DAGBLAD. N°. 7620. Vrijdag 19 December. A0. 1884. PRIJS DEZER COURANT: V»or Leiden per 3 maanden1.10. Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommers.0.05. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ABTERTENTIERt Van 1—6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17i- Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incmt' ren buiten de stad wordt /0.10 berekend. LEIDEN, 18 December. Eene soiree musicale voor piano alleen, is wel wat eentonig, heeft zeker menig kunstliefhebber gedacht toen hij de advertentie van den heer Van GroningeD, nit Zwolle, in ons blad las. Waarschijnlijk is het daaraan te wijten dat de opkomst gisteravond niet zoo talrijk was als b. v. bij het optreden van een Rubinstein of een Carl Heyman. Misschien ook heeft ons publiek or niet aan ge dacht dat hier een kunstenaar van den eersten rang zon optreden. En kunstenaar is de heer Van Groningen in den volsten zin des woords. Hij boeit, neen, bij beheorscht het publiek door zijn talentvol spel. Zijn voortreffelijke aanslag, bewonderenswaardige tech niek, do fijoe phraseering en het meesterlijk gebruiken van het pedaal zijn hoedauigheden die hem ken merken als een der bevoorrechten, wien het ver gund is het heiligdom der kunst binnen te treden. Reeds in zijne prille jeugd genoot de heer Van Groningen eene muzikale opleiding; het voornemen schijnt toen bij hem nog niet bestaan te hebben zich geheel aan de kunst te wijden, want hij begaf zich, jongeling geworden, naar Delft, waar hij aan de Polytechnische School het diploma als ingenieur verwierf. Dat hij zich nu geheel aan de kunst wijdt, mag eene belangrijke aanwinst heeten. Ter voltooiing zijner muzikale studiën heeft hij te Berlijn Oscar Raif en te Leipzig Liszt, als leermeesters gehad. De voordracht der „Tarantelle" van laatstge noemde was schitterend en o. onovertroffen. Als componist deed de heer Vau Groningen zich mede van eene zeer gunstige zijde kennen. Zijn „Impromptu" maakte een diepen indruk. Het publiek toonde zich zeer dankbaar, zelfs zóó dat de concert- gever nog een achtste nummer voordroeg. Dit en alle nommers van het programma werden door hem nit het hoofd gespeeld. Wij gevoelen dat onze schets te zwak is om den niet aanwezigen zelfs een flauw donkbeeld te geven van het vele schoone, dat de heer Yan Groningen te genieten gaf; wij eindigen met hem een schitte rende toekomst te voorspellen; want waar hij op treedt zal en moet hij lauweren oogsten, omdat de ware kunst overal warme vereerders vindt. Door den heer W. E. Willink Ketjen, gepen- sionneerd kapitein der infanterie van het Oost-In disch leger, alhier woonachtig, is een adres aan de Tweede Kamer gezonden, waarin hij der Volksver tegenwoordiging met verschuldigden eerbied te ken nen geeft: dat hij den 13den Maart 1882 door den toen- maligen commandant van het Ind. leger, den luite- nant-kolonel Bonmeester, voor een Raad van onder zoek getrokken werd, onder beschuldiging van op zettelijke en herhaalde ongehoorzaamheid; dat de stukken, welke die beschuldiging moesten staven, waren valsch, of vervalscht, of onwaar; dat de Raad van onderzoek hem vrijsprak, zon der onderzoek; dat hij een half jaar daarna ontijdig eervol uit den militairen dienst ontslagen werd, op advies van den luit.