoewel Polak het beheer erover voerde werd het bewaard in eene brandkast met twoo gelijkwerkende sloten, waarvan een bij P., het andere bij commissarissen berustte. Wel had P een 60 a 70 mille onder zich, voor de loopende zaken der Maatschappij en daartoe rechtigden hem de statuten. Herhaaldelijk was hij in de laatste dagen door commissarissen gesommeerd daarvan rekening en verantwoording af te leggen, doch zonder gevolg. De directie der Gasmaatschappij heeft naar al hare inrichtingen in het buitenland getelegrapheerd geene gelden aan P. af te geven, mocht hij zich daar vertoonen. Zaterdag-avond werd „Inkwartie- ring" in den Stadsschouwburg te Amsterdam ge geven, dat zich kenmerkte door een droevig voorval. De heer Tourniaire, die in de eerste akte in de rol van Yan Rheden ten tooneele kwam, kon geen woord uitbrengen. Eene vlaag van verbijstering verlamde den wil van den talentvollen actenr, wiens zenuwgestel zeer is geschokt door het verlies zjjner moeder, die enkele dagen geleden overleed. De rol werd, na een kort oponthoud, verder ge lezen door den heer Schwab. De opvoering droeg, onder deze omstandigheden, de sporen eener ont steltenis die door het publiek, dat talrijk was opge komen, werd begrepen en gëeerbiedigd. Nader wordt gemeld dat de opneming van den ongelukkigen tooneelspeler in een krankzinnigen gesticht noodzakelijk geacht werd. Als eene bijzonderheid kan worden gemeld, dat door eene der Scheveningscbe schuiten in volle zee heden een zalm (niet groot van stuk) is gevangen. In den afgeloopen nacht, ongeveer halfeen, brak een felle brand uit in de broodfabriek „De Voorzorg", in de Hekelsteeg te Utrecht. De brandweer, dio spoedig aanwezig was, blnschte in weinig tijds het vuur. Een paar uren later werd opnieuw brandalarm gemaakt wegens een hevigen brand in de Geerte- steeg, waar een huis totaal uitbrandde. Ook hier mocht do brandweer er in slagen den brand tot dit ééne perceel te beperken. De bewoners er van schijnen nogal ongelukkig te zijn. Althans hadden zij, naar men zegt, in de meeste door hen bewoonde huizen reeds brand. Een passagier die Dinsdag 11. met het stoomschip „Willem Prins van Oranje," van de maatschappij „Zeeland," naar Engeland vertrok, kwam te Londen tot de ontdekking dat hij zijne portefeuille, waarin eenige cheques en een aanzien lijk bedrag in geldswaarde, miste. Onmiddellijk werd naar Queenboro geseind, waar intusschen genoemde portefeuille reeds door een stewart was gevonden en aan den eersten stewart was overgegeven; deze had ze aan den stationschef aldaar overhandigd, die haar op zijne beurt persoonlijk naar Ludgate- Hill bracht en aan den stationschef aldaar ter band stelde. Nadat de portefeuille in het bijzijn van den verliezer geopend was, verklaarde deze, dat de cheques aanwezig waren, maar dat eene som van f 23,000 aan Hollandsche en Engelsche banknoten ontbrak. De politie, van een en ander in kennis gesteld, begaf zich Dooderdag-oohtend bij de terugkomst van het stoomschip aan boord, ten einde een onder zoek in te stellen. Een zekere G., behoorende tot eene zeer geziene familie, heeft zich door den trein, welke uit Maastricht om 10 uren 29 min. naar Aken ver trok, laten overriden. Men vond bij hem eene beurs inhoudende 57 fr. en een testament dat de zelf moordenaar den zelfden dag geschreven had. De aanleiding tot deze wanhopige daad is onbekend. Omtrent den grooten brand te Schaars- bergen meldt men nader: Tegen halfeen ontstond aan den Deelenechen weg een heide- en boschbrand, die door den wind aan gewakkerd, zich met afwisselende snelheid en ver vaarlijk geraas in de richting van Schaarsbergen en Warnsborn voortbewoog, en zeer zeker veel overeenkomst had met de zoo dikwijls beschreven prairie-branden in Amerika. De vuurzee spreidde zich uit over den Kemperberger weg en sloeg in de boerderij Rustwat, toebehoorende aan den heer De Bruin. Deze boerderij met de stallen en schuren was ia een oogenblik in de asch gelegd; wat den vorigen dag nog in gespaard was gebleven werd nu een offer der vlammen. Dit oogenblik was hoogst ernstig, want hierdoor werden ook de bosschen van Warnshorn, door den Kemperberger weg van de brandende gescheiden, bedreigd. Door het krachtig optreden van den heer burge meester, die zeer spoedig met den secretaris aan wezig was, werd de ramp gekeerd. De burgemeester toch, ondanks alle raadgevingen, week niet van zijn plan af, om met de weinige hem ten dienste staande manschappen, den brand aan den Kemperberger weg te stuiten, waardoor het overslaan naar de Warnborn8che bosschen voorkomen werd. Inmid dels kwamen nu de militairen op het terrein aaD, en kou eerst een begin gemaakt worden om den brand te stuiten, door op verren afstand van het brandende gedeelte de bosschen om te hakken. De infanterie, het eerst uitgerukt, werd gevolgd door de artillerie, die op hooiwageos, met zes paar den bespannen, gezeten, het eerst ter plaatse aan kwam, en waarvan zich een deel onder leiding van den luitenant Boellaard te Schaarsbergen pos teerde, om dit dorp, dat reeds ernstig bedreigd werd, te behouden. Aan de vereenigue krachten en den bewondorens- waardigen ijver der militairen, daartoe door den met moed en vastberadenheid optredenden luitenant Boellaard en brandmeester A. Knoops aangemoe digd, gelukte het, door op het juiste oogenblik van de wending van den wind gebruik te maken, den brand te stuiten en Schaarsbergen van een wissen ondergang te redden. De vlammen waren toch reeds op weinige meters afstand van de school ge naderd en alle inwoners vagen het verlies van have en goed te gemoet. De inmiddels aangerukte versterkingen der infan terie, onder leiding van den luitenant Kantelaar, maakten het mogelijk de vuurzee op de heide, van Schaarsbergen tot aan den Deelenschen weg, door uitslaan en vellen van bosschen te stuiteneene niet benijdenswaardige taak, daar bij wending van den wind de militairen door het vunr werden in gesloten en zij hunne uiterste krachten voor zelf behoud moesten inspannen. Tegen ruim vijf uren was men den brand, die zich inmiddels over circa 100 hectaren had uitge strekt, meester, en tegen zeven uren konden de militairen, wachtposten achterlatende, inrukken. Graaf Bardi, over wiens lot men zich ongerust maakte is behouden te Triest aan gekomen. Eene, in de Schönhauser Allee 18 7, te Berlijn wonende dame ontving jl. Woensdag een bezoek van haar vierjarig nichtje en liet het kind eenige minuten alleen in de kamer. Toen zij een oogenblik later het vertrek weder binnenkwam, stond het venster open en was het kind verdwenen. In den hoogsten angst snelde zij naar het raam en zag bet kleine meisje op de steenen van de binnenplaats spelen. Het kind had, uit het raam kijkende, het even wicht verloren en was naar beneden gevallen, maar gelukkigerwijze op eenige bedden terechtgekomen, die te luchten lagen. Het meisje was geheel ongedeerd opgesprongen en begon met andere kinderen te spelen. Te Mulhausen zijn de twee kinderen van den schouwburg-directeur Reichhardt, het eene 5 jaren, het andere 6 maanden oud, levend ver brand. Het oudste had met lucifers gespeeld, terwijl het met het jongste te bed lag; de lakens vatten vlam en men vond slecht» de verkoolde lijken. De ouders woonden inmiddels eene repetitie bij. In een hotel te St. - Louis is in een koffer het gedeeltelijk reeds ontbonden lijk van een man gevonden. Men houdt het voor dat van een Engelschman, Preller, die door een medereiziger dr. Maxwell van Londen, vermoord werd. Preller' was rijk. Uit de lijkschouwing bleek, dat hij door vergif was gedood. BUITENLAND. Frankrijk. Volgens „Hava8"-agentschap heeft de minister van buitenlandsche zaken officieel bericht ontvan gen dat het regeeringsorgaan van Peking een besluit van 16 dezer heeft openbaar gemaakt, waarbij