-generaal BoumeeBter, omdat hij voor een Raad van Onderzoek had terecht gestaan; dat aan adressant bij gouvernementsbesluit van 29 Mei 1883 No. 18 het pensioen geweigerd werd, omdat hij geen afstand wilde doen van de tegen hem gebruikte valsche bescheiden; dat hierdoor geschonden warden het koninklijk besluit van 13 Januari 1854 No. 64 en het gou vernementsbesluit van 15 November 1854 No. 5; dat adressant door die sohending beroofd is van zijn rechtmatig eigendom; dat - zooals blijkt uit de hieraan toegevoegde bjjdragen - bij zijne grieven bij herhaling gebracht heeft voor de Indische en Nederlandscbe Regeerirg, ronder eenig succes: redenen waarom requestrant eerbiedig verzoek: dat het der Nederlandsche Yolksvortegenwoordigiug moge behageD, de Regeering uit te noodigen, om hem weder in het bezit te stellen van zijn, hom door pressie ontroofd, eigendom en de al of nier. wettigheid van zijn ontslag te doen onderzoeken." Er bestaat gelegenheid tot verzending der cor respondentie naar Noord-Amerika door middel van het stoomschip „P. Caland", van Rotterdam vertrek kende. Ten postkantore alhier moeten de brieven enz. uiterlijk Zaterdag-morgen te 7.56 bezorgd zjjn. In de avondzitting der Tweede Kamer van gisteren is het algemeen debat over de Indische begrooting afgeloopen. De heeren De Bruyn Kops en Yan Gennep repliceerden en bleven het finan- tiëel stelsel des ministers af keuren zonder wantrou wen tegen hem of den gouverneur-generaal nit te spreken. De heer Mees sloot zich bij hen aan, doch zou voor de begrooting stemmen zonder daardoor eenige sanctie to hechten aan het stelsel des minis ters. De heer KencheDias bleef de proclamatie van de Atjehsche hoofden bestrijden en verweet den liberalen bij den verkiezingsstrijd leugen en laster te hebben verkondigd. De hoer Gleichman noemde zijnerzijds lasterlijk de verkondiging dor anti-revo lutionairen bij de verkiezingen dat de liberalen vij andig aan God en godsdienst zonden zijn en hij laakte nogmaals het misbruiken van Gods naam in den verkiezingsstrijd, met beroep op ds. Bronsveldt. De heer De Savornin Lohman kwam op tegen het stellen van Keuchenius tegenover do anti-revoluti onaire partij, verzekerde ook de proclamatie af te keuren, verdedigde het gebruik van Gods naam door anti revolutionairen bij verkiezingen daar zij spraken tot hun volk, dat zich eene andere voor stelling van God maakt dan de liberalen, en ont kende dat ds. Bronsveldt een autoriteit voor de anti revolutionairen was. Hedenmorgen te elf uren kwamen de onderdeelen in behandeling. Namens het personeel van het Hollandscho spoorstation te 's-Hage, werd hedenmorgen den heer Rademaker, vervangen chef van dat station, bij monde van den oudsten ambtenaar een souvenir aangeboden, bestaande in een fraaie canapé. Op de gepaste aanspraak werd door den heer R., die de commissie van overhandiging ten zijnen huize ontving, geantwoord. De echtgenoote van den erfprins van Bentheim en Steinfnrt, zuster van onze Koningin, thans wo nende op het slot Bentheim, is van een zoon bevaller, In eene gisteren te Rotterdam gehouden ver gadering van 8chuldeischers van den heer W. Van Zuylen werd namens dezen door mr. Tels aange- bodon een accoord tegen 10 pet., onder toelichting dat de heer Van Zuylen zich voor zijn geheele leven voor de overblijvende 90 pet. aansprakelijk stelt. Een derde gedeelte van hetgeen hij jaarlijks boven de f 4000 verdient, zal voor de schnldeischers wor den gedeponeerd, waaronder ook reeds een derde deel begrepen is van hetgeen hij voor zijne laatste ga8tvoorstellingon gekregen heeft. Bij de rechtbank is aanvraag gedaan om scheids lieden te benoemen in het geschil tusschen hemen de Rotterdamsche Schouwburgmaatschappij. "Waoneer hun uitspraak ten gunste van Van Znylen uitvalt, zullen de f 10,000 die hij dan ontvangt, oveneen-} aan de schuldeischers worden uitgekeerd. Eene beslissing werd nog niet genomen. De rechter-commissaris merkte op, dat de zaakgelas tigde zich te veel bewoog op het gebied van den curator en dat de gelden, welke volgens zijne mede- deelingen waren gedeponeerd, eigenlijk ia dien9 handen behoorden, terwijl noch hem, rechter-com- missaris, noch den curator iets bekend was van een ingestelde