de conventie van Tientsin goedgekeurd en het vertrek der Chineesche troepen uit Tonkin gelast wordt. De blokkade van het eiland Formosa door de Franschen is den 16den dezer opgeheven. De heer De Freycinet heeft in den Franschen ministerraad meegedeeld dat hij den heer Patenótre de instructie heeft gegeven, naar Tientsin te gaan om er den vrede definitief te sluiten. Er waren nog eenige zwarigheien ontstaan omtrent de ont ruiming van Formosa; hiertoe had de heer Ferry reeds voor het sluiten der pre'iminairen bevel ge geven, het nieuwe Kabinet had dit door een tegen bevel gestuit en de Chineezen maakten bezwaar tegen dit opnieuw bezetten. Ook eischte China ont ruiming der Pescadores-eilanden, waaromtrent de heer Ferry in de preliminairen verzuimd had iets te doen bepalen. Generaal Brière De l'Isle heeft uit Tonkin bericht gezonden, dat den 16den April, bij de voor posten te Kep, Chineesche onderhandelaars waren aangekomen, om te zeggen dat de brieven van generaal Brière naar den commandeerenden Chi- neeschen generaal te Langson opgezonden waren. Op den avond van dien dag hadden Fransche ver kenners een terugtrekken der Chineezen naar het Noorden opgemerkt. Voor Chu was niets nieuws waargenomen; Brière ging nog steeds voort, de bende zeeroovers in de streek van Son-tay en Bac la te verjagen. Belgrtö. De „Etoilo Beige" meidt dat het kabinet be sloten heeft, om aanstaanden Dinsdag bij de Kamer van Vertegenwoordigers een wetsontwerp in te die nen, waarbij de koning wordt gemachtigd de sou- vereiniteit over den vrijen staat Congo te aanvaar den, aangezien de meerderheid in de Kamer voor dat ontwerp verzekerd is. In de Belgische Kamer van Vertegenwoor digers voerde de minister voor de spoorwegen enz. dezer dagen het woord over de Zoodagsrust; hij verklaarde dat die zoowel uit een zedelijk a's stof felijk oogpunt noodzakeljjk is, zoodat hij dienover eenkomstig maatregelen had genomen, zonder dat de dienst daaronder leed. Blijkens den staat der Belgische schatkist op 1 Jan. jl. sloot de gewone dienst van 1882 met een tekort van 15,211,844, van 1883 met een te kort 18,309,400 fr. De gewone inkomsten zijn voor het dienstjaar 1884 geraamd op 320,448,727 fr., maar zullen waarschijnlijk niet meer dan 305,619,000 fr. opleverende gewone uitgaven voor dat dienst jaar, op 326,870,747 fr. geraamd, waren 323,901,036 fr. Kuslaud. De „Nordische Telegraphen-Ageatur" meldt dat met het uitrusten van oorlogsschepen te Kroonstad wordt voortgegaan, en bevel gegeven is, dat alle d&ar aanwezige bodems zich gereed moeten houden om zee te kiezen. De „Swet", een Russisch blad waarvan de broeder van generaal Komaroff hoofdredacteur is, meldt dat de door dezen veldheer bezette linie eene uitgestrektheid van 130 mijlen heeft. Door den generaal zeiven is verklaard dat vooralsnog de noodzakelijkheid niet bestaat meer voorwaarts op te rukken. Zijn broeder, de redacteur, volhardt bij het beweren, dat de Russen verplicht zijn Herat te bezetten, en geeft aan de Russische regeering den raad de vloot te versterken en de havens Kola en Bangeroe tot oorlogshavens bruikbaar te maken. De „Novoje Wremja" acht den oorlog tusschen Rusland en Eogeland vroeg of laat onvermijdelijk, omdat de Aziatische grens tusschen de twee landen niet, evenals bij den Congostaat, vreedzaam op het papier getrokken kan worden. Telegra m m e n. LONDEN, 19 April. HAan de „Observeer" wordt uit Portsmouth gemeld dat de marine-over- heid aldaar bevel heeft ontvangen, om onmiddellijk eeoe sterke vloot in gereedheid te brengen en andere buitengewone oorlogstoebereidselen te maken. Onder anderen zullen dertien kanonneer- en torpedobooten onverwijld worden uitgerust. Deze bevelen zijn van zeer dringenden aard en zullen de oproeping van de marine-reserve en de coast-guardmen noodzake lijk maken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1885 | | pagina 2