civiele actie betreffende het geschil met de Schouwburgmaatschappjj. Mr. Tels antwoordde hierop dat bij niets had i verzwegen voor den carator en dat de gedepo neerde gelden door den heer Van Zuylen waren verkregen door zijne gast voorstellingen, na de in solvent-verklaringen, dat ten slotte de qnaestie van I het benoemen van scheidslieden nog in haar eerste phase verkeerde. Het stoomschip „Zeeland" is 11 dezer van j Padang te Batavia aangekomen. Z. M. heofc met ingang van 1 Maart a. s., aan den heer W. H. Read, consul-generaal der Nederlanden te Singapore, op zijn verzoek, eervol ontülag als zoodanig verleend, onder dankbetuiging voor de vele en gewichtige diensten door hem in die betrekking bewezen; en met ingang van gemel- den datum benoemdtot consul-generaal der Neder landen te Singapore den beer G. Lavino, thans con sul der Nederlanden te Penang; tot consul der Nederlanden to Penang, met behoud van den persoon leken titel van consul-generaal, den heer J. A. Kruyt, thans consul-generaal der Nederlanden t© Djeddah; tot consul der Nederlanden t© Djeddah mr. J. A. De Yicq, thans leerling-consul, werkzaam aan het departement van buitenlandsche zaken, en tot leerling-consul, werkzaam aan het departement van buitenl. zaken, den heer H. Van der Houven Van Oordt, te Apeldoorn; - den heer Neil Mc. Neill erkend en toegelaten als consul van Groot- Britannië en Ierland te Batavia, voor het eiland Java. Tweede Kunstbeschouwing. 't Was eene gelukkige gedachte van het bestuur van „Ars Aemula Natarae" om aan de Leidsch© schilders en dilettanten gelegenheid te geven hun werk hier eens ter bezichtiging te stellen. Immers het niet ongegrondo der klacht, dat er in onze stad zoo weinig voor de kunst wordt gedaan, kan even zeer aan onbekendheid mèt als aan onverschilligheid omtrent onze kuQBtoefenende stadgenooten worden toegeschreven. Zelfs pleit de aankoop van onder scheidene teakeningon dezer kunstbeschouwing voor eerstgenoemde meening. Het work van wijlen oDzon stadgenoot A. H. Bakker Korff besloeg dezen avond eene voorname plaats. De vele schilderijen en teekeningen to be spreken zou dit overzicht to uitvoerig doen worden. Bovendien waar men Bakker Korffjes noemt, ver rijzen onmiddellijk voor het oog van den kunstlief hebber de keurige, zorgvuldig gepenseelde paneel tjes, die ondanks hun onderlingen familietrek, tocb ieder afzonderlijk boeien. Waar zooveel werk van dezen meester naar het buitenland is verhuisd, doet bet goed er op te kannen wijzen dat al deze pa neeltjes en een aantal teekeningen het eigendom zijn van kunstlievende stadgenooten, do heeren mr. Coebergh, Sala, dr. Van der Sluys en Sijthoff. De heer G. J. Bos heeft als dierenschilder een te goeden naam dan dat we zijne vele teekeningen zouden behoeven te roemen. Toch kunnen we niet nalaten de fraaie schilderij „een meisje met koeien," pittig en frisch van kleur in herinnering te brengen. Ook de heer C. Bos zond verschillende teekeningen, waarbij twee fraaie boschgezichten en volgens een nieuw procédé bewerkte teekeningen, wier kunstig© behandeling hun geheel het uiterlijk geeft van staalgravuren. In den heer Floris Verster begroeten we een jong schilder van veel aanlog. De beide huzaren- zijn geestig en flink op 't papier gezet; de lijnen geven niet te raden of er dit of dat mede bedoeld wordt, doch zijn juist aangebracht, wat tegenwoordig niet iedere schilder in acht neemt. Ook do artillerist te paard, het landschap en de stadies, alle in olie verf, dragen het kenmerk van een artistiek talent. Wat heeft den heer D. Kooreman bewogen zijn© paardenmarkt, maaiers en molen met zulk© rauwe, schelle kleuren uit te dosschen? Eigen opvatting

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1884 | | pagina 1